© NEVI pag.: 1 van 1 code: LEV-TCO-kre-003-bl versie 1.1 Indelingen van kosten Kosten kunnen worden onderverdeeld in vast of variabel. Het verschil tussen vast en variabel geeft aan of de kosten al dan niet afhankelijk zijn van het aantal eenheden dat wordt geproduceerd c.q. verkocht. Vaste kosten veranderen niet als de omvang van de productie van producten en/of diensten stijgt. Bijvoorbeeld de kosten van het NEVI gebouw in Zoetermeer stijgen niet als er meer NEVI cursisten zijn. Een andere indeling van kosten is die in directe en indirecte kosten. Deze indelingen zijn niet hetzelfde. Zo kunnen kosten bijvoorbeeld variabel en indirect zijn. In de onderstaande afbeelding zijn voorbeelden van alle combinaties opgenomen voor de NEVI opleiding. Bij directe kosten is er een direct verband aan te geven met het product of de dienst. Deze directe kosten zijn nagenoeg exact vast te stellen en onmiddellijk toe te rekenen aan het product of dienst waarvoor deze kosten zijn gemaakt. afbeelding: onderverdeling van kosten Variabel Vast Direct Cursusmap Docent Indirect Uitzendkracht bij administratie NEVI gebouw Bij de indirecte kosten is er geen sprake van zo’n duidelijke relatie tussen de kosten en de producten. Om deze indirecte kosten toch te kunnen toerekenen aan de producten is een tussenstap nodig. Deze tussenstap wordt verbijzonderingsmethode genoemd. Deze verbijzonderingsmethode is een tussenstap om de kosten zo zuiver mogelijk te kunnen toerekenen (zie de onderstaande afbeelding). afbeelding: toerekening van directe en indirecte kosten Het belangrijkste van de tussenstap is dat de toerekening zo veel mogelijk aan moet sluiten bij de mate waarin die kosten ook daadwerkelijk met dat product te maken hebben. Als bijvoorbeeld voor het leveren van een bepaalde dienst bepaalde indirecte medewerkers intensief worden ingezet, dan is het logisch dat de kosten van die indirecte medewerkers ook in die verhouding bij die betreffende dienst terechtkomen.