TOT GELOOF GERAAKT Woord- en communieviering zaterdag 17 april 2004 St. Caeciliaparochie, Enschot WOORD VAN WELKOM OPENINGSLIED Wij zoeken U als wij samenkomen, hopen dat Gij aanwezig zijt, hopen dat het er eens van zal komen: mensen in vrede, vandaag en altijd. Wij horen U in oude woorden, hopen dat wij uw stem verstaan, hopen dat zij voor ons gaan verwoorden: waarheid en leven, bron van bestaan. Wij breken brood en delen het samen, hopen dat het wonder geschiedt, hopen dat wij op Hem gaan gelijken: die ons dit teken als spijs achterliet. Wij vragen U om behoud en zegen, hopen dat Gij ons bidden hoort, hopen dat Gij ons adem zult geven: geestkracht die mensen tot vrede bekoort. INLEIDING OPENINGSGEBED Goede God, Gij, die ons samenbrengt in dit huis. Gij, die door lijden en dood met Uw Zoon Jezus verbonden bleef, bindt ook ons tot een hechte gemeenschap. Wij bidden U: neem ons bij de hand, leer ons Hem te volgen, die ons in liefde is voorgegaan: Jezus, herder en hoeder van mensen. Amen. VREDESWENS Acht dagen na Pasen wenst de Heer zijn vrienden vrede toe. Daarom bidden wij: Heer Jezus Christus, laat ons delen in uw paasvrede, dat wij in eenheid van hart en ziel elkaar dragen en verdragen, totdat wij voorgoed geborgen zijn in uw leven dat geen einde kent, maar duren zal tot in eeuwigheid. Geef elkaar nu een teken van vrede. VOORBEDE God van leven, we bidden om uw Geest: Voor mensen die angstig leven, die zich terugtrekken in hun huis en het contact met andere schuwen; dat zij met moed en vertrouwen worden vervuld, dat ze hun angst leren overwinnen. LAAT ONS BIDDEN. Heer onze God, wij bidden U verhoor ons. Voor mensen die rouwen om het verlies van een geliefde, voor wie de pijn voelen van het gemis; dat zij troost en ontferming ervaren van medemensen, dat ze verder kunnen leven ondanks hun verdriet. LAAT ONS BIDDEN. Heer onze God, wij bidden U verhoor ons. Voor mensen die ziek zijn naar lichaam of geest, voor hen die zich ongelukkig voelen, verdrietig of somber; dat zij medemensen ontmoeten die oog en oor hebben voor hen, dat het begrip van de ander hen tot nieuw leven brengt. LAAT ONS BIDDEN. Heer onze God, wij bidden U verhoor ons. Voor mensen die zich schuldig voelen, voor hen die het gevoel hebben dat ze tekort geschoten zijn; dat ze vergeving en begrip mogen ondervinden, dat ze met nieuwe levensmoed worden vervuld. LAAT ONS BIDDEN. Heer onze God, wij bidden U verhoor ons. - eigen intenties LAAT ONS BIDDEN. Heer onze God, wij bidden U verhoor ons. Zo, God, bidden we voor al uw mensen. Gij die ons geschapen hebt, Gij weet wat we ten diepste nodig hebben. Blaas uw Geest over ons, God, en roep ons tot leven. Houd levend ons geloof en onze hoop. Dan zult Gij met ons zijn, vandaag en alle dagen, tot in de eeuwen der eeuwen. AMEN. EERSTE LEZING Handelingen van de apostelen 5, 12-16 Door de handen van de apostelen geschiedden er vele wondertekenen onder het volk. Allen waren eensgezind en kwamen tezamen in de Zuilengang van Salomo. Van de overigen durfde niemand zich bij hen te voegen, hoezeer het volk hen ook prees. Steeds meer geloofden er in de Heer; mannen zowel als vrouwen sloten zich in grote groepen bij hen aan. Men bracht zelfs de zieken op straat; ze werden neergelegd, de een op een bed, de ander op een draagbaar, in de hoop dat als Petrus voorbijging tenminste zijn schaduw op een van hen zou vallen. Zelfs uit de steden rondom Jeruzalem stroomden de mensen toe. Zij brachten zieken mee en mensen die van onreine geesten te lijden hadden, en allen werden genezen. Zo spreekt de Heer – Wij danken God. TUSSENZANG Als gij naar de woorden luistert die hier tot u zijn gezegd zullen zij een licht ontsteken, wijzen zij de goede weg. Als gij naar de woorden luistert die van mij geschreven staan zullen zij van vrede spreken die er schuilgaat in mijn naam. Als gij naar mijn woorden luistert, ze van harte wilt verstaan zullen zij de Vader tonen, zult gij niet verloren gaan. Als gij naar mijn woorden luistert, brengt de dood niet langer vrees, wordt gij tot Gods zoon herboren, ademt gij zijn levensgeest. EVANGELIE Johannes 20, 19-31 Op de avond van de eerste dag van de week, toen de deuren van de verblijfplaats van de leerlingen gesloten waren uit vrees voor de joden, kwam Jezus binnen, ging in hun midden staan en zei: “Vrede zij u.” Na dit gezegd te hebben, toonde Hij hun zijn handen en zijn zijde. De leerlingen waren vervuld van vreugde toen zij de Heer zagen. Nogmaals zei Jezus tot hen: “Vrede zij u. Zoals de Vader Mij gezonden heeft, zo zend ik U.” Na deze woorden blies Hij over hen en zei: “Ontvangt de heilige Geest. Als gij iemand zonden vergeeft, dan zijn ze vergeven, en als gij ze niet vergeeft, zijn ze niet vergeven.” Tomas, een van de twaalf, ook Didymus genaamd, was echter niet bij hen toen Jezus kwam. De andere leerlingen vertelden hem: “Wij hebben de Heer gezien.” Maar hij antwoordde: “Zolang ik in zijn handen niet het teken van de nagelen zie, en mijn vinger in de plaats van de nagelen kan steken, en mijn hand in zijn zijde leggen, zal ik zeker niet geloven.” Acht dagen later waren zijn leerlingen weer in het huis bijeen, en nu was Tomas er bij. Hoewel de deur gesloten waren, kwam Jezus binnen, ging in hun midden staan en zei: “Vrede zij u.” Vervolgens zei Hij tot Tomas: “Kom hier met uw vinger en bezie mijn handen. Steek uw hand uit en leg die in mijn zijde en wees niet langer ongelovig maar gelovig.” Toen riep Tomas uit: “Mijn Heer en mijn God.” Toen zei Jezus tot hem: “Omdat ge Mij gezien hebt gelooft ge? Zalig die niet gezien en toch geloofd hebben.” In het bijzijn van zijn leerlingen heeft Jezus nog vele andere tekenen gedaan welke niet in dit boek zijn opgetekend, maar deze zijn opgetekend opdat gij moogt geloven dat Jezus de Christus is, de Zoon van God, en opdat gij door te geloven leven moogt in zijn Naam. Zo spreekt de Heer – Wij danken God. ACCLAMATIE U komt de lof toe, U het gezang, U alle glorie, o Vader, o Zoon, o Heilige Geest, in alle eeuwen der eeuwen. OVERWEGING Moment van stilte GELOOFSBELIJDENIS In God geloven wij, die leven geeft aan mensen, die ons koestert als zijn kinderen, en die er zijn zal, al onze dagen. In Jezus van Nazareth geloven wij, in wie God zichtbaar is geworden: mens, onder de mens geboren, voor mensen geleefd en gestorven. Die sterker was dan de dood, want Hij is opgestaan tot leven, en Hij blijft bewaard onder ons: een naam die niet wordt uitgewist. In Gods Geest geloven wij, die leven blaast in mensen, die rondgaat als een storm, en die ons in beweging zet. Die ons roept tot recht en vrede, om te helen wat gebroken is, om te troosten wie te lijden heeft, hoop te bieden aan wie vertwijfeld is. Die mensen samenbrengt in liefde, die haar gaven geeft aan ieder om daarmee allen van dienst te zijn, Gods Geest van liefde en kracht. In de kerkgemeenschap geloven wij, het Lichaam van de Heer, geroepen om zijn gestalte te worden en deze wereld van dienst te zijn. In het leven geloven wij, dat sterker is dan de dood en dat wij niet zullen vallen, want God bewaart ons in zijn hand. De tafel wordt klaar gemaakt. Collecte. LIED Uit uw hemel zonder grenzen komt Gij tastend aan het licht, met een naam en een gezicht even weerloos als wij mensen. Als een kind zijt Gij gekomen, als een schaduw die verblindt, onnaspeurbaar als de wind die voorbijgaat in de bomen. Als een vuur zijt Gij verschenen, als een ster gaat Gij ons voor, in den vreemde wijst uw spoor, in de dood zijt Gij verdwenen. Als een bron zijt Gij begraven, als een mens in de woestijn, zal er ooit een ander zijn, ooit nog vrede hier op aarde? Als een woord zijt Gij gegeven, als een nacht van hoop en vrees, als een pijn die ons geneest, als een nieuw begin van leven. COMMUNIEGEBED God van leven en vrede, we danken U voor dit heilig Brood waarin we uw zoon Jezus mochten herkennen. In de gedaante van Brood wil Hij ons leven delen, in vele gedaanten komt Hij ons nabij. Sterk ons met het vermogen om Hem te herkennen in de wereld om ons heen, om Hem te zien in een uitgestoken hand, om Hem te horen in een woord van verzoening of begrip. Maak ons tot getuigen van zijn verrijzenis en laat uw Zoon ook tot leven komen in onze woorden en daden. Adem over ons uw Geest, God, herschep ons tot mensen van vrede. Vervul ons met moed en vertrouwen, help ons om ons steeds weer met elkaar te verzoenen en leer ons elkaars nood en pijn te verstaan. Geef zo nieuwe toekomst aan uw wereld, God, geef leven en vrede aan uw mensen. Dat vragen we U deze dag en alle dagen van ons leven tot in de eeuwen der eeuwen. AMEN. ONZE VADER Onze Vader, die in de hemel zijt, Uw naam worde geheiligd, Uw Rijk kome, Uw wil geschiede op aarde zoals in de hemel. Geef ons heden ons dagelijks brood en vergeef ons onze schuld, zoals ook wij aan anderen hun schuld vergeven. En leid ons niet in bekoring, maar verlos ons van het kwade. Want van U is het koninkrijk en de kracht en de heerlijkheid, in eeuwigheid. Amen. UITNODIGING TOT COMMUNICEREN In het teken van dit brood is de Heer in ons midden. Delen wij het brood, delen wij met Hem het leven. Gelukkig zijn wij die genodigd zijn tot de tafel van de Heer. Dit is het Lam Gods dat wegneemt de zonden der wereld. Heer, ik ben niet waardig, dat Gij tot mij komt, maar spreek slechts een woord, en ik zal gezond worden. COMMUNICEREN SLOTGEBED Heer, Gij zijt midden onder ons gekomen in Jezus, uw verrezen Zoon. In het breken van het brood hebben wij Hem gelovig herkend. Wij vragen U: leer ons van dit geloof getuigen bij allen die met ons door het leven gaan, en vervul ons van uw vreugde. Door Christus, onze Heer. MEDEDELINGEN ZEGEN Mogen wij voor elkaar een zegen zijn, bij alles wat ons te doen staat, alles wat we beleven mogen, alles wat ons overkomt. Mogen wij voor elkaar een zegen zijn, in het leven dat we samen delen, zo kwetsbaar als het is. Dan zal God ons zegenen in Zijn Naam, de Naam van de Vader, de Zoon en de Heilige Geest. AMEN. LIED (melodie: Dit is de dag die de Heer heeft gemaakt en gegeven) Komen ooit voeten gevleugeld mij melden de vrede, daalt over smeulende aarde de dauw van de vrede, wordt ooit gehoord uit mensenmonden dat woord: wij zullen rusten in vrede. Dan zal ik huilen en lachen en drinken en slapen; dromen van vluchten en doden en huiv’rend ontwaken. Maar niemand vlucht, nergens alarm in de lucht, overal vrede geschapen. Dan zal ik zwaaien naar vreemden, zij zullen mij groeten. Wie was mijn vijand? Ik zal hem in vrede ontmoeten. Dan zal ik gaan waar nog geen wegen bestaan, vrede de weg voor mijn voeten.