VERENIGING VOOR STERRENKUNDE MIDDEN

advertisement
Jaargang 14, nummer 3
Juli 1997
VERENIGING VOOR STERRENKUNDE MIDDEN-LIMBURG NR.91
CCD-opname van de Maan. Gemaakt door Paul
Smeets.
Hij koppelde z’n Meade Pictor aan de 30 cm Celestron C11 en voilá ! Merk op hoe extreem gevoelig
zo’n camera is. Details die met een ”ouderwetse “
film moeilijk zijn vast te leggen zijn nu met belichtingstijden van slechts enkele millisecondes al zeer
goed zichtbaar.
albedo 1
Colofon
Voorwoord
ALBEDO is een populair wetenschappelijk tijdschrift over sterrenkunde,
weerkunde, natuurkunde, ruimtevaart
en ruimteonderzoek.
Albedo wordt uitgegeven door de Vereniging voor Sterrenkunde Midden Limburg. Het blad verschijnt zeer onregelmatig.
Planetoïden-special ?
REDACTIE
Huub Scheenen, hoofdredacteur, Johan
Wevers, Ron van der Goor.
REDACTIE-ADRES
Henri Hermanslaan 161,
6162 GE Geleen. tel. 046-4754235
Email: [email protected]
LAY-OUT EN DRUK
De artikelen voor de Albedo worden
gemaakt met de meest onmogelijke
tekstverwerkers. De uiteindelijke vormgeving geschiedt met Microsoft Publisher en Microsoft Word. De afbeeldingen worden ingescand met een Trust
Imagery 2400, uiteraard volledig
TWAIN-compatibel. De bewerking van
de afbeeldingen gebeurt met PhotoImpact ! en CorelDraw.
Het kostbare origineel van de ALBEDO
wordt uitgeprint met een Hewlett Packard Laserjet 5L. Voor de vermenigvuldiging wordt ieder geschikt kopieerapparaat gebruikt zolang het maar gratis
is.
Het lijkt er wel een beetje op. Onbedoeld maar toevalligerwijs in dit nummer
veel informatie over planetoïden. Inmiddels is de fly-by met Mathilde goed
verlopen, bij het ter perse gaan van dit nummer waren er nog geen details
bekend, toch al een eerste foto.
Uiteraard ook aandacht voor het ongeluk met het Russische ruimtestation Mir.
Gelukkig geen persoonlijke ongelukken maar de schade blijkt aanzienlijk.
Ook in dit nummer weer eens wat aandacht voor astronomie en de computer;
onder de V.S.M.L.-leden schijnen nogal wat van die dingen rond te zwerven en
in plaats van alleen maar plaatjes kijken is zo’n ding natuurlijk ook voor
“nuttigere” zaken in te zetten.
Dit is het laatste nummer voor de vakantie. De eerstvolgende Albedo hoeft u
niet voor half september te verwachten. Ondertussen blijft de redactie
natuurlijk verlangen naar massa’s kopij. We zoeken onder andere iemand die
met enige regelmaat iets wil schrijven over waarnemen.
Huub Scheenen
Inhoudsopgave
Pagina Artikel
ABONNEMENTEN
Bij het lidmaatschap van de V.S.M.L. is
de ALBEDO inbegrepen. Losse abonnementen zijn niet mogelijk. Alleen zij
die lid zijn van de V.S.M.L. hebben recht
op de ALBEDO.
2
3
4
DISTRIBUTIE
De ALBEDO wordt onder strenge bewaking naar het verenigingslokaal aan
de Oude Keulsebaan gebracht. Alleen
hier is de ALBEDO verkrijgbaar. De
oplage is aangepast aan de behoefte.
Voor bijbestellingen kunt u contact
opnemen met de redactie.
6
7
5
9
11
13
Colofon, Van de redactie, Inhoudsopgave
Agenda, Van de Vereniging
Astronieuws
Is het heelal dubbelbrekend? harde gammastraling van quasars.
Ontmoeting met Mathilde.
De NEAR maakt een scheervlucht langs planetoïde 352 Mathilde.
Recent ontdekte bruine dwerg is het koelste object in de Pleiaden.
De ondergang van de planeet Pluto. Is het nou een planeet of een
ijsdwerg?
De merkwaardige begeleider van de Aarde. Een merkwaardig object
draait in een hoefijzervormige baan rond de Aarde en de Zon.
Hoefijzervormige banen op de computer. Met deze Basic-listing kunt u
zien hoe dergelijke banen kunnen bestaan.
Ruimtestation Mir in de problemen. Na een botsing met een
bevoorradingscapsule stapelen de problemen voor het ruimtestation
zich op. De astronauten proberen met kunst en vliegwerk het stokoude
station te redden.
albedo 2
Agenda
Zaterdag 5 juli 1997.
Independence Day. Nou nee, niet
die film maar de viering van de
Amerikaanse onafhankelijkheidsdag. Belangrijk voor ons? Ja, ook op
die dag landt de Pathfinder op Mars
en begint het autootje Sojonour over
Mars rond te crossen. Het is lang
geleden dat er een bezoek aan Mars
is gebracht dus hopelijk gaat alles
naar wens.
Maandag 7 juli 1997.
Drs. J. Blom.
Lezing over γ-straling in het heelal.
Zaterdag 9 september 1997.
Het is nog een beetje voor de
Perseïden maar omdat het nu wel
weekend is houden we op deze
zaterdag de roemruchte Perseïdenbarbecue. Een sterrenkundige
activiteit die inmiddels al door meer
afdelingen wordt georganiseerd.
Van de Vereniging
naar alle waarschijnlijkheid zwaar
beneveld.
Maandag 3 november 1997.
Najaarsvergadering. Lei zorgt weer
voor de vlaai en u mag dan weer de
lezingen kiezen voor 1998.
Zaterdag 8 november 1997.
Open dag.
De doorsnee leek wordt door ons
weer op sappige wijze ingewijd in
de beginselen van de astronomie en
wat wij als amateurtjes daar wel zo
leuk aan vinden.
Alle lezingen beginnen om 20.00
uur. Dit programma kan nog
veranderen, we zijn van plan een
aantal extra lezinkjes door de eigen
leden in te plannen.
Stand van zaken kijkerbouw: het
gaat tergend langzaam maar er
komt toch wat schot in. De montering is al op zijn betonnen voet geplaatst en de kijkerbuis is aangepast, met een beetje spierballenpower kan er worden waargenomen.
De beoogde behuizing voor de kijker
wordt momenteel van een nieuw
verflaagje voorzien zodat we van de
zomer dan toch alles in gereedheid
kunnen brengen.
Ondertussen wordt er in het clubgebouw ook hard gewerkt; het is wellicht niet meteen zichtbaar maar
vele kleine reparaties en aanpassingen zijn inmiddels gedaan. Van de
zomer volgen dan nog enkele grote
klusdagen en dan kunnen we er
hopelijk weer een tijd tegen.
Onlangs hebben twee leden het gewaagd om tussen het geweld van de
professionele sprekers door ook
eens een lezing te geven ! Een
onverwachts grote opkomst. Ook
hebben mijn gevederde oortjes opmerkingen
bereikt
als:
“professioneel”, “goed verzorgd” en
“moet vaker gebeuren!”.
Zaterdag 15 september 1997.
Als de herinnering juist is dan vieren
onze buren, de afdeling ZuidLimburg oftewel Galileo hun vijftig
jarig bestaan. We zijn nog niet
uitgenodigd maar bij deze zijn ze
alvast gewaarschuwd: we komen
wel effe vlaai preuve op de receptie
(en happen meteen een biertje of zo
mee.) Gezien de financiële toestand
van de V.S.M.L. zit een kadootje er
ook nog wel in.
Blijkbaar hoef je geen Prof, Dr. Drs.
Ir, Ing of Mr. te zijn om iets te
vertellen te hebben. Laat dit een
stimulans zijn om de andere leden
eens iets te vertellen over wat jouw
nu interesseert in deze hobby.
Maandag 8 september 1997.
W. Heukelom vertelt u of astrologie
waarheid of waanzin is. Deze lezing
was op de najaars-vergadering waar
de lezingen voor 1997 werden
gepland de absolute favoriet. Van
het bestuur zult u vanavond weinig
last hebben. Meer dan de helft van
het V.S.M.L.-bestuur, ligt dan nog in
Zuid-Frankrijk een vervelende hobby uit te oefenen: ze kijken sterretjes en neveltjes, en mocht het
daar onverhoopt bewolkt zijn ook
dan zien ze sterretjes en zijn ze
Kuuke
(Inmiddels heeft de volgende zich al
gemeldt datum en onderwerp zijn
echter nog niet bekend)
albedo 3
Astronieuws
Is het heelal
dubbelbrekend?
Met bovenstaande vraag wordt bedoeld of het heelal zich gedraagt
alsof het een kristal is waarbinnen
licht dat in de ene richting beweegt
zich anders gedraagt dan licht dat
zich in de andere richting beweegt.
Radiogolven van veraf gelegen
melkwegstelsels verplaatsen zich
over grote afstanden door de ruimte,
die gevuld is met magnetische
strooivelden en een ijl plasma van
elektronen en ionen. Een in de fysica bekend verschijnsel, het Faraday effect, zorgt ervoor dat dit
plasma en deze velden de polarisatie (d.w.z. de richting waarin de velden bewegen) op een subtiele manier roteren. Dit effect is klein maar
wel degelijk gemeten in licht dat
door verschillende melkwegstelsels
uitgestraald is; het effect is evenredig met de sterkte van het magnetische veld en de ionendichtheden en
met het kwadraat van de golflengte
van het licht. Typisch is zo'n 5 tot
8% van het door melkwegstelsels
uitgestraalde licht gepolariseerd in
de richting van het melkwegvlak,
meestal doordat het opgewekt werd
in de vorm van synchrotron straling.
Twee onderzoekers, Borge Nodland
van de Universiteit van Rochester
en John Ralston van de Universiteit
van Kansas hebben de polarisatie
meetgegevens van 160 melkwegstelsels onderzocht en hebben opgemerkt dat, behalve de invloed van
het Faraday effect, er een extra
mysterieuze hoekafhankelijkheid
een rol speelt. Inderdaad varieert de
rotatie op consistente wijze als functie van de meethoek aan de hemel,
alsof het heelal een voorkeursas
had. Het blijkt dat de hoeveelheid
polarisatie afhangt van de afstand
tot het verre melkwegstelsel
alsmede van de cosinus van de
hoek tussen de inkomende radiogolven en een as die blijkbaar in de
richting van het sterrenbeeld Sextant ligt. Deze anomalie lijkt strijdig
met enkele belangrijke fysische aannames, zoals de aanname dat er
geen voorkeursrichting bestaat in de
ruimte en de aanname dat de ruimte
zelf isotroop is (d.w.z. hetzelfde is in
alle richtingen). Een mogelijke verklaring zou kunnen zijn dat er zogenaamde “domeinmuren'' bestaan
tussen verschillende delen van het
heelal, zoals die door verschillende
theorieën uit de deeltjesfysica worden voorspeld.
De waarde van deze studie hangt
onder andere af van de kwaliteit en
de hoeveelheid van de polarisatiemetingen, en Nodland en Ralston
zijn daarom op zoek naar meer
meetgegevens.
(Verschenen in Physical Review
Letters, 21 April 1997; op het internet kan men grafieken vinden op
www.aip.org/physnews/graphics).
Johan Wevers
Bron:
PHYSICS NEWS UPDATE
The American Institute of Physics
Bulletin of Physics News
Number 317 April 17, 1997 by Phillip
F. Schewe and Ben Stein
tieve kernen, quasars, die de meest
gewelddadige hemelverschijnselen
in het heelal zijn, dezelfde energiebron hebben: een zwart gat dat gevoed wordt door een grote accretieschijf van invallend materiaal dat
grote jets van materie uitstraalt in de
richting van de polen. Mrk421 (400
miljoen lichtjaar van ons verwijderd)
is het dichtstbijzijnde object van dit
type wiens polen direct op de aarde
gericht zijn. Afgelopen jaar heeft
Mrk421 geduldige onderzoekers beloond met de meest explosieve uitbarsting van gammastraling die ooit
waargenomen is, met een energieflux die het tienvoudige was dan
die van de veel dichterbij gelegen
Krabnevel, die bekend staat als de
sterkste gammastraler aan de hemel. Tijdens een bijeenkomst in
Washington DC presenteerde Trevor Weekes van het Whipple Observatory ene gedetailleerde spectrum
van Mrk421. De hoeveelheid uitgezonden van gammastraling wordt
snel minder voor de hoogst energetische fotonen (boven de 6 TeV),
hoewel ze minder snel afneemt dan
men verwacht had. Weekes suggereert dat het verwachtte effect van
twee dingen die de straling verzwakken - stof in de buurt van de quasar
en de infrarode straling in het heelal,
waarschijnlijk overschat zijn.
Johan Wevers
Harde gammastraling
van quasars
Een overvloed van gamma straling
met energieën in het TeV (Terraelektron volt) gebied is waargenomen van het melkwegstelsel Markarian 421. Deze waarnemingen kunnen astronomen ertoe brengen om
hun modellen van de kernen van
actieve melkwegstelsels te herzien.
Velen veronderstellen dat deze acalbedo 4
Bron:
PHYSICS NEWS UPDATE
The American Institute of Physics
Bulletin of Physics News
Number 318 April 23, 1997 by Phillip F. Schewe and Ben Stein
Ontmoeting met Mathilde
Op 27 juni 1997 zal de Near Earth
Asteroid Rendezvous-sonde op een
afstand van 1200 km langs de planetoïde 253 Mathilde scheren. Als
aanvulling op de scheervluchten
van Galileo langs de S-type asteroïden Ida en Gaspra is men nu voor
het eerst in staat een C-type asteroïde van dichtbij te onderzoeken.
Mathilde heeft de aandacht van de
wetenschappers getrokken o.a. door
de extreem langzame rotatieperiode
van 17,5 dag.
Artist Impression van 253 Mathilde
NEAR zal Mathilde met een snelheid van 10 km/s passeren. Gedurende deze passage zullen hogeresolutie foto’s gemaakt worden en
zal het spectrum van het verlichte
deel van de asteroïde worden onderzocht. Mathilde is ongeveer
50x50x70 km groot. De beste monochrome opnamen zullen een resolutie hebben van 200 m. De kleurenopnamen worden samengesteld
m.b.v. 7 filters en zullen een maximale resolutie halen van 400 meter.
Gedurende de nadering van
Mathilde zal gezocht worden naar
begeleidende satellietjes. Satellietjes tot 100 meter kunnen worden
gedetecteerd. Met behulp van het
Radio Science-experiment zal de
massa van Mathilde tot op 10%
nauwkeurig bepaald kunnen worden.
Schematische voorstelling van de scheervlucht
van NEAR langs 253 Mathilde
De beste opnamen zullen gemaakt
worden tijdens en net na de dichtste
nadering. Om Mathilde niet te missen, de exacte positie is immers niet
bekend, moeten minimaal 12 uur
voor de dichtste nadering optische
navigatiefoto’s gemaakt worden om
eventuele koerscorrecties tijdig door
te kunnen voeren.
Later zal de NEAR-sonde ook nog
een bezoek brengen aan de bekende asteroïde Eros.
Inmiddels is bekend geworden dat de scheervlucht langs Mathilde succesvol is verlopen.
Links ziet u de eerste foto’s van de steebklomp. Merk op dat de artist impression de
werkelijkheid goed benaderd.
Helaas was er te weinig tijd om de eerste
wetenschappelijke resultaten in dit nummer te
verwerken.
albedo 5
Recent ontdekte bruine dwerg is het koelste object in de
Pleiaden.
Een team van astronomen van de
universiteit van Leicester heeft in de
Pleiaden een bruine dwerg ontdekt.
Het is het koelste en zwakste object
in de stercluster en wellicht is het
zelfs de kleinste bruine dwerg die tot
nu toe is ontdekt. De bruine dwerg
heeft de naam PIZ I gekregen en
heeft een massa van ongeveer 50
Jupitermassa’s en een oppervlaktetemperatuur van 2000 °C. Tot nu toe
was de ster Gliese 229B de minst
massieve bruine dwerg. Van dit object is veel minder goed bekend hoe
groot het precies is; de schattingen
lopen uiteen van 20-65 Jupitermassa’s.
Het team van astronomen van Leicester maakt deel uit van een internationaal onderzoeksproject naar
bruine dwergen. Het is mogelijk dat
bruine dwergen een substantieel
deel uitmaken van de ontbrekende
donkere materie in het heelal.
der is. De Pleiaden zijn een perfect
jachtgebied; de sterren in de cluster
zijn astronomisch gezien erg jong,
zo’n honderd miljoen jaar en dat is
net genoeg om bruine dwergen te
kunnen detecteren. Inmiddels zijn er
nog drie bruine dwergen in de Pleiaden ontdekt.
Al ruim 15 jaar is men op zoek naar
bruine dwergen maar in die tijd zijn
er slechts enkele met zekerheid gedetecteerd. Door de steeds gevoeliger wordende detectoren wordt het
gemakkelijker om bruine dwergen te
vinden. Men verwacht dan ook dat
de komende jaren meer objecten
met de grootte van PIZ I gevonden
zullen worden.
Huub Scheenen
bron: perbericht internet.
PIZ I is ontdekt met behulp van de
2,5 m Isaac Newton Telescoop op
La Palma gedurende waarnemingsperiodes in december 1995 en januari 1996. (De foto’s werden gemaakt met de filters I en Z, hier is
ook de naam van afgeleid.) Aanvullende waarnemingen zijn gedaan
met de UKIRT (United Kingdom InfraRed Telescope) op Hawaï in oktober 1996. Spectra werden opgenomen met de 4 m William Herscheltelescoop op La Palma in november
1996.
Bruine dwergen worden vaak vergeleken met mislukte sterren; in de zin
dat ze niet massief genoeg zijn voor
de kernfusie van waterstof in de
sterkern. Als er eenmaal een bruine
dwerg is gevormd is er niets dat het
proces gaande houdt; de ster blijft
de rest van zijn leven afkoelen. Een
bruine dwerg kan dus het beste worden ontdekt als-ie nog jong en helalbedo 6
De ondergang van de planeet Pluto
De ontdekking van een ijzig miniplaneetje in de buitendelen van het
zonnestelsel toont definitief aan dat
Pluto geen planeet is. En het zonnestelsel blijkt veel uitgestrekter dan
werd gedacht.
De hoogbejaarde Clyde Tombaugh
wilde er niets van horen van de
theorie dat Pluto geen planeet is.
Vierentwintig was hij toen hij in 1930
Pluto ontdekte - de negende (en
kleinste) planeet in het zonnestelsel.
In één klap was hij wereldberoemd.
logie vertonen dan de planeet Mercurius. Andere manen zijn waarschijnlijk ingevangen planetoïden.
Vorig jaar werd een planetoïde ontdekt die ooit als komeet door het
leven ging. En in welk vakje de
ijsdwergen in de buitendelen van het
zonnestelsel moeten worden ingedeeld, is al helemaal niet duidelijk.
in 1951 al voorspeld door de
Nederlands-Amerikaanse
astronoom. Gerard P. Kuiper. Maar dat
zich daar ‘kometen’ zouden bevinden met afmetingen van honderd of
tweehonderd kilometer, had niemand verwacht. Normale kometen
zijn hooguit enkele tientallen kilometers in middellijn.
De eerste ijsdwerg werd vijf jaar
geleden gevonden: een klein, donker hemellichaam met een middellijn van tweehonderd kilometer, buiten de baan van Neptunus. Inmiddels zijn er ruim veertig bekend, net
als Pluto allemaal op zo’n zes miljard kilometer afstand van de zon.
De ijzige wereldjes zijn stijf bevroren
en weerkaatsen zo weinig zonlicht
dat ze alleen met de allergrootste
telescopen te zien zijn. Geen wonder dat Clyde Tombaugh ze tijdens
zijn speurtochten in de jaren dertig
nooit heeft gevonden.
Sterrenkundigen noemen de nieuwe
objecten dan ook liever geen kometen. Sommigen maken zelfs bezwaar tegen de naam ‘ijsdwerg’, en
spreken bij voorkeur van KBO’s,
ofwel Kuiper Belt Objects.
Inmiddels beweren sterrenkundigen
dat Pluto eigenlijk helemaal geen
planeet is, maar een fors uitgevallen
ijsdwerg. Een paar maanden geleden overleed Tombaugh, zonder zeker te weten of hij de mug onder de
planeten heeft ontdekt of de koning
der ijsdwergen.
De recente ontdekking van een
merkwaardig mini-planeetje in de
buitendelen van het zonnestelsel rekent echter definitief af met Pluto’s
planetaire status, aldus Brian Marsden van het Harvard-Smithsonian
Center for Astrophysics in Cambridge, Massachusetts. Marsden ziet
het liefst dat de schoolboekjes worden herschreven; het zonnestelsel
telt acht planeten plus een hele
hoop ondefinieerbaar grut.
Sterrenkundigen worden al lang
geen wijs meer uit de verscheidenheid aan objecten die rondom de
zon cirkelen. Vroeger was alles
overzichtelijk: als het om de zon
draaide, was het een planeet;
draaide het om een planeet, dan
was het een maan. Kleine brokstukken van steen noemde je planetoïden en kleine hemellichamen van
ijs waren kometen.
Maar de natuur trekt zich weinig aan
van de regelgeving van de mens. Er
zijn manen die een veel rijkere geo-
Het bestaan van een kometengordel
buiten de baan van Neptunus werd
albedo 7
Inmiddels staat vast dat de ijsdwergen dezelfde oppervlaktesamenstelling hebben als de planeet
Pluto en de Neptunus-maan Triton.
Ook lijkt het logisch dat de ijsdwergen die tot nu toe zijn ontdekt, de
grootste exemplaren van een veel
grotere familie zijn. Ongetwijfeld zijn
er ook ijsdwergen (kometen?) met
afmetingen van enkele tientallen kilometers; die kun je echter op die
enorme afstand alleen niet zien.
Brian Marsden verkondigt al jarenlang dat de planeet Pluto (met een
middellijn van ruim tweeduizend kilometer) en Pluto’s maan Charon
(duizend kilometer groot) eigenlijk
ook ijsdwergen zijn. Pluto’s baan
vertoont een bijzondere ‘koppeling’
met de baan van Neptunus: Pluto
beschrijft twee omlopen om de zon
in 495 jaar - de tijd die Neptunus
nodig heeft voor drie rondjes.
Een stuk of vijftien ijsdwergen hebben dezelfde baanresonantie met
Neptunus en Marsden noemt ze
‘plutino’s’. Pluto is gewoon de allergrootste, en daarom kon hij 67 jaar
geleden al worden ontdekt. Met de
vondst van 1 996TL66, eind vorig
jaar,
is
de
situatie
nog
onoverzichtelijker geworden. TL66
beschrijft een zeer langgerekte
baan, die bovendien 24 graden geheld is ten opzichte van de andere
planeetbanen (de baanhelling van
Pluto is 17 graden). De middellijn
van TL66 is waarschijnlijk een kleine
vijfhonderd kilometer en in het verste punt van zijn baan staat het
hemellichaam op twintig miljard kilometer afstand van de zon -ruim drie
keer zo ver als de andere ijsdwergen.
De ontdekking, die vorige week
werd beschreven in het tijdschrift
Nature, doet vermoeden dat er nog
veel meer excentrische ijsdwergen
bestaan. Marsden en zijn collega's
denken aan enkele duizenden objecten met vergelijkbare afmetingen
als TL66 De totale massa zou hooguit
10 procent van de massa van de
aarde bedragen. Dat is niet zo veel,
maar het betekent in elk geval dat
het zonnestelsel veel groter is dan
gedacht.
ruimte tussen de Kuipergordel en de
Oortwolk niet leeg is, maar gevuld
met dit soort rondzwalkende ijsdwergen. De Oortwolk, waarvan het bestaan in 1950 werd gepostuleerd
door de Leidse astronoom Jan Oort,
bevat naar schatting vele miljarden
kometen, en bevindt zich op enkele
biljoenen kilometers afstand van de
zon.
Hoe al die schonkige ijsklompen
(planeten kun je ze natuurlijk niet
noemen) er van dichtbij uitzien, zal
voorlopig nog een raadsel blijven.
Amerikaanse pIaneetonderzoekers
hopen begin volgende eeuw een
ruimtesonde naar Pluto te sturen.
Misschien kan die daarna nog een
bezoekje brengen aan een van de
andere ijsdwergen.
De Sojornour-rover klaar voor vertrek. Aanvankelijk lagen de airbags die de val hebben
gebroken in de weg maar bij de NASA staan
ze voor niets. Inmiddels rijdt het autootje met
een snelheid van 2 cm per uur over het Marsoppervlak rond.
bron:
Govert Schilling
De Volkskrant 14 juni 1997
Toegift: de eerste
Mars-plaatjes
Six wheels on Mars.
Opgetogen kreten in het vluchtleidingscentrum
toen bleek dat de Sojornour echt op het Marsoppervlak stond. aanvankelijk weigerde het autootje te reageren op de radiografische afstandsbediening. Tijdens de testen op Aarde
gebeurde dat ook; enkele malen aan en uit
zetten hielp toen en nu dus ook.
Tsja, dat krijg je er van: op het
allerlaatste moment de Albedo afwerken. Op 4 juli geland. Op 5 juli
werden de eerste beelden op aarde
ontvangen (stonden dus ook al 5 juli
om 07.00 hr op de homepage van
de VSML !!) en op 7 juli in de
Albedo. Vooralsnog zonder commentaar en niet al te groot maar
toch; we hebben ze !!
Het rotsachtige landschap van Mars. Naar nu
blijkt is de landing zeer gelukkig verlopen. Het
landschap is veel rotsachtiger dan verwacht
met zeer veel scherpe en grote stenen. Het is
een geluk dat de airbags bestand zijn geweest
tegen de ondergrond.
Misschien zal zelfs blijken dat de
albedo 8
De merkwaardige begeleider van de Aarde
Astronomen van de Universiteit van
York in Canada hebben ontdekt dat
de Aarde nog een begeleider heeft.
Het is de planetoïde 3753 (1986 TO)
die in een zeer merkwaardige en
heel complexe beweging in dezelfde
baan rond de Zon beweegt als de
Aarde. De baan van de planetoïde is
stabiel en de planetoïde zal dus
nooit met de Aarde in botsing kunnen komen.
De beweging van planetoïde 3753
(1986 TO)
Planetoïden die dicht bij de Aarde
komen (NEA’s oftewel Near Earth
Asteroids) zijn onze dichtstbijzijnde
buren in het zonnestelsel; enkele
van deze planetoïden komen dichter
bij de Aarde dan de Maan. Deze
planetoïden, in grootte variërend
van 30-30 km (b.v. 1036 Ganymedes en 433 Eros) tot een paar meter,
zijn belangrijk voor het begrijpen en
voorstellen van inslagen op Aarde
zowel in het verleden als in de toekomst. Ook zijn ze interessant als de
mensheid in de toekomst in staat zal
zijn mineralen/grondstoffen te winnen op andere hemellichamen. Planetoïde 3753 (1986 TO) beweegt in
een ongewone baan rond de Aarde,
om in hemelmechanica-termen te
blijven, in een zogenoemde coorbitale baan (d.w.z. dat 3753 en de
Aarde in dezelfde baan rond de Zon
bewegen.) die bovendien hoefijzervormig is. Hoefijzervormige banen
in theoretisch al enkele jaren bekend maar in de natuur worden ze
zelden aangetroffen.
Voordat we naar de ingewikkelde
beweging van 3753 gaan, bekijken
we eerst een veel minder gecompliceerde situatie. De meest simpele
hoefijzervormige baan, voor een
theoretische, planetoïde is in figuur
I weergegeven. Alleen de banen van
de binnenplaneten staan ingetekend. Voor een verklaring van de
symbolen zie tabel I.
1
4
3
2
figuur I
In deze afbeelding is de Aarde stationair en zien we de hypothetische
planetoïde zijn baan beschrijven.
We zien de planetoïde de Aarde
naderen en als hij de Aarde dicht
genoeg is genaderd omdraaien en
weggaan om vanaf de andere kant
van de baan hetzelfde te doen.
Deze ongewone beweging waarin
dichte naderingen tot een planeet
niet leiden tot een verstoring van de
baan van de planetoïde of een inslag op de planeet noemen we hoefijzervormige banen. Merk op dat de
planetoïde niet rond de Aarde draait
maar dat de baan van de planetoïde
en de Aardbaan deels hetzelfde zijn.
De planetoïde kan dus niet als een
maan van de Aarde worden beschouwd.
Een andere manier om deze hoefijzervormige baan te bekijken is
door ze te zien als een driebaans
cirkelvormig racecircuit. In deze vergelijking is de Aarde een vrachtauto
die met constante snelheid die op de
middelste rijbaan rijdt en de planetoïde een auto. Als de auto op de
buitenste baan rijdt gaat hij net wat
langzamer dan de vrachtauto, dus
op een gegeven moment haalt de
vrachtauto de auto in. Maar net op
het moment dat de vrachtauto de
albedo 9
auto zou passeren gaat de laatste
naar de binnenste rijbaan en verhoogt zijn snelheid. De auto begint
weg te rijden van de vrachtauto
maar omdat het circuit cirkelvormig
is zal hij uiteindelijk achter op de
vrachtauto kunnen botsen. Als ze
dicht bij elkaar zijn gaat de auto
weer naar de buitenbaan en verlaagt
zijn snelheid en het spel herhaalt
zich. Dit is wat er gebeurd in een
eenvoudige hoefijzervormige baan.
Beide voertuigen gebruiken dezelfde snelweg maar op een gecoördineerde manier zodat een botsing
wordt vermeden. In werkelijkheid
wordt de delicate coördinatie tussen
planetoïde en Aarde gedicteerd door
de wetten van de hemelmechanica
en vereisen ze slechts de juiste condities.
Hoefijzervormige banen kunnen
veel ingewikkelder zijn dan in bovenstaand voorbeeld. Ofschoon tot
op heden in de natuur nooit aangetoond laten theoretische studies ook
spiralizerende hoefijzervormige banen toe zoals in figuur II. In termen
van het auto-vrachtautoprincipe zoals in het vorige voorbeeld rijdt de
vrachtauto (de Aarde) nog steeds
met constante snelheid op de middelste rijstrook, maar de auto verandert steeds van rijstrook en snelheid; zodat de vrachtauto hem
steeds ziet naderen en wegrijden.
Ofschoon meer gecompliceerd blijft
de auto de vrachtauto van voor of
van achteren nipt passeren. Een
planetoïde in een dergelijke baan
zal steeds effectief van de Aarde
worden “weggestoten” bij iedere
dichte nadering.
Planetoïde 3753 beweegt in een
baan zoals beschreven in fig. II
maar het gedrag van 3753 is nog
wat merkwaardiger. Ten eerste is
het een zeer strak opgewonden spiraal met niervormige windingen.
Ten tweede, van bovenaf gezien
figuur II
overlapt een deel van het hoefijzer
de positie van de Aarde. Dit is, in
vier tijdsdelen, aangegeven in fig.
III. Merk op dat het hoefijzer van
3753 is samengesteld uit zeer strak
Ofschoon het er op lijkt dat er, uitgaande van de afbeelding, slechts
en eenvoudige ring wordt gevormd
is deze het gevolg van de overlapping van de positie van de Aarde
door de baan van de planetoïde
voordat deze weer in tegenovergestelde richting gaat bewegen. De
sterk opgewonden spiraalvormige
hoefijzerbaan van de planetoïde
vormt bijna een complete cirkel
voordat de tegenovergestelde beweging wordt ingezet, toch blijft er
een smalle opening in de cirkel. De
overlapping is een interessant en
onverwacht facet van het gedrag
van de planetoïde en maakt deel uit
van de ingewikkeldste hoefijzervormige baan tot nu toe bekend.
De schijnbare overlapping tussen de
baan van de planetoïde en de Aarde
leidt niet tot een mogelijke botsing
omdat beide banen niet in hetzelfde
vlak liggen. De overlapping wordt
veroorzaakt door de passering van
de planetoïde onder de positie van
de Aarde. Dit is geïllustreerd in figuur IV.
van dat er nooit een botsing met de
Aarde kan optreden. In feite komt
3753 nooit dicht in de buurt van de
Aarde; de dichtste nadering is tot op
0,1 AU (± 15 miljoen kilometer of
40x de afstand Aarde-Maan). Momenteel beweegt de planetoïde juist
weg van het overlappingspunt in de
hoefijzer en zal in de toekomst nooit
dichter dan 0,3 AU (40 miljoen kilometer) naderen. De dichtste nadering dit jaar is in de herfst als de
planetoïde de Aarde passeert recht
onder de zuidpool langs.
Er is nog steeds weinig bekend over
planetoïde 3753. Inmiddels zijn
nieuwe onderzoeksprogramma’s opgezet. Wellicht heeft 3753 nog meer
verrassingen voor ons in petto.
Huub Scheenen
Bron:
Press-release York University 12
juni 1997
Meer informatie is te vinden op:
http://www.asteroid.york.ca/companion
tabel I:
1 = Mercurius
2 = Venus
3 = Aarde
4 = Mars
figuur III
opgewonden niervormige windingen
die individueel in het plaatje niet
zichtbaar zijn. Denk er tevens aan
dat we te maken hebben met twee
verschillende bewegingen. 1.) Een
jaarlijkse, de planetoïde doorloopt
de niervorm. 2) Door de tijd, de
niervorm vertoont een drift ten opzichte van de Aardbaan die over
een periode van 385 jaar een overlappende hoefijzervormige baan oplevert.
figuur IV
De grote inclinatie van 3753’s baan
ten opzichte van de overige planeten is duidelijk te zien vanuit dit
gezichtspunt en is er ook de reden
albedo 10
Hoefijzervormige banen op de computer
Dit
zeer
eenvoudige
Basicprogramma demonstreert hoe een
hoefijzervormige baan, zoals die
van planetoïde 3753, er uit ziet. Het
programma is gemaakt door David
Doff van de faculteit wiskunde van
de Universiteit van Dublin. Bij wijze
van uitzondering is toestemming gevraagd, en gekregen voor publicatie.
Het programma toont een planeet
(wit) in een cirkelvormige baan om
een zon (geel). De baan van de
planeet is magenta. De verhouding
zijn volstrekt willekeurig en gaan uit
van een denkbeeldig zonnestelsel.
Een planetoïde (geel) met een verwaarloosbare massa draait eveneens in een baan rond de zon. De
weg die de planetoïde aflegt wordt
rood aangegeven. De baan van de
planetoïde in zijn co-rotationele vlak
van de planeet is blauw gekleurd. In
dit programma is de baan niet stabiel; na een aantal jaren wordt de
planetoïde door de planeet weggestoten.
Door op de spatiebalk te drukken
wordt de situatie herhaald onder andere condities, op deze manier worden verschillende hoefijzervormige
banen bekeken. Het programma
draait o.a. onder Qbasic (gratis met
DOS 6 meegeleverd) en gaat uit
van een VGA-scherm. Voor langzame computers kan in de listing de
waarde van dt worden aangepast
maar omdat er gebruik wordt gemaakt van een zeer eenvoudige integratiemethode verandert hierdoor
ook meteen de baan. Degenen die
moeite hebben met overtikken kunnen de listing ook op een diskette
aangeleverd krijgen. Effe melden bij
mij.
Huub Scheenen.
''''''''''''''''''''''''''''''''''''''''''''''''''''''''''
' HSHOE.BAS
'
' A QuickBasic Program to demonstrate horseshoe orbits '
' in a Sun, Planet and Asteroid system.
'
' by David Doff ([email protected]) (c) 1997
'
'
'
''''''''''''''''''''''''''''''''''''''''''''''''''''''''''
SCREEN 12
WINDOW (-320, -240)-(319, 239)
RANDOMIZE TIMER
pi = 4 * ATN(1)
c% = 100: 'Planet-Sun distance
csq% = c% * c%
ms% = 60: mp% = 1
G% = 100
ks% = -G% * ms%
kp% = -G% * mp%
dt = .05
'Initialise position of asteroid (x,y)
x = -c% - 16.5: y = 0
'Initialise velocity of asteroid
vx = 0: vy = -7.5
'-------------------------------------------------------------DO
PRINT "ASTEROID-PLANET-SUN GRAVITATIONAL SIMULATION ";
PRINT "by David Doff (c) 1997"
LOCATE 27, 1
PRINT "<SPACE> for new orbit <Ctrl-BREAK> to exit program"
PRINT
'Initialise position of Planet (a,b)
a = c%: b = 0
'Initialise velocity of Planet
va = 0: vb = 7.66
x0 = x: y0 = y: vx0 = vx: vy0 = vy
'===========================================================
DO
'Plot asteroid and draw Planet
PSET (x, y), 14
CIRCLE (a, b), 2, 15
PAINT (a, b), 15
'Draw Sun
CIRCLE (0, 0), 10, 14
PSET (0, 0), 14
'Draw Planet's orbit
CIRCLE (0, 0), c%, 13
'Calculate distance of asteroid from Sun (z)
zsq = x * x + y * y
z = SQR(zsq)
albedo 11
360° panorama-opname van Mars.
Omdat de camera een beperkt gezichtveld heeft is de foto samengesteld uit
veel verschillende opnamen die door de
NASA haastig aan elkaar zijn gezet.
De foto is door NASA 6 juli via internet
vrijgegeven.
albedo 12
Ryuimtestation Mir in de problemen
Op 25 juni is een Progressbevoorradingscapsule in botsing
gekomen met de Spectr-module van
het Russische ruimtestation Mir. De
bemanning is ongedeerd.
Het ongeluk gebeurde om 09:18 hr
UT toen het ruimtestation over
Europa
vloog.
De
lege
bevoorradingscapsule Progress M34 was vierentwintig uur eerder van
het ruimtestation Mir losgekoppeld
om de astronauten te laten oefenen
met
het
aankoppelen
van
bevoorradingscapsules. Tijdens het
aankoppelen ging er iets mis en
ramde de capsule het ruimtestation.
Een zonnepaneel werd zwaar
beschadigd en in de Spectr-module
ontstond een lek. Door snel ingrijpen
van de bemanning zijn er geen
ernstige ongelukken gebeurd. De
betreffende module is afgesloten
van de rest van Mir. M-34 werd
meteen weggestoten en bevindt zich
nu op een afstand van 2,5 kilometer
en is onder controle. De module is
op 26 juni 1997in de dampkring
verbrandt.
Door
het
ongeluk
is
de
stroomvoorziening bijna helemaal
lamgelegd. Om te kunnen overleven
zijn alle experimenten gestopt;
alleen
het
zuurstofverversingssysteem en de
verwarming zijn nog in gebruik. De
astronauten hebben zelfs nauwelijks
licht
aan
te
pakken;
veel
noodreparaties zijn in het donker
uitgevoerd. Er is zelfs te weinig
elektriciteit om de maaltijden op te
warmen.
Afgelopen zaterdag (5 juli 1997)
begaven enkele gyroscopen het;
deze gyroscopen zijn zeer belangrijk
om het ruimtestation in zijn positie te
houden en de zonnepanelen op de
zon
te
richten.
Terwijl
de
Amerikaanse
astronaut,
als
veiligheidsmaatregel, wachtte in de
Soyouz-capsule hebben de twee
Russen
geprobeerd
het
ruimtestation weer onder controle te
krijgen. Als er iets was misgegaan
met de Russen dan was er trouwens
een zeer groot probleem geweest
want de Amerikaanse astronaut is
absoluut niet op de hoogte van de
werking
van
het
Russische
ruimtevaartmateriaal en is niet in
staat alleen naar de Aarde terug te
komen.
dat de Mir aan het einde van zijn
levensduur is en nauwelijks nog te
exploiteren is.
Het beschadigde zonnepaneel
Op maandagochtend 7 juli werd
bekend dat een onbemande
Progresscapsule met succes aan de
Mir is gekoppeld. Aan boord
zuurstof, reparatiemateriaal en eten.
Ondertussen hebben de Russen op
de raketbasis Baikonoer in een
zwembad geoefend in het repareren
van de Mir. Als er straks
ruimtewandelingen gemaakt gaan
worden om de boel op te kalefateren
dan kunnen de Russen in de Mir
vanaf de Aarde exact geïnstrueerd
worden.
Ondertussen is in de Amerikaanse
senaat de discussie over de,
geldverslindende deelname in het
Russische ruimtevaartprogramma
losgebarsten. Omdat nu alle
Amerikaanse experimenten aan
boord van de Mir zijn stopgezet c.q.
zijn mislukt heeft het geen zin om er
nog langer geld in te steken.
Bovendien wordt nu wel erg duidelijk
albedo 13
Hoge heren van de NASA wijzen het
beschadigde zonnepaneel aan.
Schaalmodel van de beschadigde , en
waarschijnlijk niet meer bruikbare Spectr-
module.
albedo 14
albedo 15
Waarnemen: sterrenbeeld de Leeuw
albedo 16
albedo 17
Download