recht moraal - Essence of Decision

advertisement
ETHIEK
Les 3
Dr.F.Hamburg
Overzicht les 3
(deel I en II)
Zorg (care) en ethiek
 Wettelijk kader
 Recht en moraal
 Ethical decisionmaking
 Dilemma’s
 Compromisen

Care (Caritas)

Functioneel opgevat:






caring about  ‘attentiveness’
taking care of  ‘responsibility’
care-giving  ‘competenties’, ‘tools’
care-receiving  ‘responsiveness’
Is care zonder caritas (liefde), mede-lijden,
barmhartigheid, deugden etc. wel mogelijk?
M.a.w, is care zonder ‘zijns’-aspecten, dus
louter functioneel opgevat, wel mogelijk?
Wettelijk kader









Wet op de Beroepen in de individuele gezondheidszorg (BIG) 
professionaliteit, …
Kwaliteitswet Zorginstellingen (Kzi)  verantwoorde zorg, goed
hulpverlenerschap,..
Wet geneeskundige behandelingsovereenkomst (Wgbo) 
informed consent,..
Wet klachtrecht cliënten zorgsector  klachtencommissies,…
Wet medezeggenschap Cliënten Zorginstellingen (Wmcz) 
clientenraden,…
Wet op de jeugdzorg  meldingen bij kindermishandeling,…
Wet maatschappelijke ondersteuning (WMO)  enkele voor de zorg
relevante regels
Algemene wet bijzonder ziektekosten (AWBZ), in het bijzonder
Persoonsgebonden budget (PGB)
Wetb.Strafr.: 247, 272, 293, 294, 307, 308 {beroepsgeheim, euth.,
seks, † schuld)
Informed consent (Wgbo)


Informed consent (boek 7. Art. 448 BW). Essentie: De
hulpverlener moet er zich actief van overtuigen dat de
patiënt in alle vrijheid de informatie (over het karakter
van het onderzoek/therapie, de gevolgen ervan, de
risico’s, en de alternatieven) verwerkt en begrepen heeft
(voor zover nodig om te beslissen over o.a. de
doeltreffendheid van de therapie, de geoorloofdheid
ervan, en de eruit voortvloeiende consequenties).
Vorenbedoelde informatie is zoveel mogelijk evidencebased. De informatieplicht loopt tijdens de behandeling
door (dus de resultaten van onderzoek moeten
meegedeeld worden; en geen lichamelijk onderzoek
uitvoeren alvorens niet eerst het een en ander te hebben
toegelicht).
Recht en Moraal (1)
MORAAL
RECHT
wetten
beroepscode
Er mogen geen immorele wetten afgekondigd worden
Recht en Moraal (2)




Juridificering: contractuele verhoudingen tussen ‘moral strangers’
a.g.v. het autonomiebeginsel ( conflicten, deprofessionalisering)
Wet als mix van argumenten zonder ethische consistentie? [Bv: mix
van utilisme, individualisme, waardigheid van de mens? Zie bv
Embryowet].
Q. kan je 65% percent consistent zijn met een ethisch beginsel?
Toekomst (zonder ‘intrinsiek kwaad’): Eugenetica (embryoselectie,
verplichte anti-conceptie, geslachtsselectie)? Therapeutisch
klonen? Wrongful life claims? Commerciële eiceldonatie (in vele
landen reeds mogelijk)? Commerciële donatie van welk orgaan dan
ook? Brainchips? Enhancement van alle lichaamsfuncties, inclusief
de mind? Cyborgs? Robot-androiden? Kortom: Brave New World?
Dus totalitaire technologie?
Beslismethoden






Structuurloos en niet geleid door een stabiele waarde,
dus louter op een ongeordend ‘gevoel’ of een
excessieve ‘intuïtie’ (onethisch?)
Vuistregels (kunnen conflicteren, geen consensus; in
bepaalde gevallen intuïtief/irrationeel)
Logisch (ethische problemen kunnen niet via pure
deductie binnen een tautologisch systeem opgelost
worden; zijn ook veelal te complex)
Alternative-focused denken (pragmatiek)
Value-focused denken
Gezond verstand, ervaring (= Case based reasoning)
Case-based Reasoning
Alternative-focused
DEFINITIE ‘OBJECTIEF’
(inleiding op ‘value-focused’)

Objectief = een ‘statement of something
that one desires to achieve’ (bijv.:
maximaliseren van de veiligheid in het
autoverkeer).
VALUE-FOCUSED  DECISIONSPACE
Consistentie !


Het identificeren en
structureren* van waarden en
objectieven**
 Waarden  ‘value-model’
 Objectieven
* Structureren =
 In detail beschrijven
 In een vorm brengen die
geïncorporeerd kan worden
in een representerend
beslismodel (beslisboom,
netwerk – zie hierna)
** Objectief ≠ Doel.
Doel = strategisch objectief = Gouden Standaard
Voorbeelden hiërarchieën van
objectieven
Bv. raadpleeg deskundige
Wat is een attribuut?
Een attribuut meet de mate waarin een
objectief verwezenlijkt is (‘impact’ van een
actie)
 In een attribuut zitten waardeoordelen
 Voorbeeld: Kwaliteit van Leven (zie
volgende dia)

KVL (psychometrie)
ALTERNATIVE vs VALUEFOCUSED THINKING
Waar vindt (‘value focused’) de
afruil van waarden plaats?



Bij het opstellen van de objectieven-hierarchie
Bij het aanwijzen van de ‘attributen’
In de relatieve wenselijkheid van de
verschillende (numerieke) niveaus van een
gegeven attribuut
Fouten in deze afruil leiden tot een onjuiste (≠
kwade) beslissing.
Relatie ‘decision space’ met ethiek
Pr. Van de innerlijke volmaaktheid van de
handeling: een handeling is moreel goed als:
 datgene
dat de handelende persoon concreet
verkiest te doen, hier en nu (‘object’) goed is
 de actie (incl. de omstandigheden) past bij het
object ( de objectieven zijn goed en
‘convenient’)
 De actie ‘goed’ is qua doelstelling.
 om dit alles te bereiken moet de decisionspace
gevuld worden op geleide van de ethische
principes.
DILEMMA’S
Principe van het dubbele effect
Compromis




Voorlopige voorziening
Levens-/geloofspanning blijft bestaan (de zaak
is ‘sub judice’)
Handhaving eigen Strategisch Doel
NB. De meeste compromissen zijn geen
compromissen maar gevallen van ‘morele
onverschilligheid’ (= formuleren van een – niettijdelijke maar definitieve oplossing door je eigen
Gouden Standaard te verlagen).
Afruil van waarden in een
compromis

Ethische eis
Kwaad alleen toelaten, nooit doen
 Minimaal kwaad toelaten


NB. Geen compromis mogelijk in geval
van intrinsiek kwaad (zoals doden van
onschuldig leven). Zie tekstenbundel,
Aristoteles: Nichomachische ethiek
compromisloos
Download