3e klas kunstkeuzevak Theater. vakomschrijving HAVO/VWO derde klas kunstmodule THEATER In het derde jaar van het vak Theater, leer je van uit welke disciplines je theater kan maken en spelen. Er wordt dieper in gegaan op de stof die je krijgt in het eerste en tweede jaar. Naast lekker veel improviseren, komen de volgende dingen aan bod: Engagement Op het toneel vertel je altijd een verhaal. Waarom vertel je dat verhaal en wat betekent het? In dit blok leer je hoe belangrijk het is om een noodzaak te hebben om theater te maken. Want op het toneel ben jij het zelf die er staat en dus moet je weten waarom jij daar wilt staan. Het jaar begint met een aantal belangrijke vragen: Waarom wil je toneelspelen? Wat is zou verbinding met het theater? Wat inspireert je? Wat voor een verhaal zou jij willen vertellen op het toneel en waarom? Wat vind jij mooi theater? Wat is jouw drijfveer? Dat kan van alles zijn; van muziek tot een boek, een artikel uit de krant, een kostuum dat al jaren in de kast hangt en ga zo maar door. Vanuit het inspiratiemateriaal maak je een kleine performance. Episch spelen/ vertellend spelen Via het vertellen van eigen verhalen komen we tot het spelen van deze verhalen. Hoe maak je deze verhalen extra spannend. Wat verzin je erbij? Hoever kan je gaan? Ben jij goed in liegen? In dit jaar kom je erachter!!!En je laat het publiek raden is dit nou echt gebeurd of niet? Personages Op het toneel speel je vaak iemand anders, een rol, een personage. Je kruipt als het ware in de huid van iemand anders om je verhaal te kunnen vertellen. Je ontdekt hoe het voelt om iemand anders te spelen en wat daar allemaal bij komt kijken. Tekst Toneelspelen kan vanuit allerlei verschillende dingen ontstaan. Je kan beginnen met het aantrekken van een kostuum. Je fascinatie met een bepaald onderwerp, muziek kan een beginpunt zijn voor een scène maar ook tekst is een belangrijk beginpunt. Geschreven verhalen; toneelstukken. Een eigen verhaal rolt er altijd vloeiend uit… het is immers jouw eigen tekst. Het zou mooi zijn als dat ook zo vloeiend gaat met iemand anders zijn tekst. Bijvoorbeeld met een tekst van Shakespeare. Je begint met het lezen van een tekst, je duikt er als het ware helemaal in en gaat op onderzoek naar hoe je deze tekst kan spelen. Je werkt met teksten van Shakespeare maar ook jonge moderne schrijvers komen aan bod. En hoe schrijf je zelf eigenlijk een mooie theatertekst? Je gaat experimenteren met het zelf schrijven van dialogen en monologen. Kennismaking met Theatervormgeving Een voorstelling is meer dan alleen een speler en een tekst, allerlei elementen maken het compleet; decor, kostuums, muziek, locatie. Je maakt kennis met al deze elementen en hoe je ze kan hanteren. Zodat je ze in kan zetten bij het maken en spelen van theater. Kennismaken met Regie Wat wil jij maken/ regisseren voor een publiek? Wat vind jij mooi op het toneel. En waarom wil je een bepaald verhaal laten zien? Met de kennis die hebt opgedaan in het afgelopen jaar leer je hoe je datgene wat jij wilt vertellen zo goed mogelijk op de vloer krijgt. Jij bent de regisseur!!! Naar het theater!! Naast de lessen volg je ook een workshop in een theater en bezoek je een voorstelling. -