Stormschrift 60 (in totaal 86 delen) Getuigenissen van Gods Eeuwige Waarheid door “Myriam van Nazareth” Totus Tuus, Maria! ALS GIJ NIET OPNIEUW GEBOREN WORDT... 60. Over Blijmoedigheid als Zaad voor Wedergeboorte Toen Jezus zei: “Als iemand niet wedergeboren wordt, kan hij het Rijk Gods niet zien”, verwees Hij in feite reeds naar het Sacrament van het Doopsel. Het Heilig Doopsel in de naam van de Vader, de Zoon en de Heilige Geest roept de Heilige Geest over de jonge ziel af, en maakt voor haar de weg vrij om het Kruisoffer van Jezus in zich tot vrucht te laten brengen. Het doopwater is als het water dat uit Jezus’ Hart stroomde toen Zijn Zijde na Zijn Dood aan het Kruis met een lans doorstoken werd. Uit het Goddelijk Hart van Jezus werd de Kerk geboren, en wordt via het Doopsel ook de ziel geboren voor het Eeuwig Leven, nadat zij in een lichaam het vergankelijk leven op aarde heeft aangevat. De kinderziel ontvangt dus bij haar Doopsel de sleutel tot het Ware Leven. Wij zouden kunnen zeggen dat het Doopsel in de ziel het teken van het Kruis der Verlossing brandt, als tegenhanger voor het brandmerk van de erfzonde. De ziel moet door haar levenswandel bepalen aan welk van de beide merktekens zij het meeste voedsel zal geven: zal zij zich door het merkteken van het kwaad laten verzieken (en eventueel doden), of het merkteken van het Kruis in zich zodanig doen stralen dat voor haar de weg van de heiligheid ontsloten wordt? Het merkteken van het kwaad verwijdert de ziel van het ware Leven, het Licht, de Liefde. De ziel wordt vanaf de prille kinderjaren op talloze wijzen aangevallen en gewond door de meest uiteenlopende invloeden vanuit de wereld, die niet de Weg van Christus volgt maar de weg van het verderf. Zolang de jonge ziel trouw blijft aan het programma dat haar bij haar schepping is ingeprent, leeft zij in het Licht. Dit komt tot uiting door de kinderlijke onschuld (een natuurlijke neiging om in de deugd te blijven), die in de eerste plaats merkbaar wordt door de vreugde en blijheid die kenmerkend is voor kinderen die zich weten te verzetten tegen de bezoedelende invloeden om hen heen. De kinderlijke onschuld wordt bij de meeste mensen vroeg of laat gesloopt onder de last van de beproevingen van het leven: de ziel wordt omgevormd onder het kneedwerk van alles wat zij ziet, hoort, leest, ervaart en leert. Zij trekt conclusies die door wereldse opvattingen gekleurd zijn. Zij past zich aan “om er bij te horen”: zielen met een gedrag dat afwijkt van de norm, worden niet gemakkelijk aanvaard, en zijn daarom vaak geneigd om hun gedrag en opvattingen te veranderen, zelfs al betekenen die aanpassingen dat zij daardoor van Gods wegen afwijken. Zo stelt de ziel zich open voor de afwijking, de zonde. De overgang van de ziel uit het ware Leven naar het leven der wereld, voltrekt zich in twee fasen: ten eerste ondergaat zij de ziekmakende invloeden van een samenleving die steeds goddelozer wordt. De ziel moet dan een keuze maken: ofwel past zij zich hierbij aan door de gewoonten, gedragingen en normen van die samenleving aan te nemen en deze in zich te beleven, ofwel blijft zij haar oorspronkelijke heiligheid trouw door de weg van Christus te gaan. Het aanvaarden van de gewoonten en normen der wereld is de tweede fase: deze van de vrije keuze om niet meer Gods Werken te 2 doen doch de vergankelijke belangen van het aardse leven na te streven (geld, bezit, genot, macht, aanzien). In Stormschrift nr. 45 wees ik er reeds op dat de ziel die door de wereld aangevreten wordt, moet terugkeren naar haar oorspronkelijke wezen: de eenvoud van het kind zolang het in reinheid van hart, geest, lichaam en mond weet te leven. Die terugkeer kan op elk ogenblik, het is nooit te laat. Voor God maakt het een oneindig groot verschil of U die stap hebt gezet op de laatste dag van Uw leven, of hem nooit hebt gezet: in het eerste geval sterft U in het verlangen om opnieuw te worden zoals God U had bedoeld, maar in het tweede geval sterft U met een ziel die heeft volhard in de onverschilligheid en zich niet de moeite heeft getroost om zich te bevrijden van het slijk van de wereldse invloeden. De terugkeer van de ziel naar haar oorspronkelijke toestand heet bekering, en deze kan om het even wanneer. Zij moet zich zelfs elke dag opnieuw voltrekken om in de ziel vaste grond te vinden die blijvende vruchten oplevert. Wat houdt de terugkeer van de ziel naar de toestand van onschuld in? Zij betekent, worden als een kind, denken en voelen als een kind. Zolang een kind de zuiverheid van hart en geest bewaart, is het eenvoudig, vertrouwt het in alles op zijn ouders, voelt het zich in harmonie met de schepping (dieren, planten, bloemen) en met God Zelf, en beleeft het de deugden als van nature. De mate waarin een kind die fase werkelijk beleeft, blijkt uit de gesteldheid van vrede, vreugde en blijmoedigheid. Blijmoedigheid is het vermogen om met een grote innerlijke vrede alles tegemoet te treden wat op Uw levenspad komt. Een kind in de fase van reinheid maakt zich geen zorgen, het voelt zich gedragen door krachtige 3 handen (deze van mensen in wie het vertrouwen stelt, maar nog meer - zij het soms onbewust - van God: niet zelden wordt in een kind nog een kern van diep religieus gevoel aangetroffen). Blijmoedigheid is het grootste eerbetoon, de grootste verheerlijking aan God. Leer U daarom opnieuw te verheugen over de schoonheden van de natuur en over andere dingen om U heen die geen rechtstreekse materiële waarde hebben voor Uw leven. Inderdaad: de volwassene verheugt zich vaak nog slechts over dingen die hem materieel voordeel kunnen opleveren. Hoe vergankelijk toch is deze rijkdom, want hij die zich verheugt over zijn rijke oogst aan vruchten der aarde, kan nog hetzelfde uur voor Gods Aanschijn worden teruggeroepen. Een kinderhart verheugt zich over zovele dingen die onbenullig of gewoon lijken in de ogen van vele volwassenen maar die door de jonge ziel worden herkend als geschenken van God. Daarom is de blijmoedigheid een groot element van zuiverheid en vrede in het hart, en dus van overvloeiing van gevoelens (in wezen: van Liefde) tussen God en de ziel. De beïnvloeding door de dingen en belangen der wereld doodt de blijmoedigheid (en dus de stroming van Liefde tussen God en de ziel) in vele harten. Naar de gesteldheid van diepe vreugde en blijmoedigheid terugkeren, is de brug naar de zuivering van Uw hart en ziel. Deze terugkeer is pas mogelijk in de mate waarin U alle werelds denken, voelen en verlangen van U leert afschudden. Wanneer U daarin slaagt, ervaart Uw ziel een nieuwe gesteldheid die haar onbewust herinnert aan de toestand waarin God haar bij haar schepping had gebracht. Er is dan als het ware sprake van een wedergeboorte uit Gods Hart, een vernieuwing die gebaseerd is op een diepgaande reiniging, een hernieuwde zuiverheid door een 4 intenser en nauwer contact met de Drie-ene God via de diepste en heiligste emotie die door Zijn Hart is gemaakt: de Liefde. Beschouw het beeld van een sinaasappel aan een boom die beschenen wordt door de zon. De sinaasappel is hier zoals de ziel. Wanneer de ziel de wereld te zeer koestert, wordt haar schil (alles wat haar zachte binnenste bedekt) steeds dikker, ten koste van het vruchtvlees. Hierdoor wordt het steeds minder mogelijk dat de schil nog de warmte van de zonnestralen (de ingevingen van de Heilige Geest) doorgeeft aan het vruchtvlees. Hoe kan deze toestand verholpen worden? Door de ballast van het werelds denken en verlangen van zich af te werpen. De schil wordt dan niet meer gevoed, en wordt dunner, en de stralen van Gods Geest dringen opnieuw beter door tot het vruchtvlees. Wie zijn ziel wil terugbrengen naar de staat van het kindschap, moet zijn hart openen voor datgene wat werkelijk telt: de behoeften van de ziel. U bent niet in de wereld gezonden om de vergankelijke dingen van het aardse leven na te streven als een doel op zich. Zodra U dat begrepen hebt, begint de schil van wereldse beïnvloeding af te brokkelen en zult U zich steeds vrijer voelen. Naarmate Uw hart hierdoor lichter wordt, ondergaat het steeds méér de invloeden van de heiliging die God als een nieuwe mantel om U heen legt. De schil van de wereld is als een dikke mantel die een schijnwarmte, een schijngeborgenheid verleent, maar die Uw ziel verstikt en haar belet om Gods geur in te ademen. De mantel der heiligheid daarentegen, is licht, en voedt de ziel met alles wat uit Gods Hart komt. Hoe kunt U de blijmoedigheid in Uw ziel vestigen? 5 In wezen moeten hiertoe drie voorwaarden vervuld worden: 1. U moet Uzelf heel bewust voor ogen houden dat dit leven slechts een voorbereiding is op het ware Leven dat erna komt. Het leven op aarde is geen doel op zich, en mag nooit als zodanig beschouwd en beleefd worden. Indien U dat tóch doet, zult U gemakkelijk overrompeld worden door de vele beproevingen van elke dag. 2. U moet Uzelf aanwennen om alles wat Uw levenspad kruist, zowel het aangename als het minder aangename, toe te wijden aan Maria. Zij maakt van alles een waardevolle bron van heil voor de zielen, ook voor Uw eigen ziel. Zo gaat niets verloren en heeft ook al het negatieve een groot nut. U hiervan bewust te worden, zal automatisch de deur openen naar een grotere blijmoedigheid. 3. U moet zich bewust worden van de verlossende waarde van blijmoedigheid en van het feit dat deze gesteldheid de basis vormt van het ware geluk op aarde. Het ware geluk kan reeds in hoge mate ervaren worden door het hart dat door de blijmoedigheid waarlijk in verbinding met God leeft. Blijmoedigheid legt als het ware om Uw ziel heen een geurige wolk van bescherming tegen de zonde, want zij houdt het hart met God verbonden en verhindert dat onvrede zich in het hart zou vastnestelen. Het is de onvrede in het hart die de deur openstelt naar kritiekzucht, onverdraagzaamheid, bitterheid, opvliegendheid, ongeduld, ontevredenheid over alles en iedereen (ook over zichzelf), sarcasme, onvriendelijkheid en alle mogelijke tekortkomingen in de naastenliefde, maar ook naar zelfvernietigende gesteldheden zoals 6 aanhoudende droefgeestigheid, afkeer van zichzelf, agressiviteit door onvrede... Al deze ondeugden en negatieve gesteldheden zijn in hoge mate uitingen van onvrede in het hart, en veroorzaken op hun beurt nog méér onvrede en gebrek aan blijmoedigheid. Al deze uitingen maken duidelijk wat er gebeurt in een ziel die de voeling met God verliest: zij verliest de blijmoedigheid en vervalt spoedig in een reeks ondeugden, met als gevolg dat zij geen geluk, vrede of vreugde meer vindt en het leven als zinloos begint te beschouwen. Blijmoedigheid brengt in het hart een frisheid en een energie die Uw hele leven laat doorstromen met nieuw leven. Dat is in wezen wat wij “levenslust” noemen. In die zin ervaart de blijmoedige ziel het leven als een zichzelf steeds herhalende wedergeboorte, alsof elke nieuwe dag, zelfs elke nieuwe ervaring, een totaal nieuw leven opent. Dat komt doordat de blijmoedigheid het hart onophoudelijk reinigt van alle ballast van het leven. Hierdoor kan de blijmoedige ziel het gevoel krijgen dat zij volkomen ontledigd is van alle negatieve, pijnlijke, kwellende en kwetsende ervaringen en herinneringen uit het verleden. Wie weinig blijmoedigheid ervaart, gaat snel gebukt onder de last van alles wat hij met zich blijft meedragen, en slaagt er niet in om alles te relativeren, met andere woorden: hij neigt ertoe, alles op te blazen en tegenslagen en beproevingen een veel groter belang toe te dichten dan zij in werkelijkheid hebben. De ontlediging van alle onaangename en drukkende ervaringen en herinneringen schept in de ziel de lichtheid die de ware basis vormt voor de vlucht naar de heiligheid. De heiligheid is de ware vrijheid en het ware leven in en met God. De weg naar dit ware leven, dat reeds hier op aarde in de ziel gevestigd moet worden, is de heiliging, die beschouwd mag worden als een 7 wedergeboorte die gegrondvest is op de volhardende bekering na elke fout of zonde. De steeds herhaalde bekering (het zich-afkeren-van-het-kwaad) is dus noodzakelijk voor de wedergeboorte tot het ware leven voor het Eeuwig Rijk. Ik heb U aangetoond welke onovertroffen rol de blijmoedigheid hierbij speelt. De blijmoedige ziel is als een zonnestraal voor haar omgeving. Zij verwarmt harten en verlicht geesten. Net als de zon brengt zij vruchtbaarheid en leven in de schepselen, want zoals zij zichzelf voortdurend reinigt, zo reinigt zij eveneens haar medemens door de macht van haar uitstraling. In elke medemens van goede wil wekt de blijmoedige ziel de Liefde tot leven. Aangezien de Liefde de scheppende, verlossende, heiligende en sturende kracht is van alles wat leeft, mag de blijmoedigheid worden beschouwd als de grootste bron van verheerlijking en aanbidding van God, als een heilige bron van bevrijding voor de lijdende mensheid, en als een geestelijk doopsel dat de ziel klaarmaakt voor haar intrede in het Rijk Gods. Als christen bent U geroepen om het Rijk van Christus op aarde voor te bereiden. U kunt dit slechts volbrengen door zielen te bevruchten met het ware leven. Uw medemens het ware leven mededelen, kunt U slechts in de mate waarin U dit leven zelf in U draagt. Blijmoedigheid kan de kwijnende ziel tot leven wekken omdat zij haar opnieuw in aanraking brengt met Hem die de oorsprong van alle leven is. In Voluntate Dei, Uw “Myriam” Apostolat; Postfach 50 15 59; D-50975 Köln, e-mail: [email protected] www.myriam-van-nazareth.net 8