OBS Harlekijn Schoolgids deel A 2015 / 2019 Bijlage 1 vakgebieden, methodenlijst Kleuterplein groep 0-1-2 Kleuterplein, is een geïntegreerde methode voor de groepen 0, 1 en 2. Met deze lesmethode ontdekken en ervaren kleuters de wereld om hen heen. Spelenderwijs komen de belangrijkste ontwikkelingsgebieden voor kleuters aan bod met de bijbehorende tussendoelen. Doelgericht wordt er gewerkt aan de tussendoelen van beginnende gecijferdheid en beginnende geletterdheid. Kleuterplein is meer dan alleen taal en rekenen. Ook aan motoriek, wereldoriëntatie, muziek, coöperatief leren, voorbereidend schrijven en de sociaal-emotionele ontwikkeling wordt spelenderwijs, maar gericht gewerkt. In een kleutergroep zijn er verschillen tussen wat kinderen kunnen en weten. Ook de woordenschat en het taalniveau zullen per kind variëren. Daarom heeft Kleuterplein veel mogelijkheden om te differentiëren. De leerkracht kan alle activiteiten met een ‘stapje naar boven’ of ‘stapje naar beneden’ afstemmen op de behoeften van de leerlingen. Bovendien zijn er in elk thema enkele keuzeactiviteiten speciaal voor groep 1 of groep 2. Ook voor de woordenschat kan er gedifferentieerd worden op twee niveaus; de basiswoorden en de uitbreidingswoorden. Kleuterplein biedt, verdeeld over 16 aantrekkelijke thema’s, een doorgaande lijn naar alle vakken en methodes van groep 3. Schrijfdans groep 2 Leren schrijven met Schrijfdans is vanuit je natuurlijke bewegingen in de ruimte je eigen zwaai en draai vinden op het schrijfoppervlak, daarna je eigen vorm. Schrijven, schrijftekenen of –voor de allerjongsten– schrijbelen wordt begeleid door muziek. In het speel- of gymlokaal of aan de tafel. In de lucht, op het bord en op papier. Schrijfdans is speciaal ontwikkeld om de schriftelijke expressie op een creatieve wijze te doen ontplooien. Ieder op zijn eigen manier. Bij Schrijfdans wordt het schrijven veel ruimer opgevat dan alleen als het schrijven van letters en woorden met een pen op papier. Schrijven kunnen we ook met de armen in de lucht, of met de handen in een laagje scheerschuim. En wát we 'schrijven' hoeven niet per se letters te zijn. Met basisschrijfbewegingen als lussen of bogen kan er al begonnen worden voordat de kinderen aan letters toe zijn. Dat is precies wat erin Schrijfdans gebeurt: het grof-motorisch en met beide handen zelf ervaren van de basisbewegingen, ondersteund door muziek. 1 De Wereld in Getallen groep 3 – 8 Met deze rekenmethode leren de kinderen op De Harlekijn evenwichtig rekenen: de kinderen verwerven inzicht én oefenen hun vaardigheden. De lesstof wordt aangeboden op drie niveaus, zijnde minimumstof – basisstof - projectstof. De basisstof is de leerstof die de leerling moet beheersen voor een aansluiting bij de hogere vormen van onderwijs in het VO, denk hierbij aan HAVO/VWO. De minimumstof moet beheerst worden om een aansluiting op de lagere vormen van onderwijs in het VO mogelijk te maken, denk aan VMBO-basis / VMBO-kader. De projectlessen zijn anders van opzet. Hierbij gaat het meer om de inhoudelijke doelen die zowel voor het minimum-als voor het basisniveau gelden. Denken hierbij aan zaken als meten – tijd – geld. Vanaf de groepen 5, wordt de leerstof middels oefeningen op de tablet verwerkt. Snappet is de organisatie achter de tablets en zij hebben de lesstof van ‘De Wereld in Getallen’ aangepast, zodat zij op de tablet verwerkt kunnen worden. De leerkracht kan zo per les bekijken welk doel aan bod komt en welke leerlingen die goed of minder goed kennen. Op basis daarvan past de leerkracht zijn instructie aan op de leerlingen die dus voor dat doel in die les extra instructie nodig blijken te hebben. Tijdens de verwerking is er veel interactie door het uitwisselen van ideeën en oplossingsstrategieën. De Wereld in Getallen voldoet aan alle kerndoelen en tussendoelen en heeft doorlopende leerlijnen. Veilig Leren Lezen groep 3 Veilig leren lezen is een methode voor aanvankelijk lees- én taalonderwijs die een goede aansluiting op het onderwijs in groep 4 garandeert. Veilig leren lezen is een structuurmethode. Met zorgvuldig gekozen woorden wordt leerlingen de alfabetische structuur van ons spellingsysteem bijgebracht. Door deze ‘structureerwoorden’ te zien, te horen en uit te spreken, leren kinderen klanken en letters verbinden en deze vaardigheid ten slotte te automatiseren. Met Veilig leren lezen kunnen leerlingen al snel nieuwe woorden lezen met de letters die ze hebben geleerd. Verder is er veel aandacht voor het automatiseren van de letterkennis en het stimuleren van vloeiend lezen. Veilig leren lezen biedt concrete mogelijkheden en materialen om in te spelen op verschillen tussen leerlingen. Zo is er een maangroep voor kinderen die starten met het leesonderwijs, een stergroep voor kinderen die extra instructie nodig hebben en een zongroep voor kinderen die al vlot kunnen lezen. De bijbehorende differentiatiematerialen zorgen voor de juiste aanpak voor elke leerling. Veilig leren lezen is een multimediale methode. Naast kleurrijke leesboekjes, werkboekjes en andere materialen, biedt de methode ook digitale toepassingen. Met het computerprogramma Veilig leren lezen oefenen de leerlingen technisch lezen, spellen en begrijpend lezen. De Leerkrachtassistent Veilig leren lezen is software voor het digitale schoolbord waarmee worden op zeer efficiënte wijze instructie kan geven. Met de Toetssite Veilig leren lezen is de leesontwikkeling van de leerlingen nauwkeurig te volgen en te evalueren. Uniek aan de Toetssite is dat er adviezen worden verstrekt waarmee leesproblemen gericht en vroegtijdig kunnen worden aangepakt. 2 Veilig de wereld in groep 3 Veilig de wereld in bestaat uit twaalf wereldverkennende thema’s. Picto’s maken steeds duidelijk welk domein centraal staat: ruimte, tijd, natuur & techniek of mens & samenleving. Elk thema van Veilig de wereld bestaat uit een basisprogramma met twee lessen en doe-opdrachten. En die hebben allemaal een actieve insteek gekregen. Zo kunnen de kinderen klassikale onderzoekjes doen: van koekjes bakken tot magneten onderzoeken. Houden ze groepsgesprekken: ze bespreken een praatplaat. Of ze maken opdrachten in het werkboek: per les is er één werkblad. In de hoeken gaan de kinderen zelfstandig op onderzoek uit. Juist deze activiteiten maken Veilig de wereld in heel bijzonder. Veilig de wereld in voldoet aan de kerndoelen. Vier kennisgebieden bij elkaar, zonder afbreuk te doen aan kerndoelen en leerlijnen. Het volledige leergebied ‘oriëntatie op jezelf en de wereld’ komt in de methode terug. Daarmee voldoet Veilig de wereld in aan alle kerndoelen voor de domeinen tijd, ruimte, natuur & techniek en mens & samenleving in groep 3. Daarnaast besteedt Veilig de wereld in nadrukkelijk aandacht aan taal. Zwijsen werkt in Veilig de wereld doelgericht aan woordenschat. Veilig de wereld in stimuleert daarnaast het functioneel lezen & schrijven én de mondelinge communicatie. Leren door te doen en door te ervaren. Dat is de kracht van Veilig de Wereld in. Deze nieuwe methode voor wereldverkenning in groep 3, blijft dicht bij de belevingswereld van jonge kinderen. De kennisgebieden aardrijkskunde, geschiedenis en natuur & techniek komen er in samenhang in terug. Binnen een gestructureerde en uitdagende leeromgeving gaan kinderen actief aan de slag. Ze leren door te doen, onderzoeken en ervaren. In de klas, en daarbuiten. De activiteiten zijn verrassend leerzaam én haalbaar. Veilig de wereld in is een mooie, kleurrijke methode met praktische materialen. De methode sluit in thema’s en ook wat illustraties betreft aan bij Veilig leren lezen. Zelfs het bijtje komt terug! Alles-in-1 groep 4-5-6-7-8 Alles-in-1 is geschikt voor elke basisschool en flexibel georganiseerd (voor groep 4 t/m 8); Voor de groepen 4 bevat de methode jaarlijks 5 volledig uitgewerkte projecten met alle bijbehorende materialen. Tijdens de behandeling van de projecten komt de leerstof van alle vakken integraal aan bod, behalve rekenen, methodisch schrijven en gym. Bij de projecten is gekozen voor onderwerpen op het gebied van wereldoriëntatie, te weten aardrijkskunde, cultuur, geschiedenis, techniek en natuur. In alle onderdelen van de projecten komt deze wereldoriëntatie terug, zowel bij de start van de week waarbij het thema van de week wordt geïntroduceerd, de twee informatieve teksten, het verhaal en het gedicht, maar ook in de expressie vakken te weten muziek, beeldende vorming en drama. Elk project bevat lesstof voor 8 weken, die verdeeld is in deelthema’s van telkens twee weken. Elke week verloopt volgens een vaste structuur. 3 Binnen de lessen is er een afwisseling van activiteiten en werkvormen mogelijk, er kan klassikaal, individueel, in groepjes, maar ook schriftelijk, handelend of mondeling gewerkt worden, afhankelijk van de te behandelen lesstof. De lesstof wordt aangeboden op 3 niveaus waardoor er gedifferentieerd kan worden in tempo en niveau. Voor de groepen 5-8 omvat de methode 20 volledig uitgewerkte projecten, inclusief al het benodigde materiaal. Het gaat om integraal onderwijs; de leerstof van de vakken komt in samenhang aan bod. Elke activiteit staat in het teken van het thema van het project. Er kan op 6 niveaus (A t/m F) gewerkt worden. Daarnaast zijn er nog meer differentiatie mogelijkheden. Elk niveau is met en naast elkaar te gebruiken binnen één groep. In het kader van passend onderwijs biedt deze methode dus heel veel mogelijkheden. Elke groep behandelt vijf projecten per jaar. Ieder project, met uitzondering van het dierenproject, duurt vijf weken. Tijdens de projecten van Alles-in-1 worden alle vakken, behalve rekenen en gymnastiek, integraal en contextgebonden aangeboden. De redzaamheid, thema’s omvatten de vakken wereldverkenning incl. sociale Engels, verkeer, expressie; waaronder beeldende vorming, muziek en drama. Alles-Apart biedt een programma dat ingezet kan worden tijdens de overige vijftien schoolweken. In Alles-Apart is leerstof opgenomen die een aanvulling vormt op de projecten van Alles-in-1. Alles-Apart gebruiken is hiermee de methode voor spelling, grammatica en begrijpend lezen. Alles Apart groep 5-6-7-8 In tegenstelling tot de Alles-in-1 projecten wordt in Alles-Apart de lesstof systematisch en gevalsgebonden aangeboden. Dit geldt vooral voor spelling, grammatica en begrijpend lezen. Deze twee manieren van taalaanbod, namelijk contextgebonden en systematisch, vullen elkaar aan, waardoor een degelijke basis voor de taalvaardigheid gelegd wordt. Naast het aanbieden van taalonderwijs worden in Alles-Apart aanbevelingen gegeven t.a.v. het onderwijs in de kennisvakken (aardrijkskunde, geschiedenis, natuur en techniek, verkeer, mens en samenleving), schrijven, Engels en alle expressievakken. De leerstof in elke tussenweek heeft een vaste structuur en vormt een afgerond geheel. De school is hiermee in staat een eigen jaarplanning te maken. Pennenstreken groep 3-4-5-6 In groep 3 is Pennenstreken gekoppeld aan de leesmethode Veilig leren lezen (tweede maanversie). De kinderen schrijven de letters die ze in de leesles hebben leren lezen. Op deze manier ontwikkelen de leerlingen het technisch schrijven als een functionele vaardigheid. Ze brengen wat ze geleerd hebben meteen in de praktijk. In groep 3 en 4 werken de leerlingen aan het aanvankelijk schrijven. Hier staat het aanleren van de schrijfletters in kleine en hoofdletters centraal. Schrijven is vooral een motorische vaardigheid. Daarom geeft Pennenstreken niet alleen schrijfoefeningen, maar ook motorische activiteiten. 4 Die zijn vooral gericht op het bevorderen van de arm-, hand- en vingermotoriek. Pennenstreken besteedt in alle groepen aandacht aan een goede zit-schrijfhouding. Die draagt namelijk bij tot een beter schrijfresultaat en voorkomt problemen, zoals vermoeidheid, verkramping en concentratieverlies. Vooral komen zithouding, papierligging en potlood- of penhantering met vaste regelmaat aan bod. De Leerkrachtassistent ondersteunt hierbij met instructiefilmpjes en liedjes. Het methodeschrift van Pennenstreken is ontwikkeld voor zowel rechts- als linkshandigen. Met Pennenstreken kunnen leerlingen zelfstandig werken. Estafette Estafette groep 4 is de eerste methode voor technisch lezen volledig afgestemd op de nieuwe AVI-niveaus. Met passende, uitdagende teksten op elk niveau. Het beste van de tweede maanversie van Veilig leren lezen komt nu terug in deze methode voor voortgezet lezen. Nieuw zijn de uitgebreide leermaterialen voor groep 7 en 8. Voor een échte doorgaande lijn in technisch lezen. Dit om de leesvaardigheid te onderhouden én om de leesontwikkeling voort te zetten. Estafette Nieuw, compleet leesonderwijs op maat dat ook prioriteit geeft aan het plezier in lezen. Geen schoolse teksten, maar leuke teksten. Met: raadsels, gedichten, interviews, dialogen, recepten enz. Goed Gedaan! Deze methode groep 1 – 8 besteedt aandacht aan inzichten en vaardigheden voor goed (wereld)burgerschap. De methode geeft op een eigentijdse en positieve manier uitleg over gevoelens en gedrag. Goed gedaan! gebruikt preventieve methodes uit de professionele hulpverlening. Ingewikkelde inzichten zijn vertaald naar eenvoudige begrippen en concreet gedrag. Goed gedaan! is een methode voor de hele school. Er zijn 16 lessen per jaargroep, met dezelfde onderwerpen voor groep 1 t/m 8. De lessen zijn steeds afgestemd op de leeftijd van de kinderen. Schoolbreed worden dezelfde woorden en termen gebruikt. Daardoor kunnen er op het schoolplein eenduidige instructies gegeven worden bij plagerijen, ruzies en ander ongewenst gedrag. In de lessen werken de kinderen 8 schooljaren lang aan 12 sociaal-emotionele competenties. Elke competentie heeft zijn eigen leerpad met inzichten en vaardigheden. De kinderen werken in concrete stapjes, die centraal staan in alle activiteiten en opdrachten. Aan het begin van het jaar krijgen de ouders een brief met uitleg over Goed gedaan!. Daarnaast heeft elke thema een ouderbrief met informatie over de les en tips voor thuis. Daarop is ook de ‘zo-doen-we-dat-kaart’ afgedrukt. Goed gedaan! voldoet aan de kerndoelen sociaal-emotionele ontwikkeling. 5 Blits groep 7-8 Studievaardigheden worden voor kinderen steeds belangrijker. Informatie is overal te vinden, zeker op internet. Maar hoe zoek je gericht? En waar vind je de juiste informatie en hoe verwerk je die? Met Blits leren kinderen het lezen, begrijpen en verwerken van allerlei informatiebronnen, via de vier onderdelen van studievaardigheden: studieteksten; informatiebronnen; kaarten; schema’s, tabellen en grafieken. Kinderen kunnen elke les begeleid of zelfstandig in hun eigen tempo doornemen. De toetsen van Blits sluiten naadloos aan bij de toetsen van het Cito. Ze vormen dan ook een perfecte voorbereiding op de Cito-toetsen. Blits is getoetst en onderzocht door SLO. Blits biedt een programma van 1 les per week, voor groep 5 t/m 8. In totaal 32 lessen per leerjaar. De leerstof is verdeeld in 4 lesblokken van 8 lessen. Elk lesblok wordt afgesloten met een toets. De lessen van een lesblok zijn opgebouwd rond een thema, bijvoorbeeld: piraten, wintersport, de dierentuin, etc. OBS Harlekijn kiest ervoor om Blits in te zetten vanaf leerjaar 7. Hier ligt voornamelijk de nadruk op het studerend lezen. Vanwege het grote lesaanbod vindt OBS Harlekijn het aanbod dat door overige methoden wordt geboden m.b.t. tot begrijpend lezen t/m groep 6 voldoende. Blits vult aan vanaf leerjaar 7. Kind POP groep 7-8 Vanaf leerjaar 7 werken de kinderen met een Persoonlijk Ontwikkelingsplan. Enkele sleutelvragen zijn uitgangspunt voor een aanpak, die kinderen stimuleert na te denken over de eigen ontwikkeling en daar initiatieven in te nemen. De vragen aan de kinderen zijn: denk eens na over de laatste werkperiode en bedenk welke onderwerpen je moeilijk vond en misschien nog eens wilt oefenen. Welke onderwerpen had je sneller onder de knie en wat lijkt je leuk om nog eens te doen; denk eens na over onderwerpen die op school nog niet zo aan de orde zijn geweest en waar je graag iets meer van wilt weten (of die je graag wilt doen) of bedenk een onderwerp dat wel aan de orde is geweest maar waar je nog graag meer van wilt weten. Aan de hand van deze vragen kan een start worden gemaakt met het Persoonlijk Ontwikkelingsplan (POP) van het kind. De kinderen werken met een vast format. Het kind POP is een wekelijks onderdeel van het lesprogramma. Daarbij heeft een kind ook ruimte in de weektaak om te werken aan zijn/ haar eigen gestelde doelen. De leerkracht voert daarbij persoonlijke gesprekken met het kind. In dit gesprek wordt naast het algemeen welzijn ook gesproken over de gestelde doelen en de mate waarin en hoe deze zijn bereikt. Dit persoonlijk gesprek vindt 2-3 keer plaats per schooljaar. Leerkrachten bevorderen tijdens deze gesprekken de onderzoekende houding van kinderen door hen zelf op onderzoek uit te laten gaan. Hierin zijn de leerkrachten wel nog zoekende. Ook het meervoudige intelligentie- principe willen we hierin een prominente rol gaan laten spelen. 6 Rots en Water groep 1-8 Rots en Water is meer dan een anti-pestprogramma. OBS Harlekijn biedt de psychofysieke sociale competentietraining schoolbreed aan vanaf de kleuters tot aan de schoolverlaters en is vanaf schooljaar 2016-2017 een wekelijks terugkerend onderdeel op het lesprogramma. Het schooljaar 2015-2016 zal worden gebruikt voor implementatie van de opgedane kennis die alle teamleden hebben opgedaan tijdens een driedaagse cursus Rots en Water. Alle teamleden zijn gecertificeerd Rots en Watertrainer. In onze moderne, complexe maatschappij waar mensen dagelijks worden geconfronteerd met keuzes, voortdurend worden gebombardeerd met een stroom van informatie via televisie, internet, muziek, magazines, reclames etc. is het van groot belang dat een sterke identiteit wordt opgebouwd en goede sociale vaardigheden worden ontwikkeld. De school is het instituut waar kinderen veruit de meeste tijd doorbrengen en is daarom bij uitstek geschikt om kinderen bij te staan in hun sociaal-emotionele ontwikkeling. Steeds vaker blijkt dat het gezin in deze taak tekort schiet. Rots en Water wordt dan ook op vele scholen ingezet en veelvuldig toegepast binnen de jeugdhulpverlening. Rots en Water beweegt zich op het snijvlak van sociale vaardigheidstraining, sport en bewegingsonderwijs. Het kan beschouwd worden als een weerbaarheidsprogramma, maar dan een dat zich onderscheidt van andere programma's door zijn meervoudige doelstelling en het brede pedagogisch perspectief waarbinnen de training van weerbaarheid een wezenlijke, natuurlijke functie vervult. De ontwikkeling van de fysieke weerbaarheid is niet alleen doel op zich maar is vooral ook middel om mentale en sociale vaardigheden te ontwikkelen. Het mensbeeld dat in Rots en Water wordt geschetst omvat de sociale identiteit (Hoe gaan we met elkaar om?), de psychologische identiteit (wie ben ik ?) en de spirituele identiteit (Hoe zijn wij met elkaar verbonden?) Het programma bedient zich van een psycho-fysieke didaktiek hetgeen wil zeggen dat, startend vanuit een fysieke invalshoek, mentale en sociale vaardigheden worden aangereikt en verworven. Het programma is derhalve zeer fysiek en wordt ondersteund d.m.v. korte groepsgesprekken, waarin ruimte is voor zelfreflectie, en het maken van korte opdrachten. Vier rode draden Het Rots en Water programma kent 4 thema’s n.l. zelfbeheersing, zelfreflectie, zelfvertrouwen en specifiek voor meisjes is een vierde thema toegevoegd: in actie kunnen en durven komen. Deze thema’s worden in het programma door 4 rode draden met elkaar verbonden: 1) Het leren gronden (stevig en ontspannen staan), centreren (adem in de buik) en richten van de aandacht/focus.(uiterlijk focus, later transformerend naar een innerlijk doel) Het centrum (in Japan benoemd met hara, in China met tantien) wordt ervaren en ontwikkeld als een centrum van kracht en een centrum van rust. 7 Iemand die gecentreerd is en gegrond ervaart een stevige, fysieke basis die elke handeling, en het tot handelen overgaan, vergemakkelijkt. 2) De ontwikkeling van de gouden driehoek: lichaamsbewustzijn-emotioneel bewustzijn-zelfbewustzijn. Emoties drukken zich in het lichaam uit in de vorm van spierspanningen in samenspel met de werking van diverse hormonen. Zonder lichaam is er geen bewustzijn van emoties mogelijk. Zonder lichaamsbesef is er geen emotioneel besef en geen zelfbesef mogelijk. De ontwikkeling van meer lichaamsbewustzijn kan daarom leiden tot meer inzicht en ervaring van de eigen reactiepatronen, hetgeen een kans biedt tot verdieping van het emotioneel bewustzijn en zelfbewustzijn. Dit concept ligt in feite ten grondslag aan elke zelfverdedigingsport waar aandacht is voor de ontwikkeling van mentale kracht en innerlijke kracht. De ervaring van een kalme, sterke fysieke basis maakt het makkelijker om met anderen contact te maken, vast te houden aan een eigen standpunt, en gevoelens en emoties op beheerste manier tot uitdrukking te brengen. 3) De ontwikkeling van fysieke communicatievormen als basis voor de ontwikkeling van andere, meer verbaal georiënteerde, vormen van communicatie. In eerste instantie wordt ervaren dat het mogelijk is vast te houden aan een sterke, kalme basis 4) Het Rots & Waterconcept. De harde, onwrikbare rotshouding versus de beweeglijke, verbindende waterhouding. Dit concept kan op verschillende niveaus worden ontwikkeld en toegepast: op fysiek niveau en op mentaal- en sociaal niveau. Op fysiek niveau betekent dit dat een aanval gepareerd kan worden door hard aangespannen spieren (rots) maar vaak zelfs nog effectiever kan worden opgevangen door een beweeglijk meegaan met de energie van de aanvaller (wateraspect). Zo is het ook mogelijk binnen een gesprek te kiezen voor een rotsopstelling of een wateropstelling en ditzelfde geldt voor de manier waarop men relaties met anderen onderhoudt. Op spiritueel niveau tenslotte vallen de tegenstellingen tussen rots en water weg. Daar ontstaat het inzicht en ervaart men dat beide wegen en kwaliteiten, zowel de rots- als de waterkwaliteit, noodzakelijk zijn om tot zelfverwezenlijking te komen en dat mensen in diepste wezen met elkaar verbonden zijn en een gezamenlijke weg afleggen. Dit betekent dat het vasthouden aan een eigen mening, eigen gevoel, eigen richting wel degelijk grote positieve waarde kan hebben. Levenskunst is het vinden van een balans tussen rots- en waterkwaliteiten, tussen samengaan met anderen en het vinden van een eigen weg, vasthoudend aan eigen overtuigingen en gevoel. Bewegingsonderwijs groep 3-8 Er wordt gebruik gemaakt van de gym-methode Basislessen bewegingsonderwijs. De sterke kenmerken van de methode Basislessen bewegingsonderwijs zijn De methode kent een duidelijke beschrijving van methodieken. 8 De bewegingssituaties hebben een zodanige differentiatiegraad dat voor groep drie tot en met acht één beschrijving volstaat. Deze zijn beschreven in vier tot dertien niveaus van deelname. Een basisopstelling kan door alle groepen gebruikt worden en daarom de hele dag blijven staan. De methode kent een duidelijke beschrijving van de opbouw voor een les en voor een leerjaar. De beschrijvingen gaan meestal uit van het werken in drie groepen/ vakken in de gymzaal waardoor de kinderen intensief kunnen deelnemen (de groepen 3-4 werken in twee vakken). De bewegingssituaties zijn zodanig ontworpen dat kinderen er goed en veilig zelfstandig in kunnen bewegen. Er zijn duidelijk herkenbare rubrieken gemaakt voor methodieken, veiligheid en aanwijzingen. Er is bij verschillende bewegingssituaties aangegeven wat te doen met kinderen met een overgewicht. Er zitten verschillende lessen bewegen op muziek in de methode. Onderstaande methoden worden in de groepen gehanteerd Groep 1-2 Alle vakken worden middels thema’s geïntegreerd aangeboden: Kleuterplein Schrijven/Motorische ontwikkeling:Schrijfdans Lichamelijk oefening: Kleuterplein + Bewegingsonderwijs in het speellokaal Sociaal-emotionele vorming: Goed Gedaan + Rots en Water Groep 3 Technisch lezen, taal, begrijpen lezen, spelling: Wereldoriëntatie: Beeldende vakken, muziek, drama en dans: Rekenen: Schrijven: Lichamelijk oefening: Sociaal-emotionele vorming: Groep 4 Taal: Spelling: Begrijpend lezen: Rekenen: Wereldoriëntatie: Verkeer: Beeldende vorming: Muziek, drama en dans: Technisch Lezen: Schrijven: Lichamelijk oefening: Sociaal-emotionele vorming: Veilig Leren Lezen Veilig de wereld in Themagericht, zelf vormgegeven De Wereld in Getallen Pennenstreken Basislessen Bewegingsonderwijs + Raak Goed Gedaan + Rots en Water Alles-in-1 Alles-in-1 Alles-in-1 De Wereld in Getallen Alles-in-1 Alles-in-1 + Verkeerskrant Alles-in-1 Alles-in-1 Estafette lezen Pennenstreken Basislessen Bewegingsonderwijs + Raak Goed Gedaan + Rots en Water 9 Groep 5 Taal Spelling Technisch Lezen Begrijpend Lezen Rekenen: Schrijven: Verkeer: Lichamelijk oefening: Wereldoriëntatie: Muziek, Drama, Dans: Beeldende vorming: Sociaal-emotionele vorming: Groep 6 Taal Spelling Technisch Lezen Begrijpend Lezen Rekenen: Schrijven: Verkeer: Alles-in-1, Alles Apart Alles-in-1, Alles Apart Alles-in-1 Alles-in-1 en Nieuwsbegrip, Alles Apart De Wereld in Getallen Pennenstreken Krantje Veilig Verkeer Nederland (Op voeten en fietsen) Basislessen Bewegingsonderwijs Alles-in-1 Alles-in-1 Alles-in-1 Goed Gedaan + Rots en Water Lichamelijk oefening: Wereldoriëntatie: Muziek, Drama, Dans: Beeldende vorming: Sociaal-emotionele vorming: Alles-in-1, Alles Apart Alles-in-1, Alles Apart Estafette lezen Alles-in-1 en Nieuwsbegrip, Alles Apart De Wereld in Getallen Pennenstreken Krantje Veilig Verkeer Nederland (Op voeten en fietsen) Basislessen Bewegingsonderwijs + Raak Alles-in-1 Alles-in-1 Alles-in-1 Goed Gedaan + Rots en Water Groep 7 Taal Spelling Begrijpend Lezen Rekenen: Verkeer: Lichamelijk oefening: Wereldoriëntatie: Muziek, Drama, Dans: Beeldende vorming: Studievaardigheden: Sociaal-emotionele vorming: Alles-in-1, Alles Apart Alles-in-1, Alles Apart Alles-in-1 en Nieuwsbegrip De Wereld in Getallen Verkeerskrant Basislessen Bewegingsonderwijs Alles-in-1 Alles-in-1 Alles-in-1 Blits Goed Gedaan + Rots en Water Groep 8 Taal Spelling Begrijpend Lezen Rekenen: Lichamelijk oefening: Wereld Oriëntatie: Muziek, Drama, Dans: Beeldende vorming: Studievaardigheden: Sociaal-emotionele vorming: Alles-in-1, Alles Apart Alles-in-1, Alles Apart Alles-in-1 en Nieuwsbegrip, Alles Apart De Wereld in Getallen Basislessen Bewegingsonderwijs Alles-in-1 Alles-in-1 Alles-in-1 Blits Goed Gedaan + Rots en Water 10