B en W nummer 11 - Gemeente Leiden

advertisement
RAADSVOORSTEL
Rv. nr.:
B en W-besluit d.d.: 11-11-2014
B en W-besluit nr.: 14.1012
Naam programma:
Welzijn en zorg
Onderwerp:
Visie op het persoonsgebonden budget
Aanleiding:
De toezegging aan de Raad om het Leids PGB-model aan de Raad te zenden.
Doel: De kaders van het persoonsgebonden budget in Leiden vast te leggen in een visie op
het pgb.
Kader:
Toekomst sociaal domein’ (RV 13.0091), Erratum en Raadsbesluiten behorend bij
‘Uitgangspunten van het Herontwerp Sociaal domein’ (RV 13.0150) (beide 3D-breed), en
Erratum en Raadsbesluiten behorend bij Notitie Invoering Wmo (RV 14.0057).
Richtlijnen rondom het pgb zijn opgenomen in de verordening jeugd 2015 en de verordening
maatschappelijke ondersteuning 2015. De verdere uitwerking van die regels rondom het pgb
zullen worden uitgewerkt in de beleidsregels van de maatschappelijke ondersteuning en
jeugd voor 2015.
Overwegingen: Door de kaders rondom het pgb in een visie te verwerken, kunnen kaders
met betrekking tot het pgb, waaronder bijvoorbeeld de verbintenis tussen jeugd en WMO
geborgd worden.
Financiën: n.v.t.
Inspraak/participatie: De betrokkenheid van inwoners en zorgpartijen bij de transformatie in
het Sociaal Domein is groot. We werken met verschillende vormen van participatie zoals
cliëntinterviews, focusgroepen, themabijeenkomsten, denktanks en wijkbijeenkomsten.
De participatie door de stad en cliënten ervaren we als zeer waardevol. Ook in de nabije
toekomst continueren we deze betrokkenheid in diverse vormen van samenwerking.
Evaluatie: n.v.t.
RAADSBESLUIT:
De raad van de gemeente Leiden:
Gezien het voorstel van burgemeester en wethouders (Raadsvoorstel
mede gezien het advies van de commissie,
1.
van 2014),
BESLUIT
Vast te stellen de visie op het persoonsgebonden budget, luidend aldus:
Visie op het persoonsgebonden budget (pgb).
Inleiding
Als ondersteuning via een maatwerkvoorziening noodzakelijk is, kan deze worden verstrekt
via zorg in natura of via een persoonsgebonden budget (pgb). Met een persoonsgebonden
budget kunnen inwoners zelf de ondersteuning of zorg inkopen die bij een
maatwerkvoorziening hoort. Zowel in de Wmo 2015, de Jeugdwet, de Wet Langdurige Zorg
als de Zorgverzekeringswet is de keuzemogelijkheid voor een pgb opgenomen.
Pgb als middel voor werken op basis van vraag en eigen kracht
Een pgb is geen doel op zich maar een middel om de zorg te krijgen die past bij iemands
problematiek en persoonlijke situatie. Een pgb stimuleert eigen regie en zelfstandigheid. Het
persoonsgebonden budget sluit niet alleen goed aan bij de wensen van cliënten voor het
verkrijgen en behouden van een grotere mate van zelfstandigheid, maar past bovendien bij
onze visie dat de vraag van de cliënt bij alles wat we doen, centraal staat. Dit geldt voor het
gehele sociale domein. In Leiden is gekozen voor een transformatie waarin ondersteuning en
jeugdhulp zijn gericht op het bevorderen van zelfstandig functioneren, aansluiten bij de eigen
ideeën, talenten en motivatie van de cliënt over de manier waarop hij behandeld wil worden of
kan participeren.
Wat willen burgers, ouders, jongeren?
In de beleidsontwikkeling naar zowel de transformatie van de Wmo als van het domein jeugd,
is in onze stad uitvoerig gesproken met de mensen die het aangaat: focusgroepen,
bewonersbijeenkomsten, themabijeenkomsten en een denktank volwassenen zijn onder meer
als manieren gebruikt om met mensen te praten, in plaats van over hen. Hieruit kwamen
steevast zaken naar voren die naadloos aansluiten bij het principe van het pgb:
1. Het hebben van eigen regie en zelfstandigheid is voor mensen heel belangrijk. Het
behouden of verkrijgen van je zelfstandigheid en het voeren van zelfregie verdient
daarom een centrale plek in de behandeling.
2. Er is behoefte aan sturing door cliënten zelf, o.a. om zelf een keuze te maken tussen
pgb of zorg in natura alsook een keuze te maken over welke zorgaanbieder de
ondersteuning of zorg gaat leveren.
In de notitie invoering WMO (RV 14.0057) is als uitgangspunt opgenomen dat we meer ruimte
willen geven aan cliëntsturing met waar mogelijk de vrijheid van zorgzoekenden om zelf een
keuze te maken tussen een pgb en zorg in natura, als ook te bepalen welke zorgorganisatie
de zorg gaat bieden. Bij de behandeling van het wetsvoorstel van de Wmo 2015 is een
amendement aangenomen dat de gelijkwaardige toegang tot het pgb en zorg in natura borgt.
Leidse visie op het pgb
Om tot een gezamenlijke gedragen Leidse visie te komen met betrekking tot het pgb, is het
van belang overeenkomsten en verbindingen tussen de domeinen jeugd en de Wmo te
leggen, en daarnaast ruimte te laten voor verschillen die bestaan tussen de beleidsvelden en
de wettelijke kaders.
Overeenkomsten
Wettelijk zijn er verschillen tussen de Wmo en Jeugdwet, maar in de praktijk wordt het
persoonsgebondenbudget op dezelfde wijze verstrekt.
De voorwaarden die gesteld worden ten aanzien van het pgb in de Jeugdwet en de Wmo
komen overeen, namelijk (VNG/VSW, juli 2014, H5):
1. De cliënt is naar het oordeel van het college op eigen kracht voldoende in staat tot
een redelijke waardering van zijn belangen ter zake dan wel met hulp uit zijn sociale
netwerk of van zijn vertegenwoordiger, en is in staat te achten de aan een pgb
verbonden taken op verantwoorde wijze uit te voeren;
2. De cliënt stelt zich gemotiveerd op het standpunt dat de individuele voorziening die
geleverd wordt door een aanbieder door hem niet passend wordt geacht (Jeugdwet);
de cliënt stelt zich gemotiveerd op het standpunt dat hij de maatwerkvoorziening als
pgb wenst geleverd te krijgen (Wmo);
3. Naar het oordeel van het college is gewaarborgd dat de diensten, hulpmiddelen,
woningaanpassingen en andere maatregelen die tot de individuele voorziening
behoren en die de cliënt van het pgb wil betrekken, van goede kwaliteit zijn (veilig,
doeltreffend en cliëntgericht).
Wanneer aan bovenstaande voorwaarden is voldaan, kan in geval van de Wmo en de
jeugdwet van een verplichting van het college gesproken worden. Hierbij is het van belang bij
punt 2 op te merken dat in Leiden door de raad besloten is dat bij jeugdaanvragen de
keuzevrijheid van zorgzoekenden om voor een pgb of voor zorg in natura te kiezen blijft
bestaan. Het belang van het kind is altijd uitgangspunt. Dus als een pgb het best past, dan zal
er voor een pgb gekozen worden. Hiermee valt op het punt van keuzevrijheid een verschil
tussen de Wmo en jeugd weg.
Voor zowel Wmo als jeugd pgb-houders gelden vanaf 1 januari 2015 trekkingsrechten. Het
SVB beheert de budgetten en voert daarop controles uit. De SVB behandelt alle jeugdhulppgb’s en binnen de Wmo de functies begeleiding en huishoudelijke ondersteuning. De
gemeente zal aanvullend steekproefsgewijs toetsen op welke wijze het pgb is benut en of de
geleverde dienst kwalitatief op orde was.
In zowel de Wmo als het jeugddomein kan het college een pgb-aanvraag niet zonder meer
afwijzen omdat het pgb duurder is dan zorg in natura. Cliënten kunnen zelf bijbetalen
wanneer het tarief van de door hen gewenste aanbieder duurder is dan het door het college
voorgestelde aanbod. Het college vergoedt pgb-deel niet voor dat gedeelte dat duurder is dan
het door het college voorgestelde aanbod.
In situaties waarbij het pgb is verstrekt op basis van opzettelijk verkeerd of onvolledig
verstrekte gegevens voor ondersteuning of voor jeugdhulp, het college bij de cliënt geheel of
gedeeltelijk het ten onrechte ontvangen pgb kan opeisen.
Verschillen
Een belangrijk verschil is dat in de Jeugdwet is opgenomen dat minderjarigen die een
kinderbeschermingsmaatregel of jeugdreclassering hebben gekregen, of jeugdigen die zijn
opgenomen in een gesloten accommodatie met een machtiging, niet in aanmerking komen
voor een pgb. De Wmo kent dergelijke uitsluitingsgronden niet.
Integraliteit en keuzevrijheid
We stellen in Leiden een visie op die past binnen de wettelijk gestelde kaders. Gezien het feit
dat de Wmo en de Jeugdwet belangrijke overeenkomsten kennen met betrekking tot het pgb,
is de keuze voor een gezamenlijke visie, een logische en praktische volgende stap. Binnen
de domeinen jeugd en Wmo zijn aparte verordeningen vastgesteld, met ieder nadere regels
over o.a. het pgb. Dit betekent echter niet dat er geen verbinding tussen beide domeinen
bestaat. Deze visie draagt dit dan ook uit.
In Leiden vinden we het belangrijk dat het persoonsgebonden budget breed moet kunnen
worden ingezet. Het is voor iedereen zoveel mogelijk een optie om zelf een keuze te maken
tussen een pgb of zorg in natura. De integraliteit van het pgb is bovendien van groot belang.
Het begrip integraliteit omvat drie kanten:
a) combinaties van verschillende PGB’s,
b) kijk naar klant en ook naar zijn mantelzorger
c) lange termijn betrekken in de beoordeling van de aanvraag (bv progressief ziektebeeld of
verwachting van overbelasting mantelzorger.
Vanzelfsprekend zullen we in de toekenning van een pgb voor jeugd, maatschappelijke
ondersteuning of beschermd wonen, samen optrekken. Ook zal in de uitvoering zoveel
mogelijk samengewerkt worden tussen wmo en het jeugddomein. Werken met 1 plan, 1
gezin, 1 regisseur en doen wat nodig is, is daarbij steeds het uitganspunt. Op basis van de
verkregen cijfers uit het Rijk is er nog geen concreet overzicht mogelijk van het totale PGB
per huishouden. In 2015 gaan we onderzoeken wat de aantallen huishoudens zijn waar PGB
uit beide domeinen worden verstrekt. En wat de ervaringen van de cliënten zijn. Afhankelijk
van de uitkomst van dit onderzoek zal gekeken worden of het mogelijk is een integraal budget
– los van de regelgeving op basis waarvan het pgb wordt verstrekt- in te zetten om gewenste
doelen uit het plan te realiseren. In het voorjaar van 2016 informeren we u hierover.
Integraliteit heeft als belangrijk voordeel dat efficiënter gewerkt kan worden, en voor een
persoon of gezin gecoördineerd gedaan kan worden wat nodig is. Door deze manier van
werken wordt ook het meerderjarig worden van een budgethouder tijdens de looptijd van een
pgb, ondervangen.
Pgb bij niet-professionele zorgverleners
Het persoonsgebonden budget kan worden ingezet om niet-professionele zorgverleners mee
te betalen. Dit kan bijvoorbeeld iemand uit het sociale netwerk van de aanvrager zijn. Er dient
altijd rekening gehouden te worden met mogelijke gebruikelijk zorg.
Pgb budget en professionals die niet in dienst zijn bij een instelling.
In Leiden is het mogelijk een zzp-er in te zetten bij het verlenen van hulp en een individuele
maatwerkvoorziening. De vrijheid bestaat voor de zorgzoekende om zelf een keuze te maken
tussen pgb en zorg in natura én om een keuze te maken over welke zorgaanbieder de
ondersteuning gaan bieden. Dit kan iemand zijn die in dienst is van een instelling, maar ook
een zzp-er of een professional die niet in dienst is van een instelling. Net als bij de keuze voor
een pgb geldt hier dat het veel zegt over de eigen kracht en zelfredzaamheid van de cliënt
vergroot, wanneer hij kiest voor een zzp-er. Het inzetten van een zzp-er betekent vaak dat je
makkelijker afspraken kunt maken over de zorg, wanneer die zorg bijvoorbeeld slecht in te
plannen is, of als iemand zorg nodig heeft op veel korte momenten van de dag of op
verschillende tijden. Een zzp-er gaat hier over het algemeen creatief en initiatiefrijk mee om,
juist omdat hij niet gebonden is aan een instelling.
Hoogte van het pgb.
Bij het vaststellen van het tarief voor het pgb kiest de gemeente voor het onderscheiden van
verschillende categorieën die in de beleidsregels worden opgenomen:
 Informeel: Sociaal netwerk: voor inzet van het persoonsgebonden budget door een
persoon uit het sociaal netwerk
 Formeel/professioneel: Niet in dienst bij instelling
 Formeel/professioneel: In dienst bij instelling.
Daarnaast wordt bij de tariefbepaling voor jeugd bij professionele hulpverlening een
onderscheid gemaakt tussen specialistische professionele inzet, en basisprofessionele inzet.
Gedaan in de openbare raadsvergadering van,
de Griffier,
de Voorzitter,
Opsteller:
Organisatieonderdeel:
Telefoon:
E-mail:
TECHNISCHE INFORMATIE
S. van der Staak en Jojanneke Kraan
Realisatie
071-5165759 of 5164
[email protected]
Portefeuillehouder:
Jeugd, Zorg en Welzijn
B en W. nr. 14.1012 d.d. 11-11-2014
Onderwerp
Visie op het persoonsgebonden budget
Besluiten:Behoudens advies van de commissie
1. in te stemmen met de visie op het persoonsgebonden budget;
2. De raad voor te stellen de visie op het persoonsgebonden budget vast te stellen.
Perssamenvatting:
Als ondersteuning via een maatwerkvoorziening noodzakelijk is, kan deze worden verstrekt
via zorg in natura of via een persoonsgebonden budget (pgb). Met een persoonsgebonden
budget kunnen inwoners zelf de ondersteuning of zorg kopen die bij een
maatwerkvoorziening hoort. Zowel in de Wmo 2015, de Jeugdwet, de Wet Langdurige Zorg
als de Zorgverzekeringswet is de mogelijkheid voor een pgb opgenomen.
De vrijheid bestaat voor de zorgzoekende om zelf een keuze te maken tussen pgb en Zorg in
Natura én om een keuze te maken over welke zorgaanbieder de ondersteuning gaan bieden.
De integraliteit van het pgb is bovendien van groot belang. Waar mogelijk zullen we in de
toekenning van een pgb voor jeugd, maatschappelijke ondersteuning of beschermd wonen,
samen op trekken. Ook zal zoveel mogelijk in de uitvoering getracht worden toe te werken
naar meer samenwerking tussen wmo en jeugd.
Download