Protocollen Voorbehouden, Risicovolle en Overige handelingen Puncties 11 INR meten met een zelfmeetapparaat De stollingstijd van het bloed wordt gemeten door een druppel capillair bloed uit de vinger op een teststrip op te vangen. Met een zelfmeetapparaat wordt vervolgens de stollingstijd van het bloed gemeten. De meting wordt gedaan door een zorgverlener of door de cliënt/mantelzorger. Ook bloed uit een ader wordt gebruikt om de stollingstijd te meten. Deze meting gebeurt in het laboratorium. De stollingstijd geeft de snelheid weer waarmee het bloed stolt. De meest gangbare meeteenheid voor de stollingstijd is INR (International Normalized Ratio). Het gebruik van antistollingsmedicijnen, zoals acenocoumarol (sintrom) en fenprocoumon (marcoumar), beïnvloedt de snelheid waarmee het bloed stolt. Antistollingsmedicijnen Door het gebruik van antistollingsmedicijnen is de stolbaarheid van het bloed binnen bepaalde grenzen te houden. Doel van het gebruik is de risico’s van het ontstaan van stolsels in het bloed (zonder dat daar een verwonding aan voorafgaat) tot een minimum te beperken. Tegelijkertijd wordt het risico van bloeding door een te geringe stolbaarheid (hoge INR) vermeden. Een INR van 1.0 is de normale waarde voor mensen die geen antistollingsmedicijnen gebruiken. Afhankelijk van het soort aandoening waarvoor de cliënt antistollingsmedicijnen slikt, wordt gestreefd naar een INR tussen de 2.5 en de 4.01 . De arts bepaalt binnen welk streefgebied de waarde van de cliënt moet vallen. Indicaties gebruik antistollingsmedicijnen Antistollingsmedicijnen kunnen gebruikt worden om stollingsproblemen te voorkomen en om stollingsproblemen te behandelen. Ze worden gebruikt: bij trombose; na een hartinfarct; bij een beroerte of TIA; bij hartritmestoornissen. Stollingstijd meten met zelfmeetapparaat Zelfmeetapparatuur wordt doorgaans ingezet bij cliënten die langer dan zes maanden antistollingsmedicijnen gebruiken. Van belang is dat de cliënt goed ziet en een vaste hand heeft. Een computer en internetverbinding zijn hierbij noodzakelijk. Het voordeel van zelfmeetapparaten is dat cliënten niet meer naar de trombosedienst toe hoeven voor het afnemen van bloed. Voorbeelden van zelfmeetapparaten zijn de Coaguchek XS, de Coaguchek XS Plus en de INRatio 2. Werking van zelfmeetapparaat Op de teststrip bevinden zich chemicaliën die zich vermengen met de druppel opgebracht bloed. Door de chemicaliën wordt een versnelde stolling teweeggebracht. Het stollingsproduct dat zo ontstaat zorgt voor een elektrochemisch signaal dat door het zelfmeetapparaat gemeten wordt. Dit is het moment waarop het apparaat de tijdtelling stopzet en de INR berekent. Na de meting wordt het resultaat automatisch in het geheugen opgeslagen. Het is ook mogelijk de INR-streefwaarden van de cliënt vast te leggen in het geheugen. 1 © Vilans 19-11-2014 Website Nationale Trombosedienst: www.denationaletrombosedienst.nl (externe link). Achtergrondinformatie INR meten met een zelfmeetapparaat: 1 (van 3) Protocollen Voorbehouden, Risicovolle en Overige handelingen Puncties 12 Leren meten met zelfmeetapparaat Trombosediensten geven de zelfmeetapparaten in bruikleen. Zij instrueren cliënten online. Wanneer cliënten de bloedafnametechniek en het meten beheersen, leren ze om de antistollingsmedicijnen zelf te doseren. Aandachtspunten Laat de cliënt vooraf de handen wassen en goed afdrogen. Gebruik de eerste bloeddruppel om de INR-waarde te bepalen1. Breng de bloeddruppel binnen 15 seconden op de teststrip aan. Sommige medicijnen (bv. miconazol huidzalf) beïnvloeden de INR-waarde. Raadpleeg de bijsluiter. De CoaguChek-XS en de CoaguChek-XS Plus De CoaguChek-XS De CoaguChek-XS werkt op (oplaadbare) batterijen. Om energie te sparen schakelt de CoaguChek-XS-meter zichzelf na 3 minuten uit als er binnen deze tijd geen toets is ingedrukt of er geen nieuwe teststrook is geplaatst. Stel de datum en de tijd in bij de eerste ingebruikname van het apparaat (d.w.z. nadat er voor het eerst batterijen in de meter zijn geplaatst. Vervang batterijen (wanneer ze leeg zijn) binnen een 1 minuut. Als de tijd wordt overschreden, moeten de datum en de tijd opnieuw worden ingesteld. De testuitslagen blijven in het geheugen staan. Gebruik de meter alleen bij kamertemperatuur (15-32 °C). De CoaguChek-XS Plus De Coaguchek XS Plus is een meetapparaat dat bedoeld is voor professioneel gebruik. Dit meetapparaat lijkt veel op de CoaguChek XS, maar heeft uitgebreidere functies voor kwaliteitscontrole en gegevensbeheer. Bij de Coaguchek XS Plus zitten de (oplaadbare) batterijen in een unit die aan het apparaat is gekoppeld. In de Coaguchek XS Plus kunnen geen streefwaarden vastgelegd, zoals in de Coaguchek XS. Reiniging van de CoaguChek-XS (Plus) Reinig de meter alleen aan de buitenkant. Schakel de meter uit voor het schoonmaken. Reinig de meter met een vochtige katoenen doek/depper of wattenstokje. Gebruik alcohol 70% of één deel bleekwater in negen delen water. Zorg ervoor dat de klep van de teststrokengeleider tijdens het schoonmaken goed gesloten blijft. Zorg ervoor dat er zich geen vloeistof rond een van de openingen kan verzamelen. Verwijder na het reinigen van de buitenkant achtergebleven vocht en vloeistof met een schone, droge doek. Laat de schoongemaakte delen ten minste 10 minuten drogen voordat een volgende meting wordt uitgevoerd. Reinig de teststrokengeleider volgens de gebruiksaanwijzing. Bronnen 1 © Vilans 19-11-2014 Website RIVM: Point-of-care testing in nursing homes in the Netherlands. Management of patient safety related aspects. RIVM Report 2014-0060/2014, L.W.M. van Kerkhof et al. (externe link; ingezien 2014). Achtergrondinformatie INR meten met een zelfmeetapparaat: 2 (van 3) Protocollen Voorbehouden, Risicovolle en Overige handelingen © Vilans 19-11-2014 Puncties 13 www.denationaletrombosedienst.nl (externe link; ingezien 2014). www.coaguchek.nl (externe link; ingezien 2014). CoaguChek-XS gebruiksaanwijzing; Roche Diagnostics, 2011 (ingezien 2014). Deze gebruiksinstructie kan ook gebruikt worden voor de Coagu Chek-XS Plus. Achtergrondinformatie INR meten met een zelfmeetapparaat: 3 (van 3)