Diagnostische Toets T4 De bloedsomloop, BS 1 t/m 5 Werkwijze: Maak deze diagnostische toets door: • Met de pijltjestoets naar rechts of muisklik links naar de volgende vraag te gaan. • De 25 antwoorden onder elkaar op een gelinieerd proefwerkblaadje te schrijven. • Op het einde je blaadje in te leveren bij je docent. Veel succes! Bekijk onderstaande afbeelding ‘de samenstelling van bloed’. 1. Uit welke 3 stoffen bestaat het bloedplasma? 2. Welke van de bloedcellen bevat geen kern? 3. Welke bestanddelen van het bloed spelen een rol bij bloedstolling? Bekijk onderstaande foto’s van rode bloedcellen Op de rechtse foto zie je een normale rode bloedcel. Op de linkse foto zie je een rode bloedcel van iemand met de ziekte ‘sikkelcelanemie’. Door een erfelijke afwijking is de bouw van rode bloedcellen afwijkend. De cel kan daardoor minder goed zijn functie uitvoeren. 4. Wat is de functie van rode bloedcellen? 5. Welke kleurstof bevatten rode bloedcellen? Bekijk onderstaande afbeelding van een ‘red ribbon’ Wanneer je dit lintje draagt, steun je de strijd tegen AIDS Een AIDS-patiënt is zeer bevattelijk voor allerlei ziekten en wordt moeilijk beter. Een simpele verkoudheid kan uiteindelijk tot de dood leiden… 6. Welke bloedcellen maken onder normale omstandigheden ziekteverwekkers onschadelijk? 7. Hoe doen die cellen dat? Bekijk onderstaande foto van Ronald Mc Donald 7. Van welke voedingsstof krijg je teveel binnen als je regelmatig bij Mc Donald’s eet? 8. Op welke hart- en vaatziekte heb je een verhoogd risico als je vaak bij Mc Donald’s gaat eten? Bekijk onderstaande foto van ‘the bypass burger’ 9. Bedenk een verklaring voor de naam van deze burger. 10. Noem 2 manieren om de kans op een hartinfarct te verkleinen. Bij de onderstaande vragen heb je de foto’s en informatie nodig van de 3 voorgaande pagina’s. In het ziekenhuis zitten 3 patiënten samen in de koffiekamer: Patiënt 1 heeft last van anemie, patiënt 2 heeft AIDS en patiënt 3 heeft tijdens zijn 3 weken durende vakantie in Amerika alleen maar bij Burger King gegeten. 11. Welke patiënt zal waarschijnlijk het eerst ziek worden door een onschuldig verkoudheidsvirus? 12. Welke patiënt loopt waarschijnlijk met een zuurstoffles rond? 13. Welke patiënt heeft waarschijnlijk last van een te hoge bloeddruk? Bekijk onderstaande foto van het practicum ‘hart’ 14. Hoe heet het gedeelte waaraan het hart wordt vastgepakt? 15. Het glazen staafje wordt hier in de aorta gestoken. In welke ruimte van het hart komt het staafje uit? 16. Welke klep/kleppen passeert het staafje? 17. Wat voor weefsel is het witte gedeelte op het hart? Bekijk onderstaande afbeelding van het hart. 18. De hartkleppen staan open. Met welke fase van de hartslag hebben we dan in ieder geval NIET te maken? 19. Welke wand is dikker? Die van linker- of rechterkamer? 20. Welk bloedvat is aangesloten op de rechterboezem? Bekijk onderstaande afbeeldingen van het bloedvatenstelsel 21. Wat is de naam van bloedvat 1? Het bloed in bloedvat 3 stroomt van het hart naar het been. 22. Wat is de naam van bloedvat 3? • Kun je in bloedvat 3 kleppen aantreffen? • Op welke plaats (1, 2 of 3) kun je de hoogste bloeddruk meten? 25. In welk bloedvat (1, 2 of 3) zal het eerst atherosclerose kunnen optreden? Laat je antwoordenblad zien aan je docent. Hij/zij geeft je een nakijkblad voor deze diagnostische toets. Het behaalde cijfer komt NIET op je cijferkaart. EINDE!