Samen Leren Inhoud Geven in kaart brengen van de HUIDIGE situatie MET oplossingsgericht werken Met behulp van het ontwikkelmodel Samen Leren Inhoud Geven, kunnen schoolorganisaties zich verder ontwikkelen als lerende organisaties. Als start brengen scholen hun huidige situatie in kaart aan de hand van het model. Door dat op een oplossingsgerichte manier te doen, leert de school haar sterke kanten kennen, wordt de “tacit knowledge” (onbewuste kennis) aangeboord en wordt er energie tot ontwikkeling gemobiliseerd. Scholen maken hun eigen keuzes voor schoolontwikkeling op grond van hun huidige situatie en hun ambities. Het is van belang dat scholen weten wat al goed loopt in de school en waar hun krachtbronnen liggen om tot verbetering te komen. Stappenplan Schoolbesturen en scholen kunnen dit stappenplan gebruiken om te reflecteren op waar zij staan in de ontwikkeling naar een lerende organisatie met oplossingsgericht werken. Het bespreken van de huidige situatie gebeurt op zo’n manier dat er een aanzet wordt gedaan om tot verandering te komen, en de betrokkenheid van de school én het team vergroot wordt. FASE 1 OPLOSSINGSGERICHT WERKEN MET HET ONTWIKKELMODEL DIRECTEUREN LEREN DE AANPAK DOOR TE ERVAREN Doelen: Zicht krijgen op eigen krachtbronnen en de motor tot verandering in de school; Zicht krijgen op startsituatie: Wat is al wel aanwezig? Wat gaat er goed? Energie mobiliseren om tot oplossingen en ontwikkeling te komen door scholen te laten ervaren dat zij zelf in staat zijn om dat te doen; Keuzes maken. Gespreksleiding: Expert School aan Zet en/of de bestuurder met schooldirecteuren Deelnemers:Schooldirecteuren Opzet: Gezamenlijke sessie met 4-6 directeuren Duur: Afhankelijk van het aantal deelnemers: 2-3 uur Voorbereiding: Stuur vooraf de brochure “Toekomstgericht onderwijs” Nodig: Flipover of digibord/beamer, eventueel jaarplannen scholen Stap 1: toelichting ontwikkelmodel en werkwijze • • • • De gespreksleider licht het ontwikkelmodel Samen Leren Inhoud Geven toe. Onder andere ontwikkelingen in het primair onderwijs, de lerende organisatie en het doel van het model. De gespreksleider legt de kracht en werkwijze van oplossingsgericht werken uit. Dit is op zoek gaan naar krachtbronnen, uitgaan van wat er wel is, niet oordelen, veel vragen stellen en complimenteren. De techniek van oplossingsgericht vragen komt expliciet aan de orde. De gespreksleider licht de werkwijze toe: directeuren brengen hun school in kaart en leren tegelijkertijd om dat op een oplossingsgerichte manier te doen, zodat zij dit met het team in hun eigen school kunnen toepassen. De gespreksleider licht de vijf aspecten van het model toel aan de hand van ‘vragen die scholen zich zouden kunnen stellen’ en ‘voorbeelden’ (bijlage A). Stap 2: in kaart brengen van de startsituatie; wat is al aanwezig in de school? Per aspect wordt de huidige situatie in kaart gebracht en worden de vragen doorgenomen. Dit kan per school, waarbij deelnemers worden gestimuleerd om elkaar te bevragen op oplossingsgerichte wijze. • Licht het aspect ‘koers’ toe. Voorbeeldvragen hierbij zijn: “Waar denken we aan bij het aspect ‘koers’?”, “Welke vragen zou de school zich kunnen stellen?”. •Vraag aan de deelnemers: “Op een schaal van 1-10 waarbij 1 betekent ‘er is niks geregeld’ en 10 ‘het is volledig zoals je zou willen’, waar staat jouw school?” •Laat de deelnemers hun score opschrijven. De gespreksleider en de deelnemers geven geen oordeel, maar alleen positieve reacties op de score. •Voorbeeld: “Een (getal) mooi, wat maakt dat je (getal) kiest, wat is er al wel, wat gaat goed, waar ben je tevreden over?”. •Vraag door totdat het helder, concreet en zichtbaar is. Voorbeeldvragen hierbij zijn: “Er wordt doelgericht gewerkt, waar merk je dat aan? Wat is het effect? Wie doet wat?”. •Noteert op een flipover of digibord ‘wat er al is’ en vraag vervolgens verder door wat er nog meer is. De gespreksleider en deelnemers vragen net zolang door tot de geïnterviewde aangeeft dat het compleet is. •Vraag vervolgens: “Hoe hebben jullie dat voor elkaar gekregen? Wat hielp? Wat werkte goed?”. Noteer dat ook op de flipover of het digibord. • Herhaal bovenstaande stappen voor de andere vier aspecten. Stap 3: ambities en gewenste resultaten vaststellen De deelnemers maken een keuze over welke aspecten ze willen aanpakken, hoe dat zou kunnen en welke krachtbronnen de eigen school kan gebruiken. • Kijkend naar de vijf aspecten en de dingen die al aanwezig zijn in de school, welke aspecten wil de school verder ontwikkelen de komende tijd? Kies bij voorkeur een of twee aspecten om aan te werken. • Stel per aspect de volgende vragen: “Waar zou de school over een à twee jaar willen staan op het gekozen aspect?”, “Wat is er dan anders dan nu?”, “Wat zouden de leerlingen, de leerkrachten, de ouders en de school ervan merken?” en “Hoe weet je dat het gewenste resultaat behaald is?”. Noteer de antwoorden op flipover of digibord. • Krachtbronnen in de school herkennen en gebruiken. Voorbeeldvragen hierbij zijn: “Waar of op welke momenten is de gewenste situatie al een beetje aanwezig?”, “Waar nog meer?”, “Wat geeft je vertrouwen dat de gewenste situatie bereikt kan worden?”. Noteer de antwoorden op een flipover of digibord. • Wat is de volgende (kleine) stap die de school gaat zetten. Voorbeeldvragen hierbij zijn: “Wat is de eerste stap die je nu wil zetten?”, “Waaraan ga je merken dat er verandering is?”, “Wat gaat jullie helpen om verder te komen?”. Noteer de antwoorden op een flipover of digibord. Stap 4: de aanpak (door directeur) in het schoolteam bespreken Directeuren kunnen deze werkwijze ook met hun team gebruiken. Door dezelfde sessie met het team te doen, wordt het team betrokken en wordt gebruik gemaakt van de aanwezige krachtbronnen in de school. Zo wordt er energie voor ontwikkeling gemobiliseerd. • De gespreksleider bespreekt de essentie van oplossingsgericht werken en vraagt de directeuren te benoemen wat er sterk aan is en hoe het werkt (zij hebben het immers net ervaren). Denk daarbij aan: niet oordelen, benadrukken wat er wel is, complimenteren, de kracht van oplossingsgericht vragen stellen, krachtbronnen aanboren, het belang van heel precies doorvragen, etc. • De gespreksleider loopt de aanpak en volgorde van een sessie (zie stap 1, 2 en 3) met het schoolteam door en noteert de belangrijkste conclusies. • De gespreksleider geeft aan waar de directeuren ondersteuning kunnen vragen. Directeuren kunnen de sessie ook met hun team en samen met een mededirecteur uitvoeren. Zo kunnen zij van en met elkaar leren. • De gespreksleider gaat na of er nog vragen zijn. • Er worden afspraken gemaakt over hoe en wat er wordt teruggekoppeld aan het schoolbestuur. FASE 2 SAMEN LEREN INHOUD GEVEN MET HET TEAM DIRECTEUREN PASSEN OPLOSSINGSGERICHT WERKEN TOE Doelen: Zicht krijgen op eigen krachtbronnen en de motor tot verandering in de school; Zicht krijgen op startsituatie. Wat is al wel aanwezig? Wat gaat er goed? Energie mobiliseren om tot oplossingen en ontwikkeling te komen door het team te laten ervaren dat zij zelf in staat zijn om dat te doen; Keuzes maken. Gespreksleiding: De schooldirecteur en/of expert School aan Zet met team Deelnemers:Schoolteam Opzet: Gezamenlijke sessie met alle teamleden Duur: 2-3 uur Voorbereiding: Geef teamleden vooraf de brochure ‘Toekomstgericht onderwijs’, deel de agenda met de stappen voor de bijeenkomst uit Nodig: Flipover of digibord/beamer, eventueel het jaarplan Stap 1: toelichting ontwikkelmodel en werkwijze De gespreksleider licht het ontwikkelmodel Samen Leren Inhoud Geven toe. Onder andere ontwikkelingen in het primair onderwijs, de lerende organisatie en het doel van het model. De gespreksleider legt de kracht en werkwijze van oplossingsgericht werken uit. Dit is op zoek gaan naar krachtbronnen, uitgaan van wat er wel is, niet oordelen, veel vragen stellen en complimenteren. De techniek van oplossingsgericht vragen komt expliciet aan de orde. De gespreksleider licht de werkwijze toe: directeuren brengen hun school in kaart en leren tegelijkertijd om dat op een oplossingsgerichte manier te doen, zodat zij dit met het team in hun eigen school kunnen toepassen. De gespreksleider licht de vijf aspecten van het model toel aan de hand van ‘vragen die scholen zich zouden kunnen stellen’ en ‘voorbeelden’ (bijlage A). Stap 2: in kaart brengen van de startsituatie; wat is al aanwezig in de school? Per aspect wordt de huidige situatie in kaart gebracht en worden de vragen doorgenomen. Dit kan per school, waarbij deelnemers worden gestimuleerd om elkaar te bevragen op oplossingsgerichte wijze. • Licht het aspect ‘koers’ toe. Voorbeeldvragen hierbij zijn: “Waar denken we aan bij het aspect ‘koers’?”, “Welke vragen zou de school zich kunnen stellen?”. •Vraag aan de deelnemers: “Op een schaal van 1-10 waarbij 1 betekent ‘er is niks geregeld’ en 10 ‘het is volledig zoals je zou willen’, waar staat jouw school?” •Laat de deelnemers hun score opschrijven. De gespreksleider en de deelnemers geven geen oordeel, maar alleen positieve reacties op de score. Voorbeeld: “Een (getal) mooi, wat maakt dat je (getal) kiest, wat is er al wel, wat gaat goed, waar ben je tevreden over?”. •Vraag door totdat het helder, concreet en zichtbaar is. Voorbeeldvragen hierbij zijn: “Er wordt doelgericht gewerkt, waar merk je dat aan? Wat is het effect? Wie doet wat?”. •Noteert op een flipover of digibord ‘wat er al is’ en vraag vervolgens verder door wat er nog meer is. De gespreksleider en deelnemers vragen net zolang door tot de geïnterviewde aangeeft dat het compleet is. •Vraag vervolgens: “Hoe hebben jullie dat voor elkaar gekregen? Wat hielp? Wat werkte goed?”. Noteer dat ook op de flipover of het digibord. • Herhaal bovenstaande stappen voor de andere vier aspecten. Stap 3: ambities en gewenste resultaten vaststellen De gespreksleider doorloopt dezelfde stappen (stap 1 en 2 hierboven) met het team als in de sessie met het bestuur en schooldirecteuren. Nu gaat het om één school, dus alle deelnemers zijn betrokken bij deze school. Afhankelijk van de grootte van het team kan ervoor gekozen worden plenair te werken of steeds onderdelen in groepjes voor te bespreken en dan plenair te bespreken. Laat de groepen hun bevindingen dan op een flipover of in een PowerPointpresentatie zetten. Het is belangrijk om veel vragen te stellen, regelmatig te complimenteren en niet te oordelen. Laat de teamleden ervaren wat er al is, waar hun krachtbronnen liggen en wat zij zelf kunnen ontwikkelen. Stap 4: vervolg • • De gespreksleider geeft aan hoe er verslag wordt gemaakt van de startsituatie en de krachtbronnen van de school. De gespreksleider bespreekt met het team op welke wijze het traject vervolgd wordt. Wanneer de definitieve keuzes worden gemaakt, wie het uiteindelijke plan van aanpak daarvoor maakt en hoe daarover verslag wordt gedaan. toelichting oplossingsgericht werken De aanpak die hier beschreven wordt is gebaseerd op oplossingsgericht werken. Dat betekent dat het noodzakelijk is dat de gespreksleider de oplossingsgerichte aanpak gebruikt en toepast. Drie principes van oplossingsgericht werken zijn: • Als iets werkt, doe er meer van; • Als iets werkt, leer het van (aan) een ander; • Als iets niet werkt, kies voor een andere aanpak. Oplossingsgericht werken gaat ervan uit dat we mensen in een stemming moeten brengen om toegang te kunnen krijgen tot hun eigen oplossingen. We gaan dus op zoek naar de krachtbronnen die in de school aanwezig zijn: wat werkt al wel? Wat gaat er goed? Waar zijn we tevreden over? Een belangrijk onderdeel van oplossingsgericht werken is veel complimenteren. Leg de nadruk op wat goed gaat, geef daar positieve waardering op en vraag dan door: 1.Luister 2. Geef waardering/erkenning 3. Bouw erop verder De essentie van oplossingsgericht werken is mensen bewust maken van hun eigen kracht en mogelijkheden. Dat gebeurt door te vragen hoe zij in het verleden een ontwikkeling tot stand hebben gebracht. Door dat te vertellen geven ze ook een compliment aan zichzelf en ontstaat vertrouwen in het eigen kunnen. De rol van de gesprekleider Belangrijk is dat de gespreksleider een positieve benadering kiest en geen oordeel velt over de school: zij geven aan of ze vinden dat iets goed gaat of juist beter zou moeten. Geef dus veel erkenning en complimenten en vraag goed door. • Voorbeeldvragen zijn: “Waaraan merkt je dat iets goed gaat?”, “Welk effect zie je?”, “Hoe hebben jullie dat voor elkaar gekregen?”, “Wat werkte goed?”. Hetzelfde geldt voor wat men verder wil ontwikkelen. Geef complimenten en vraag door. • Voorbeeldvragen zijn: “Wat wil je veranderen?”, “Wat ga je ervan merken als het veranderd is?”, “Wat gaat het de leerlingen opleveren?”, “Is er nu al iets merkbaar van de veranderingen?”. Voor wie meer wil weten • • • Google op oplossingsgericht werken of solution focused Bekende auteurs / trainers zijn: Louis Cauffman of Coert Visser Kijk op de site van NOAM: hier vind je onder andere een nieuwsbrief over Oplossingsgericht werken BIJLAGE A Aspect Vragen die scholen zich kunnen stellen Wat zie je al? (Voorbeelden) Koers • Hoe ziet de gezamenlijke missie en visie eruit? • Vastgestelde missie en visie • Vanuit welke gezamenlijke waarden werkt de • De waarden van de school/het bestuur zijn Doelen zijn doorleefd en zichtbaar in het handelen in de klas bepaald en vertaald in concreet gewenst school? • gedrag Zijn de waarden vertaald in concrete gedragsverwachtingen op niveaus van personeelsleden • Er is een strategisch beleidsplan en leerlingen? • Up-to-date schoolplan • Zijn de waarden zichtbaar? • Een door iedereen gedragen jaarplan en jaar- • Zijn de doelen van de organisatie bij iedereen planning doorleefd? • Populatie school ligt vast in een “schoolfoto” • Zijn de doelen zichtbaar? • Up-to-date schoolgids • Welke onderwijsbehoeften hebben de leerlin- • Een duidelijke overleg/besluitvormingsstructuur binnen de school/het bestuur gen? Hoe stemt de school het (leerstof)aanbod • daarop af? • Structurele samenwerking (G)MR Hoe legt de school de kernmerken van de • Betrokken MR/ klankbordgroep / ouderkamer schoolpopulatie vast? • Hoe betrekt de school personeel, ouders en leerlingen? • Hoe wordt personeel betrokken bij het schrijven van schoolplan en jaarplan? Gebruik van data en feedback Evaluatieve cyclus op leerling, klas en schoolniveau • Welke data zijn er en welke worden gebruikt? • Er wordt gewerkt met een managementreview • Hoe zijn de resultaten van de school(analyse)? • Er is een LVS Waaraan kan je dat zien? • Er wordt gewerkt met analyseformulieren voor • doel? Wat moet dat opleveren? En voor wie • • Zijn de data voor iedereen toegankelijk? • Inspectieverslagen gebruikt als input Maakt iedereen gebruik van data? • VO-informatie wordt gebruikt (evenals • Er is een kwaliteitssysteem aanwezig Betrokken MR/ klankbordgroep / betrokkenen? ouderkamer Hoe zijn de gesprekken m.b.t. data binnen de organisatie geregeld? Verlopen deze gesprekken naar tevredenheid? • Is er een evaluatieve cyclus op leerling, klas en schoolniveau? Worden ouder betrokken bij het optimaliseren van de resultaten? • • Hoe maakt de school de data zichtbaar voor • • digitaal leerlingdossier /informatie PSZ/KDV) Hoe informeert de school anderen (intern/ extern)? • Tevredenheidsonderzoeken voor ouders en leerlingen. moet het wat opleveren? • Team gebruikt data als directe feedback op hun handelen methode(on)gebonden toetsen Wat wil de school gaan ontwikkelen? Met welk Neemt de school besluiten op grond van data, wetenschappelijke inzichten en ervaringen (i.p.v. meningen)? Aspect Vragen die scholen zich kunnen stellen Wat zie je al? (Voorbeelden) Lerende professional Houdt de organisatie zich bezig met vragen als: • Leerkrachten houden hun vak bij, ontwikkelen • zich voortdurend, zijn op de hoogte van rele- Iedereen is een lerende professional en teamleden voelen zich eigenaar van het ontwikkelen van persoonlijk meesterschap • Welke competenties heb ik? vante ontwikkelingen voldoen aan standaard • Wat heb ik nodig om (toekomstige) taken op voor het vak Leerkrachten gebruiken nieuwe een professionele wijze uit te voeren? kennis en gegevens over opbrengsten om van te leren en hun onderwijs verder te verbeteren • Hoe leer ik dat het beste? • Hoe organiseer ik dat? • Leerkrachten volgen scholing / studie • Wat is mijn ontwikkelingsplan? • Leerkrachten specialiseren zich taal / • Wat is mijn voortgang? • Hoe deel ik mijn inzichten met anderen (intern/ • Leerkrachten solliciteren op LB functies extern)? • Er is een duidelijk personeelsbeleid: werving, • rekenen / gedrag / HB selectie, inwerkprogramma, gesprekcyclus, Hoe verbinden we theorie met de praktijk? (er is een verschil tussen veel weten over boeiend • loopbaanbeleid onderwijs en boeiend onderwijs kunnen geven) Samen leren in • Wie uit het team probeert iets uit? • Er zijn intervisiegroepen het team • Hoe ziet dat samen leren eruit? • Er vindt collegiale consultatie plaats Team leert • Wie zijn de voorhoede wat betreft samen leren? • Team evalueert resultaten en stelt de doelen / zichtbaar met • Hoe informeren collega’s elkaar? een focus op • Hoe nemen we beslissingen? het verbeteren • Praten we er samen over hoe het gaat? Wat normen bij • Leerkrachten werken en ontwikkelen samen nieuwe methodieken leren we ervan? Wat blijkt te werken? • (Bouw)vergaderingen gaan over onderwijs • Welke knelpunten ervaren we? • Sterke en zwakke scholen met elkaar • Welke ideeën zijn er (al uitgewerkt) om samen van onderwijs verbinden leren vorm te geven? • Schoolleiders die elkaar helpen • Welke ondersteuning is er? • De school is een opleidingsschool • Worden tijdens vergaderingen inhoudelijke • Organiseren van netwerken en gezamenlijke scholing zaken zoals resultaten van toetsen besproken? Georganiseerd leiderschap • Is de schoolleider bezig met push en pull: inspi- • uitspreken? Er is gezamenlijke • Focussen op een doel én voldoende flexibel verantwoorde- • Een besef van urgentie én geduld hebben lijkheid • Krachtig, volhardend, bescheiden en open voor de school- • Stimuleert de schoolleider op individueel en op • • Het schoolteam betrekt externen bij schoolactiviteiten/schoolontwikkeling • Kwaliteit van leerkrachten worden ingezet binnen de school (expertises) • IB/bouw/schoolniveau het samen leren? ontwikkeling Schoolleider werkt aan samenwerken op schoolniveau en bovenschools niveau reren, zorgzaam zijn én hoge verwachtingen Kwaliteiten en leervragen van teamleden zijn in kaart gebracht Betrekt de schoolleider de ouders en leerlingen bij het samen leren? • Maakt de schoolleider gebruik van de expertise/ kwaliteiten binnen het team? • Geeft de schoolleider de teamleden verantwoordelijkheid bij ontwikkelingen binnen de school? Colofon Deze handleiding is samengesteld door Berndine de Wolf en Elwine Walraven en een uitgave van School aan Zet. Voor vragen over de handleiding kunt u contact opnemen met School aan Zet: [email protected] / 070-3119719. © Buiten het downloaden zijn alle rechten op dit product voorbehouden aan: School aan Zet Postbus 556, 2501 CN Den Haag e-mail: [email protected] School aan Zet wordt uitgevoerd in opdracht van het Ministerie van OCW en de PO-raad