Gemeentelijk subsidiereglement voor sportverenigingen

advertisement
april 2011
Gemeentelijk subsidiereglement voor sportverenigingen
Deel I : werkingssubsidie
Algemene voorwaarden
Artikel 1. Binnen de perken van de kredieten, daartoe goedgekeurd op de gemeentebegroting,
worden door het College van Burgemeester en Schepenen subsidies toegekend aan de lokale
sportverenigingen volgens de procedure en voorwaarden die hierna vastgelegd worden.
Artikel 2. Alleen de door het College van Burgemeester en Schepenen, op advies van de
Gemeentelijke Sportadviesraad, erkende sportverenigingen kunnen subsidie ontvangen. Deze
subsidies dienen gebruikt te worden om de sportieve doelstellingen van de vereniging te bevorderen.
Meer in het bijzonder moeten deze subsidies een kwalitatieve sportbeoefening bevorderen, met
specifieke aandacht voor een goede jeugdwerking.
Artikel 3. Om als sportvereniging in het kader van dit subsidiereglement te worden erkend, dient deze
te voldoen aan de volgende voorwaarden :
a) opgericht zijn door privé-initiatief, zonder beroepsdoeleinden, winst- of handelsoogmerk;
b) voor iedereen toegankelijk zijn;
c) een actieve sportbeoefening door de leden, in clubverband, kunnen aantonen (dmv. een structureel
en permanent aanbod);
d) jaarlijks een verantwoording afleggen betreffende de aanwending van verkregen toelagen en een
jaarlijks verslag van de activiteiten van de vereniging indienen;
e) sportactiviteiten ontplooien op het grondgebied van de gemeente;
f) een verzekering burgerlijke aansprakelijkheid en lichamelijke ongevallen voor hun leden afsluiten;
g) aangesloten zijn bij een Vlaamse sportfederatie of niet aangesloten zijn bij een sportfederatie (clubs
die enkel bij een unitaire sportfederatie aangesloten zijn, komen niet in aanmerking).
Artikel 4. Het College van Burgemeester en Schepenen doet, na advies van het bestuur van de
Gemeentelijke Sportadviesraad, uitspraak over de niet voorziene gevallen en beslecht alle
betwistingen.
Artikel 5. De subsidies zullen aan de verenigingen worden toebedeeld via overschrijving op het door
hen opgegeven bankrekeningnummer.
Procedure
Artikel 6.
a) De subsidies worden jaarlijks toegekend.
b) De verenigingen die wensen in aanmerking te komen voor betoelaging, dienen jaarlijks de hiertoe
ter beschikking gestelde vragenlijst volledig ingevuld, ondertekend en vergezeld van de nodige
bewijsstukken op te sturen naar het secretariaat van de vzw Sportdienst.
Deze vragenlijst dient ingediend te worden voor 30 september en handelt over de periode januari tot
en met december van het vorige kalenderjaar.
1
april 2011
c) De subsidies worden berekend door de gemeentelijke sportdienst.
Het College van Burgemeester en schepenen beslist over de uitbetaling van de subsidies op basis
van het advies van de Sportadviesraad.
De uitbetaling gebeurt vóór einde van het jaar.
d) Het college van burgemeester en schepenen kan, na eventueel advies van de Gemeentelijke
Sportadviesraad, ten allen tijde controle uitoefenen op de naleving van de voorschriften en op de
juistheid van de ingediende gegevens.
Het vaststellen van misbruiken kan leiden tot de uitsluiting van de betreffende vereniging voor alle
toelagen van het betreffende werkjaar of tot terugvordering van de ten onrechte verkregen subsidie.
Berekening van de subsidies
:
Artikel 7. De werkingssubsidies worden verdeeld volgens onderstaand puntensysteem onder alle
sportverenigingen die aan voorwaarden vastgesteld in de artikelen 2 en 3 van dit subsidiereglement,
voldoen.
De werkingssubsidie wordt berekend pro rata van het aan de sportvereniging toegekende
puntenaantal.
Criteria
A) Ledenaantal
a) aantal aangesloten,
actieve leden
b) jeugdleden (-18 jaar)
B) Aantal
georganiseerde
trainingsuren1 per jaar
a) onder leiding van niet
gediplomeerde trainers
b) onder leiding van
gediplomeerde trainers
C) Aantal
wedstrijdendagen
a) + 18jarigen
b) – 18jarigen, met
begeleiding van (min. 1) niet
gediplomeerde begeleider(s)
1
- van 1 tot 20 leden = 2 punten
- van 21 tot 50 leden = 4 punten
- van 51 tot 100 leden = 6 punten
- van 101 tot 200 leden = 8 punten
- meer dan 200 leden = 10 punten
- van 1% tot 10% = 2 punten
- van 11% tot 20% = 4 punten
- van 21% tot 30% = 6 punten
- van 31% tot 50% = 8 punten
- meer dan 50% = 10 punten
- van 1 tot 100 u = 3 punten
- van 101 tot 250 u = 6 punten
- van 251 tot 500 u = 9 punten
- van 501 tot 1000 u = 12 punten
- meer dan 1000 u = 15 punten
- van 1 tot 100 u = 8 punten
- van 101 tot 250 u = 16 punten
- van 251 tot 500 u = 24 punten
- van 501 tot 1000 u = 32 punten
- meer dan 1000 u = 40 punten
- van 0-20 dagen = 1 punt
- van 20-50 dagen = 2 punten
- van 50-150 dagen = 3 punten
- van 150-200 dagen = 4 punten
- + 200 dagen = 5 punten
- van 0-20 dagen = 2 punten
- van 20-50 dagen = 4 punten
- van 50-150 dagen = 6 punten
- van 150-200 dagen = 8 punten
- + 200 dagen = 10 punten
Georganiseerde trainingsuren worden georganiseerd in club- of verenigingsverband, omvatten sporttechnische
activiteiten door de spelers van de club of vereniging en gebeuren onder leiding van al dan niet gediplomeerde
trainers
2
april 2011
b) - 18jarigen, met
begeleiding van (min. 1)
gediplomeerde2
begeleider(s)
D) Technischesportieve begeleiding
a) aantal niet-gediplomeerde
trainers
b) aantal gediplomeerde
trainers
E) Bijwonen algemene
vergadering van de
Sportadviesraad
aanwezigheid van de
vereniging op alle algemene
vergaderingen tijdens het
referentiejaar georganiseerd
F) Gedifferentieerd
lidgeld aanrekenen
voor doelgroepen en
gezinnen
G) Hanteren van
verschillende
communicatiemiddelen
H) Hanteren van een
VZW structuur
I) Extra drempelverlagende initiatieven
(personen met een
handicap,senioren)
bovenop de reguliere
werking of
doelgroep(en)
J) gratis initiatie- of
proeflessen voor
nieuwe leden
K) Wegingsfactor: aard
van de sportvereniging
of -club
- van 0-20 dagen = 3 punten
- van 20-50 dagen = 6 punten
- van 50-150 dagen = 9 punten
- van 150-200 dagen = 12 punten
- + 200 dagen = 15 punten
te vermenigvuldigen met 3 punten tot
max. 15 punten
Per trainer 3 punten per niveau in de
referentietabel voor sportkwalificaties van
de Vlaamse Trainersschool (VTS), tot
max.40 punten
= 10 punten
= 5 punten
a) Website : goed
onderhouden en actueel
b) Eierdopje : minstens één
artikel
c) Clubblad : promotie voor
eigen sportactiviteiten
= 5 punten
= 4 punten
= 3 punten
= 3 punten
= 5 punten
= 5 punten
- Recreatieve sportvereninging of – club =
wegingsfactor 1
- Sportvereniging of –club, actief in
competitieverband en met actieve
jeugdwerking (= minimum 15 leden jonger
dan 18 jaar en minimum één
gediplomeerde jeugdsportbegeleider²) =
wegingsfactor 2
Berekeningswijze van de punten per vereniging : (A + B + C + D + E + F + G + H + I + J) x K
Berekeningswijze van de werkingssubsidie per vereniging : het totaal van het subsidiebedrag gedeeld
door het totaal aantal toegekende punten maal het aantal behaalde punten van de vereniging
2
Gediplomeerde begeleiders / trainers = minimum waarderingsschaal 1 in de referentietabel voor
sportkwalificaties van de Vlaamse Trainersschool (VTS)
3
april 2011
Deel 2: Reglement voor de toekenning van impulssubsidies
Artikel 8:
Definities
Alle door het Gemeentebestuur erkende sportverenigingen kunnen impulssubsidies ontvangen. Hierbij
geldt als bijkomende voorwaarde dat enkel clubs die bij een Vlaamse sportfederatie aangesloten zijn,
in aanmerking kunnen komen voor impulssubsidies.
Sportverenigingen die beschikken over jeugdsportbegeleiders en gekwalificeerde
jeugdsportcoördinatoren worden beloond op basis van onderstaand subsidiereglement.
 Jeugdsportbegeleider: een sporttechnische begeleider voor jeugdsport actief in een erkende
sportverenging
 Jeugdsportcoördinator: een sportgekwalificeerde jeugdsportbegeleider die het jeugdsportbeleid in
de erkende sportvereniging coördineert op het sporttechnische, beleidsmatige en organisatorische
vlak.
 Sportparticipatie van kinderen en jongeren tot en met 18 jaar
 Vlaamse Trainersschool, deelorganisatie van het BLOSO die instaat voor de inrichting van
sporttechnische en bestuurlijke vorming alsook voor de uitreiking van de daarbijhorende erkende
diploma’s en attesten
 Opleiding: een cursus die verschillende aspecten van (sportspecifieke) jeugdsportbegeleiding
en/of –coördinatie behandelt in meerdere sessies en die leidt tot een erkend diploma of attest (vb.
VTS-cursus initiator, trainer B, trainer A, ...)
 Vorming: een bijscholings-, informatie- of overlegmoment dat bijdraagt aan de verhoging van de
kennis en/of kunde bij de deelnemers inzake jeugdsportbegeleiding of –coördinatie. Dit kan in
een of meerdere sessies georganiseerd zijn (vb. jeugdclinic, spreekbeurt m.b.t. een aspect van
jeugdsportbegeleiding/-coördinatie, uitwisselingsmoment van “goede praktijken” tussen
jeugdsportbegeleiders/-coördinatoren, ...)
Artikel 9:
Algemene voorwaarden
Binnen de grenzen van de in het goedgekeurde budget voorziene kredieten worden door het College
van Burgemeester en Schepenen impulssubsidies uitgekeerd aan sportverenigingen volgens de
normen en voorwaarden die worden vastgelegd in onderhavig subsidiereglement. Het budget bestaat
uit de door de Vlaamse Gemeenschap ter beschikking gestelde middelen in het kader van de
impulssubsidies. Dit reglement is slechts van toepassing op voorwaarde van toekenning van dit
budget door de Vlaamse Gemeenschap.
De subsidiëring van het huidige werkingsjaar wordt steeds bepaald op basis van de in het
aanvraagdossier opgenomen gegevens van de sportvereniging m.b.t. het vorige werkingsjaar.
Het gemeentebestuur behoudt zich het recht voor de gegeven informatie en bewijsstukken te (laten)
verifiëren. Indien blijkt dat de aangifte niet strookt met de werkelijkheid, komt desbetreffende
sportvereniging voor het betrokken jaar niet meer in aanmerking voor de bij dit besluit
gereglementeerde subsidie.
De subsidies kunnen verkregen worden door te voldoen aan de hierna omschreven procedure:
-
-
-
4
De aanvraag tot subsidiëring wordt door de sportvereniging, op eigen initiatief, d.m.v. de daartoe
bestemde formulieren ingediend bij de sportdienst voor 30 september. Het reglement en de
aanvraagformulieren zijn beschikbaar op de sportdienst of via de gemeentelijke website.
De verdeling en bekendmaking van de subsidies vindt plaats vóór 31 december van het betrokken
jaar.
Sportverenigingen kunnen punten scoren binnen de criteria die voor de impulssubsidie zijn
vooropgezet. Elk punt wordt omgezet in een subsidiewaarde. Hoe meer punten de sportvereniging
haalt, hoe meer subsidies ze krijgt. Het beschikbare subsidiekrediet voor de impulssubsidie wordt
gedeeld door het aantal gescoorde punten om een subsidiebedrag per punt te verkrijgen.
De uitbetaling van de subsidie gebeurt na goedkeuring door het College van Burgemeester en
Schepenen, op advies van de sportadviesraad.
april 2011
Artikel 10:
Stimuleren tot deelname aan opleiding / vorming
Sportverenigingen die - op hun kosten - hun jeugdsportbegeleiders of gekwalificeerde
jeugdsportcoördinatoren een door de Vlaamse Trainersschool (verder VTS) erkende opleiding en/of
vorming laten volgen inzake aspecten van jeugdsportbegeleiding of –coördinatie, worden na
voorlegging van het behaalde diploma of attest gesubsidieerd op basis van volgend puntensysteem :
Opleiding
Vorming
Per verhoging van categorie in de recentste
referentietabel van de VTS en die een gevolg is
van deze opleiding: 10 punten.
Per begonnen dag 1pt per persoon met een
maximum van 3ptn per persoon.
Artikel 11:
Stimuleren tot organiseren van opleiding / vorming
Sportverenigingen die een opleiding of een vorming organiseren voor jeugdsportbegeleiders of
gekwalificeerde jeugdsportcoördinatoren inzake jeugdsportbegeleiding die erkend wordt door de VTS
of de sportadviesraad, worden gesubsidieerd op basis van volgend puntensysteem na voorlegging
van de nodige bewijsstukken.
In geval van een gedeelde organisatie door twee of meerdere Kruishoutemse erkende
sportverenigingen worden de punten integraal per erkende sportvereniging toegekend.
Soort organisatie
Organiseren van VTS-opleiding
Organiseren van vorming
Artikel 12:
Te verdienen punten
20 ptn per cursus per club
5 ptn per vorming per club
Werken met gediplomeerde jeugdsportbegeleiders
Sportverenigingen worden gesubsidieerd voor het werken met gediplomeerde jeugdsportbegeleiders
op basis van volgend puntensysteem (gelijklopend met de recentste referentietabel voor
sportkwalificaties van de Vlaamse Trainersschool) na voorlegging van het diploma
Sportkwalificaties volgens de referentietabel
voor sportkwalificaties van de Vlaamse
Trainersschool
Categorie 8
Categorie 7
Categorie 6
Categorie 5
Categorie 4
Categorie 3
Categorie 2
Categorie 1
Artikel 13:
Te verdienen punten
per kwalificatie
60ptn
50ptn
40ptn
30ptn
20ptn
15ptn
10ptn
5ptn
Werken met sportgekwalificeerde jeugdsportcoördinatoren
Sportverenigingen worden gesubsidieerd voor het werken met sportgekwalificeerde
jeugdsportcoördinatoren (minstens VTS initiator of gelijkwaardig) indien deze niet in artikel 12 werden
opgegeven als jeugdsportbegeleider.
De subsidiëring gebeurt op basis van volgend puntensysteem (volgens de recentste referentietabel
van de Vlaamse Trainersschool voor sportkwalificaties) na voorlegging van het diploma.
5
april 2011
Sportkwalificatie van de
jeugdsportcoördinator volgens de
referentietabel voor sportkwalificaties van de
Vlaamse Trainersschool
Categorie 8
Categorie 7
Categorie 6
Categorie 5
Categorie 4
Categorie 3
Categorie 2
6
Te verdienen punten
per kwalificatie
60ptn
50ptn
40ptn
30ptn
20ptn
15ptn
10ptn
Download