10 februari 2017 Angst bij ME/cvs en fibromyalgie: is dit de schuld van het autonome zenuwstelsel? Angstklachten komen veel voor bij het chronisch vermoeidheidssyndroom (ME/cvs), fibromyalgie (FM), het Golfoorlogsyndroom (GWI) en bij het posturale ortostatische tachycardie syndroom (POTS). Dr. Baraniuk, die onderzoek doet naar ME/cvs en GWI, vindt het al heel lang een gemiste kans dat onderzoekers zich bij ME/cvs richten op depressie; hij denkt namelijk dat angst veel vaker voorkomt. Dat is ook mijn ervaring. Moeite hebben met concentreren, gespannen of schrikkerig zijn, een bang voorgevoel hebben, rusteloos zijn, het gevoel hebben dat je geheugen niet meer werkt, misselijkheid, gespannen spieren, duizeligheid, vermoeidheid, hoofdpijn, buikpijn, kortademigheid, zweten en vaak moeten plassen: dit zijn allemaal symptomen die voorkomen bij zowel angststoornissen als bij ME/cvs en fibromyalgie. De ziekten zijn zeker verschillend. Bij ME/cvs komen griepachtige symptomen vaker voor, en bij FM is de pijn veel heviger. Bij angststoornissen wordt nooit gerept van post-exertionele malaise – een van de belangrijkste symptomen van ME/cvs. De verlammende angstgevoelens die vaak voorkomen bij een angststoornis komen nauwelijks voor bij ME/cvs; uit talrijke onderzoeken blijkt dat psychische klachten nauwelijks invloed hebben op de problemen die ME/cvspatiënten hebben met hun functioneren, en dat fysieke klachten juist overheersen. Maar ME/cvs, FM en angststoornissen hebben toch een aantal belangrijke symptomen met elkaar gemeen – gespannen zijn, moeite hebben met concentreren, gespannen spieren, duizeligheid, buikpijn, kortademigheid, etc. ME/cvs en FM lijken op een angststoornis waar de ergste psychische symptomen vanaf zijn gehaald zodat alleen een gespannen lichaam en geest overblijven. Psychische klachten zijn er vaak wel, maar op een subklinisch, minder ernstig niveau, onvoldoende om de diagnose 'angststoornis' te krijgen, maar wel erg genoeg om er last van te hebben. Ook komen vergelijkbare klachten zoals catastrofiseren en hyperalert zijn vrij veel voor. Veel van deze symptomen zijn onlangs bij mij minder erg geworden – de gespannen spieren, moeite met concentreren, rusteloosheid, chronische pijn, moeite met diep ademhalen – en dat gebeurde toen ik een apparaatje gebruikte dat de nervus vagus stimuleert. Daardoor ging ik me afvragen of veel van deze symptomen misschien veroorzaakt worden door problemen met het autonome zenuwstelsel. Dit is een belangrijk punt, gezien de nadruk die in sommige landen nog steeds wordt gelegd op gedragstherapie als behandeling voor ME/cvs en FM. Uit een recent onderzoek uit België bleek dat 45% van de onderzochte ME/cvs-patiënten een stemmingsstoornis had. In een onderzoek uit het Verenigd Koninkrijk uit 2013 werd gemeld dat het focussen op symptomen en de overtuiging dat activiteit schadelijk kan zijn met name veel voorkwam bij ME/cvs-patiënten met angstklachten. Het onderzoek In een recent onderzoek naar POTS en twee andere autonome stoornissen (vasovagale syncope en hyperhidrosis) komt deze kwestie nou juist aan bod. Uit het onderzoek bleek dat POTS en angststoornissen elkaar van beide kanten overlappen; POTS-patiënten hebben vaak angstklachten op een subklinisch niveau, terwijl mensen met een angststoornis vaak POTSklachten hebben (duizeligheid, tachycardie, zweten) op een subklinisch niveau. (Interessant genoeg heb je bij een angststoornis een grotere kans om bij een kanteltafeltest flauw te vallen). De onderzoekers keken naar het interoceptief bewustzijn van deelnemers tijdens inspanningsen stresstesten en hoe het autonome zenuwstelsel betrokken is bij het ontstaan van angstklachten hierbij. Ze stelden dat patiënten die zich sterker bewust waren van hun hartslag en andere functies hierdoor angstiger werden. Zelfs bij gezonde personen wordt een groter bewustzijn van je eigen hartslag in verband gebracht met een verhoogd angstgevoel. Ook stelden ze dat de autonome hyperalertheid bij POTS-patiënten en het scala van symptomen dat hierbij hoort ook onvermijdelijk angsten met zich meebrengt. Maar ze geloven niet dat de angstklachten bij POTS veroorzaakt worden door neurose of trauma zoals bij angststoornissen, maar doordat de hersenen geen onderscheid kunnen maken tussen symptomen die vanuit de omgeving normaal zouden zijn en de overvloed aan symptomen die een POTS-patiënt vaak heeft. (The genesis and presentation of anxiety in disorders of autonomic overexcitation, Andrew P Owens, David A Low, Valeria Iodice, Hugo D Critchley, Christopher J Mathias, Autonomic Neuroscience (2016), http://dx.doi.org/10.1016/j.autneu.2016.10.004) De auteurs veronderstelden dat de angstklachten van POTS-patiënten komen doordat ze overbewust zijn van hun fysieke symptomen (d.w.z. een interoceptief probleem). Dit wijst er niet op dat mensen met POTS meer op hun symptomen gefocust zijn, maar dat hun symptomen zo aanwezig zijn dat ze moeilijk te negeren zijn. De resultaten Verrassend genoeg was bij POTS-patiënten het interoceptief bewustzijn van hun hartslag juist lager dan bij gezonde controles. Ondanks het feit dat POTS-patiënten somatische hyperalertheid vertoonden (d.w.z. dat ze zich erg bewust waren van hun symptomen) en ook autonome hyperactiviteit, hadden ze een slechter beeld van hun hartslag dan de gezonde controles. Bovendien werd onder de druk van de inspannings- en stresstesten het vermogen om hun hartslag goed te volgen nog minder. Dit was een verrassing. De auteurs gingen ervan uit dat door het autonome zenuwstelsel te prikkelen met de inspannings- en stresstesten de POTS-patiënten meer afgestemd raakten op hun lichaam, maar in plaats daarvan gebeurde het tegenovergestelde. De POTS-patiënten werden zich wel meer bewust van hun lichaam, maar het leek erop dat hoe bewuster ze werden, hoe meer ze ook in de war raakten. Wat is hier aan de hand? De insula in de hersenen reguleert het functioneren van het autonome zenuwstelsel, de interoceptie (het je bewust zijn van de toestand van je lichaam), en pijn. Maar bij POTS-patiënten lijkt de linkerkant van de insula kleiner te zijn dan normaal. De auteurs stellen dat door de aangetaste linkerkant de rechterkant van de insula - die in verband wordt gebracht met angst – de taken overneemt. Maar nog belangrijker, ze denken ook dat de insula bij POTS (en andere stoornissen van het autonome zenuwstelsel) eerder te weinig actief dan overactief is. De insula maakt een interne kaart van het lichaam door zintuiglijke signalen te interpreteren. Hiervoor vergelijkt de insula de verwachte interne toestand van het lichaam met wat er wordt ervaren. De auteurs menen met name dat de hersenen bij POTS-patiënten het ene verwachten en het andere krijgen. Door die verwarring tussen de verwachte zintuiglijke toestand en de zintuiglijke "vloedgolf" die POTS-patiënten ervaren maken de hersenen angstgevoelens aan. De angst bij POTS wordt daarom niet veroorzaakt door gevoelens, zoals bij een angststoornis het geval is, maar omdat de insula, die zowel het functioneren van het autonome zenuwstelsel reguleert als het verwerken van zintuiglijke waarnemingen, het er moeilijk mee heeft. Omdat het de hersenen veel moeite kost om wijs te worden uit al die prikkels, wordt het vermogen je hartslag te volgen lastiger – niet minder. De hersenen van POTS-patiënten zorgen er dus niet voor dat ze nog angstvalliger hun symptomen in de gaten houden, maar ze worden er simpelweg door overspoeld. Ook zorgen de cognitieve eisen die aan de hersenen worden gesteld om de situatie te begrijpen ervoor dat het lastiger wordt aandacht te hebben voor andere dingen, zoals lopen, praten, lezen en luisteren. In één onderzoek werd gesteld dat cvs-patiënten prima kunnen lopen óf praten, bijvoorbeeld, maar het lastig vinden dit tegelijkertijd te doen. Als ME/cvs-patiënten wordt gevraagd om tijdens het wandelen een mentale taak uit te voeren, keken velen van hen naar hun voeten om te zien waar ze ze neer moesten zetten. Zie ook "How Walking and Thinking Don’t Work for Chronic Fatigue Syndrome (ME/CFS)" Hoe angst ook kan ontstaan Problemen met het autonome zenuwstelsel en angst toonden bij een recent onderzoek naar fibromyalgie een duidelijk verband. Er werd in dit onderzoek een nauwe samenhang gevonden tussen een verlaagde hartslagvariabiliteit en fibromyalgie. De angstsymptomen bij ME/cvs kunnen ook door andere factoren ontstaan. Een verhoogd hersenlactaat (dat bij ME/cvs voorkomt) wordt bij ratten in verband gebracht met paniekachtige symptomen. Over- of onderactivatie van de prefrontale cortex – een gebied in de hersenen dat betrokken is bij zowel ME/cvs als FM – wordt bij proefdieren in verband gebracht met angst. Gebrek aan tryptofaan (lees: gebrek aan serotonine) wordt wel in verband gebracht met problemen met het autonome zenuwstelsel en ook met angst bij gezonde personen. (Mady Hornig houdt zich bezig met dit onderwerp in relatie tot ME/cvs.) Afwijkingen in het functioneren van het autonome zenuwstelsel worden in verband gebracht met de ontwikkeling van angst bij autisme spectrumstoornissen. (Dr. Naviaux meent dat autisme en ME/cvs aan elkaar verwant zijn.) Het verhaal van dr. Bell over Maggie, een ME/cvs-patiënt die de diagnose 'paniekstoornis' kreeg, laat duidelijk zien hoe gemakkelijk angst verkeerd kan worden gediagnosticeerd. Maggie was uitgeput, had cognitieve problemen, last van nachtzweten, gezwollen lymfeklieren, een zere keel en hoofdpijn en had moeite met staan. In plaats van een paniekstoornis had Maggie in feite een extreem laag bloedvolume dat ervoor zorgde dat haar lichaam epinefrine (adrenaline) aanmaakte in een poging het bloed bij haar hersenen te krijgen als ze stond. Die adrenaline zorgde voor haar "angst". Maggie had dus een probleem met haar bloeddoorstroming; toen dr. Bell haar daarvoor, en voor een aantal andere orthostatische problemen behandelde, verdween haar "angst". Zie ook "When Panic Isn’t: Dr. Bell on Maggie’s ME/CFS and Fibromyalgia Story" Angst heeft dus niet altijd een psychische oorzaak. Bij ziekten die gepaard gaan met problemen met het autonome zenuwstelsel zoals POTS (en waarschijnlijk ook ME/cvs en FM) kunnen die problemen, en ook problemen met sensorische integratie, bloeddoorstroming of bloedvolume, angst en paniek veroorzaken. Test hier (in het Engels) of je een angststoornis hebt Auteur: Cort Johnson Bron: http://www.healthrising.org/blog/2016/12/10/anxiety-question-chronic-fatiguesyndrome-fibromyalgia-autonomic-nervous-system-blame/ Vertaling: ME/cvs Vereniging Verklarende woordenlijst Autonome hyperactiviteit: toename lichaamstemperatuur of transpiratie van de hartslag, ademhaling, bloeddruk, Autonome hyperalertheid: toestand van extreem alert en waakzaam zijn, gestuurd vanuit het autonome zenuwstelsel Catastrofiseren: extreem negatief denken over situaties en gebeurtenissen (afschuwelijk, rampzalig en verschrikkelijk), rampscenario's bedenken Golfoorlogsyndroom: chronische ziekte die vooral voorkomt onder veteranen van de Golfoorlog, symptomen zijn o.a. vermoeidheid, cognitieve problemen, spierpijn en hoofdpijn Hartslagvariabiliteit: ook wel Heart Rate Variability (HRV), de variatie in de tijdsintervallen tussen de hartslagen. HRV neemt toe tijdens ontspanning- en herstelactiviteiten en neemt af tijdens stress. Een goede fysieke gesteldheid en een gezond hart gaan meestal samen met een hoge HRV Hyperhidrosis: overmatig transpireren Insula: deel van de hersenen dat betrokken is bij functies zoals emoties en pijn Interoceptief bewustzijn: bewust zijn van wat er binnenin het lichaam gebeurt, bijvoorbeeld dat de hartslag hoog is Kanteltafeltest: hiermee wordt onderzocht hoe het lichaam de bloeddruk regelt onder verschillende en afwijkende omstandigheden. De speciale tafel kan zowel horizontaal als verticaal worden gezet Nervus vagus: de tiende hersenzenuw, betrokken bij o.a. ademhaling, spijsvertering en werking van het hart Orthostatische intolerantie: stoornissen waarbij symptomen ontstaan wanneer men rechtop staat en die verdwijnen als men ligt. Symptomen worden veroorzaakt door slechte doorbloeding richting de hersenen Post-exertionele malaise (PEM): vermoeidheid na inspanning, een van de belangrijkste symptomen van ME/cvs POTS: of Postural Orthostatic Tachycardia Syndrome; een verstoorde regulatie van het autonome zenuwstelsel, waarbij de verandering van liggen naar staan een enorme verhoging van de hartslag (tachycardie) veroorzaakt Sensorische integratie: ook wel sensomotorische integratie. Dit is de verwerking van prikkels; als we met onze zintuigen iets voelen, zien, horen, ruiken of proeven, is dat meestal aanleiding om iets te doen of juist niet te doen. Sensorische integratie is de samenwerking tussen waarnemen en de activiteit die daarvan het gevolg is Serotonine: neurotransmitter (boodschapperstof in het centrale zenuwstelsel) die betrokken is bij allerlei dagelijkse processen van het lichaam, zoals slaap, dag- en nachtritme, eetlust, lichaamstemperatuur en stemmingen. Serotonine wordt aangemaakt uit het aminozuur tryptofaan, dat in voeding zit Somatisch: lichamelijk Tachycardie: verhoogde hartslag Tryptofaan: aminozuur dat vooral voorkomt in eiwitrijke voeding zoals noten, granen, peulvruchten, zaden, zuivel en ook in bananen Vasovagale syncope: de meest voorkomende vorm van flauwvallen. Het is een tijdelijk bewustzijnsverlies (syncope), dat wordt veroorzaakt door een afname van de bloedstroom naar de hersenen