BCM Richtlijn - Bestuurszaken

advertisement
HANDLEIDING BCM - WERKGROEP BCM/BEVEILIGING
Bedrijfscontinuïteit bij de Vlaamse overheid:
Richtlijnen voor het uitvoeren
van een BedrijfsImpactAnalyse
van een RisicoAnalyse,
de strategieselectie en
de crisiscommunicatie.
Versie 12/05/2010
Vlaamse overheid
Confidentieel
Pagina 1 / 63
HANDLEIDING BCM - WERKGROEP BCM/BEVEILIGING
Inhoudsopgave
1
INTRODUCTIE ............................................................................................................................... 4
2
BCM LEVENSCYCLUS VAN DE VLAAMSE OVERHEID ...................................................................... 5
3
FASE 1: BEGRIJPEN VAN DE ORGANISATIE ................................................................................... 6
3.1 BEDRIJFSIMPACTANALYSE (BIA) ...................................................................................................................... 7
3.1.1 Wat is een Bedrijfsimpactanalyse (BIA)? ......................................................................................... 7
3.1.1.1
3.1.1.2
Stap 1 – Inventaris van kritische, essentiële en noodzakelijke functies ...................................................... 8
Stap 2 – Identificatie van minimaal vereiste werkmiddelen ...................................................................... 10
3.1.2 Werkbladen ................................................................................................................................... 11
3.1.2.1
3.1.2.2
3.1.2.3
3.1.2.4
Deel 1: Inventaris van Kritische Bedrijfsprocessen .................................................................................... 13
Deel 2a: Minimaal vereiste werkmiddelen (1/2) ....................................................................................... 14
Deel 2b: Minimaal vereiste werkmiddelen (2/2) ....................................................................................... 16
Deel 3: Kritische tijdsperiodes en/of data ................................................................................................. 18
3.2 RISICO ANALYSE (RA) ................................................................................................................................. 19
3.2.1 Wat is een Risico Analyse ? ........................................................................................................... 19
3.2.2 Werkblad Riscoanalyse.................................................................................................................. 23
3.2.2.1
Risico Analyse ............................................................................................................................................ 23
3.3 MIDDELEN EN BEHEERSMAATREGELEN ............................................................................................................ 24
3.3.1 Middelen ....................................................................................................................................... 24
3.3.2 Beheersmaatregelen ..................................................................................................................... 24
3.4 CONCLUSIE ............................................................................................................................................... 28
4
FASE 2 – CONTINUÏTEITSTRATEGIE ............................................................................................. 29
4.1 ALGEMEEN................................................................................................................................................ 29
4.2 STRATEGIE OPTIES ...................................................................................................................................... 29
5
FASE 3 – ONTWIKKELEN & IMPLEMENTEREN VAN EEN BCMANTWOORD .................................. 32
5.1 PLAN ONTWIKKELING .................................................................................................................................. 32
5.1.1 Voorbeeld van een BCP Plan gedeelte ........................................................................................... 35
5.1.1.1
5.1.1.2
6
Crisis Team................................................................................................................................................. 35
Teamleden ................................................................................................................................................. 35
CRISIS COMMUNICATIE .............................................................................................................. 37
6.1
6.2
6.3
6.4
BASISPRINCIPES / VERHOUDING TOT BEDRIJFSCONTINUÏTEITS- EN CRISISMANAGEMENT ............................................ 39
SAMENSTELLING, VERANTWOORDELIJKHEDEN EN ORGANISATIE VAN EEN CRISISCOMMUNICATIETEAM ......................... 42
SPECIFIEKE TAKEN EN VERANTWOORDELIJKHEDEN VOOR EEN CRISISCOMMUNICATIETEAM VAN DE VLAAMSE OVERHEID .. 45
CHRONOLOGISCH GEFASEERD ....................................................................................................................... 46
6.4.1 Voorafgaand aan incident of crisis (in "vredestijd") ...................................................................... 46
6.4.2 Eerste essentiële taken bij een incident ......................................................................................... 47
6.4.3 Naarmate de crisis vordert ............................................................................................................ 48
6.4.4 Achteraf (nazorgfase) .................................................................................................................... 49
6.5 MIDDELEN / ELEMENTEN VAN EEN CRISISCOMMUNICATIEPLAN ........................................................................... 50
6.5.1 Verantwoordelijkheden CCT .......................................................................................................... 50
6.5.2 Mogelijke Middelen ....................................................................................................................... 50
6.5.3 Mogelijke Takenlijst....................................................................................................................... 51
7
FASE 4 – OEFENEN, ONDERHOUDEN EN HERZIEN ....................................................................... 53
Vlaamse overheid
Confidentieel
Pagina 2 / 63
HANDLEIDING BCM - WERKGROEP BCM/BEVEILIGING
7.1
7.2
7.3
7.4
WAT WORDT ER GETEST ? ............................................................................................................................ 53
HOE WORDT ER GETEST ?............................................................................................................................. 53
WAAROM WORDT ER GETEST ? ..................................................................................................................... 54
PLANNING VAN TESTEN................................................................................................................................ 55
7.4.1 Basisregels ..................................................................................................................................... 55
7.4.2 Voor de uitvoering van de test ...................................................................................................... 55
7.4.3 Tijdens de uitvoering van de test ................................................................................................... 56
7.4.4 Na de uitvoering van de test ......................................................................................................... 56
7.4.5 Voorbeeld van een test scenario: .................................................................................................. 57
8
LIJST VAN AFKORTINGEN ........................................................................................................... 58
9
LIJST VAN BEGRIPPEN ................................................................................................................ 61
Vlaamse overheid
Confidentieel
Pagina 3 / 63
HANDLEIDING BCM - WERKGROEP BCM/BEVEILIGING
1 INLEIDING
Het hervormingsproces Beter Bestuurlijk Beleid kent het lijnmanagement meer
operationele autonomie toe en koppelt daaraan een grotere responsabilisering. Het
management is verantwoordelijk om, binnen de beleids- en beheerscyclus, de
activiteiten op het vlak van ‘sturen’, ‘beheersen’, ‘verantwoorden’ en ‘toezicht houden’
met de nodige openheid, integriteit en verantwoordingsplicht uit te voeren.
Bedrijfscontinuïteitsmanagement (BCM) is een belangrijk element van goede
bedrijfsvoering (good governance). Belangrijk hierbij is dat BCM niet opgevat wordt als
een extra belasting. BCM zit mee in de dagdagelijkse werking, net zoals de overige
elementen van het intern controlesysteem.
De verantwoordelijkheid voor het uitbouwen van een intern controlesysteem, met
inbegrip van continuïteitsplanning, is door het Kaderdecreet Bestuurlijk Beleid
toegewezen aan de leidend ambtenaren. Referentieraamwerk is de leidraad interne
controle/organisatiebeheersing1. In de leidraad wordt de problematiek van
continuïteitsplanning in meerdere thema’s aangekaart. Bedoeling van deze richtlijn is
een uitdieping te brengen van deze problematiek.
Bedrijfscontinuïteitsmanagement (BCM) wordt binnen de Vlaamse overheid
gedefinieerd als het beheersproces dat risico’s identificeert en beperkt, de mogelijke
impact van een onderbreking van een (tijds)kritische bedrijfsprocessen en
ondersteunende systemen minimaliseert met als ultieme doel het tijdig herstellen van
de kritische bedrijfsprocessen.
Het bedrijfscontinuïteitsplan (BCP) vertrekt van de (tijds)kritische bedrijfsprocessen en
verzekert – onder andere – dat, indien nodig, organisaties worden ondergebracht op
een andere fysische locatie, voorzien van minimale kantoorruimte en benodigdheden
(bureau, telefoon, fax, documenten…) en met toegang tot de IT-infrastructuur.
De doelstellingen, die vooropgesteld worden bij BCM, zijn te zorgen dat de organisatie
voorbereid en georganiseerd is, met het oog op het
1. garanderen van de beschikbaarheid van de (tijds-)kritieke processen en
dienstverlening;
2. waarborgen van essentiële bedrijfsactiva;
3. minimaliseren van de impact van een incident of ramp;
4. beschikbaar stellen van getrainde mensen om in noodsituaties en herstelsituaties
in te zetten;
5. garanderen van het vertrouwen van klanten en andere belanghebbende partijen.
Vandaag is het vertrouwen in technologie alleen maar belangrijker aan het worden om
de kernprocessen van een bedrijf te kunnen ondersteunen. Dit leidt tot de algemene
1
http://www2.vlaanderen.be/internecontrole/documenten/080505_Leidraad.pdf
Vlaamse overheid
Confidentieel
Pagina 4 / 63
HANDLEIDING BCM - WERKGROEP BCM/BEVEILIGING
aanvaarding dat eenvoudige ‘herstelplannen” voor ICT-diensten nu onvoldoende zijn
om operationeel te blijven, zelfs tijdens een crisissituatie. De vooropgestelde aanpak is
dan ook een holistische aanpak, die zich niet louter beperkt tot ICT.
Belangrijk is op te merken dat effectieve bedrijfscontinuïteitsplanning inzet (en
gedragenheid) nodig heeft van alle niveaus binnen het bedrijf. Het opzetten van
bedrijfscontinuïteitsplannen is een uitdaging. Om die uitdaging van antwoord te dienen
hebben organisaties meer nodig dan traditionele methodes om problemen op te lossen.
Creativiteit, innovatie, tijd en efficiëntie zijn maar enkele van de planningsvoorwaarden.
2
BCM LEVENSCYCLUS VAN DE VLAAMSE OVERHEID
De BCM levenscyclus helpt professionelen en niet-professionelen een
bedrijfscontinuïteitsplan te ontwikkelen. Deze levenscyclus is gebaseerd op de Britse
Standaard 25999-1:2006, bekend als de officiële internationale praktijkcode voor BCM.
Deze standaard kan gebruikt worden om te verzekeren dat er voldaan wordt aan
regelgeving rond bedrijfscontinuïteit en zal er voor zorgen dat een succesvolle audit kan
worden ondernomen voor uw bedrijfscontinuïteitsprogramma.
De levenscyclus draait rond vier opeenvolgend en gerelateerde elementen:
1. Begrijpen van de organisatie > 2. Bepalen van de BCM strategie > 3. Ontwikkelen en
implementeren van een BCM antwoord > 4. Oefenen, onderhouden en herzien
De figuur hieronder illustreert deze 4 sleutelelementen in de BCM levenscyclus. Zij geeft
aan dat de start van het onderdeel “Begrijpen van de organisatie” begint met het
ondernemen van een bedrijfsimpactanalyse en beschrijft de subelementen. De volgende
secties geven de hoofdlijnen van deze fases aan.
Vlaamse overheid
Confidentieel
Pagina 5 / 63
HANDLEIDING BCM - WERKGROEP BCM/BEVEILIGING
Bedrijfsimpactanalyse
Activititeiten > Risico x
impact > Max aanvaardbare
onderbreking >
Prioritisering: kritike
functies
3 FASE 1: BEGRIJPEN VAN DE ORGANISATIE
Het doel van de eerste fase is het assisteren bij het begrijpen van de organisatie door de
identificatie van de bedrijfsprocessen, zowel als de kritische activiteiten en middelen die
deze ondersteunen. Deze elementen zullen er voor zorgen dat de BCM-strategieën en
plannen afgestemd zijn op uw doelstellingen en (statutaire) verplichtingen.
In de context van bedrijfscontinuïteit, krijgt men begrip van de organisatie door:
 Het identificeren van de (strategische en operationele) doelstellingen,
verplichtingen ten aanzien van de belanghebbenden, statutaire verplichtingen en
de omgeving waarin uw organisatie opereert;
 Identificeren van activiteiten, goederen en middelen, inclusief deze buiten uw
organisatie, die ondersteuning bieden voor leveren van deze producten en
diensten.
 Evalueren van de impact en gevolgen volgens een tijdschaal bij het falen van deze
activiteiten, goederen en middelen.
Vlaamse overheid
Confidentieel
Pagina 6 / 63
HANDLEIDING BCM - WERKGROEP BCM/BEVEILIGING
 Identificeren en evalueren van de zichtbare bedreigingen die onderbreking
kunnen veroorzaken van de bedrijfsprocessen en de kritische activiteiten,
goederen en middelen die deze ondersteunen.
Het is belangrijk dat uw organisatie de afhankelijkheden (ook dependenties genoemd2)
tussen de activiteiten begrijpt, als ook elke externe afhankelijkheid, die zelfs gedeeld
kan zijn met derden.
De sleutelactiviteiten in deze fase zijn de bedrijfsimpactanalyse (BIA) en de
RisicoAnalyse (RA).
Tip:
Het is belangrijk dat de organisatie de afhankelijkheden begrijpt van zijn activiteiten, elk
vertrouwen dat de organisatie heeft op andere organisaties en het vertrouwen dat
anderen hebben in de organisatie.
3.1 BEDRIJFSIMPACTANALYSE (BIA)
3.1.1 WAT IS EEN BEDRIJFSIMPACTANALYSE (BIA)?
Een bedrijfsimpactanalyse is een proces waarbij men de impact gaat bepalen en
documenteren van een onderbreking van de activiteiten die uw bedrijfsprocessen
ondersteunen. Aan het einde van een bedrijfsimpactanalyse proces zou uw organisatie
het volgende moeten onderkennen:


Welke functies kritisch zijn, i.e. niet ononderbroken mogen worden of hersteld
moeten worden binnen een bepaalde tijdsspanne.
Welke middelen er nodig zijn om continuïteit of hervatting van activiteiten te
kunnen bereiken.
Dit laat uw organisatie toe om prioriteit toe te kennen aan investeringen om de
paraatheid / beschikbaarheid te verzekeren, het coördineren van
2
Hierbij kan gedacht worden aan de afhankelijkheid van de dienstverlening van centrale dienstverleners
Bv. indien afname voor ICT-diensten van de GID – de SLA’s van EDS-T afgesloten met e-IB;
Bv. loonverwerking door VLIMPERS;
Bv. betalingen via boekhoudsysteem Orafin;
Bv. facilitaire dienstverlening door het Agentschap Facilitair Management;
Bv afhankelijkheid van een departement of agentschap omdat processen door meerdere entiteiten lopen.
Vlaamse overheid
Confidentieel
Pagina 7 / 63
HANDLEIDING BCM - WERKGROEP BCM/BEVEILIGING
continuïteitsmaatregelen en implementeren van plannen voor als het fout gaat bij
kritische systemen en men de impact van een onderbreking wil beperken.
3.1.1.1
S TAP 1 – I NVENTARIS VAN KRITISCHE , ESSENTIËLE EN NOODZAKELIJKE FUNCTIES
Het uitgangspunt is een goed begrip van de algemene en specifieke doelstellingen van
de organisatie. Deze reflecteren de strategische doelstellingen en duiden ook aan wie er
voor verantwoordelijk is. Daarna, moeten de functies, die deze doelstellingen
ondersteunen, worden geclassificeerd volgens drie brede categorieën:



Kritische functies – dit zijn activiteiten, diensten en infrastructuur die niet
mogen onderbroken worden, of die hersteld moeten worden binnen de 48u.
Zonder deze, zouden de werkzaamheden van de Vlaamse overheid sterk in
gevaar worden gebracht;
Essentiële functies – dit zijn activiteiten, diensten en infrastructuur waarbij een
korte onderbreking kan worden getolereerd (tot 14 dagen), maar waarbij de
werkzaamheden van de Vlaamse overheid in gevaar worden gebracht als de
onderbreking blijft voortduren;
Noodzakelijke functies – dit zijn activiteiten, diensten en infrastructuur, waarbij
de Vlaamse overheid zich een onderbreking van 6 à 8 weken kan veroorloven,
zonder dat dit ernstige gevolgen heeft voor de dienstverlening, maar die moeten
hersteld worden zo snel als de omstandigheden toelaten.
Tips:
→
Denk na over wat de gepaste samenstelling is van een functie – zij moet het
hele proces omvatten dat nodig is om een dienst te leveren.
→
Denk na over de afhankelijkheden binnen een dienst.
→
Identificeer eerst de kritische functies, daarna neem je de essentiële functies.
De overgebleven functies kunnen beschouwd worden als noodzakelijk.
→
Als een functie enkel kritisch is tijdens specifieke dagen of tijdsperiodes, dan
moet het mee opgenomen worden bij de globale lijst van kritische functies.
De classificatie van functies zal het bepalen van prioriteiten vergemakkelijken tijdens een
onderbreking, waarbij het onmogelijk is om het normale niveau van activiteiten te
ondersteunen. De uiteindelijke doelstelling van bedrijfscontinuïteitsmaatregelen is natuurlijk
om zo snel mogelijk alle functies terug op zelfde niveau te krijgen als voor het incident
plaatsvond.
Vlaamse overheid
Confidentieel
Pagina 8 / 63
HANDLEIDING BCM - WERKGROEP BCM/BEVEILIGING
Tips:
→
Een belangrijke boodschap die moet worden gecommuniceerd is dat men
‘kritisch’ moet begrijpen in de zin van ‘urgent’. Deze classificatie impliceert
geen waardering over de belangrijkheid van activiteiten onder normale
werkomstandigheden.
→
Hou de lijst van kritische functies beperkt tot een redelijk en beheersbaar
aantal. Bij deze functies hoort een gedetailleerde planning, kost en
beperkingen. Arbitrage door het hoger management kan nodig zijn.
→
Nadat de kritische functies geïdentificeerd zijn, ga je verder met het
identificeren van het kritische personeel dat toegewezen is aan de functies.
→
Als een functie enkel kritisch is tijdens specifieke dagen of tijdsperiodes, dan
moet het mee opgenomen worden bij de globale lijst van kritische functies
 Gebruik Werkblad 1 “Inventaris van kritische bedrijfsprocessen” om informatie te
verzamelen.
Dit werkblad zou een beschrijving moeten bevatten van de processen die kritisch, essentieel
en noodzakelijk zijn voor de organisatie vanuit een “Bedrijfscontinuïteit”-perspectief. Geef
meer informatie over naam, locatie en gerelateerde taken.
Het werkblad introduceert het concept van:

Recovery Time Objective (RTO): Dit is maximaal toegestane uitvalsduur voor kritische
bedrijfsprocessen binnen dewelke de activiteit, na de start van de onderbreking, moet
worden hernomen.
Voor elke activiteit, die ondersteuning biedt voor de levering van kernprocessen, zou u
moeten:
 Evalueren volgens de tijdschaal wat de impact zou zijn als de activiteit onderbroken
was;
 Vastleggen van Recovery Time Objective (RTO, ook hersteltijddoelstelling genoemd);
 Vastleggen van Recovery Point Objective (RPO, ook aanvaardbaar verlies aan data /
werk-doelstelling genoemd);
 Identificeer alle onderling afhankelijke activiteiten, goederen, ondersteunende
infrastructuur of middelen die ook continu moeten worden beheerd of hersteld
worden volgens een tijdschaal.
Wanneer u de impact evalueert, moet u rekening houden met de mogelijke vormen van
impact die gerelateerd zijn aan uw doelstellingen en uw belanghebbenden. Deze kunnen
ondermeer bevatten:
Vlaamse overheid
Confidentieel
Pagina 9 / 63
HANDLEIDING BCM - WERKGROEP BCM/BEVEILIGING






De impact op personeel of het algemeen welzijn;
De impact op, schade aan of verlies van faciliteiten, technologie of informatie;
De impact van inbreuken van statutaire of contractuele verplichtingen of regelgeving;
Schade aan financiële belangen;
Vermindering van de kwaliteit van het product of de dienstverlening;
Schade aan het milieu.
3.1.1.2 S TAP 2 – I DENTIFICATIE VAN MINIMAAL VEREISTE WERKMIDDELEN
Voor elke middel dat ondersteuning biedt voor de kritische of essentiële functies, moet het
volgende worden bepaald:
• Het doeltijdstip na de start van een onderbreking dat een werkmiddel opnieuw moet
beschikbaar zijn, dit is het specifieke Recovery Time Objective (RTO) van het middel.
• Het Recovery Point Objective RPO (indien van toepassing). Dit is het maximaal
toegestaan verlies van data en/of werk na een calamiteit, uitgedrukt in tijd. Dit is het
punt van waar data moet hersteld worden.
De RTO en resultaten van de bedrijfsimpactanalyse in het geheel vormen de basis voor het
identificeren en analyseren van werkbare strategieën voor het bedrijfscontinuïteitsplan.
Werkbare strategieopties zijn alle opties die hervatting van een bedrijfsproces binnen een
tijdspanne van of in de buurt van de RTO mogelijk maken.
Tips:
→ Bij het identificeren van afhankelijkheden is het belangrijk gedetailleerd te werk te
gaan. Stel uw vragen aan werknemers die dagdagelijks deze taken uitvoeren en laat
hen de stappen beschrijven. Het is gemakkelijk om eenvoudige maar fundamentele
afhankelijkheden te vergeten zoals een lijst met telefoonnummers of werkende
website.
→ De sleutelvragen zijn: Wanneer moeten deze afhankelijkheden beschikbaar zijn?
Zijn er alternatieve methodes. Wat zijn deze? Welke informatie is nodig om
continuïteit van de activiteiten te kunnen garanderen. Wanneer zou deze informatie
beschikbaar moeten zijn? Zijn er alternatieven?
Het werkblad 2 introduceert het concept van:
 Recovery Point Objective (RPO): Dit is het maximaal toegestaan verlies van data
en/of werk na een calamiteit, uitgedrukt in tijd. Dit is het punt van waar data moet
hersteld worden.
Vlaamse overheid
Confidentieel
Pagina 10 / 63
HANDLEIDING BCM - WERKGROEP BCM/BEVEILIGING
U kunt gebruiken maken van interviews en vooraf opgemaakte vragenlijsten voor uw
sleutelpersonen en belanghebbenden om de bedrijfsimpactanalyse uit te voeren.
Sjablonen van werkbladen zijn terug te vinden.
3.1.2 WERKBLADEN
De ‘bedrijfsimpactanalyse werkbladen’ bestaan uit vijf delen:
Deel 1: Inventaris – Kritische bedrijfsprocessen
Beschrijf de bedrijfsprocessen van uw organisatie die kritisch zijn voor de organisatie
(vanuit een ‘bedrijfscontinuïteit’-perspectief).
Verduidelijk met naam, locatie, deelprocessen en activiteiten, gebruikte middelen, interafhankelijkheden met andere (kritische) processen (input van / output naar).
Bepaal de RTO (Recovery Time Objective) – Hoe lang kan het proces maximaal
onderbroken worden na een zwaar incident (zonder de andere kritische
bedrijfsprocessen in gevaar te brengen)?).
Deel 2: Matrix – Kritische bedrijfsprocessen / toepassingen
Definieer voor elk kritisch bedrijfsproces (uit deel 1) de gebruikte toepassingen.
Bepaal de RPO (Recovery Point Objective – Wat is het aanvaardbare verlies van data na
een zwaar incident? Hoe ver kunt u de klok terugdraaien? (uitgedrukt in dagen)).
Dit zal een overzicht geven van de inter-afhankelijkheden tussen processen en
toepassingen en van de impact van een onderbreking van één of meer toepassingen.
Deel 3: Tijdsafhankelijke impact op de bedrijfsvoering
Wat zijn de mogelijke gevolgen van een incident voor uw organisatie? Gebruik de lijst uit
deel 3 als leidraad, maar denk ook na over specifieke gevolgen. Geef een schatting van
de impact (hoeveel dagen/weken/maanden na een incident zullen deze gevolgen
zichtbaar worden?) door een kruisje te plaatsen in de corresponderende kolom en
definieer het relatieve belang van het specifieke gevolg door een score van 0 tot 10 toe
Vlaamse overheid
Confidentieel
Pagina 11 / 63
HANDLEIDING BCM - WERKGROEP BCM/BEVEILIGING
te kennen. Dit deel zal meer informatie geven over de mogelijke valkuilen in geval van
een ramp.
Vlaamse overheid
Confidentieel
Pagina 12 / 63
HANDLEIDING BCM - WERKGROEP BCM/BEVEILIGING
3.1.2.1 D EEL 1: I NVENTARIS VAN K RITISCHE B EDRIJFSPROCESSEN
Organisatie
Afdeling
Contactpersoon
Functie
Telefoon
Kantoorlocatie
E-mailadres
Kernproces
3
Prioriteit
(H-M-L)
Locatie
Deelprocessen/Activiteiten
Afhankelijkheden van andere
processen
RTO: Recovery Time Objective (Maximaal toegestane uitvalsduur voor kritische bedrijfsprocessen)
Kritisch: < 48 uren, Essentieel: < 14 dagen, Noodzakelijk: > 6 à 8 weken
Vlaamse overheid
Confidentieel
Pagina 13 / 63
Middelen
RTO3 (Recovery
Time Objective)
HANDLEIDING BCM - WERKGROEP BCM/BEVEILIGING
3.1.2.2 D EEL 2 A : M INIMAAL VEREISTE WERKMIDDELEN (1/2)
Organisatie
Afdeling
Contactpersoon
Kantoorlocatie
Middelen
(benodigde middelen om op een acceptabel
niveau te werken)
Afdeling of
Dienst
Aantal
Tijd waarin de middelen
beschikbaar dienen te zijn,
eventueel op alternatieve
locatie
0 – 48u
2–14 Dagen
Personeel (VTE)
Werkplekken
Telefoons
Werkstations
Laptops
Print & Kopieer faciliteiten
Vlaamse overheid
Confidentieel
Pagina 14 / 63
3 tot 6 à 8
weken
Is er een alternatieve methode?
Zo ja, welke?
HANDLEIDING BCM - WERKGROEP BCM/BEVEILIGING
Middelen
(benodigde middelen om op een acceptabel
niveau te werken)
Afdeling of
Dienst
Aantal
Tijd waarin de middelen
beschikbaar dienen te zijn,
eventueel op alternatieve
locatie
Toegang tot e-mail
Toegang tot Internet
Vlaamse overheid
Confidentieel
Pagina 15 / 63
Is er een alternatieve methode?
Zo ja, welke?
HANDLEIDING BCM - WERKGROEP BCM/BEVEILIGING
3.1.2.3 D EEL 2 B : M INIMAAL VEREISTE WERKMIDDELEN (2/2)
Organisatie
Afdeling
Contactpersoon
Kantoorlocatie
Locatie
Informatie
P - papier
Tijd waarin de middelen beschikbaar dienen te zijn,
eventueel op alternatieve locatie
Alternatieven
L - locale PC
naam
C – (eigen)
centrale IT
diensten
Vlaamse overheid
0 – 48u
2–14 Dagen
Confidentieel
3 tot 6 à 8 weken
Pagina 16 / 63
HANDLEIDING BCM - WERKGROEP BCM/BEVEILIGING
Type
Toepassingen
L - locale pc
naam
Nodig op alternatieve locatie?
C - eigen centrale
IT diensten
Andere middelen/specifieke middelen (vb. fax)
Vlaamse overheid
Confidentieel
Pagina 17 / 63
Specifieke reden?
HANDLEIDING BCM - WERKGROEP BCM/BEVEILIGING
3.1.2.4 D EEL 3: K RITISCHE TIJDSPERIODES EN / OF DATA
Organisatie
Afdeling
Contactpersoon
Kantoorlocatie
Frequentie en
tijdstip van de
activiteit
Vlaamse overheid
Duur van de
activiteit
Uren, dagen,
weken
Bedrijfsproces
Confidentieel
Risico’s
Pagina 18 / 63
Wat is de impact wanneer zich
calamiteiten voordoen in deze kritische
periode(s)?
HANDLEIDING BCM - WERKGROEP BCM/BEVEILIGING
3.2 RISICO ANALYSE (RA)
3.2.1 WAT IS EEN RISICO ANALYSE ?
In de context van bedrijfscontinuïteit, moet het niveau van het risico gezien worden ten
opzichte van de kritische activiteiten van de organisatie en het risico van hun
onderbreking. Kritische activiteiten worden ondersteund door middelen zoals mensen,
faciliteiten, technologie, informatie, voorraden en belanghebbenden. De organisatie
dient de risico’s die gepaard gaan met deze middelen te identificeren / kennen, evenals
de mogelijke bedreigingen die hieruit voortvloeien en de impact voor de werking als
deze risico’s/ bedreigingen zich zouden voltrekken en dit incident een
bedrijfsonderbreking veroorzaakt.
De risicoanalyse is gebaseerd op het BS ISO/IEC 27001 raamwerk en bevat typische
elementen zoals:
 Bepalen van criteria voor aanvaarden van risico’s. onder welke omstandigheden is
de organisatie bereid om risico’s te aanvaarden.
 Identificatie van aanvaardbare risico niveaus. Welke RA aanpak ook wordt
gekozen, uw organisatie dient te bepalen welke risico niveaus het bereid is te
aanvaarden.
Analyse van de risico’s
Specifieke bedreigingen zijn gebeurtenissen of acties die, op een bepaald moment, een
impact veroorzaken op de middelen, vb. bedreigingen zoals brand, overstromingen,
stroomverlies, verlies van personeel, arbeidsverzuim, computer virussen en falen van
apparatuur. U zou het risico en de impact van deze gebeurtenissen moeten evalueren
en dit op basis van uw huidig niveau van risico beheer.
Kwetsbaarheden kunnen zich voortdoen als zwakheden binnen de middelen. Ze kunnen
op een bepaald moment beïnvloed worden (d.i. negatieve impact hebben) door de
bedreigingen vb. single points of failure, onvolmaaktheden in de brandbeveiliging,
schommelingen in voltage, aantal werkkrachten, (kennis)monopolies, solistische
posities, IT beveiliging en IT continuïteit. U zou deze kwetsbaarheden moeten
analyseren als ook de impact van de resulterende gebeurtenissen en dit en dit op basis
van uw huidig niveau van risico beheer.
Vlaamse overheid
Confidentieel
Pagina 19 / 63
HANDLEIDING BCM - WERKGROEP BCM/BEVEILIGING
Tip:
Structureel en proactief beheer van risico’s, kan een organisatie helpen om dynamischer
te worden en de kansen te vergroten op het bereiken van zijn doelstellingen. Het zal
helpen bij
- Het maken van meer beredeneerde beslissingen – risicobeheer kan helpen om
beslissingen te verantwoorden met beredeneerde oordelen van de bedoelde en
onbedoelde resultaten.
- Verbeteren van de efficiëntie door het maken van betere beslissingen over systeem
optimalisatie, waar middelen moeten worden aangewend, hoe er beter evenwicht kan
worden verkregen tussen het niveau van het risico en de kost van de remediërende
maatregelen (kosten/batenafweging)
- Versterken van de betrouwbaarheid van de managementsystemen en controleomgeving.
Bijkomende informatie over risicomanagement
http://www2.vlaanderen.be/internecontrole/risicomgt.htm
of thema 1 Doelstellingen, proces- en risicomanagement van de leidraad interne
controle/organisatiebeheersing
Om deze analyse uit te voeren, zijn er basistypes van risico’s in het kader van
bedrijfscontinuïteit die moeten worden overwogen:
1. Onbeschikbaarheid van gebouw/infrastructuur

Voorbeeld: risico van brand of overstroming die de faciliteiten van organisatie
treft en dus ook de continuïteit van de werkzaamheden.
2. Onbeschikbaarheid van werknemers/expertise

Voorbeeld: risico op pandemie, stakingen of vakbondsacties die de continuïteit
treffen van de werkzaamheden.
3. Onbeschikbaarheid van ICT/telecommunicatie

Voorbeeld: risico van stroomoverbelasting of panne bij de telecommunicatie die
de continuïteit treft van de werkzaamheden
Vlaamse overheid
Confidentieel
Pagina 20 / 63
HANDLEIDING BCM - WERKGROEP BCM/BEVEILIGING
Tip:
→ Analyseer de impact van deze drie categorieën van risico’s voor elke functie / elk
proces. In de meeste gevallen zullen ze alle drie relevant zijn, al kan de impact
natuurlijk wel sterk variëren (IT is meer cruciaal voor sommige activiteiten dan
andere, waardoor de impact van een incident een hogere of een lagere impact zal
hebben).
Bij het evalueren van de impact moet je de effecten die er zijn op het behalen van de
doelstellingen of de effecten voor de belanghebbenden mee in rekening brengen.
Mogelijke gevolgen (secundaire impact) zijn:
Externe omgeving

niet of niet tijdig behalen van de doelstellingen

schade aan relaties

verzwakte beslissingen/uitvoering

schade aan reputatie/imago
Planning, processen en systemen

schade aan, of verlies van, middelen, faciliteiten, technologie of informatie

schade aan financiële
overschrijdingen

fraude of onregelmatigheden

achteruitgang van de kwaliteit van producten of diensten
levensvatbaarheid,
onvoorziene
kosten,
budget
Mensen

gezondheid en veiligheid – impact op werknemers en algemeen welzijn

verlies van moraal/productiviteit van werknemers
Wettelijke aspecten en regelgeving

impact van schendingen van wettelijke plichten en of regelgevingen

schadeclaims, boetes en wettelijke aansprakelijkheid
De potentiële impact wordt geclassificeerd als Heel Hoog, Hoog, Middelmatig, Laag,
Heel Laag.
Vlaamse overheid
Confidentieel
Pagina 21 / 63
HANDLEIDING BCM - WERKGROEP BCM/BEVEILIGING
De tabel hieronder beschrijft een model voor risicoclassificatie.
Kwalitatieve
schaal
Definitie
Heel Hoog
Van buitengewoon ernstig tot catastrofale schade: volledige ramp met de
mogelijk uitvallen van een functie.
Hoog
Ernstige schade: een voorval dat langdurige onderbrekingen van belangrijke
delen van een functie kan veroorzaken.
Middelmatig
Aanzienlijke schade: een voorval dat met grondige aanpak kan worden
verdragen
Laag
Matige schade: een voorval dat met het gepast proces, kan worden beheerd.
Heel Laag
Verwaarloosbare of geen schade: elk gevolg kan gemakkelijk worden
opgevangen
 Gebruik Werkblad “Risico Analyse”
Deze oefening is enigszins anders dan een standaard risicoanalyse en dit doordat het
enkel een analyse is van de impact en niet van de waarschijnlijkheid van een risico. De
resultaten van deze risicoanalyse worden gebruikt om mogelijk strategieën voor risico
beperking en –vermindering te definiëren.
U kunt om de risicoanalyse uit te voeren, gebruik maken van interviews en vooraf
opgemaakte vragenlijsten om uw sleutelpersonen en belanghebbenden te bevragen.
Werkbladen voor deze doeleinden kan u terugvinden in de sectie hieronder.
Vlaamse overheid
Confidentieel
Pagina 22 / 63
HANDLEIDING BCM - WERKGROEP BCM/BEVEILIGING
3.2.2 WERKBLAD RISCOANALYSE
Het ‘RA werkblad’ bestaat uit één deel met de niveaus van de risico’s en verklarende beschrijvingen.
3.2.2.1 R ISICO A NALYSE
Classificatie
Risico Impact
(Kritisch/Essentieel/Nodig)
(1-2-3)
Proces 1
Essentieel
Proces 1
Essentieel
Proces 1
Essentieel
Verklaring
1. Onbeschikbaarheid van
gebouw/infrastructuur
Vb. Natuurlijke rampen in
regio
2. Onbeschikbaarheid van
personeel/expertise
3. Onbeschikbaarheid van
ICT/onderbreking operationele
werking
Confidentieel
H
M
L
Proces 3
Vlaamse overheid
Impact
(HH-H-M-L-HL)
Proces 2
Proces 1
Proces
Pagina 23 / 63
Remediëring
Huidige
vb. cold-site
Nog te
implementeren
vb. hot-site
HANDLEIDING BCM - WERKGROEP BCM/BEVEILIGING
Het resultaat van deze risicoanalyse wordt gebruikt om de risico impact strategie te
bepalen en uiteindelijk de risico comfortzone op vlak van:



Onbeschikbaarheid van gebouw/infrastructuur
o vb. risico op overstroming in de regio, met aantasting van de continuïteit
van de bedrijfswerkzaamheden
Onbeschikbaarheid van personeel/expertise
o vb. risico op staking en vakbond onrust, met aantasting van de
continuïteit van de bedrijfswerkzaamheden
Onbeschikbaarheid van ICT/onderbreking van operaties
o vb. risico op overbelasting van stroomtoevoer, met aantasting van de
continuïteit van de bedrijfswerkzaamheden.
3.3 MIDDELEN EN BEHEERSMAATREGELEN
3.3.1 MIDDELEN
Rekening houdend met de resultaten van de bedrijfsimpactanalyse en de risicoanalyse
zullen we een schatting maken van de middelen die elke activiteit nodig heeft voor haar
herstel.
De methodologie binnen de Vlaamse overheid bevat het volgende:
 Personeelsmiddelen, inclusief aantallen, vaardigheden / competenties en kennis
(mensen);
 De vereiste werklocatie en faciliteiten (facility);
 Ondersteunende technologie;
 Het voorhanden zijn van informatie (zowel elektronisch als op papier) over vorige
werkzaamheden of onafgewerkte werkzaamheden, die voldoende bijgewerkt en
accuraat zijn om de activiteit effectief te laten voortzetten op vooraf afgesproken
niveau;
 Externe diensten en leveranciers.
U zou ook rekening moeten houden met de noden van de belanghebbenden bij het
bepalen van de niveaus van middelen.
3.3.2 BEHEERSMAATREGELEN
Als een resultaat van de bedrijfsimpactanalyse en de risicoanalyse, zou u maatregelen
moeten identificeren die:
 De waarschijnlijkheid reduceren van een onderbreking;
Vlaamse overheid
Confidentieel
24 Pagina / 63
HANDLEIDING BCM - WERKGROEP BCM/BEVEILIGING
 De periode van de onderbreking verkorten;
 De impact beperken van een onderbreking van de bedrijfsprocessen.
Deze maatregelen zijn ook bekend als verlies beperking en risico behandeling. Verlies
beperkingsstrategieën kunnen in combinatie gebruikt worden met andere opties,
aangezien niet alle risico’s kunnen vermeden of verminderd worden tot een
aanvaardbaar niveau. We zullen kort enkele alternatieve strategieën beschrijven:
Bedrijfscontinuïteit
Continuïteitstrategieën streven naar het verbeteren van de weerstand van uw
organisatie tegen een onderbreking door te verzekeren dat de kritische activiteiten
kunnen doorgaan of worden hersteld naar een aanvaarbaard minimum niveau en naar
tijdspannes beschreven in de bedrijfsimpactanalyse.
Als u gekozen heeft voor bedrijfscontinuïteit voor een sleutelproduct of dienst, dan
zullen de Recovery Time Objectieven worden vastgelegd en de continuïteitstrategieën
voor uw middelen worden geëvalueerd tegen deze RTO.
Aanvaarding
Een risico kan aanvaardbaar zijn zonder dat verdere actie wordt ondernomen. Zelfs als
deze niet aanvaardbaar is, kan het vermogen om iets te doen aan sommige risico’s
beperkt zijn, of kan de kost voor het ondernemen van acties onevenredig zijn met de
potentiële voordelen (kosten-batenafweging).
In deze gevallen kan het antwoord zijn om het huidige risico niveau toe te staan binnen
de risicocomfortzone (aanvaardbaar restrisico rekening houdend met de risicoappetijt)
van uw organisatie. Aanvaarding kan aangevuld worden met een plan om de impact op
te vangen als het risico zich effectief realiseert.
Delen van het risico
Sommige risico’s kunnen worden overgedragen aan een derde partij. Dit kan gebeuren
door de gewone verzekering of door contractuele afspraken, of het kan gebeuren door
een derde partij te betalen om risico op te nemen op een andere manier.
Beperken van het risico
Deze optie is in het bijzonder goed voor het beperken van financiële risico’s of risico’s bij
goederen. Risico’s kunnen worden getransfereerd (overgedragen) om de
risicoblootstelling van uw organisatie te verminderen of omdat een andere organisatie
meer bekwaam is in het effectief beheren van het risico.
Vlaamse overheid
Confidentieel
25 Pagina / 63
HANDLEIDING BCM - WERKGROEP BCM/BEVEILIGING
Aanpassen, uitstellen of afsluiten
In sommige omstandigheden kan het gepast zijn om de dienst, product, activiteit,
functie of proces aan te passen, uit te stellen of af te sluiten. Deze optie kan worden
overwogen wanneer er geen conflicten zijn met uw doelstellingen, (statutaire)
verplichtingen en verwachtingen van de belanghebbenden.
Een combinatie van voorgaande(n) is ook mogelijk.
Deze optie zal waarschijnlijk worden overwogen wanneer een dienst, product, activiteit,
functie of proces een beperkte levensverwachting heeft.
Schematisch kunnen de strategieën als volgt worden weergegeven:
Strategieën
Aanvaarden
•Gebruik opportuniteiten
•Accepteer de risico’s
•Financier de gevolgen
en Monitoring
Vermijden
•Stop activiteit
•Verander objectieven
•Krimp de activiteit in
en Monitoring
Delen
•Verzeker de risico’s
•Deel de risico’s (allianties, PPS, …)
•Besteed de risico’s uit (contracteer)
en Monitoring
Beperken
Aanpassen van:
• Organisatie
• Medewerkers en management
• Operationele activiteiten
• Controles
en Monitoring
Bepalen van de strategie is een managementbeslissing
3
Vlaamse overheid
Confidentieel
26 Pagina / 63
HANDLEIDING BCM - WERKGROEP BCM/BEVEILIGING
Van risico naar strategie
Strategie
Vermijding
Activiteit
elimineren
Beperking
Interne
aanpassingen
Risico’s
Deling
Aanvaarding
Verzekeren
Evolutie
opvolgen
M
O
N
I
T
O
R
I
N
G
4
Tips:
→ Wees concreet en realistisch bij het definiëren van maatregelen voor remediëring.
Als deze goedgekeurd worden, zullen ze moeten worden geïmplementeerd door uw
organisatie.
→ Probeer zo goed mogelijk de financiële kost in te schatten bij het bepalen van
maatregelen. De kost kan ook uitgedrukt worden in termen van personeel of
cursussen voor bijkomend back-up personeel.
→ Het is mogelijk om alternatieve maatregelen te definiëren voor elk risico. Elke
alternatieve maatregel zal een kost, een gewaarborgd dienstniveau of limieten en
nadelen met zich mee brengen. De keuze van de geprefereerde (of mogelijke)
maatregelen zal op een later moment worden gemaakt.
Vlaamse overheid
Confidentieel
27 Pagina / 63
HANDLEIDING BCM - WERKGROEP BCM/BEVEILIGING
3.4 CONCLUSIE
Alle informatie die verzameld is in de eerste fase: “Begrijpen van de organisatie” kan
gebruikt worden om de continuïteitstrategie te definiëren en bedrijfscontinuïteitsplan
te ontwikkelen in Fase 2: “Continuïteitstrategie & Plan ontwikkeling” van BCM
levenscyclus.
Gebaseerd op een nazicht van succesvolle bedrijfsimpactanalyse en risicoanalyse en
beproefde praktijkvoorbeelden in de sector, kunnen we een aantal kritische
succesfactoren identificeren voor dit deel van het BCM proces en in het bijzonder:
o Betrokkenheid en gedragenheid van politieke vlak en topmanagement;
o Grondige implementatie van een standaard raamwerk voor
bedrijfscontinuïteitsbeheer;
o Betrouwbare informatie op basis waarvan de diensten hun oordeel kunnen
geven over hun activiteiten en risico’s;
o Een werkomgeving die het management en personeel aanmoedigt om de
hiërarchie te informeren over potentiële problemen en risico’s.
Training
Trainingen kunnen worden georganiseerd om de grondslagen van het raamwerk uit te
leggen en groepsessies te houden rond praktische casussen en situaties.
Vlaamse overheid
Confidentieel
28 Pagina / 63
HANDLEIDING BCM - WERKGROEP BCM/BEVEILIGING
4 FASE 2 – CONTINUÏTEITSTRATEGIE
4.1 ALGEMEEN
Strategie opties
- Implementeren maatregelen;
- Analyseer weerbaarheid en
mitigerende maatregelen;
- Continuïteit voorzien tijdens
incident;
- Analyseer niet krtitische activiteiten
Dit element van de BCM levenscyclus is de logische volgende stap na “Begrijpen van
de organisatie”. Als resultaat van de vorige analyse, is uw organisatie in de juiste
positie om de gepaste continuïteitstrategieën te kiezen zodat de doelstellingen
gerealiseerd worden.
In de aanpak kunnen we de volgende stappen onderscheiden:
 Implementeren van gepaste (beheers)maatregelen om de kans op incidenten
te verminderen en/of het potentiële effect van deze incidenten te beperken.
 Rekening houden met weerstands- en remediërende maatregelen;
 Zorgen voor continuïteit voor kritische activiteiten tijdens en na een incident;
 Rekening houden met activiteiten die niet als kritisch werden beschouwd.
4.2 STRATEGIE OPTIES
Tijdens de strategische fase worden strategische opties voor de kritische activiteiten
en hun ondersteunende middelen van uw organisatie overwogen, die nodig zijn bij
het herstel. De meest geschikte strategie of strategieën zullen afhankelijk zijn van
een waaier aan factoren zoals daar zijn:
Vlaamse overheid
Confidentieel
29 Pagina / 63
HANDLEIDING BCM - WERKGROEP BCM/BEVEILIGING
 De Recovery Time Objective (RTO) en Recovery Point Objective (RPO);
 De kosten van implementeren van een strategie of strategieën;
 De gevolgen om geen activiteiten / beheersmaatregelen te ondernemen
/nemen (= risicoaanvaarding).
Deze strategieën concentreren zich op de middelen van uw organisatie, waaronder
de volgende:
 Mensen
De gepaste strategieën worden uitgezocht voor het onderhouden van
kernvaardigheden en kennis binnen uw organisatie. Deze analyse gaat verder
dan werknemers en omvat ook dienstverleners, contractanten en andere
belanghebbenden die uitgebreide specialistische vaardigheden en kennis
bezitten.
 Faciliteiten
Strategieën worden uitgewerkt om de impact van het onbeschikbaar zijn van
de normale werksite(s) te beperken. Deze kunnen ook alternatieve locaties
bevatten binnen uw organisatie of sites voorzien bij andere organisaties
(uitwijklocaties of afspraken met andere entiteiten).
 Technologie
Op basis van de aard van de technologie en de relatie met de kritische
activiteiten zullen de technologische strategieën worden onderzocht. Typisch
leidt dit tot één of een combinatie van voorzieningen binnen uw organisatie,
diensten geleverd aan uw organisatie en diensten geleverd door een derde
partij.
 Informatie
Informatiestrategieën zorgen ervoor dat vitale informatie voor de werking van
uw organisatie beschermd en herstelbaar is volgens de RTO en RPO beschreven
in de bedrijfsimpactanalyse.
 Voorraad
Uw organisatie stelt een inventaris op en onderhoudt de kernvoorraden die de
kritische activiteiten ondersteunen. Een mogelijke strategie kan zijn om
additionele voorraden te voorzien op een alternatieve locatie en het gebruik
van “just-in-time” leveringen naar andere locaties.
 Belanghebbenden
Vlaamse overheid
Confidentieel
30 Pagina / 63
HANDLEIDING BCM - WERKGROEP BCM/BEVEILIGING
Bij het bepalen van de gepaste strategieën wordt rekening gehouden met de
belangrijkste belanghebbenden en wordt nagegaan hoe de relatie met deze
belanghebbenden wordt beheerd
bij het bepalen, implementeren en valideren van strategieën voor incident
management en bedrijfscontinuïteit in relatie met civiele noodgevallen.
Vlaamse overheid
Confidentieel
31 Pagina / 63
HANDLEIDING BCM - WERKGROEP BCM/BEVEILIGING
5 FASE 3 – ONTWIKKELEN & IMPLEMENTEREN VAN EEN BCMANTWOORD
5.1 PLAN ONTWIKKELING
Dit element van de BCM levenscyclus concentreert zich op de ontwikkeling en
implementatie van gepaste plannen en afspraken die zorgen voor de continuïteit van
de kritische activiteiten volgens hun RPO en RTO en het behandelen van een incident.
Het bereik van de bedreigingen waarvoor er wordt gepland, moet bepaald worden
door de risicocomfortzone van uw organisatie.
Hieronder kunt u voorbeeld vinden van een inhoudsopgave van een plan
SECTIE I: Continuïteitsplanning
1. Inleiding en werkingsgebied
2. Wanneer dit plan te gebruiken
3. Autoriteiten
4. Belangrijke Veronderstellingen
5. Onderhoud van het plan – Verantwoordelijkheden
6. Testen en Nazicht van het Plan
7. Additionele Documentatie
8. Organisatorisch overzicht
SECTIE II: Continuïteitsteams - Informatie & Taken
9. Continuïteitsteams
9.1 Inleiding
9.1.1 Verantwoordelijkheden
9.1.2 De leden van het team
9.1.3 Kritische Documentatie
9.1.4 Minimaal vereiste werkingsmiddelen voor het team
9.1.5 Takenlijst
Vlaamse overheid
Confidentieel
32 Pagina / 63
HANDLEIDING BCM - WERKGROEP BCM/BEVEILIGING
9.2 Incident Management Team (IMT)
9.2.1 Verantwoordelijkheden
9.2.2 Teamleden
9.2.3 Kritische Documentatie
9.2.4 Vereiste Middelen
9.2.5 Takenlijst
9.3 Crisis management Team (CMT)
9.3.1 Verantwoordelijkheden
9.3.2 Teamleden
9.3.3 Kritische Documentatie
9.3.4 Vereiste Middelen
9.3.5 Takenlijst
9.4 Crisis Communicatie Team
9.4.1 Verantwoordelijkheden
9.4.2 Teamleden
9.4.3 Kritische Documentatie
9.4.4 Vereiste Middelen
9.4.5 Takenlijst
9.5 Crisis Team A
9.5.1 Verantwoordelijkheden
9.5.2 Teamleden
9.5.3 Kritische Documentatie
9.5.4 Vereiste Middelen
9.5.5 Takenlijst
9.6 Crisis Team B
9.6.1 Verantwoordelijkheden
9.6.2 Teamleden
Vlaamse overheid
Confidentieel
33 Pagina / 63
HANDLEIDING BCM - WERKGROEP BCM/BEVEILIGING
9.6.3 Kritische Documentatie
9.6.4 Vereiste Middelen
9.6.5 Takenlijst
9.7 Crisis Team C
9.7.1 Verantwoordelijkheden
9.7.2 Teamleden
9.7.3 Kritische Documentatie
9.7.4 Vereiste Middelen
9.7.5 Takenlijst
9.8 Crisis Team D
9.8.1 Verantwoordelijkheden
9.8.2 Teamleden
9.8.3 Kritische Documentatie
9.8.4 Vereiste Middelen
9.8.5 Takenlijst
9.9 Crisis Team E
9.9.1 Verantwoordelijkheden
9.9.2 Teamleden
9.9.3 Vereiste Middelen
9.9.4 Takenlijst
SECTIE III: Ondersteunende Informatie
10. Sleutelpersonen
11. Continuïteitsfaciliteiten
12. Herstel en continuïteit van de dienstverlening
13. De Vereiste werkingsmiddelen
14. Kritische bedrijfsprocessen & Diensten
SECTIE IV: Documentcontrole
Vlaamse overheid
Confidentieel
34 Pagina / 63
HANDLEIDING BCM - WERKGROEP BCM/BEVEILIGING
15. Distributielijst
16. Aanpassingen
17. Testverslagen
Bijlagen
18. Evacuatieplan
19. BCP Procedures
5.1.1 VOORBEELD VAN EEN BCP PLAN GEDEELTE
5.1.1.1 C RISIS T EAM
5.1.1.1.1 V ERANTWOORDELIJKHEDEN


…
…
5.1.1.2 T EAMLEDEN
Crisis Team
Naam (+ 2de in lijn)
Functie/Verantwoordelijkheden
6 kernmedewerkers (namen
dienen nog aangevuld te
worden)
5.1.1.2.1 V EREISTE M IDDELEN
Beschrijving
Vereist
aantal
RTO
Werkplek (bureau, stoel,
telefoon)
6
4u
Werkstation (standaard)
6
4u
Print- & Kopieerfaciliteiten
6
4u
Toegang tot Email
6
4u
Toegang tot Internet
6
4u
Vlaamse overheid
Commentaar
Confidentieel
35 Pagina / 63
HANDLEIDING BCM - WERKGROEP BCM/BEVEILIGING
Applicaties:
4u
…
…
Data op gemeenschappelijke
schijven
Scanner
5.1.1.2.2 T AKENLIJST
CTBV01 – Activeer de cel … (6 medewerkers) vanuit het gebouw (Boudewijn)
CTBV02 – Indien het gebouw van … beschikbaar is kunnen de documenten ingescand worden via hun
scansysteem
CTBV03 –De documenten dienen door … aangeleverd te worden in (bv. Boudewijn) of het gebouw …
CTBV04 – De ingescande documenten dienen via mail verstuurd te worden naar de desbetreffende
contactpersonen (intern en extern)
…
Vlaamse overheid
Confidentieel
36 Pagina / 63
HANDLEIDING BCM - WERKGROEP BCM/BEVEILIGING
6 CRISIS COMMUNICATIE
De sleutel tot succesvolle reactie op een incident is snelle en gecontroleerde reactie en
de capaciteit om, volgens het werkingsgebied en de potentiële gevolgen van de
onderbreking, dit flexibel en efficiënt te doen. De aanvankelijke reactie zal door de
verantwoordelijke voor bedrijfscontinuïteit worden beheerd, die de rol van
Continuïteitsmanager voor deze procedure zal opnemen.
Recovery Team
C
Recovery
Team(s) ICT
Recovery
Team(s)
Facilities
Crisis Team A
Crisis Team B
Crisis Team
Crisis Team
ICT
Crisis Team
Facilities
IMT stays at incident location
STRATEGIC LAYER
Crisis
Team HR
TACTICAL LAYER
Recovery Team
B
OPERATIONAL LAYER
Recovery Team
A
Crisis
Comm.
Team
CMT
IMT
Het Incident Management Team, dat door de Incident Manager wordt geleid, zal de
situatie evalueren. Als er (een mogelijkheid van) een ernstig potentieel effect op kritieke
activiteiten vermoed wordt, zal de Continuïteitsmanager worden geïnformeerd. Het
Incident Management Team (IMT) zal reageren op de situatie en voert de nodige acties
uit om :
 het effect van het incident te verminderen
 Lichamelijke /morele schade voor personeel te beperken
 Verder verlies of schade aan de faciliteiten te verminderen.
Vlaamse overheid
Confidentieel
37 Pagina / 63
HANDLEIDING BCM - WERKGROEP BCM/BEVEILIGING
De Continuïteitsmanager zal de situatie beoordelen, al dan niet besluiten om het
bedrijfscontinuïteitsplan te activeren, en met de steun van de incidentmanager bepalen
welke hersteloptie toegepast kan worden. Als de procedure wordt geactiveerd, zullen
de leden van het Continuïteitsmanagementteam, voor elk domein dat door het incident
wordt beïnvloed, gecontacteerd en geïnformeerd worden.
Het Continuïteitsmanagementteam zal samenkomen om de situatie te bekijken en zal,
gebruik makend van de lijst van kritieke processen:

Herstel en continuïteitsdoelstellingen goedkeuren

Termijnen vastleggen voor de uit te voeren acties / activiteiten,

Middelen toewijzen

Verantwoordelijkheden toewijzen.
De leden van het Continuïteitsmanagementteam zullen hun teams bijeenroepen en :

de hersteldoelstellingen communiceren

prioriteiten vastleggen voor de herstel/continuïteitsacties die uitgevoerd
moeten worden

aan teamleden, op basis van de hersteldoelstellingen,
verantwoordelijkheden en acties toewijzen.
De teams zullen op de hun aangewezen herstellocatie(s) positie nemen en verifiëren dat
alle middelen, die voor verrichting van de herstelactiviteiten vereist zijn, beschikbaar en
operationeel zijn. De bedrijfscontinuïteitverrichtingen/de bedrijfsfuncties zullen zo
spoedig mogelijk opgestart worden.
Vlaamse overheid
Confidentieel
38 Pagina / 63
HANDLEIDING BCM - WERKGROEP BCM/BEVEILIGING
Response / Recovery Activity
Incident Management
Crisis Management
Business Continuity
Voor het luik crisiscommunicatie wordt er verwezen naar de expertise van de afdeling
Communicatie van het departement Diensten voor Algemeen Regeringsbeleid.
De afdeling Communicatie van de Diensten voor het Algemeen Regeringsbeleid (DAR) van de
Vlaamse overheid neemt uitdrukkelijk het voortouw in de volgende gevallen:
 op verzoek van de minister-president van de Vlaamse Regering of de Vlaamse minister
van Bestuurszaken;
 tijdens crises die het departement DAR treffen;
 tijdens andere crises waarbij een rampenplan operationeel wordt waarin de afdeling
Communicatie een rol speelt (op dit ogenblik gaat het om het rampenplan voor het
Boudewijngebouw in Brussel en het rampenplan van de dienst protocol van DAR)
Bijkomende informatie is terug te vinden op de communicatiewebstek:
http://koepel.vonet.be/nlapps/docs/default.asp?fid=640
Bijkomende informatie ivm crisiscommunicatie in het bijzonder:
http://koepel.vonet.be/nlapps/docs/default.asp?fid=654
6.1 BASISPRINCIPES / VERHOUDING TOT BEDRIJFSCONTINUÏTEITS- EN CRISISMANAGEMENT
Bij een incident of crisis komen zowel interne als externe communicatie-acties aan bod,
maar let wel de puur beheersmatig contacten die plaatshebben tijdens een crisis (bv.
alarmering en bijhorende verwittigingen, of het functionele overleg tussen teams) zijn
niet noodzakelijk te beschouwen als crisiscommunicatieacties. Hiervoor vertrouwt het
crisiscommunicatieteam op een goede organisatie elders (i.c. crisismanagementteam
Vlaamse overheid
Confidentieel
39 Pagina / 63
HANDLEIDING BCM - WERKGROEP BCM/BEVEILIGING
CMT). Omgekeerd moet het crisismanagementteam ook kunnen vertrouwen in een
uitgebreide communicatie-expertise.
Want bij communicatieacties komt meer kijken dan enkel door het CMT goedgekeurde
boodschappen uitsturen om mensen voor te lichten of te beïnvloeden (bv. zodat ze
veiliger gedrag vertonen). Zo is het bv. ook nodig de communicatie die elders
plaatsvindt te monitoren zodat men kan inschatten wat behalve proactief (uitzendend)
ook reactief (remediërend) nodig is om naast een crisis in de feiten niet ook nog 's een
flink escalerende reputatiecrisis in de publieke opinie (imagoschade, verlies van het
vertrouwen van klanten en burgers) mee te maken.
Ook reputatiemanagementacties maken dus onderdeel uit van crisisbeheersende
communicatie. Bij het uitvoeren van een risico- of BIA-analyse dient er dus ook aandacht
te zijn voor de reputatieschade die uit een incident kan voortvloeien. Er bestaat immers
altijd een onvoorziene kans op reputatieschade vanuit gebeurtenissen die losstaan van
de eigen organisatie, bijvoorbeeld als iemand bepaalde uitspraken doet, bijvoorbeeld
omdat een niet-waargenomen criminineel handelen plots de aandacht wekt van pers of
gerecht, ... Crisiscommunicatie dient daarom best niet benaderd te worden als
losstaand van het dagdagelijkse woordvoerderschap en reputatiemanagement, dat een
crisisvoorkomende rol kan hebben.
Zoals dit schema illustreert, moet een organisatie dus grosso modo twee soorten
informatie beheren :
Vlaamse overheid
Confidentieel
40 Pagina / 63
HANDLEIDING BCM - WERKGROEP BCM/BEVEILIGING
-
informatie die noodzakelijk is om een incident of crisis tot en goed einde te
brengen (crisiscommunicatie);
-
informatie die een rol moet spelen in het herstellen, in stand houden of vergroten
van het krediet van het crisismanagement of de organisatie
(reputatiemanagement).
Wat dat laatste betreft, geldt dat hoe meer krediet men vooraf al heeft, hoe meer men
heeft om op terug te vallen. Vandaar het belang van een goed (dagdagelijks)
woordvoerderschap of communicatiebeheer waarin relaties worden op basis van een
stakeholdersanalyse, en het belang van een goede monitoring , allebei investeringen
waar men tijdens een crisis dan ook vlot op kan terugvallen.
Schematisch voorgesteld:
Vlaamse overheid
Confidentieel
41 Pagina / 63
HANDLEIDING BCM - WERKGROEP BCM/BEVEILIGING
6.2 SAMENSTELLING, VERANTWOORDELIJKHEDEN EN ORGANISATIE VAN EEN
CRISISCOMMUNICATIETEAM
Pragmatisme staat voorop. Het belangrijkste is dat zo snel mogelijk het essentiële wordt
gedaan met de beschikbare mensen en middelen. Daarop moet men getraind en
voorzien zijn. Maar terwijl een minimaal bezet team al een eerste reeks essentiële taken
vervult (voor een chronologische benadering, verwijzen we alvast naar §6.4), moet er
tegelijk een hele werking op poten worden gezet die veel moet aankunnen.
De schema's hierboven en die hieronder - afkomstig van het federale crisiscentrum (IBZ)
- tonen wat een volledige invulling van de communicatiediscipline kan inhouden bij een
crisis. In deze en de volgende paragraaf staan we nog even stil bij wat er allemaal nodig
kan blijken qua competenties en taakinvulling.
Vlaamse overheid
Confidentieel
42 Pagina / 63
HANDLEIDING BCM - WERKGROEP BCM/BEVEILIGING
In de federale noodplanning4 ziet men de invulling van de communicatiediscipline als
volgt :
4
http://crisis.ibz.be/ > documentatie > publicaties > (1) Leidraad crisiscommunicatie en (2) Noodplanning en
crisisbeheer in België.
Vlaamse overheid
Confidentieel
43 Pagina / 63
HANDLEIDING BCM - WERKGROEP BCM/BEVEILIGING
Bij de Vlaamse overheid is elke entiteit verantwoordelijk voor zijn eigen communicatie
... en dus crisiscommunicatie. Om al de bovenvermelde skills te kunnen invullen, staan
twee principes voorop :
- terugvallen op dagdagelijkse routines
Het is geen goed idee om procedures uit te dokteren of teams "op papier" te
organiseren die de dagelijkse realiteit nauwelijks weerspiegelen. De organisatie en
de voorzieningen noodzakelijk bij een incident of crisis vallen het best zoveel
mogelijk terug op de dagdagelijkse routines en middelen, op die manier zijn de
noodzakelijke procedures al gekend. Mocht blijken dat dit. niet voldoet onder
tijdsdruk, kan worden overwogen om de dagelijkse organisatie aan te passen of in
bijkomende middelen of vorming te investeren. Vandaar het belang van testen (cf.
infra).
- tijdig samenwerking zoeken.
De entiteit moet minstens voorzien of voor bepaalde taken niet beter allianties
worden aangegaan met specifieke entiteiten die op dit vlak meer expertise of
voorzieningen kunnen bieden, met name de afdeling Communicatie (DAR), de
afdeling Contactpunt Vlaamse Infolijn (DAR), of andere entiteiten binnen het
beleidsdomein. Een onderlinge taakverdeling met die laatste is sowieso aan de
orde, en daarin hoort deze problematiek in feite al in beeld te worden gebracht.
De hierboven beschreven skills zijn in principe aanwezig in de afdeling
Communicatie (DAR) of kunnen door haar snel worden gevonden - zij het dat ze
niet alle even onmiddellijk beschikbaar zijn.
Wat betreft de samenwerking met de afdeling Communicatie (DAR) staan de
basisprincipes uitgelegd op http://koepel.vonet.be/communicatie >
crisiscommunicatie5
Wat betreft de oprichting van een crisiscontactcenter kan een protocol worden
afgesloten met het Contactpunt Vlaamse Infolijn. Tijdens een crisis is het alleszins
nodig dat het Contactpunt Vlaamse Infolijn snel op de hoogte wordt gebracht van
de ontwikkelingen, om adequaat te kunnen antwoorden of doorverwijzen als haar
De afdeling heeft in 2009 voorzien in een bestellingsopdracht crisiscommunicatie en
reputatiemanagement die het mogelijk maakt om volgens vooraf vastgelegde tarieven
een communicatiebureau onder de arm te nemen dat ondersteuning kan bieden voor
(mediatraining, message training, uitschrijven en testen van procedures) of tijdens dan
wel na een crisis (meedenken, message coaching, monitoring, praktische
ondersteuning). Zie voornoemde extranetpagina's voor meer uitleg.
5
Vlaamse overheid
Confidentieel
44 Pagina / 63
HANDLEIDING BCM - WERKGROEP BCM/BEVEILIGING
vragen worden gesteld via 1700, via de contactmogelijkheden op
www.vlaanderen.be of langs andere wegen. Indien de afdeling Communicatie
(DAR) wordt betrokken, zal zij altijd meteen ruggespraak houden met de afdeling
Contactpunt Vlaamse Infolijn (DAR), en vice versa.
Voor een grondiger overzicht van de te treffen voorbereidingen, zie §6.4.1 en de modules
als bijlage.
6.3 SPECIFIEKE TAKEN EN VERANTWOORDELIJKHEDEN VOOR EEN
CRISISCOMMUNICATIETEAM VAN DE VLAAMSE OVERHEID
Het crisis communicatie team (CCT) staat in voor de ondersteuning en uitvoering van
alle communicatieacties in het kader van het incident, en ook voor de monitoring van de
communicatie in de buitenwereld. De volgende communicatieacties ( in principe
afgetoetst in het crisismanagementteam) tegenover specifieke doelgroepen moeten
worden overwogen:

actief behartigen dat er zo snel mogelijk sluitende afspraken worden gemaakt
over de taakverdeling bij het woordvoerderschap en het
communicatiemanagement, en die onmiddellijk intern bekendmaken bij iedereen
die een rol te spelen heeft, inclusief iedereen bij wie een vraag uit de
buitenwereld kan toekomen

interne communicatie met personeelsleden, i.s.m. HR; de communicatie met
familieleden van eventuele slachtoffers onder het personeel is echter een
specifieke taak voor de relevante HR-dienst, af te stemmen met het
crisismanagement en -communicatieteam

interne communicatie met de kabinetten van de Vlaamse Regering en met andere
Vlaamse entiteiten (los van de specifieke contacten in het kader van het
crisisbeheer)

externe communicatie met lokale en federale overheden (hulpdiensten,
crisiscentrum, bestuursverantwoordelijken ...) - al dan niet i.f.v. het
gemeentelijke, provinciale of risicospecifieke nationale rampenplan

externe communicatie met omwonenden

externe communicatie met "de burger" ("het publiek", "de samenleving")

externe perscontacten of contacten met burgerjournalisten, bloggers of andere
specifieke actoren (in wisselwerking met media- en webmonitoring), en het
bijhouden van een specifiek logboek daarover

externe communicatie met leveranciers en andere partijen (cf.
stakeholdersanalyse)
Vlaamse overheid
Confidentieel
45 Pagina / 63
HANDLEIDING BCM - WERKGROEP BCM/BEVEILIGING

het beantwoorden van vragen en het bijhouden van een specifiek logboek
daarover (zie ook procedures contactcenter)

het bijhouden van (een) logboek(en) van de overige communicatieactiviteiten
(andere logboeken zijn geen taak) - zie ook de aparte module "crisislogboek"

het onderling afstemmen van alle spelers of acties, bv. het treffen van alle
voorbereidingen zodat de interne communicatie niet pas plaatsvindt nà de
externe communicatie gebeurt.
6.4 CHRONOLOGISCH GEFASEERD
6.4.1 VOORAFGAAND AAN INCIDENT OF CRISIS (IN "VREDESTIJD ")
Eerst en vooral is het zaak om een reeks voorbereidingen te treffen. Daarin investeren maakt
het verloop tijdens een incident minder stresserend en zal er ook voor zorgen dat een crisis
gestructureerd en met meer vertrouwen wordt benaderd.
Enkele essentiële to do's :
-
evalueren van de dagelijkse werking, met name van het bestaand
woordvoerderschap, incl. de taakafspraken tussen ministeriële en ambtelijke
woordvoerders, en tussen sectorale ambtelijke woordvoerders onderling;
-
een snelle eerste stakeholdersanalyse wat betreft het reputatiemanagement met
gelijk ook een vertaling naar doelgroepen & kanalen; deze oefening kan zelfs
uitmonden in een actieplan dat bv. via PR-acties zorgt voor toegenomen krediet
bij journalisten - van het leggen van contacten die bekwaamheid en een positieve
organisatiecultuur etaleren tot een volledige onderbouwde corporate branding
oefening ;
-
overleg plegen met de afdeling Communicatie (DAR), bv. over
woordvoerderschap en reputatiemanagement, en de afdeling Contactpunt
Vlaamse Infolijn (DAR), bv. om een protocol af te sluiten over de SLA's als u een
call center nodig hebt als crisiscontactcentrum;
-
feitelijke voorzieningen treffen op het vlak van dagdagelijkse pers- en
webmonitoring;
-
uitwerken van een risico-analyse, risicoscenario's, uitschrijven rampenplan
(draaiboeken en adresboeken); naderhand eventueel bepaalde procedures
bekijken i.s.m. IAVA;
Vlaamse overheid
Confidentieel
46 Pagina / 63
HANDLEIDING BCM - WERKGROEP BCM/BEVEILIGING
-
uitschrijven en inoefenen van een specifiek crisiscommunicatieplan als luik van
het rampenplan;
-
voorbereiden van informatiefiches en scripts en andere praktische tools (bv.
rolkoffer, uitwijklocatie, adres- en verzendlijsten in synchroniseerbare formaten,
...);
-
organiseren van een oefentraject, van teambuildingsessies om de samenwerking
en het vertrouwen te doen groeien tot tests die de eigen procedures en skills op
de proef te stellen (waarna plannen en draaiboeken ev. worden herschreven)
-
organiseren van vorming, bv. mediatraining, message training, stressbeheersing,,
...
Zie ook §6.5 + de modules als bijlage.
6.4.2 EERSTE ESSENTIËLE TAKEN BIJ EEN INCIDENT
Zie §5.2 voor de allereerste reeks inschattingen en taken onmiddellijk na de verwittiging
van de crisiscommunicatiemanager, en zie §6.3 voor de lijst te behartigen taken i.f.v.
een eerste reeks essentiële doelgroepen.
Normaal gezien wordt zo snel mogelijk het volledige team verzameld en aan het werk
gezet. Idealiter verzamelen alle medewerkers op de afgesproken plaats, met name het
crisiscommunicatielokaal aanpalend aan de vergaderzaal van het crisis management
team (CMT). Echter een samenwerking in geografisch verspreide slagorde is ook
mogelijk. Als er bv. geen sprake is van een evacuatie kunnen een aantal mensen
misschien een hoger rendement halen door te werken vanuit hun vertrouwde
omgeving. En buiten de kantooruren kunnen bepaalde mensen misschien beter van op
afstand aan dringende klussen werken dan dat ze een tijdrovende verplaatsing
ondernemen die hen tijdelijk afsnijdt van bepaalde middelen.
In afwachting van de volledige ontplooiing verzamel(t)(en) de reeds beschikbare
verantwoordelijke(n) voor de crisiscommunicatie via het CMT (of desnoods
rechtstreeks) zo snel mogelijk de nodige informatie met het oog op een eerste
berichtgeving. In de eerste minuten na een melding is het belangrijk een objectief
overzicht te krijgen van wat er gaande is, en die informatie te delen met de doelgroepen
die er nood aan hebben. Wie dat precies zijn, zowel intern als extern, is een strategische
keuze (wat wanneer te bereiken bij welke doelgroepen) die normaliter wordt afgetoetst
in het CMT op voordracht van het crisiscommunicatieteam (CCT). De typische W-vragen
blijven het uitgangspunt :
Vlaamse overheid
Confidentieel
47 Pagina / 63
HANDLEIDING BCM - WERKGROEP BCM/BEVEILIGING

Wat is er waar gebeurd ?

Wanneer is het gebeurd ?

Wie is er bij betrokken ?

Wat is de oorzaak van de calamiteit (indien gekend) ... en zijn meer incidenten
mogelijk ?

Wat is er gaande op het vlak van de bestrijding ?

Wanneer zal het incident onder controle zijn, wat is daarvan zeker en wat zijn
prognoses (en wie maakt die) ?

Wat is er al bekend in de buitenwereld en hoe evolueert de berichtgeving daar ?

Hoe zijn detectie en melding verlopen, en wanneer was het CMT daarvan op de
hoogte ?
Ook of en wanneer een eerste berichtgeving plaatsvindt, is voorwerp van een beslissing
van het CMT op voordracht van het CCT. Belangrijk is alleszins dat er in principe wel vrij
snel iets wordt gecommuniceerd, omdat zo meteen wordt getoond dat men "on top" is,
waardoor alvast krediet wordt opgebouwd. Deze vorm van openheid impliceert echter
niet dat er meteen veel of zoveel mogelijk wordt gecommuniceerd. Ten eerste worden
enkel feiten gecommuniceerd waarvan men zeker is, en ten tweede moet ook
strategisch worden gedacht in welke volgorde de acties het best plaatsvinden. De
crisiscommunicatiemanager helpt die afweging te maken in het crisismanagement op
basis van de ontwikkelingen die hij waarneemt en van zijn kennis van technieken en
kanalen en van de noden van doelgroepen, media en andere stakeholders.
Belangrijk is ook dat alle interne en externe communicatieacties op elkaar zijn
afgestemd, en dat interne doelgroepen in principe als eerste worden ingelicht. Normaal
gezien mag een Vlaams ambtenaar geen nieuws vernemen via de pers dat hem niet
minstens gelijktijdig via interne kanalen werd aangeboden. Dit heeft bv. als gevolg dat
ook de interne berichtgeving moet worden voorbereid wanneer voorbereidingen
worden getroffen voor een persconferentie.
Nieuwe informatie wordt in principe doorgenomen in het CMT om via het CCT verwerkt
te worden tot verdere (aangepaste of uitgebreide) communicatie.
6.4.3 NAARMATE DE CRISIS VORDERT
Naarmate het incident duidelijker wordt of de crisis evolueert, moeten de taken
beschreven in §6.3 steeds grondiger worden behartigd tegenover de diverse
doelgroepen. Daarbij moet er ook aandacht zijn voor onvermoede doelgroepen.
Vlaamse overheid
Confidentieel
48 Pagina / 63
HANDLEIDING BCM - WERKGROEP BCM/BEVEILIGING
Nieuwe informatie wordt in principe doorgenomen in het CMT om via het CCT verwerkt
te worden tot verdere communicatieacties, aangepast of uitgebreid of verfijnd per
doelgroep.
De berichtgevingsoefening wordt cyclisch herhaald tijdens het verloop van een crisis,
zodat de berichtgeving accuraat blijft of kan worden uitgebreid of verfijnd. Mogelijke
bronnen van informatie zijn:

de input vanuit het veld, in de eerste plaats via het incidentmanagementteam
(IMT) en de externe hulpdiensten;

de besprekingen in het crisismanagementteam (CMT);

de input vanuit de monitoring van de berichtgeving (media, andere);

wat wordt vernomen bij de personeelsleden;

de feedback vanuit de vragen die worden gesteld.
Het is alleszins nodig dat logboeken worden bijgehouden van de perscontacten en van
de vragen die door derden werden gesteld - en hoe en door wie ze werden beantwoord
binnen welke termijnen. Maar het is ook nodig de daden van het crisiscommunicatieteam bij te houden, zodat ze kunnen worden afgewogen tegen het feitelijke verloop van
de crisis.
6.4.4 ACHTERAF (NAZORGFASE )
Na de acute fase volgen doorgaans fases van terugkeer, herstel, nazorg en evaluatie.
Het is zaak alert te blijven voor mogelijke communicatieve opportuniteiten, maar ook de
communicatieve noden te blijven respecteren van bepaalde doelgroepen. Het kan
bijvoorbeeld gaan om:

Intern:
het personeel (opvolginformatie over de feiten, de slachtoffers, de evaluatie, de
maatregelen, wat zij zelf kunnen doen, ...);
eventuele communicatie over slachtoffers kan een kiese zaak zijn en moet zeker
goed worden afgetoetst.

Extern:
leveranciers, klanten, andere derden (opvolginformatie over de getroffen
dienstverlening, wanneer die hersteld zal zijn, of er eventueel veranderen, ...);
kan ev. ook via de media verlopen
Vlaamse overheid
Confidentieel
49 Pagina / 63
HANDLEIDING BCM - WERKGROEP BCM/BEVEILIGING
media en maatschappij (opvolginformatie over de evaluatie, de getroffen
maatregelen, de gemaakte aanpassingen, ...) ... zonder daarom te veel te
beloven (vertel de evaluatie en de plannen, en vertel nadien de realisaties,
desnoods resultaat per resultaat).
Ook hier blijft het zaak voorzichtig te blijven wat betreft eventuele schuldvragen,
verantwoordelijkheden of de gerechtelijke procedure tout court. Toch moet bij elke
formele stap in zo'n procedure overwogen worden of er bepaalde dingen mogen en
kunnen worden gecommuniceerd, bv. het dossier komt dan voor, de uitspraak is de
volgende, deze of gene instantie gaat in beroep, ...
De afdeling Communicatie (DAR) legt zich nog toe op verdere aanbevelingen wat betreft
communicatie met politie en justitie.
6.5 MIDDELEN / ELEMENTEN VAN EEN CRISISCOMMUNICATIEPLAN
Belangrijk is meteen zeer operationeel te denken, en dus geen papieren plan te
schrijven dat in een kast verdwijnt en daar blijft omdat het te omslachtig is om bij een
incident of ramp te openen. Beter is een aantal procedures uit te tekenen, en een aantal
checklists klaar te hebben, en die grondig in te oefenen.
6.5.1 VERANTWOORDELIJKHEDEN CCT
Het Crisis Communicatie Team (CCT) staat in voor de ondersteuning en uitvoering van
alle communicatiestromen in het kader van de calamiteit. De volgende
communicatiestromen worden hierbij ondersteund

Interne communicatie : Personeelsleden (via HR)

Externe communicatie : andere Vlaamse ministeries

Externe communicatie : Leveranciers

Externe communicatie : Federale diensten

Externe communicatie : Burger / belanghebbenden incl politieke niveau

Media en Pers
6.5.2 MOGELIJKE MIDDELEN
Hieronder een overzicht van de mogelijke middelen ter ondersteuning van het Crisis
Communicatie Team:
Vlaamse overheid
Confidentieel
50 Pagina / 63
HANDLEIDING BCM - WERKGROEP BCM/BEVEILIGING
Beschrijving
Vereist aantal
Schrijfgerief en papier
1
Telefoon en Fax (direct)
1
GSM (met lader)
1
Werkplek
1
Desktop PC
1
Laptop PC
1
Kopieermachine
1
Logboek
1
Werkbord
1
Mailing-apparatuur en materiaal
TV en Radio
1
Telefoonregistratiemateriaal
optioneel
Video conferencing
optioneel
Commentaar
1
6.5.3 MOGELIJKE TAKENLIJST
De verantwoordelijke van het crisis communicatie team verzamelt zo snel mogelijk de
nodige informatie :

Wat is er waar gebeurd ?

Wie is er bij betrokken ?

Wanneer is het gebeurd ?

Hoe en wanneer was het CMT daarvan op de hoogte ?

Wat is de oorzaak van de calamiteit (indien gekend)?
Het medewerkers van de organisatie verzamelen in het crisiscommunicatielokaal en
wordt geïnformeerd met de verzamelde informatie
Evalueer op basis van de eerste informatie of er dient te worden gecommuniceerd.
Het crisis communicatie team dient bovenstaande informatie actueel te houden.
Mogelijke bronnen van deze informatie zijn :
Vlaamse overheid
Confidentieel
51 Pagina / 63
HANDLEIDING BCM - WERKGROEP BCM/BEVEILIGING

De crisis management team (CMT)meetings

Het incident management team (IMT)

De Media

De personeelsleden
De verzamelde informatie moet gerapporteerd worden aan het CMT en verwerkt
worden via aanpassingen in de communicatie.
Het logboek van het crisiscommunicatie team dient zorgvuldig opgesteld en
bijgehouden te worden :

Een samenvattende omschrijving van de calamiteit

Dateren en beschrijven van elke actie die ondernomen wordt

Vragen van externe partijen en de media worden eveneens hierin vermeld
Bepaal wat er wordt gecommuniceerd = formuleer uw kernboodschap (denk eraan dat u
op radio en televisie hooguit 30 seconden hebt om uw standpunt toe te lichten).
Bepaal de doelgroep(en) en via welk kanaal/welke kanalen er wordt gecommuniceerd.
Stel, op basis van de bekomen informatie, het benodigde communicatiemateriaal op
(statement/persbericht/brief/e-mail/speech/presentatie/…, alsook een “Vragen &
Antwoorden” document en neem dit door met de van toepassing zijnde woordvoerder
Breng eerst de eigen medewerkers op de hoogte en communiceer pas nadien extern.
Verspreid de kernboodschap via het gekozen kanaal/de gekozen kanalen. Zorg voor
telefonische begeleiding bij de verspreiding van een persbericht.
Bepaal op basis van perceptie én (nieuwe) input van het CMT of er verder dient te
worden gecommuniceerd.
Voorbeelden worden toegevoegd als bijlage bij deze handleiding en zijn beschikbaar via
http://koepel.vonet.be/communicatie > crisiscommunicatie.
Vlaamse overheid
Confidentieel
52 Pagina / 63
HANDLEIDING BCM - WERKGROEP BCM/BEVEILIGING
7 FASE 4 – OEFENEN, ONDERHOUDEN EN HERZIEN
De eerste prioriteit van het Bedrijfscontinuiteitsplan is het garanderen van het vooraf
bepaalde niveau van continuïteit van de dienstverlening in het geval van een calamiteit.
Om deze garanties te kunnen geven is het noodzakelijk dat de Bedrijfscontinuiteitsplan
oplossingen de nodige tests ondergaan. Alleen op deze wijze kan er zekerheid gegeven
worden omtrent de effectiviteit en de snelheid van de vooropgestelde
(nood)maatregelen.
7.1 WAT WORDT ER GETEST ?
Zolang de tests niet uitgevoerd zijn, is het Bedrijfscontinuiteitsplan louter gebaseerd op
veronderstellingen omtrent de hersteltijden en –mogelijkheden. De
Bedrijfscontinuiteitsplanmaatregelen zijn gebaseerd op een 3-tal elementen :

Specifieke technische infrastructuur of oplossingen (Technologie)

Bepaalde activiteiten / afspraken / processen die geactiveerd worden (Processen)

De beschikbaarheid van een organisatie van getraind personeel dat in staat is om in
geval van nood te reageren overeenkomstig het Bedrijfscontinuiteitsplan (Personeel)

+ Locatie
Al naargelang hun aanwezigheid en belang in de BCP maatregelen, dienen elk van deze
elementen getest te worden om de nodige zekerheid te verschaffen.
7.2 HOE WORDT ER GETEST ?
Men kan een 4-tal verschillende tests onderscheiden :

Checklist : afpunten van een aantal aandachtspunten (beschikbaarheid van middelen
of informatie), overwegend van toepassing bij Bedrijfscontinuiteitsplan processen en
Bedrijfscontinuiteitsplan personeel.

Walkthrough test: (table top test) typische test met betrekking tot
Bedrijfscontinuiteitsplan processen, in het bijzonder waar interacties tussen
verschillende geografische locaties, afdelingen, externe partijen of BCP teams vereist
zijn.
Vlaamse overheid
Confidentieel
53 Pagina / 63
HANDLEIDING BCM - WERKGROEP BCM/BEVEILIGING

Simulatie: (Dry Run) Test waarbij, geïsoleerd van de operationele organisatie of
infrastructuur, bepaalde Bedrijfscontinuiteitsplan technologie of
Bedrijfscontinuiteitsplan processen getest worden.

Full-interruption: Test waarbij voor de operationele organisatie of infrastructuur zelf
de voorziene Bedrijfscontinuiteitsplan technologie of Bedrijfscontinuiteitsplan
processen getest worden
Het spreekt voor zich dat elk type van test zijn eigen risicoprofiel heeft:
Type
Proces
Impact
Inspanning
Complexiteit
Checklist
Nazicht &
verificatie van de
plannen
geen
klein
Walkthrough
Interactief
geen
beperkt
beperkt
Simulatie
Check procedures
beperkt
gemiddeld
klein
Full Interruption
Check
Continuiteit
Kan
significant
zijn
hoog
Kan
significant
zijn
Laag
Hoog
Risico
geen
7.3 WAAROM WORDT ER GETEST ?
Het resultaat en doel van een test kan variëren al naargelang de maturiteit van de te
testen beheersmaatregel :

Bij een niet mature beheersmaatregel (maatregel die nog gedefinieerd of
gerealiseerd moet worden) zal de test vooral de haalbaarheid / effectiviteit van de
maatregel verifiëren (proof-of-concept).

Een haalbare en geïmplementeerde maatregel zal daarna getest worden om
benodigde BCP-inspanningen, tijdsduur en effectiviteit van de betrokken
maatregelen te optimaliseren.

Uiteindelijk, bij een maatregel die reeds matuur is, zal deze ter onderhoud en training
op regelmatige tijdstippen uitgevoerd worden, waarbij de randvoorwaarden
geverifieerd en eventueel bijgestuurd worden.
Een succesvolle uitvoering van een test is gebaseerd op :

Duidelijke afbakening van de test naar omvang, werkgebied en gewenste resultaat.

Het gebruik van vooraf vastgelegde werkmiddelen en procedures.

Registratie van elke afwijking van bovenstaande.
Vlaamse overheid
Confidentieel
54 Pagina / 63
HANDLEIDING BCM - WERKGROEP BCM/BEVEILIGING

Acties en beslissingen om de afwijkingen te corrigeren.

Opvolging van deze acties.
7.4 PLANNING VAN TESTEN
7.4.1 BASISREGELS
Bedrijfscontinuiteitsplantesten worden uitgevoerd om de nodige garanties te kunnen
geven. Het heeft natuurlijk weinig zin om lukraak Bedrijfscontinuiteitsplan testen uit te
voeren. De volgende redenen kunnen hiervoor gegeven worden :

Complexe testen, waarbij verschillende componenten, personen en processen met
elkaar interageren, kunnen pas uitgevoerd worden wanneer de nodige garanties
omtrent de gebruikte componenten, personen en processen in vorige, meer
beperkte testen, reeds gegeven werden.

Werkingsmiddelen, die een centrale rol in het Bedrijfscontinuiteitsplan spelen,
worden daarom het best eerst getest alvorens verdere tests uit te voeren die
complexer zijn en/of meer risico inhouden.

Het spreekt voor zich dat het risico op de operationele omgeving bij alle testen tot
een strikt minimum worden beperkt.

Dit houdt in dat zaken die getest kunnen worden met een test die weinig tot geen
risico inhouden, ook eerst door middel van deze test geverifieerd worden.

Tests worden bij voorkeur uitgevoerd door de personen die bij calamiteit en/of
incident instaan voor het uitvoeren van de maatregel / activiteit waarbinnen de test
kadert.

Een test kan pas uitgevoerd worden wanneer de impact van de uitvoering en
eventueel mislukken van de test ingeschat is. Het tijdstip, locatie, en gebruikte
materiaal voor de test wordt zodanig gekozen dat de impact op de organisatie
geminimaliseerd wordt.

De coördinatie en rapportering van de uitvoering van de testen wordt bij voorkeur
door een welbepaalde persoon uitgevoerd. Deze staat dan ook in voor de opvolging
en het onderhoud van het testplan.
7.4.2 VOOR DE UITVOERING VAN DE TEST
Op basis van bovenstaande ‘basisregels’ en de beschikbaarheid van de personen en
middelen worden de verschillende tests uitgevoerd.
Vlaamse overheid
Confidentieel
55 Pagina / 63
HANDLEIDING BCM - WERKGROEP BCM/BEVEILIGING
Voor elke test die uitgevoerd wordt, dienen de volgende zaken uitgevoerd te worden :

Bepalen van de doelstelling die men met deze test wenst te behalen

Identificeren van de gebruikte middelen (mensen, materiaal, externe partners)

Inschatten van de impact van de test

Bepalen van het best aangewezen tijdstip om de test(s) uit te voeren, zodat de
impact op de (operationele) organisatie zo veel mogelijk beperkt wordt.

Verwittigen / inplannen van de tests, uitvoerend personeel bepalen en te gebruiken
werkingsmiddelen vastleggen

Bij impact naar (een groep van) eindgebruikers en/of externe partijen, dienen deze
op voorhand verwittigd te worden omtrent het uitvoeren van de tests en de
mogelijke gevolgen die hiermee gepaard kunnen gaan.
7.4.3 TIJDENS DE UITVOERING VAN DE TEST
Tijdens de uitvoering van de tests, wordt er op gelet dat :

De uitgevoerde activiteiten nauwkeurig worden geregistreerd, waarbij de gebruikte
werkingsmiddelen, het tijdstip en de tijdsduur van elke deelactiviteit worden
vermeld.

Indien er een afwijking van de vooraf bepaalde procedure is, er bijkomende middelen
nodig zijn, of een bepaalde veronderstelling niet correct blijkt te zijn, dient dit ook
vermeld te worden.

Wanneer er zich problemen voordoen die een zware impact dreigen te hebben op de
operationele taken van de geteste omgeving, moet de test onmiddellijk onderbroken
worden en moet de nominale situatie zo snel mogelijk hersteld worden (vooral van
toepassing op full-interruption tests)
7.4.4 NA DE UITVOERING VAN DE TEST
Na de uitvoering van de tests, wordt er gerapporteerd omtrent de uitgevoerde test.
Deze rapportage omvat :

Een samenvatting van het verloop van de test

De conclusies die getrokken kunnen worden op basis van de test; met inbegrip van
de garanties die gegeven kunnen worden (bekomen van zekerheid).

Indien er een afwijking van de vooraf bepaalde aanpak of procedure is gedetecteerd,
er bijkomende middelen nodig zijn of een bepaalde veronderstelling niet van
Vlaamse overheid
Confidentieel
56 Pagina / 63
HANDLEIDING BCM - WERKGROEP BCM/BEVEILIGING
toepassing blijkt te zijn, dienen remediërende acties ondernomen te worden om
deze tekortkomingen te ondervangen.
7.4.5 VOORBEELD VAN EEN TEST SCENARIO:
Het volgende scenario zal zich afspelen:
Entiteit X, één van de grootste in Vlaanderen, is gevestigd in Brussel. In de ochtend komt
er een gasalarm binnen. Dit alarm wordt veroorzaakt door een te zwaar beladen
vrachtwagen die door de parkingvloer zakt en daarbij gasleidingen beschadigd. Juist op
dat moment rijdt er iemand zijn auto naar buiten en veroorzaakt een ontploffing. Het is
9.15 uur in de morgen en een groot deel van de medewerkers arriveert op het werk via
de parking en personeelsingang. Een gezelschap van enkele gasten bevindt zich in de
centrale hal bij de receptie, afwachtend op de receptioniste die hun in zal schrijven als
bezoeker.
Gedurende de oefening zullen de deelnemers gecontacteerd worden door verschillende
derde partijen (Media, familieleden, autoriteiten, makelaars, nutsbedrijven…). De vragen
in het uitgeschreven scenario dienen als uitgangspunt. Afhankelijk van de antwoorden
en reacties zullen er bijkomende vragen gesteld worden.
De simulatie is ingedeeld in 6 fazen. Tijdens de eerste fazen zal de calamiteit escaleren
naar een rampscenario. Ook zullen er meer en meer derde partijen het crisisbeheer
onderbreken (media, andere overheidsinstanties, brandweer, familieleden medewerkers,
…). Het is de bedoeling dat de deelnemers ageren volgens het bestaande Business
Continuity Plan. Tevens zullen hun handelingen vergeleken worden met “best practices”.
Volgende medewerkers zullen deelnemen aan de scenario test:


…
...
Het is niet de bedoeling om na te gaan of de deelnemers fouten maken tijdens het
beheren van de calamiteit. Het is wel de bedoeling om na te gaan waar het
Continuïteitsplan dient aangevuld en/of aangepast te worden.
Het scenario is een calamiteit die de normale arbeidsroutines verstoord. Tevens is het
aan te bevelen om de deelnemers niet op voorhand op de hoogte te stellen van dit
scenario.
Vlaamse overheid
Confidentieel
57 Pagina / 63
HANDLEIDING BCM - WERKGROEP BCM/BEVEILIGING
8 LIJST VAN AFKORTINGEN
Afkorting
Begrip
Verklaring
BCM
Bedrijfscontinuïteitsmanagement BCM is een beheersproces dat
risico’s identificeert en beperkt, de
mogelijke impact van een
onderbreking van (tijds)kritische
bedrijfsprocessen en
ondersteunende systemen
minimaliseert met als ultieme doel
het tijdig herstellen van de kritische
bedrijfsprocessen.
BIA
Bedrijfsimpactanalyse
Het is een overkoepelend
management proces dat de
potentiële impact identificeert van
een bedreiging voor de organisatie,
een raamwerk biedt om een
effectief antwoord te bieden met de
nodige flexibiliteit en weerbaarheid,
met als doel het beschermen van de
belangen van de belangrijkste
betrokkenen, reputatie en
waardevolle bedrijfsactiviteiten.
Een bedrijfsimpactanalyse is een
proces waarbij men de impact gaat
bepalen en documenteren van een
onderbreking van de activiteiten die
uw sleutelprocessen ondersteunen.
DRP
Vlaamse overheid
Disaster Recovery Planning
Is een onderdeel van het Business
Continuity Plan (BCP) dat de
organisatie aanwendt voor het
herstellen of volledig herstarten van
de (IT en telecommunicatie)
Confidentieel
58 Pagina / 63
HANDLEIDING BCM - WERKGROEP BCM/BEVEILIGING
Afkorting
Begrip
Verklaring
componenten na een gebeurtenis,
incident of crisis.
CCT
Crisis Communicatie Team
Het crisis communicatie team (CCT)
staat in voor de ondersteuning en
uitvoering van alle
communicatieacties in het kader van
het incident, en ook voor de
monitoring van de communicatie in
de buitenwereld.
CMT
Crisis Management Team
Het Crisis Management Team leidt in
geval van een calamiteit alles in
goede banen dit om de
bedrijfscontinuïteit te kunnen
waarborgen.
IMT
Incident Management Team
Het Incident Management Team
evalueert de situatie.
RA
Risico Analyse
Een risicoanalyse is een proces
waarbij de bedreigingen voor
kritische middelen, de
kwetsbaarheden van deze middelen
en de impact die zou voltrekken als
een bedreiging een incident wordt
en bedrijfsonderbreking
veroorzaakt, gaat analyseren.
RTO
Recovery Time Objective
Hersteltijddoelstelling
Dit is maximaal toegestane
uitvalsduur voor kritische
bedrijfsprocessen, binnen dewelke
de activiteit moet worden
hernomen, na de start van de
onderbreking
Vlaamse overheid
Confidentieel
59 Pagina / 63
HANDLEIDING BCM - WERKGROEP BCM/BEVEILIGING
Afkorting
RPO
Begrip
Recovery Point Objective
Verklaring
Aanvaardbaar verlies (doelstelling)
Dit is het maximaal toegestaan
verlies van data en/of werk na een
calamiteit, uitgedrukt in tijd. Dit is
het punt van waar data moet
hersteld worden.
Vlaamse overheid
Confidentieel
60 Pagina / 63
HANDLEIDING BCM - WERKGROEP BCM/BEVEILIGING
9 LIJST VAN BEGRIPPEN
Activiteit
De dienst, het proces of de handeling die geleverd wordt voor de
interne of externe klant
Belanghebbenden
Belanghebbenden zijn alle personen die een – al dan niet financieel
– belang hebben in de activiteiten van de organisatie, bijvoorbeeld
de beleidsmakers, de burgers/klanten, de werknemers, de
samenleving, inspectiebureaus, de media, partners enzovoort. De
regeringsinstanties zijn ook belanghebbenden. (CAF)
Externe belanghebbenden zijn de partijen die beïnvloed worden of
invloed uitoefenen op de activiteiten van de organisatie maar er
geen formeel deel van uitmaken. (leidraad IC/OB)
Bedrijfsproces
Een bedrijfsproces is een geheel van opeenvolgende activiteiten
dat middelen (input) omzet in resultaten (output en outcome)
waardoor een meerwaarde wordt gecreëerd. Er zijn drie
categorieën:
• Kernprocessen zijn essentieel om de producten of diensten van
de organisatie te leveren. Het zijn die processen die nodig zijn om
de behoeften van de klanten te vervullen. Bv. Dossierbehandeling,
het uitvoeren van inspecties door inspectiediensten, verlenen van
vergunningen / erkenningen
• Management- of beheersprocessen zijn nodig om de
organisatie(-eenheid) te besturen, teneinde te voldoen aan de
doelstellingen en aan de wet- en regelgeving. Bv. Strategie,
organisatiebeheersing, missie- en doelstellingenbepaling, …
• Ondersteunende processen voorzien in de nodige middelen, ze
kunnen zowel de kernprocessen als de managementprocessen
ondersteunen. Bv. ICT, (uit)betalingsproces, aankoopproces, HR,
….. Een proces kan afhankelijk van de opdracht van de organisatie
voor de ene organisatie een ondersteunend proces en voor een
andere organisatie een kernproces zijn.
http://www2.vlaanderen.be/internecontrole/faq.htm
Cold-site
Vlaamse overheid
Een cold site is de goedkoopste vorm van een backup site voor een
organisatie om zijn werkzaamheden voor te zetten. Er zijn geen
backups aanwezig van gebruikersdata van de originele locatie en er
Confidentieel
61 Pagina / 63
HANDLEIDING BCM - WERKGROEP BCM/BEVEILIGING
is ook geen infrastructuur die klaar staat.
Doelstelling
Strategische doelstelling
Algemene doelstellingen voor de middellange en lange termijn die
de algemene richting aangeven die de organisatie wil uitgaan. Ze
beschrijven de uiteindelijke resultaten of effecten (outcomes) die
de organisatie beoogt.
Operationele doelstelling
Een concrete vertaling van de strategische doelstellingen,
bijvoorbeeld per eenheid. Een operationele doelstelling kan
onmiddellijk worden omgezet in een reeks activiteiten en taken.
Essentieel
Processen en applicaties die gedurende maximum 14 dagen
onderbroken mogen worden;
Hot-site
Een hot-site is een kopie van de originele site, met volledige (IT)
infrastructuur en backups van gebruikersdata.
Informatiesysteem Naast Informatiesystemen in de nauwe betekenis van het woord
(Applicaties, Tools) wordt hier ook de Data opslag (Databases) en
de gebruikte technologieën onder begrepen
Kritisch
Processen en applicaties die permanent moeten blijven
functioneren of voor maximum 2 dagen onderbroken mogen
worden en binnen deze termijn terug opgestart moeten zijn;
Noodzakelijk
Processen en applicaties die gedurende 6 à 8 weken onderbroken
mogen worden.
Risico
Risico's zijn interne en externe factoren die de kwaliteit van
producten en diensten beïnvloeden / bedreigen en bijgevolg ook
de realisatie van de organisatiedoelstellingen kunnen belemmeren.
Risico’s kunnen dus zowel met processen als met organisatie
entiteiten geassocieerd worden.
Risicobeheer
Bij risicobeheer dient het management zich af te vragen wat er
dient beschermd te worden, waartegen bescherming moet
Vlaamse overheid
Confidentieel
62 Pagina / 63
HANDLEIDING BCM - WERKGROEP BCM/BEVEILIGING
geboden worden en op welke manier. Een adequaat risicobeheer
draagt bijgevolg bij tot het succes van uitvoering van deze
activiteiten, alsook het behalen van de doelstellingen. Het is een
proces waarbij alle mogelijke risico's onder de loep genomen
worden om ze vervolgens te gaan indelen in verschillende graden
naargelang de ernst van het risico. Deze aanpak laat het
management toe kosten-effectieve beslissingen te nemen over wat
zij precies wenst te beschermen, zodat de risico's tot op een voor
de organisatie aanvaardbaar niveau worden gebracht.
Risicomanagement
Risicomanagement is het overkoepelende proces om de risico’s te
analyseren (risicoanalyse), maatregelen te nemen om de risico’s
tot een aanvaardbaar niveau te reduceren, en het vereiste
risiconiveau te onderhouden.
Risico-appetijt
De risico-appetijt is de mate van risico die een organisatie bereid is
te nemen / te aanvaarden op om het even welk ogenblik.
Organisaties kunnen een risico-avers, risiconeutraal of een risicovol
profiel hebben. In het algemeen wordt gesteld dat
overheidsinstanties eerder een risico-averse houding aannemen.
Werkplek
De locatie waar de ambtenaar werkt
Administratieve standplaats
Werkstation
Een werkstation (ook wel Eng. workstation) is een krachtige
computer voor professioneel gebruik, die over gespecialiseerde
hardware of software beschikt.
Werkstation is ook de term gebruikt voor de loonadministratie van
onderwijspersoneel van de Vlaamse Gemeenschap in België.
Vlaamse overheid
Confidentieel
63 Pagina / 63
Download