Studievragen en opdrachten boek Maatschappelijke Zorg Boek ISBN 978-90-85240-89-1 Thema Docent Werkvormen 13. Psychiatrische verschijnselen Ben de Geus Studie- toets vragen Thuis voorbereiden/ thema lezen Video opdracht Jonge vrouw met dwangstoornis Opdracht 1 Wie ben ik? Studie- toets vragen 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. Er worden drie hoofdstromingen (modellen) in psychische aandoeningen genoemd. Schrijf op welke drie stromingen dit zijn en leg uit wat de inhoud van elke stroming is. De mens bestaat uit een lichamelijk deel, een psychisch deel en maakt deel uit van een sociale context (omgeving). Gezond zijn wil zeggen dat alle drie de delen in evenwicht zijn. Anders gezegd draagkracht en draaglast moeten in evenwicht zijn. Schrijf op wat de begrippen draagkracht en draaglast inhouden. schrijf op wat de begrippen draagkracht en draaglast inhouden schrijf een voorbeeld op waar de draagkracht en draaglast niet met elkaar in evenwicht zijn Schrijf de 4 belangrijkste life – events op die kunnen leiden naar een verstoring tussen de draagkracht en draaglast. Schrijf op. Wat doe je zelf om de draagkracht en draaglast in evenwicht te houden? Bij psychiatrische aandoeningen wordt getracht om draagkracht en draaglast door middel van verschillende behandelingen in evenwicht te brengen. Schrijf 3 voorbeelden van behandelingen op. Schrijf op de 7 psychische functies bij functionele psychopathologieStoornissen in de expressie en psychomotoriek: schrijf de 2 stoornissen op schrijf op welk concreet waarneembaar gedrag je bij iedere stoornis ziet schrijf 1 psychiatrische aandoening op waar je deze 2 stoornissen bij kunt aantreffen Stoornissen in het bewustzijn: schrijf 3 stoornissen op schrijf op welke concreet waarneembaar gedrag je bij iedere stoornis ziet schrijf 1 psychiatrische aandoening op waar je deze 3 stoornissen kunt aantreffen Oriëntatiestoornissen: schrijf 3 stoornissen op schrijf op welk concreet waarneembaar gedrag je bij iedere stoornis kunt waarnemen schrijf 2 psychiatrische aandoeningen op waar je deze 3 stoornissen kunt aantreffen Maatschappelijke Zorg Thema 13 Psychiatrische verschijnselen Ben de Geus; 29 mei 2012 1 10. Stoornissen in de waarneming: schrijf op wat het verschil is tussen een illusie en een hallucinatie schrijf de 5 vormen van hallucinaties op schrijf op welk concreet waarneembaar gedrag je bij iedere hallucinatie ziet schrijf 2 psychiatrische aandoeningen op waar je deze stoornis kunt aantreffen 11. Stoornissen in het denken: schrijf de 4 stoornissen in denken op schrijf op welk concreet waarneembaar gedrag je bij iedere stoornis ziet schrijf 2 psychiatrische aandoeningen op waar je deze stoornis kunt aantreffen 12. Stoornissen in het gevoelsleven: schrijf de 5 stoornissen in de stemming op schrijf op welk concreet waarneembaar gedrag je bij iedere stoornis ziet schrijf 1 psychiatrische aandoening op waar je deze stoornis kunt aantreffen 13. Stoornissen in het willen en verlangen schrijf op welk concreet waarneembaar gedrag je bij “stoornis in het willen” ziet schrijf 1 psychiatrische aandoening op waar je deze “stoornis in het willen” kunt aantreffen schrijf 2 stoornissen in het verlangen op schrijf op welk concreet waarneembaar gedag bij de 2 stoornissen in het verlangen is te zien schrijf 1 psychiatrische aandoening op waar je de 2 stoornissen in het verlangen kunt aantreffen. 14. Neem onderstaand schema over en vul deze zo in dat je een overzicht krijgt van de psychiatrische aandoeningen en met de daarbij behorende psychische stoornissen. Aandoening/ Stoornis Maatschappelijke Zorg Thema 13 Psychiatrische verschijnselen Ben de Geus; 29 mei 2012 2 Video-opdracht http://www.youtube.com/watch?v=97LL7xWVrgw&feature=related Film over een jonge vrouw met een dwangstoornis. Gemaakt in opdracht van de Angst, Dwang en Fobie stichting. Website: www.stopjedwang.nl. http://www.youtube.com/watch?v=-weum73UKsk Opdracht bij de video 1. Bekijk de video 2. Welke problemen worden er in de video benoemd 3. Welke consequenties heeft dit voor het dagelijks leven van deze persoon op de video 4. Herken je gedrag bij jezelf? Opdracht bij de video In deze animatie wordt uitgelegd hoe en waardoor angst ontstaat. Ook wordt uitgelegd wanneer er sprake is van een angststoornis zoals overmatige bezorgdheid, een paniekaanval of een fobie. Tot slot worden de mogelijke gevolgen van angst, zoals een depressie, en behandelingen uiteengezet. Schrijf direct na het zien van de video een samenvatting. De samenvatting moet gaan welke psychische aandoeningen kun je krijgen bij welke angststoornissen. Opdracht 1 Wie ben ik? Inleiding Bij het maken van de studie-toetsvragen ben je meer te weten gekomen over de verschillende psychiatrische stoornissen. Het begeleiden in het algemeen, maar het begeleiden van cliënten met psychiatrische stoornissen wordt ook bepaald door persoonlijke eigenschappen van de begeleider. Anders gezegd:” Wie ben ik, dat ik als begeleider dit werk mag en kan doen?” Bij het begeleiden/ verplegen van cIiënten de begeleiding neem je altijd persoonlijke eigenschappen, gevoelens en opvattingen mee, te denken valt aan: - Een eigen levensgeschiedenis waarin hij gevormd is en zoals hij nu is Geleerd heeft op een bepaalde manier te reageren op situaties Eigen normen en waarden; eigen ervaringen; eigen mogelijkheden en onmogelijkheden Een sociale achtergrond Culturele waarden Beïnvloedt door geloof Beïnvloedt door de media Beïnvloedt door ras/ afkomst Beïnvloedt sexe Etc. Maatschappelijke Zorg Thema 13 Psychiatrische verschijnselen Ben de Geus; 29 mei 2012 3 Opdracht Onderstaand 6 situatieschetsen lees deze goed door en: a. b. c. Ga aan de hand van situatieschets 1 t/ m 6 na og je hierin aspecten van je eigen functioneren herkent Geef per situatieschets aan hoe jij met dergelijke situaties omgaat Probeer aan te geven waarom je zo reageert Situatieschets 1 Hans heeft moeite met meneer Jansen. Meneer Jansen is een client met psychotisch gedrag die voortdurend godslasterlijke taal uitslaat. Als Hans er wat van zegt, wordt het alleen nog maar erger. Hans is zelf gelovig en het schokt hem nogal dat meneer Jansen zo praat. Hij heeft er moeite mee om deze client te verplegen. Hij weet niet wat hij ermee moet. Hij probeert hem daarom maar zoveel mogelijk te mijden. Toch vindt hij zelf dat dat niet kan. Situatieschets 2 Harm (22 jaar) werkt op een afdeling in een psychiatrisch ziekenhuis “Geenet”. Hij werkt op een afdeling waar mensen met psychotisch gedrag zijn opgenomen. Harm houdt van regelmaat en structuur in zijn leven.Dat heeft hij van huis uit meegekregen. Op de afdeling is het belangrijk voor de clienten om structuur te bieden om zo een veilige omgeving voor de clienten te creëren. Harm is goed in staat om die structuur en duidelijkheid te geven aan de clienten. Situatieschets 3 Hermien werkt sinds 3 weken op een gesloten afdeling. Daar verpleegt zij mevrouw Desmet. Mevrouw is opgenomen omdat zij depressief is geworden nadat haar man is overleden. Hermien heeft veel contact met deze vrouw. Een half jaar geleden is haar vader plotseling overleden. Ze herkent veel wat mevrouw Desmet nu doormaakt. Ze heeft dan ook het gevoel dat ze er fijn met haar over kan praten. Door de gesprekken komt er veel bij haar boven. Als ze dienst heeft trekt ze veel tijd uit voor mevrouw. Ze heeft het gevoel dat ze veel bij haar kwijt kan. Als ze de volgende dag op de afdeling komt, spreekt de leidinggevende haar aan op haar wijze van omgaan met mevrouw Desmet. In een gesprek met die leidinggevende heeft mevrouw Desmet aangegeven dat ze niet weet wat ze met al die problemen van Hermien moet doen. Ze heeft het zelf al zo moeilijk. Hermien is stomverbaasd. Ze had steeds het idee dat het zo goed ging tussen haar en mevrouw Desmet. Situatieschets 4 Christien is stagiaire MMZ. Ze werkt sinds 2 weken op de PAAZ (Psychiatrische Afdeling Algemeen Ziekenhuis). Ze zeg er wel tegenop, maar zou wel zien wat het worden zou. De eerste week was het erg rustig op de afdeling. Maar de tweede week werd meneer Kroon opgenomen. Meneer Kroon vertoonde manisch gedrag. Hij was erg druk. Hij zocht voortdurend toenadering tot Christien. Hij noemt haar steeds “schatje” en vraagt voortdurend of ze met hem uit wil. Christien voelt zich er hoogst ongemakkelijk bij. Gisteravond stond ze in de medicijn kamer en hij begon weer avances te maken. Zij durft er niets van te zeggen, want “wie weet hoe hij zal gaan reageren”. Het gevolg is wel dat ze met steeds meer tegenzin naar haar werk gaat. Elke dag hoopt ze dat hij met ontslag is of is overgeplaatst. Maatschappelijke Zorg Thema 13 Psychiatrische verschijnselen Ben de Geus; 29 mei 2012 4 Situatieschets 5 Coen (26 jaar) werkt als groepsbegeleider op een opnameafdeling. Hij werkt daar al zes jaar. In het begin heeft hij het er erg moeilijk gehad. Er was veel onrust en hij werd meteen geconfronteerd met clienten die suïcidepogingen ondernamen. In de vierde week dat hij op de afdeling werkte, pleegde een client tijdens zijn dienst suïcide. Daar heeft hij het erg moeilijk mee gehad. Hij kwam er achter dat het belangrijk is om je gevoelens en gedachten te bespreken met collega’s in het team. Dat hielp hem om zijn gedachten te ordenen en de ervaring te verwerken. Als er nieuwe studenten of stagiaires op de afdeling komen, houdt hij hen voor dat ze het vermogen moeten ontwikkelen om hun eigen ervaringen en gevoelens met betrekking tot de zorgverlening bespreekbaar te maken. Situatieschets 6 Jaap (begeleider) werkt nu drie maanden op afdeling “de kievit”, een afdeling voor vervolgbehandeling. Hij neemt op de afdeling nogal een dominante plaats in. In overlegsituaties voert hij het hoogste woord. Hij vindt dat hij goede ideeën heeft en hij staat weinig open voor kritische opmerkingen. Veel van zijn collega’s hebben er een hekel aan om met hem samen te werken, maar durven dat eigenlijk niet tegen hem te zeggen. Hij is zo rap met de tong. Gevolg is wel dat veel van Jaap’s plannen doorgevoerd worden terwijl velen er moeite mee hebben. Veel afspraken worden dan ook niet nagekomen. Hierdoor ontstaan er spanningen in het team. Maatschappelijke Zorg Thema 13 Psychiatrische verschijnselen Ben de Geus; 29 mei 2012 5