DOC - Europa EU

advertisement
IP/03/969
Brussel, 9 juli 2003
De Europese Commissie stelt strenge ethische
richtsnoeren voor inzake EU-financiering van
onderzoek aan menselijke embryonale stamcellen
De Commissie heeft vandaag een voorstel voor richtsnoeren inzake
EU-financiering van onderzoek aan menselijke embryonale stamcellen
aangenomen. Het 6e EU-Kaderprogramma voor wetenschappelijk onderzoek
(KP6, 2003-2006), dat door de Raad en het Europees Parlement in 2002 werd
vastgesteld, staat de financiering van onderzoek aan menselijke embryonale
stamcellen toe in het kader van de strijd tegen belangrijke ziekten. Dit soort
onderzoek kan - zeker als het gepaard gaat met de winning van stamcellen
uit menselijke restembryo's - alleen plaatsvinden binnen een kader van
duidelijke en strikte ethische richtsnoeren. Het onderzoekprogramma van de
EU omvat ethische voorschriften met betrekking tot wetenschappelijk
onderzoek op gevoelige terreinen. Gezien de gevoelige aard van het
onderzoek aan menselijke embryonale stamcellen zijn de Raad en de
Commissie ten tijde van het besluitvormingsproces over KP6
overeengekomen dat vóór einde 2003 nadere ethische richtsnoeren zouden
worden gegeven voor de besluitvorming over en het toezicht op
EU-financiering van onderzoek aan menselijke embryonale stamcellen. Het
voorstel dat vandaag werd aangenomen, behelst een samenhangend geheel
van strenge ethische richtsnoeren die van toepassing zullen zijn op de
EU-financiering van onderzoekprojecten waarbij stamcellen worden
gewonnen uit menselijke restembryo's. Tegelijk publiceert de Commissie een
uitnodiging tot het indienen van voorstellen voor het opzetten van een
Europees stamcellenregister en voor bijdragen tot de oprichting van publieke
stamcelbanken. Zo wil de EU de toegankelijkheid en benutting van
stamcellen helpen optimaliseren en er zodoende voor zorgen dat de
resultaten van het onderzoek in laatste instantie sneller beschikbaar komen
voor de Europese patiënt.
« Het besluit om in het raam van het zesde Kaderprogramma onderzoek aan
menselijke embryonale stamcellen te financieren, werd reeds vorig jaar door de
Raad en het Parlement genomen. Door dit onderzoek te financieren en aan die
financiering terzelfder tijd strenge ethische voorwaarden te verbinden, draagt de EU
op een verantwoordelijke manier bij tot de vooruitgang van de wetenschap in het
belang van patiënten over de hele wereld, terwijl zij er tegelijk voor zorgt dat dit
gebeurt binnen een duidelijk ethisch kader », aldus Philippe Busquin, Europees
Commissaris voor Wetenschappelijk Onderzoek.
Stamcelonderzoek
Stamcellen zijn primaire cellen die zich kunnen vermenigvuldigen en differentiëren
tot gespecialiseerde cellen, weefsels en organen. Het stamcelonderzoek is een
beloftevol deelgebied van de biotechnologie met toepassingen op het gebied van de
menselijke gezondheid. Het biedt vooruitzichten op de ontwikkeling van nieuwe
methoden voor het herstellen of vervangen van cellen en weefsels die door
verwonding of ziekte werden beschadigd, alsook voor de behandeling van ernstige
chronische aandoeningen zoals de ziekte van Parkinson of de ziekte van Alzheimer
alsook andere, "gewonere" ziekten zoals diabetes. Van het stamcelonderzoek wordt
ook verwacht dat het zal leiden tot een beter inzicht in de menselijke biologie en de
ontwikkeling van ziekten. Het zal resulteren in de ontwikkeling van veiligere en meer
doeltreffende geneesmiddelen. Er doen zich echter ethische vraagstukken voor
wanneer stamcellen uit menselijke restembryo's worden gewonnen.
Reikwijdte van het voorstel van de Commissie
Met haar voorstel beoogt de Commissie geenszins de vaststelling van universele
ethische beginselen - dat behoort niet tot de taken van de EU. Evenmin is het de
bedoeling richtsnoeren te geven voor de EU-lidstaten: elke lidstaat dient in deze
kwestie zijn eigen beslissingen te nemen. Het voorstel van de Commissie stelt alleen
de voorwaarden vast waaraan EU-(KP6-)onderzoek dat met de winning van
stamcellen uit menselijke restembryo's gepaard gaat, moet voldoen. Het voorstel is
geheel in overeenstemming met de diverse adviezen van de Europese Groep voor
de ethiek (EGE) en met name advies nr. 15 van 14 november 2000 over "Ethische
aspecten van het onderzoek aan en gebruik van menselijke stamcellen". Het
kaderprogramma respecteert de nationale voorschriften en waardesystemen,
aangezien geen financiële ondersteuning wordt verleend voor specifieke
onderzoekactiviteiten in lidstaten waar die activiteiten verboden zijn.
Het stamceldebat
Financiering van onderzoek aan menselijke embryonale stamcellen was al mogelijk
in het raam van eerdere kaderprogramma's, waarbij projecten op dit gebied het
voorwerp uitmaakten van een ethische toetsing door een brede groep van
deskundigen terzake. In de loop van het besluitvormingsproces over de specifieke
programma's ter uitvoering van KP6 zijn de Raad en de Commissie
overeengekomen om vóór einde 2003 aanvullende richtsnoeren voor onderzoek aan
menselijke embryonale stamcellen te verstrekken. Gedurende die tijd worden geen
projecten gefinancierd waarbij nieuwe stamcellijnen uit menselijke restembryo's
worden geproduceerd. De Commissie heeft zich ertoe verbonden een
wetgevingsvoorstel in te dienen waarin die richtsnoeren worden omschreven. Het
Europees Parlement zal hierover worden geraadpleegd. De drie instellingen zijn
overeengekomen, vóór einde 2003 een besluit te nemen over deze kwestie.
Het advies van de Europese Groep voor de ethiek
Met betrekking tot het onderzoek aan menselijke embryonale stamcellen en de
winning van embryonale stamcellen uit restembryo's heeft de EGE de volgende
belangrijke eisen geformuleerd:
 vrije en geïnformeerde toestemming van de donor of het donerende paar;
 toestemming van de autoriteiten om het onderzoek uit te voeren;
2
 geen financieel voordeel voor de donoren;
 anonimiteit van de donoren en bescherming van het vertrouwelijk karakter van
hun persoonlijke gegevens;
 transparantie ten aanzien van de onderzoekresultaten.
Richtsnoeren voor onderzoek aan menselijke embryonale stamcellen
op EU-niveau
Het voorstel van de Commissie heeft betrekking op een zeer specifiek
onderzoekgebied, namelijk de winning van stamcellen uit restembryo's die niet
langer bestemd zijn om in een kinderwens te helpen voorzien. Deze ingevroren
embryo's, die vijf tot zeven dagen oud en microscopisch klein zijn, zijn het resultaat
van bevruchting in vitro (IVF) en worden door de ouders voor onderzoekdoeleinden
afgestaan. Indien zij noch voor IVF, noch voor onderzoekdoeleinden worden
gebruikt, worden zij vroeg of laat vernietigd. Het voorstel beoogt geenszins het
aanmaken van menselijke embryo's met het oog op de productie van stamcellen
mogelijk te maken, ook niet door somatische-celkernoverdracht (meestal
"therapeutisch klonen" genoemd). De productie van menselijke embryo's voor
onderzoek is uitdrukkelijk van financiering in het kader van KP6 uitgesloten. Om een
antwoord te bieden op de bezorgdheid dat EU-financiering een indirecte aansporing
zou kunnen vormen voor het aanmaken van méér embryo's dan er voor IVF nodig
zijn, stelt de Commissie voor alleen het gebruik van restembryo's toe te staan die
vóór 27 juni, datum waarop het 6e EU-Kaderprogramma voor wetenschappelijk
onderzoek werd geadopteerd, werden geproduceerd.
De winning van nieuwe stamcellen komt alleen voor financiering in het kader van
KP6 in aanmerking nadat het desbetreffend onderzoekvoorstel aan een strenge
wetenschappelijke beoordeling (peer review) en een ethische toetsing werd
onderworpen - waarvoor het voorstel van de Commissie de criteria omschrijft - en
daarbij positief werd beoordeeld. De winning van stamcellen uit restembryo's is
slechts één onderdeel van een bredere benadering van het stamcellenonderzoek
door de EU, die bijvoorbeeld ook de financiering van onderzoek aan stamcellen van
adulte herkomst en de opleiding van onderzoekers op dit gebied omvat.
Wat stelt de Commissie precies voor ?
De Commissie erkent in haar voorstel dat het hier gaat om een controversiële
materie, die tal van alsnog onbeantwoorde vragen oproept; tegelijk erkent zij de
perspectieven die stamcelonderzoek biedt voor de genezing van ziekten, alsook het
beginsel van de vrijheid van onderzoek dat in het Handvest van de Grondrechten
van de Europese Unie is opgenomen. Zij stelt de volgende richtsnoeren voor:
 de EU financiert geen onderzoek aan menselijke embryonale stamcellen in
lidstaten waar dat onderzoek verboden is;
 menselijke embryonale stamcellen mogen alleen worden gewonnen uit
restembryo's die door de ouders voor onderzoekdoeleinden werden afgestaan
en die vóór 27 juni, datum waarop het 6e EU-Kaderprogramma voor
wetenschappelijk onderzoek werd geadopteerd, werden gecreëerd. Het gaat om
embryo's die bestemd zijn om vroeg of laat te worden vernietigd;
 gegadigden voor deelname aan onderzoekprojecten waarvoor EU-financiering
wordt aangevraagd, dienen op nationaal of plaatselijk niveau ethisch advies in
te winnen in de lidstaat of lidstaten waar het onderzoek zal plaatsvinden, ook als
het gaat om landen waar het inwinnen van een dergelijk ethisch advies niet
verplicht is;
3
 het onderzoek wordt alleen gefinancierd indien wordt aangetoond dat daardoor
bijzonder belangrijke onderzoekdoelstellingen worden gediend;
 het onderzoek wordt alleen gefinancierd als er geen passend alternatief
voorhanden is. Meer in het bijzonder moet er worden aangetoond dat geen
bestaande embryonale of adulte stamcellen kunnen gebruikt worden;
 restembryo's worden alleen gebruikt indien de donor(en) daarvoor toestemming
heeft/hebben verleend op basis van adequate informatie (geïnformeerde
toestemming);
 embryo-donatie mag de donor(en) geen financieel voordeel opleveren;
 de bescherming van de persoonlijke gegevens en de privacy van de donoren
moet worden gewaarborgd;
 de traceerbaarheid van de stamcellen moet worden gegarandeerd;
 van de onderzoekconsortia wordt verlangd dat zij zich ertoe verbinden de
nieuwe menselijke embryonale stamcellen ter beschikking te stellen van andere
onderzoekers.
De Commissie is voornemens het opzetten van een Europees register te
financieren, zoals door bijna alle lidstaten wordt verlangd. Een dergelijk Europees
register moet in de toekomst de noodzaak om nieuwe stamcellen uit menselijke
restembryo's te winnen, verkleinen.
Onderzoek in EU-samenwerkingsverband moet ertoe leiden dat het gebruik van
menselijke embryo's terugloopt. Door in het kader van een Europees project
onderzoekmateriaal en resultaten gemeenschappelijk te exploiteren, kan het
dupliceren van onderzoekactiviteiten worden vermeden. Bovendien maakt de
vorming van multidisciplinaire teams een snellere wetenschappelijke vooruitgang
mogelijk.
4
Download