Lean Thinking 1. Algemeen De oorsprong van Lean Thinking komen uit Total Quality Management ideeën in productieomgeving voor auto’s. Lean Thinking wordt ook toegepast in andere branches zoals bijvoorbeeld financial services en de zorg. 2. Kern Lean Thinking? De kern van Lean Thinking is het specificeren en creëren van waarde (voorzien in de behoefte van de klant) door het elimineren van “verspilling”. Alle activiteiten die middelen vereisen, maar geen waarde toevoegen worden beschouwd als verspilling. Volgens de principes van Lean Thinking bestaan er zeven vormen van “verspilling”: overproductie, wachttijden, transport, procesvoering, opslag, verplaatsing en defecten. 3. Vijf principes Lean Thinking kent vijf principes om verspilling te voorkomen. 1. Bepalen van waarde. Deze waarde kan uiteindelijk alleen bepaald worden door de klant. De waarde is het product of dienst te bieden waar de klant werkelijk behoefte aan heeft tegen een bepaalde prijs op een bepaalde tijd. 2. Het identificeren van de gehele waardestroom voor ieder product is het volgende principe in Lean Thinking. De waardestroom is de set van alle activiteiten, van concept tot levering, om een specifiek product bij de klant te kunnen brengen. Het identificeren van de waardestroom beperkt zich niet tot de activiteiten binnen de onderneming, maar ook met bedrijven (partners) waarmee wordt samengewerkt, alsof ze een onderdeel zijn van de eigen onderneming. 3. Nadat de waarde is bepaald en de verspilling uit de waardestroom is geëlimineerd, volgt het derde principe: de flow. De stappen uit de waardestroom dienen een gestroomlijnd continu proces te vormen. In dit verband worden product teams met focus op het product en de behoefte (aan middelen) ingericht. Dit is een volledig andere benadering dan het gebruikelijke denken in functies en afdelingen! De grenzen tussen functies en afdelingen en zelfs (partner) bedrijven zullen vervagen. 4. Het vierde principe stelt dat de vraag van de klant het proces aanstuurt in de organisatie (pull). Iedere activiteit moet de vorige activiteit in gang zetten, gezien vanuit de vraag van de (interne) klant aan het einde van het proces. 5. Het laatste principe gaat in op perfectie of continue verbeteren. Een organisatie doorloopt de eerste vier principes cyclisch waarbij iedere keer vooraan begonnen wordt om voortdurend naar perfectie te streven. De perfecte situatie is het creëren van waarde zonder enige vorm van verspilling. Transparantie is hierbij cruciaal om verbeteringen te ontdekken die waarde kunnen creëren. 4. Lean Thinking als bedrijfscultuur, het 4P model Lean Thinking wordt ook benaderd als een filosofie, een cultuur, vormgegeven in het zogenaamde “4 P-model”. Het 4P-model is in te delen in de vier subsystemen (de vier P’s), die met elkaar verbonden en onderling afhankelijk zijn. Het model start met de filosofie (“Philosophy”) als basis voor het model. Besluitvorming is gebaseerd op waarden. Deze waarden hebben een lange-termijn karakter en gaan vóór de korte termijn financiële doelen. Het tweede subsysteem is het proces. De kern van dit onderdeel is het minimaliseren van verspilling. Het derde subsysteem, gaat over medewerkers en partners (“people and partners”). Ontwikkeling van leiders die de “Philosophy” uitdragen is hierbij van belang. Het laatste en vierde subsysteem is oplossen van problemen (“Problem solving”). Continue verbeteren en leren zijn in dit onderdeel cruciaal. De bedrijfscultuur bestaat uit veertien principes verdeeld over de vier subsystemen. De principes van Lean Thinking cultuur zijn als volgt: subsysteem Filosofie Proces principe 1. Filosofie 2. Flow 3. Pull systemen 4. Verdelen werk 5. Stop 6. Standaardisatie 7. Zichtbare controle 8. Betrouwbare technologie Medewerkers en Partners Oplossen probleem 9. Leiderschap 10. Ontwikkeling 11. Respect en uitdaging 12. Zelf verificatie 13. Besluitvorming 14. Lerende organisatie korte toelichting missie, waarden, verantwoordelijkheid Creëer gestroomlijnd, continue proces vraag van de (interne) klant, stuurt proces pieken en dalen egaliseren stoppen kwaliteit te verbeteren (right first time) creëren van “best practise” als standaard problemen zichtbaar maken ondersteunen en niet vervangen medewerkers filosofie als leidraad bewaken van cultuur, teams, leren respecteren en uitdagen onderzoek zelf problemen Consensus en onderzoek opties in besluitvorming met snelle implementatie reflectie en continue verbeteren Om de filosofie voor medewerkers te verduidelijken worden veelal richtlijnen opgesteld die betrekking hebben op de hogere waarden die de onderneming nastreeft. 5. Consequenties Lean Thinking cultuur De hiervoor vermelde filosofie heeft consequenties voor leidinggevende en medewerkers. Lean Thinking heeft een management systeem dat teamleden laat nadenken over de aanpak van de eigen werktaken. Het uitvoerende personeel heeft ruimte om beslissingen te nemen en managers hebben een faciliterende en coachende rol. De managers dienen het personeel te stimuleren om continue verbeteringen in het werkproces te ontdekken. Een Lean cultuur streeft naar perfectie en viert succes in teamverband. Het personeel werkt in multidisciplinaire teams en ervaart in mindere mate autoriteit van het management waardoor verantwoordelijkheid onder de werknemers wordt gestimuleerd. Daarnaast is het in dergelijke cultuur van belang dat kennis wordt gedeeld en dat kostenefficiënt wordt gewerkt door het elimineren van verliezen. Van belang hierbij is dat men voldoende tijd vrijmaakt om het personeel te ondersteunen om Lean te kunnen werken. De organisatievorm ziet er in vergelijking met niet Lean Thinking bedrijven horizontaler uit. Deze horizontale organisatievorm heeft als voordeel dat informatie makkelijker kan worden gedeeld en het in bepaalde mate barrières voorkomt. 6. Verandermanagement Het werken in teams, open discussies over conflicten en directe betrokkenheid van personeel zijn een gevolg van deze cultuur. Deze cultuur wijkt mogelijk af van de huidige cultuur. Verandermanagement zal de overgang van de huidige naar een Lean Thinking in goede banen kunnen leiden. Bronnen: Liker, J.K. (2004). The Toyota Way. New York: Mcgraw-Hill. Magee, D. (2007). How Toyota became #1, leadership lessons from the world’s greatest car company. Londen: Penguin Group Womack, J.P., Jones, D.T. (2003). Lean thinking. Free Press