Nirav Christophe Verdubbeling The making of Virtual Theatre Als inhoudelijke kern van het project kozen we het begrip, dat in 2004 in het facultaire onderzoeksproject Wat is virtual theatre? naar boven kwam: verdubbeling. Verdubbeling van tijd en verdubbeling van ruimte. We wilden dit begrip verder onderzoeken met behulp van de theatertheorieën van Antonin Artaud, (1896-1948), wiens kernbegrip ook verdubbeling, of ‘double’ was. Hij spreekt veelvuldig over ‘le théâtre et son double’. De franse filosoof Jacques Derrida heeft in 1967 in twee artikelen dat begrip proberen duidelijk te maken. Wij gaan uit van één van die artikelen, ‘Het theater van de wreedheid of: De geslotenheid van de representatie’. Voor de gelegenheid van dit onderzoeksproject is dit belangwekkende artikel voor het eerst in het Nederlands vertaald en van commentaar voorzien door dramaturg Mart-Jan Zegers. De verdubbeling waar Artaud over spreekt doelt op de onmogelijkheid om op toneel te zijn wie je bent, je als het ware te presenteren. Zodra je op het toneel staat, wordt er ook een wereld nagedaan, gerepresenteerd. Er ontstaat naast jezelf als mens onmiddellijk een tweede mens, bijvoorbeeld een personage. Zelf bij cabaret, waar de acteur zich als zichzelf voorstelt, komt er direct een tweede ‘theatermens’ bij. Als Hans Teeuwen mij in de voorstelling beledigt, kan ik niet naar de rechter stappen omdat Hans Teeuwen mij beledigd heeft. Eigenlijk heeft de ‘double’ van Hans Teeuwen, de theatermens Hans Teeuwen, mij beledigd. Die verdubbeling vindt ook plaats bij objecten. Een stoel op het toneel is ook altijd meer dan een stoel. Het is deze verdubbeling waar Artaud razend van werd. Hij probeerde op alle mogelijke manieren ideeën te ontwikkelen of het toch mogelijk zou zijn in het theater het double uit te schakelen, en presentie op het toneel te laten zien in plaats van representatie. Zijn ideeën zijn zo de basis geweest van bijvoorbeeld de performance en happening-achtige voorstellingen uit de jaren 60 en 70. De vraag is nu of we in virtueel theater, waarin door projecties en dergelijke ruimte en tijd automatisch razendsnel verdubbeld worden, ook mogelijkheden kunnen zoeken van pure presentie. Dat is alleen al handig, omdat we de representatie bij dit soort theater vaak ontkennen. Bij een samenwerkingsproject van de Faculteit Kunst en Mediatechnologie van de Hogeschool voor de Kunsten Utrecht en het Instituut voor Media en Re/Presentatie van de Universiteit Utrecht, in 2005 gepresenteerd in Theater Kikker, was een presentatie te zien van een danseres, die bewoog met microfoons op haar lichaam. De geluiden die ze voortbracht werden op het toneel zichtbaar door twee technici gesampled tot muziek, waar de danseres vervolgens weer op bewoog. Het viel op, dat de de makers niet beseften, dat de technici automatisch onderdeel werden van het toneelbeeld en daarmee van de voorstelling. De technici werden personages in een krachtenveld met de danseres. Ze hadden een aanname gewoon als zichzelf op het toneel te kunnen zijn. En dat was een misvatting. Om te kijken wat de mogelijkheden van presentie bij virtual theater kunnen zijn, is het handig met technieken te werken waarbij door de techniek op het moment zelf materiaal gemanipuleerd wordt, dus technieken met real-time manipulatie. Vervolgens is het dan belangrijk om de mensen die die real-time manipulatie uitvoeren op het toneel zichtbaar die manipulatie te laten uitvoeren en zo wezenlijk onderdeel te maken van het getoonde theatrale. De onderzoeksworkshop onder leiding van Ruud Lanfermeijer, waarvan Marcel Dolman de Making of-documentaire maakte, baseerde zich op bovenstaande uitgangspunten.