IP/00/181 Brussel, 23 februari 2000 De Commissie legt de grondslag van de voorstellen voor de begroting 2001 Vandaag heeft de Commissie de oriëntaties van het voorontwerp van begroting 2000 goedgekeurd. Deze zijn gebaseerd op de in de strategische doelstellingen vastgestelde beleidsprioriteiten. Bij de opstelling van de begroting 2001 zal rekening moeten worden gehouden met de intensere betrokkenheid van de Europese Unie bij buitenlandse zaken, evenals met het vaste voornemen om zowel de plattelandsontwikkeling als de ontwikkeling van een op kennis gebaseerde maatschappij te ondersteunen. Met behulp van een "activiteitsgestuurde budgettering" zal de Commissie trachten haar werkzaamheden beter af te stemmen op haar financiële middelen en haar personeel. "Het verheugt mij dat de Commissie een overeenkomst heeft bereikt over de oriëntaties voor de begroting 2001 waarin de nadruk op beleidsprioriteiten wordt verzoend met begrotingsdiscipline", zei Michaele SCHREYER, het voor de begroting bevoegde lid van de Commissie. De Commissie heeft haar beleidsprioriteiten voor 2001 vastgelegd: - De bijstand aan het stabilisatie- en associatieproces voor de westelijke Balkan is van groot belang voor de Europese Unie. Voor 2001 worden de behoeften geraamd op bijna 800 miljoen €. Ondanks ingrijpende herschikkingen binnen de rubriek externe maatregelen moet nog 300 miljoen € van dit bedrag elders worden vrijgemaakt. Voor de financiering hiervan moet het in Berlijn overeengekomen maximum voor de externe maatregelen worden opgetrokken, wat zou worden gecompenseerd door de uitgaven in verband met de landbouwmarkten in 2001 en 2002 met 300 miljoen € te verminderen. De in het kader van Agenda 2000 besloten landbouwhervormingen blijven ongewijzigd. Mogelijke extra inspanningen op dit gebied na 2002 hangen af van de tussentijdse beoordeling van Agenda 2000. Michaele SCHREYER merkt op dat de ondersteuning van democratie, vrede en stabiliteit in Zuid-Europa de Unie voor een belangrijke uitdaging stelt, en dat hiervoor voldoende middelen ter beschikking moeten worden gesteld. - De Commissie zal tevens, in overeenstemming met de conclusies van de Europese Raad van Helsinki over de uitbreiding, voorstellen kredieten voor pretoetredingssteun aan Cyprus en Malta over te dragen van de rubriek externe maatregelen naar de rubriek pre-toetredingsinstrument. - De tweede pijler van het landbouwbeleid zal aanzienlijk worden versterkt: kredieten voor steun aan plattelandsontwikkeling zullen met 9,5 % stijgen. Hierdoor zullen in het bijzonder de verzoeken in verband met schade ten gevolge van de recente orkanen – die enkele lidstaten eind vorig jaar zwaar hebben getroffen – kunnen worden gefinancierd. - Tevens zal voorrang worden gegeven aan onderwijs en cultuur, evenals aan onderzoek met het oog op de ontwikkeling van de op kennis gebaseerde maatschappij. - Algemene stijging van het VOB 2001: De Commissie wenst haar begrotingsvoorstel op te stellen in een geest van begrotingsdiscipline. De algemene stijging zal grotendeels worden bepaald door stijgingen bij de betalingsverplichtingen in verband met landbouwuitgaven (tenuitvoerlegging van de hervorming AGENDA 2000). Aangezien de Commissie ernaar streeft aanzienlijke marges te laten onder het algemene maximum van de Financiële Vooruitzichten, zou het totaalbedrag van de financiële interventies met minder dan 4 % moeten stijgen, terwijl alle uitgaven die niet in verband staan met landbouwmarkten, gemiddeld slechts met 0,8 % zullen stijgen in vergelijking met de begroting 2000. - Voor het eerst heeft de Commissie een activiteitsgestuurde budgettering toegepast. Op deze manier wil de Commissie de prioriteiten zwaarder laten doorwegen in de begroting en de personeelsleden van bij het begin van de begrotingsprocedure beter afstemmen op de beleidswerkzaamheden. De Commissie streeft naar een duidelijke omschrijving van de kernactiviteiten waarop zij zich wenst te concentreren en wil in de begroting 2001 het aantal en de verdeling van de personeelsleden beter afstemmen op de intensiteit en de structuur van de werkzaamheden. - Op de in 1999 overeengekomen 76 nieuwe posten voor OLAF na, zal de Commissie in het VOB 2001 geen extra posten vragen. Zij heeft besloten tot een systematische en strenge benadering: eerst zal zij haar werkzaamheden kritisch herzien. Vervolgens zal zij alle mogelijkheden tot overplaatsing binnen en tussen de directoraten-generaal uitputten. Ten slotte zal zij rekening houden met de gevolgen van de hervorming van de Commissie voor de opbouw van haar administratie. Pas na al deze stappen zal de Commissie, zoals reeds in september aangekondigd, een schatting geven van haar totale personeelsbehoeften. Michaele SCHREYER merkt hierbij op dat de Commissie de juiste weg zal kiezen door alle mogelijkheden van herschikking uit te putten voor zij extra personeel vraagt. 2