Vragen LP04OWL01 Training & energie Vraag 1 Welke energiebron wordt (voornamelijk) gebruik bij de eerste 10 sec. • A) aerobe systeem • B) anaerobe systeem • C) vrije ATP en creatinefosfaat Energiesystemen Vraag 2 Bij inspanningen langer dan 20 min. wordt er voornamelijk ... verbrandt. • A) Koolhydraten (glycogeen, glucose) • B) Vetten (free fatty acid – FFA) • C) Creatinefosfaat (CP) Vraag 3 • Is hieronder sprake van supercompensatie of overtraining? Vraag 4 • Wanneer kan je in het onderstaande figuur het beste een nieuwe trainingsprikkel geven? Vraag 5 • Wat is geen grondmotorische eigenschap? • • • • A) lenigheid B) Kracht C) Snelheid D) Body Mass Index Vraag 6 • De afnemende meeropbrengt geeft aan dat: • A) effect van training verdwijnt door minder vaak te trainen • B) Je specifiek moet trainen • C) Je een sterkere trainingsprikkel nodig hebt voor trainingseffect en dat deze afneemt Vraag 7 • Welke factoren horen bij de trainingsprincipes o o o o Overload (grotere belasting dan lichaam gewend is) Supercompensatie (herstel naar hoger niveau) Specificiteit (je wordt beter in wat je oefent) Reversibiliteit (bereikt effect van training verdwijnt bij verminderde of geen activiteit) o Afnemende meeropbrengt (grotere belasting prikkel nodig voor trainingseffect en effect neemt af) Vraag 8 FITT staat voor: • Frequentie Intensiteit Tijd Type Welke factor wordt als belangrijkste gezien (de Morree, et al.) A) B) C) D) Frequentie Intensiteit Tijd Type Vraag 9 • Frequentie is het aantal series dat iemand uitvoert bij krachttraining. • A) Juist • B) Onjuist • Frequentie is het aantal trainingen per week Aantal series x het aantal herhalingen per serie = omvang Vraag 10 • Welke variabele is het meest valide om trainingseffecten te meten? • • • • A) Hartslag frequentie B) VO2max (via gasanalyse) C) Borgschaal C) Afstand afgelegd (bijv. Cooper test) Vraag 11 • Waardoor is de EPOC (Excess Post Exercise oxygen consumption) groter dan de oxygen dificit in de onderstaande figuur. Antwoord vraag 11 EPOC is groter dan de oxygen deficit door: toename metabole activiteit • Grotere activiteit ademhalingspieren en hart • Verhoogde temperatuur en adrenaline gehalte Systemen met synoniemen Energiesystemen als mengpaneel An-aeroob (zonder O2) Aeroob (met O2) a-lactisch Lactisch Koolhydraatmetabolism Vetmetabolisme CrP-systeem Lactaatsysteem e Foafaatsysteem (Anaerobe) glycolyse (Glycolyse) (Melkzuursysteem, let op! Zie artikelen Burgerhout “de mythe van melkzuur”) Producten die worden omgezet Creatinefosfaat Glucose Glycogeen Glucose Glycogeen Vrije vetzuren (FFA) Eindproducten (hoeveel ATP) Creatine Fosfaat ATP (1) Pyrodruivezuur Lactaat H+ ATP (2 – 3) H2O CO2 ATP (36 – 38) H2O CO2 ATP (129) Waar in de (spier)cel? Welke stappen in ’t proces? Cytoplasma CP C + P ADP + P ATP Relatief eenvoudig Cytoplasma Complexer, + 13 chemische reacties, gebruik enzymen Mitochondriën Acetyl-CoA (vanuit omzetting pyrodruivezuur in anaerobe glycolyse) Krebs-cyclus ETS (ademhalingsketen) Mitochondriën Acetyl-CoA (vanuit FFA, omzetting vanuit βoxydatie) Krebs-cyclus ETS (ademhalingsketen) Vermogen van ’t systeem? Heel hoog, komt snel op gang en levert snel ATP, maar ook snel uitgeput (15 sec.) Redelijk hoog en levert ook snel ATP. Afhankelijk van buffercapaciteit (H+) 2 à 3 minuten Minder hoog, komt wel direct op gang maar heeft een paar min. nodig om op volledig vermogen te komen Laag, levert weliswaar veel op maar verbruikt ook veel O2 (duidelijk te maken aan de moleculeformules) Alactisch - lactisch – koolhydraten - vetten Capaciteit van het systeem? Laag, snel uitgeput Afhankelijk van training en buffercapaciteit Afhankelijk van KHvoorraden; leverglycogeen na 1,5 – 2 uur uitgeput Onbeperkt, vetvoorraden raken alleen uitgeput bij stoornissen Hersteltijd van ’t systeem? Kan na 30 sec. al goed hersteld zijn. Volledig hersteld na enkele minuten. Verbruikt ATP in herstelfase Verwijdering van verzurende elementen van belang, belastingherstel versneld dit proces Afhankelijk van KH-rijke Hoeft niet doelgericht te maaltijden. Kan oplopen worden hersteld tot een paar dagen. Uitstel van eten na inspanning vertraagd herstel Bij welke soort belasting? Kort, intens Maximaal Relatief kort, intens (70 – 80 % afh getraindheid) Duur/interval 60 – 80 % HFreserve Afh. getraindheid Duur, lagere intensiteit (40 – 70 %?) Afh. getraindheid