Wet Maatschappelijke Ondersteuning ( WMO ) De Wmo is er voor mensen die hulp nodig hebben om thuis te kunnen blijven wonen (hulp bij zelfredzaamheid), of hulp nodig hebben om mee te doen aan de samenleving (hulp bij participatie). Die hulp is nodig omdat het alleen of met hulp van de omgeving niet (meer) lukt. Voorbeelden van zorg die wordt geboden vanuit de Wmo zijn: Ondersteuning bij het huishouden voor ouderen of chronisch zieken Begeleiding van mensen met een psychische aandoening, die moeite hebben met het organiseren van hun leven en sociale contacten Dagbesteding voor ouderen Kortdurend verblijf ter ontlasting van de mantelzorgers Zorgen voor een beschermde woonomgeving voor mensen met een psychische stoornis Opvang in geval van huiselijk geweld. De gemeente bekijkt samen met u welke hulp u precies nodig heeft. Uw gemeente kan u een algemene voorziening of een maatwerkvoorziening aanbieden. Ook kan uw gemeente een persoonsgebonden budget (pgb) geven. pgb kan de cliënt de ondersteuning zelf kiezen en inhuren . Een algemene voorziening is er voor alle burgers. Voorbeelden zijn een koffieochtend in het buurthuis, de boodschappenbus of de maaltijdservice. Een maatwerkvoorziening is afgestemd op één persoon. Voorbeelden zijn een scootmobiel of begeleiding bij de administratie. Sociale wijkteams Iedere gemeente organiseert de toegang tot ondersteuning op zijn eigen manier. Sommige gemeenten kiezen voor het Wmo-loket. Veel gemeenten kiezen sociale wijkteams waar mensen terecht kunnen met hun hulpvraag. Wat het wijkteam precies doet, verschilt per gemeente.