Master Arbeid, Zorg en Participatie; Faculteit Sociale Wetenschappen; Universiteit Utrecht Begeleider: Dr. R.J.T. van Rijsselt; Tweede lezer: Dr. M.J.M. Hoogenboom. Juli 2016 Samenwerking en machtsverhoudingen tussen formele en informele zorgverleners Een kwalitatief onder zoek naar de invloed van verander ingen in samenwer king op machtsverhoudingen tussen for mele en infor mele zor gver leners. Birgit Vulkers Samenvatting In het domein van zorg en ondersteuning zullen door bezuinigingen, de participatiegedachte en een groter beroep op de informele zorg, rollen van professionals, vrijwilligers en mantelzorgers veranderen en zal de samenwerking tussen de verschillende actoren worden beïnvloed. In dit kwalitatieve onderzoek is gekeken naar de invloed van veranderingen in samenwerking op machtsverhoudingen tussen formele en informele zorgverleners. Hierbij ligt de focus op professionals vanuit sociale wijkteams. De betaalbaarheid van de zorg en beschikbare tijd van de professionals, zijn belangrijke factoren die de verhoudingen tussen professional en informele zorgverlener beïnvloeden. Dit heeft onder andere invloed op de afhankelijkheidsrelatie en op hoe mantelzorgers en vrijwilligers samenwerking ervaren. Om machtsverhoudingen niet problematisch te laten zijn, is contact maken, erkenning, waardering, maar ook het loslaten en de ander toelaten van belang voor professionals. Sinds de nieuwe Wet maatschappelijke 1. Inleiding ondersteuning (Wmo), die vanaf 1 januari Hoe werk je als professional samen met in- 2015 is ingevoerd, is de gemeentelijke ver- formele zorgverleners? En andersom? Deze antwoordelijkheid uitgebreid. Dit betekent vragen worden steeds belangrijker nu er een dat de gemeenten verantwoordelijk zijn voor groter beroep wordt gedaan op de informele het ondersteunen en begeleiden van burgers zorg en taken van formele en informele zorg- op het gebied van zelfredzaamheid en partici- verleners veranderen. Verschillende trends in patie (Wetten Overheid, 2014). Het inzetten de Nederlandse samenleving en in het sociale van een sociaal wijkteam is een van de ma- domein staan in verband met veranderingen nieren waarop veel gemeenten invulling heb- in de samenwerking tussen formele en infor- ben gegeven aan de decentralisaties in het so- mele zorgverleners. ciale domein. In een sociaal wijkteam werken Birgit Vulkers | Samenwerking en machtsverhoudingen formele en informele zorgverleners | 1 | professionals vanuit meerdere disciplines sa- murale zorg is hulp die buiten een zorginstel- men. Door professionals met verschillende ling wordt geboden door professionals. Een expertises samen te laten werken in de wijk, toename van extramurale zorg is onder an- kan ondersteuning meer in samenhang en dere te verklaren doordat kwetsbare burgers dichterbij de burger worden aangeboden. Het langer thuis blijven wonen. Naast dat er een doel van een sociaal wijkteam is afhankelijk toename is van extramurale zorg, doet de ge- van de gemeente waarbinnen het team werkt. meente een groter beroep op de eigen moge- Bij de meeste teams is het doel, naast een lijkheden van burgers en informele zorg zorgcomponent, de bewoners te activeren, te (Plaisier & De Klerk, 2015). helpen participeren en te ondersteunen in het Om een heldere probleemstelling te functioneren in de maatschappij (Movisie, schetsen, is het van belang om een onder- 2015). Het inzetten van een sociaal wijkteam scheid te maken tussen formele en informele is hiermee gerelateerd aan de participatiege- zorg. Formele zorg kan gedefinieerd worden dachte in een participatiesamenleving. Zo als zorg en ondersteuning door professionals, stellen Van de Wijdeven, De Graaf en Hen- georganiseerd vanuit een organisatie of de driks (2013) dat het afstemmen op de burger (lokale) overheid (Froland, 1980). In dit on- door professionals in de wijk moet gebeuren. derzoek wordt gekeken naar de formele zorg- Van de burger wordt actief burgerschap ge- verlener, ofwel de professional binnen een vraagd, waar professionals een stimulerende sociaal wijkteam1. Onder informele zorg val- rol in zouden moeten hebben (Van de Wijde- len onder andere mantelzorgers en vrijwil- ven et al. 2013). Deze sociale wijkteams wor- ligers. Mantelzorg is zorg en ondersteuning den door gemeenten in verschillende vormen voor hulpbehoevende naasten, bijvoorbeeld ingezet. Sommige teams nemen de toegang in de vorm van hulp in het huishouden, per- tot de zorg en ook de ondersteuning voor hun soonlijke verzorging of emotionele begelei- rekening, waar andere teams slechts een van ding (Josten & De Boer, 2015). Vrijwilligers- beide componenten aanpakken (Movisie, werk is onbetaald en onverplicht en vrijwil- 2015). ligers hebben vooraf geen persoonlijke relatie Een andere trend is dat er meer extra- met de cliënt, in tegenstelling tot mantelzor- murale zorg en ondersteuning wordt inge- gers (De Boer & De Klerk, 2013). Om kosten schakeld (Plaisier & De Klerk, 2015). Extra- van de samenleving in te dammen en om meer verbinding tussen burgers te creëren, 1 Er is gekozen om zowel gebruik te maken van het begrip ‘formele zorgverlener’ als van het begrip ‘professional’, om zo goed aan te sluiten op leden van het Birgit Vulkers sociale wijkteam die soms eerder hulpverlener dan zorgverlener zijn. | Samenwerking en machtsverhoudingen formele en informele zorgverleners | 2 | probeert de overheid de burger te stimuleren overgenomen. Ook de samenwerking tussen tot het verlenen van dit soort hulp en onder- de professional en de vrijwilliger verdient steuning (Josten & De Boer, 2015). aandacht. Om tot een goede samenwerking te Al voor de invoering van de nieuwe komen, is naast een goede taakverdeling, ook Wmo 2015, werd vanuit de overheid een gro- de waardering van de vrijwilliger belangrijk. ter beroep gedaan op de informele zorg. De (Movisie, 2013). informele zorg wordt aangeduid als het fun- De trend van participatie en actief bur- dament van de zorg (VWS, 2012). Daarnaast gerschap is van invloed op de samenwerking hebben professionals de taak om samen te van de formele en informele zorg, omdat de werken met vrijwilligers en mantelzorgers en burger of cliënt meer de regie in handen heeft daarmee ook om informele zorg zo goed mo- (Vilans, 2015). Hierdoor is de sturende rol, gelijk te faciliteren (VWS, 2009). In de toe- die voorheen bij organisaties en professionals komstagenda ‘informele zorg en ondersteu- lag, verschoven in de richting van de cliënt. ning 2015’ (VWS, 2014) wordt met de actie- Het doel is dat de cliënt en professional nu sa- punten ingezet op een duurzaam en gelijk- men organiseren, wat invloed kan hebben op waardig samenspel, waarbij er een balans is het samenspel van de professional en de in- tussen informele en formele zorg. formele zorg (Vilans, 2015). Dit perspectief Movisie (2013) benadrukt het belang speelt mee bij de uitvoering van dit onder- van het samenspel van professionals met vrij- zoek, waarbij de focus ligt op de samenwer- willigers en mantelzorgers; een goed samen- king tussen de formele en informele zorg. spel komt de cliënt ten goede. Er ligt een gro- Uit onderzoek blijkt dat macht een rol tere druk op de zorg. Dit komt onder andere speelt binnen samenwerking en taakverdeling door een vergrijzende samenleving en bezui- tussen formele en informele zorgverleners nigingen in de zorg. Hierdoor wordt er meer (Oudenampsen, Van Vliet, Winsemius en een beroep gedaan op mantelzorgers en vrij- Tenhaeff, 2006; Froland, 1980). Binnen de willigers (Movisie, 2013). Daarnaast blijven samenwerking komt een vraag naar voren professionele hulpverleners actief. Dit vergt tussen beroepskrachten en vrijwillige zorg- een goede samenwerking, die nog niet altijd verleners, op het gebied van de machtsver- vanzelfsprekend en gelijkwaardig is. De pro- houding: wie is de baas? Doordat de ene fessional stelt bijvoorbeeld de vraag of de groep soms de neiging heeft macht uit te oe- mantelzorger over de juiste capaciteiten be- fenen over de andere groep, heeft dit een ne- schikt, terwijl bij de mantelzorger het idee gatieve invloed op de samenwerking (Ou- leeft dat de regie door de professional wordt denampsen et al., 2006). Oudenampsen et al. Birgit Vulkers | Samenwerking en machtsverhoudingen formele en informele zorgverleners | 3 | (2006) stellen dat erkenning, waardering en het gezag ofwel de macht komt meer bij de een goede taakverdeling van belang zijn om vrijwilliger te liggen. machtsverschillen tussen de professional en De veranderingen in het domein van de vrijwilligers niet van invloed te laten zijn zorg en ondersteuning zullen leiden tot veran- op de samenwerking. deringen in de samenwerking, waarbij rollen Uit de landelijke trends blijkt dat de en taken opnieuw moeten worden afgestemd. samenwerking van informele en formele zorg Het verdelen van rollen vraagt ook om verde- om nieuwe rollen en nieuwe taakverdelingen ling van de macht, blijkt uit onderzoek. Be- vraagt. Aan de ene kant vraagt het doen van langrijk is dat er gelijkwaardigheid is om de een groter beroep op de informele zorg om samenwerking soepel te laten verlopen. Hoe- een goed afgestemde samenwerkingsvorm wel Oudenampsen et al. (2006) onderzoek met de formele zorg, maar aan de andere kant hebben gedaan naar samenwerking en vraagt dit om een kanteling in de aanpak van machtsverhoudingen, is in het licht van de professionals. De professional richt zich meer huidige veranderingen nog niet duidelijk hoe op de ondersteuning van de vrijwilliger en machtsverhoudingen in de samenwerking minder op het overnemen van taken (Kam- tussen formele en informele zorgverleners pen, Verhoeven & Verplanke, 2013). Het op- beïnvloed worden. Inzicht in de samenwer- nieuw afstemmen van taken is van belang bij king en machtsverhoudingen kan bijdragen het tot stand komen van een soepele samen- aan een goede samenwerking en zorg voor de werking, zonder het machtsvraagstuk bepa- hulpbehoevende lend te laten zijn (Oudenampsen et al., 2006). daarom de vraag welke gevolgen de verande- Nu is deze taakverdeling volgens Van Bo- ringen in de samenwerkingsrelatie hebben chove, Tonkens en Verplanke (2014) juist voor de machtsverhoudingen tussen formele een bron van het veranderen van de machts- en informele zorgverleners. Moet de profes- relatie. Vrijwilligers die taken overnemen van sional een stap terug doen en krijgt de infor- de professionals moeten ook gezag toegewe- mele zorg nu de macht? burger. Interessant is zen krijgen ter bevordering van het verantwoordelijkheidsgevoel. Dit gevoel draagt bij 2. Theoretische verkenning aan het correct uitvoeren van taken. Het over- In dit theoretisch kader is een wetenschappe- hevelen van zorg- en ondersteuningstaken lijk raamwerk geschetst, waardoor er op ver- van professionals naar vrijwilligers, betekent schillende niveaus inzicht wordt gegeven in daarom een verandering in de machtsrelatie; de samenwerking en machtsverhoudingen tussen formele en informele zorgverleners. Birgit Vulkers | Samenwerking en machtsverhoudingen formele en informele zorgverleners | 4 | Door achtereenvolgens inzicht te geven in sa- maakt duidelijk hoe deze gedragen zouden menwerking in het algemeen, samenwerking moeten worden (Mattessich, Murray-Close & tussen formele en informele zorg, en macht Monsey, 2004). Door dit te bespreken kan bij samenwerking, kan er uiteindelijk toege- een goede rolverdeling ontstaan, wat een suc- spitst worden op de invloed van de verande- cesfactor is voor een goede samenwerking rende samenwerking van formele en infor- (Gray, 1989; Mattessich et al., 2004). Verder mele zorg op de machtsverhoudingen. Bin- is het belangrijk dat er sprake is van weder- nen dit theoretisch kader staan de concepten zijdse afhankelijkheid. Dit is nodig om tot op- samenwerking en machtsverhoudingen tus- lossingen te komen die geen van de partijen sen formele en informele zorgverleners cen- onafhankelijk van elkaar zouden kunnen be- traal. De concepten worden eerst algemeen reiken (Gray, 2004). Daarnaast is communi- belicht, dan toegespitst op formele en infor- catie noodzakelijk voor de cohesie en connec- mele zorgverleners en tot slot worden ze ge- tie combineerd, waardoor ze als fundament die- (McGuire, 2006; Mattessich et al., 2004). nen van dit onderzoek. Ook bij machtsverschillen binnen een samen- tussen de samenwerkende partijen werkingsverband is communicatie een be2.1 Samenwerking in het algemeen langrijke factor; het bespreken van machts- In dit deel van het theoretisch kader wordt het verschillen zal ervoor zorgen dat een geza- concept samenwerking belicht. Door te kij- menlijke visie niet wordt belemmerd (Mattes- ken naar kernelementen van samenwerking, sich et al., 2004). Tot slot zal een eventueel wordt er een context geboden voor samen- verlies van autonomie als minder erg worden werking tussen formele en informele zorgver- ervaren als een groot belang wordt gehecht leners. aan de samenwerking door de deelnemende Er zijn verschillende aspecten van sa- partijen (Mattessich et al., 2004). Deelname menwerken die maken dat er een goede sa- aan een samenwerkingsverband is volgens menwerking tot stand kan komen. Om een sa- Gray (1989) gebaseerd op het hebben van een menwerking succesvol te laten zijn, is aller- intrinsieke stimulans. Door intrinsieke moti- eerst het maken van heldere afspraken be- vatie zal iemand voor langere termijn deelne- langrijk. Dit zorgt voor meer vertrouwen en men aan een samenwerkingsverband. het nemen van verantwoordelijkheden door De besproken aspecten van samen- de actoren (Gray, 1989). Ook het bespreken werken zijn ook relevant voor de samenwer- van rollen, rechten en verantwoordelijkheden king tussen formele en informele zorgverle- van partijen in een samenwerkingsverband Birgit Vulkers | Samenwerking en machtsverhoudingen formele en informele zorgverleners | 5 | ners en zouden mee kunnen spelen in de ver- zorgverleners. Er wordt geen moeite geno- anderende samenwerking en machtsverhou- men om connectie te maken, omdat de rele- dingen. vantie van de interactie door beide partijen niet gezien wordt. Dit negeren van elkaars be- 2.2 Samenwerken tussen de formele en in- staan komt voort uit onwetendheid en min- formele zorg achting. (Froland, 1980). Binnen de samenwerking tussen formele en Van Bochove, Tonkens en Verplanke informele zorgverleners zijn verschillende (2014) beschrijven drie patronen van samen- vormen te onderscheiden. Al in 1980 be- werken en benaderen deze, meer dan Froland schreef Froland (1980) de verschillende vor- (1980) dat doet, vanuit de verantwoordelijk- men van interactie of verhoudingen tussen heden van de actoren. Van Bochove et al. formele en informele zorgverleners. Froland (2014) richten zich op de samenwerking tus- (1980) stelt dat ‘collegiaal partnerschap’ een sen de professional en de vrijwilligers als on- vorm van interactie is. Dit wordt ook wel een derdeel van de informele zorg. De mantelzor- proces van verwevenheid genoemd. Deze ger wordt niet expliciet besproken, maar de vorm van interactie is gericht op de samen- patronen van samenwerken lijken ook voor werking tussen formele en informele zorgver- deze vorm van informele zorg grotendeels op leners. Volgens Froland (1980) is deze vorm te gaan. Samenwerkingspatronen die worden complex omdat ze vaak in andere vormen van beschreven zijn professionele, gedeelde en interactie verandert, zoals competitieve inter- vrijwillige verantwoordelijkheid (Van Bo- actie of conflict interactie. Spanningen in sa- chove et al., 2014). Bij professionele verant- menwerkingsinteractie tussen professionals woordelijkheid heeft de professional de kern- en informele zorgverleners, komen voort uit taken en worden aanvullende taken door vrij- een verschil in waardensystemen, conflicte- willigers uitgevoerd. Professionals hebben de rende verwachtingen van rollen en manieren verantwoordelijkheid over beslissingen en van werken. ‘The mode of coexistence’ is vol- nemen deze in onderling overleg. Bij ge- gens Froland (1980) een andere vorm van in- deelde verantwoordelijkheid zijn kerntaken teractie tussen formele en informele zorgver- verdeeld over professionals en vrijwilligers. leners. Het is alleen eerder het gelijktijdig be- Binnen dit patroon mogen vrijwilligers mee- staan, zonder dat er daadwerkelijke interactie beslissen wanneer een besluit wordt geno- is. Froland (1980) stelt dat deze vorm het men. Bij vrijwillige verantwoordelijkheid lig- meest voorkomt tussen formele en informele gen de kerntaken bij de vrijwilligers en worden ondersteunende taken door professionals Birgit Vulkers | Samenwerking en machtsverhoudingen formele en informele zorgverleners | 6 | uitgevoerd. In dit patroon nemen de vrijwil- een asymmetrische verhouding in taakafhan- ligers de beslissingen. kelijkheid; de ene actor heeft in de relatie In dit onderzoek wordt gekeken in hoe- meer macht en controle over bronnen die no- verre veranderingen in de samenwerking tus- dig zijn om taken uit te voeren. Dit kan bij- sen formele en informele zorgverleners voorbeeld komen door verschil in intelligen- plaatsvinden. Dit wordt gekoppeld aan tie of charisma. Het is van belang om de af- machtsverhoudingen tussen deze actoren. hankelijkheidsverhouding van een relatie te Hier wordt verder op ingegaan in de volgende kennen, omdat dit toepasbaar is op elke vorm deelhoofdstukken. van sociale relatie; ook de meer complexe (Emerson, 1962). Dit zou betekenen dat de 2.3 Machtsverhoudingen bij samenwer- samenwerkingsrelatie van de formele en in- king in het algemeen formele zorg door afhankelijkheid ook macht Een samenwerking tussen twee partijen of ac- kent. Door een veranderende samenwerking toren is in de kern een sociale relatie. Een so- van de informele en formele zorgverleners zal ciale relatie kan volgens Emerson (1962) ge- de afhankelijkheid anders worden vormgege- zien worden als een wederzijdse afhankelijk- ven. Op basis van deze theorie zullen dan ook heidsrelatie. De afhankelijkheid van de ene de machtsverhoudingen beïnvloed worden. partij maakt dat er een machtsaspect in zit. Zoals in bovenstaand deel is beschre- Macht betekent in dit geval potentiële beïn- ven, maakt de wederzijdse afhankelijkheid vloeding, waarbij de machtsrelatie niet altijd die vanzelfsprekend aanwezig is binnen een observeerbaar hoeft te zijn. Het uitoefenen samenwerkingsrelatie dat er sprake is van van macht van de ene actor over de andere, macht. Bremekamp, Kaats, Opheij en Ver- staat in verband met controle houden over meulen (2010) stellen dat de machtsverschil- dingen die hij of zij waardeert. Dit betekent len binnen een samenwerkingsrelatie bij kun- dat macht alleen naar voren kan komen wan- nen dragen aan de kwaliteit van de interactie neer actor ‘A’ eisen stelt aan actor ‘B’ en als wanneer de macht erkend en gewaardeerd deze eisen tegenstrijdig zijn met de wensen wordt. Een belangrijke regel bij het ervaren van actor ‘B’. De meest onafhankelijke actor van machtsverschillen in een samenwer- kan macht uitoefenen op de afhankelijke ac- kingsrelatie, is dat de meest machtige actor tor; “power resides implicitly in the other’s zich terughoudend opstelt. Dit kan uiteinde- dependency” (Emerson, 1962 p.32). Doordat lijk leiden tot meer gelijkheid tussen de acto- macht volgens Emerson (1962) gelijk is aan ren. Tegelijkertijd stellen Bremekamp et al. de afhankelijkheid van de actoren, ontstaat (2010) dat onzekerheid komt kijken bij het Birgit Vulkers | Samenwerking en machtsverhoudingen formele en informele zorgverleners | 7 | aangaan van een duurzame samenwerkings- typen kennis waarover formele en informele relatie. Deze onzekerheid komt voort uit de zorgverleners beschikken. De professional twijfel over of het opgeven van een deel van beschikt vaak over de technische en gespeci- de autonomie van een actor uiteindelijk ook aliseerde informatie en vaardigheden, terwijl een meerwaarde zal hebben. Autonomie kan een informele zorgverlener persoonlijke ken- hier gezien worden als het hebben van een nis heeft door ervaring, achtergrond en cul- vrije wil en het zelf kunnen bepalen van de tuur. Deze verschillen kunnen volgens Fro- inhoud en het tempo van werken (Meijer en land (1980) aanvullend zijn en tegelijkertijd Ruël, 2005). Het terughoudend opstellen van een bron van spanning en conflict vormen. de machtigste actor binnen een samenwer- Hieraan gerelateerd speelt status een grote kingsrelatie is daarom afhankelijk van onze- rol. Kennis van de professional wordt sneller kerheid over het loslaten van autonomie. gezien als superieure kennis. Hierdoor zal Wanneer de machtigste actor onzeker is over mogelijk eerder een relatie ontstaan op basis mogelijke meerwaarde van het opgeven van van het houden van toezicht en niet op basis een deel van autonomie, zal deze actor zich van samenwerking (Froland, 1980). ook minder snel terughoudend opstellen noch Wanneer taken en rollen veranderen en streven naar gelijkheid binnen een samenwer- daardoor de samenwerkingsrelatie een kingsrelatie. nieuwe vorm krijgt, zal ook de machtsvraag Wanneer veranderingen plaatsvinden op basis van kennis een andere vorm kunnen in de samenwerking tussen formele en infor- krijgen. De verhouding tussen formele en in- mele zorgverleners, zal er ook een verande- formele zorgverleners verandert (Van Bo- ring kunnen plaatsvinden in hoe de meest chove, Verhoeven & Roggeveen, 2013). Van machtige actor zich opstelt in de samenwer- Bochove et al. (2013) stellen dat voor de king en hoe deze tegenover eventueel verlies Wmo 2007 sprake was van een professio- van autonomie staat. nalsregime waarbij de informele zorg, met name de vrijwilligers, een aanvullende rol 2.4 Machtsverhoudingen binnen het sa- had bij de zorg en ondersteuning. Een profes- menwerkingsverband formele en infor- sionalsregime kan vergeleken worden met mele zorg een van de eerder besproken patronen van in- Froland (1980) stelt dat knelpunten bij sa- teractie, namelijk het patroon professionele menwerking tussen formele en informele verantwoordelijkheid. Bij dit patroon voert zorg te maken hebben met een machtsvraag. de professional kerntaken uit. Van Bochove Er is spanning aanwezig door verschillende et al. (2013) stellen dat een verschuiving Birgit Vulkers | Samenwerking en machtsverhoudingen formele en informele zorgverleners | 8 | gaande lijkt te zijn in de rollen. Er zou nu eer- liggen’ (Tonkens, 2008). Newman (2001) der gesproken kunnen worden van een vrij- geeft aan dat twee modellen van ‘governance’ willigersregime, waarbij een gericht zijn op samenwerking; het ‘open sys- deel van de taken overnemen van de profes- tem model’ en het ‘self-governance model’. sionals (Van Bochove et al., 2013). De pro- Bij het eerste model staat interactie van acto- fessionals zijn minder betrokken bij het uit- ren centraal, waarbij de macht tussen deze ac- voeren van de zorg voor de cliënt, maar krij- toren verspreid is. Bij het tweede model gaat gen verantwoordelijkheid met betrekking tot het om het creëren van duurzaamheid door het aansturen en begeleiden van vrijwilligers wederzijdse afhankelijkheid. Er lijkt een ver- (Van Bochove et al., 2013). De professional schuiving plaats te vinden richting deze mo- speelt bij de zorg van de cliënt nog steeds een dellen; de burger heeft een cruciale rol bij het centrale rol en heeft er soms zelfs meer taken uitvoeren van welzijnswerk en in de samen- bij gekregen rondom coördinatie van vrijwil- werking met de professional. Er moet meer ligers. Omdat de professional nog steeds worden samengewerkt met de burger, door eindverantwoordelijk is, lijkt het bij het vrij- zowel de overheid als professionals (Goting, willigersregime lastiger een vergelijking te 2012). Newman (2004) spreekt van nieuwe maken met de vrijwillige verantwoordelijk- vormen van partnerschap waarbij traditionele heid als patroon van interactie. hiërarchische machtsverhoudingen worden vrijwilligers Het spreken van een vrijwilligersre- verdrongen. In dit onderzoek wordt nagegaan gime is gerelateerd aan de verschuiving van hoe rollen en taken van formele en informele ‘governance’, wat betekent dat er minder ge- zorgverleners veranderen. Tevens wordt on- stuurd wordt van bovenaf en eerder samenge- derzocht of er een verschuiving is van een werkt wordt tussen overheid, professionals en professionalsregime naar een vrijwilligersre- burgers (Newman, 2001). Hierdoor is meer gime met vrijwillige verantwoordelijkheid macht bij de burger komen te liggen. Inzicht waarbij er meer macht bij de burger ligt. in samenwerking tussen de professional en de Nu lijkt er niet alleen meer macht naar informele zorgverlener wordt vergroot door de burger te gaan, ook macht vanuit de pro- ook te kijken naar deze verschuiving van fessional verandert. Van Houten (2006) stelt macht naar ‘governance’. De burger is ten- dat er verschillende benaderingen van profes- slotte uiteindelijk mantelzorger of vrijwilli- sionalisering zijn, waaronder de attributiethe- ger. Dit is in lijn met de landelijke trends orie van Freidson (1970) en de machtsbena- rondom participatie en actief burgerschap, dering van Illich (1977). Freidson (1970) gaat waardoor de ‘bal bij de burger is komen te Birgit Vulkers | Samenwerking en machtsverhoudingen formele en informele zorgverleners | 9 | met zijn werk The Third Logic in op de ken- als een machtsstrategie (Van Houten, 2006). merken van professionalisering. Professiona- Door het claimen van een eigen jargon, het lisme kenmerkt zich doordat het professio- ontwikkelen van een eigen methodiek, het af- neel handelen praktisch en theoretisch gefun- hankelijk maken van cliënten en het afdwin- deerd is, de professional hooggeschoold is, er gen van maatschappelijke erkenning is het een beroepsvereniging bestaat, het beroep een mogelijk om macht uit te oefenen over de wettelijke bescherming kent, het beroep burger (Van Houten, 2006). Deze machtsstra- maatschappelijk erkend wordt (met als resul- tegie kan een andere betekenis krijgen nu taat dat de professional autoriteit kent) en dat meer macht bij de informele zorg zou kunnen de professional een gevoel van verbonden- komen te liggen en de professional minder heid heeft met de andere professionals autonomie en autoriteit heeft. (Freidson, 1970). Als de samenwerking tussen formele en Illich (1977) is kritisch op het professi- informele zorgverleners verandert, zal ook de onalisme en stelt dat professionals vooral machtsstrategie vanuit de professional een macht willen uitoefenen. Door de samenle- andere werking krijgen. In dit onderzoek zal ving afhankelijk te maken van hun kennis en worden gekeken of de eventuele machtsstra- kunde verkrijgen ze autoriteit, omdat alleen tegie meespeelt in veranderingen in samen- professionals echt zouden kunnen bepalen werking en machtsverhoudingen tussen for- wat het probleem is. De burger wordt hier- mele en informele zorgverleners. door een cliënt die afhankelijk is en door een expert moet worden geholpen. De professio- 2.5 Conclusie theoretisch kader nal baseert zijn autoriteit op verschillende il- De elementen van een goede samenwerking lusies die maken dat professionals onmisbaar in het algemeen en de verschillende vormen zijn en de burger totaal van hen afhankelijk van interactie en patronen van formele en in- is. Illich (1977) stelt dat de burger vooral wel formele zorgverleners, vormen de basis van moet worden aangesproken op zelfredzaam- het theoretisch kader. Deze theorieën maken heid en niet overgeleverd hoeft te zijn aan inzichtelijk wat speelt bij samenwerking en professionals. Illich (1977) is daarmee ook wat de relatievormen van formele en infor- voorstander van het ‘ontscholen’ van de sa- mele zorg zijn. De afhankelijkheidstheorieën menleving waarbij de gewone burger macht tussen twee actoren bij samenwerking hebben herovert van professionals. een aanzet gegeven voor het bespreken van De theorie van Illich kan in termen van de machtsverhoudingen bij een veranderende Freidson over professionals gezien worden Birgit Vulkers | Samenwerking en machtsverhoudingen formele en informele zorgverleners | 10 | samenwerking. Een verschuiving naar een re- - Wat zijn manieren voor het omgaan gime waar de informele zorg meer macht met veranderingen in de samenwerking tus- krijgt en waar de professional ondersteunend sen formele en informele zorgverleners, met is, maar waar ook de autonomie van de pro- betrekking tot machtsverhoudingen? fessional verandert, zal de machtsverhoudingen kunnen beïnvloeden. 4. Onderzoeksmethode In dit onderzoek is eerst een theoretisch kader 3. Vraagstelling geschetst. Deze literatuur dient als basis voor 3.1. Hoofdvraag dit onderzoek, om uiteindelijk antwoord te Uit het theoretisch kader is de volgende kunnen geven op de onderzoeksvraag. In dit hoofdvraag van dit onderzoek geformuleerd: hoofdstuk wordt ingegaan op de methode van dit onderzoek. Op welke manier hebben veranderingen in de samenwerking invloed op machtsverhoudin- 4.1. Onderzoeksdesign gen tussen formele en informele zorgverle- Dit onderzoek is kwalitatief van aard, omdat ners, bij het ondersteunen van de hulpbehoe- er gezocht wordt naar de ervaringen, menin- vende burger? gen en opvattingen van formele en informele zorgverleners. De data zijn door middel van 3.2. Deelvragen semigestructureerde diepte-interviews ver- De volgende deelvragen dienen antwoord te kregen. Doordat een sociale actor de wereld kunnen geven op de leidende onderzoeks- op een eigen manier interpreteert en betekenis vraag: geeft, wordt in dit onderzoek geprobeerd de - Hoe ervaren formele en informele sociale wereld van de ander te begrijpen. Dit zorgverleners veranderingen in de samen- maakt dat er een interpretivistische benade- werking, met betrekking tot taak- en rolver- ring wordt aangehouden (Byman, 2012). deling, en verantwoordelijkheden? Deze epistemologische positie wordt aange- - Hoe ervaren formele en informele nomen om de subjectieve betekenis van de zorgverleners machtsverhoudingen binnen de samenwerking en machtsverhoudingen van samenwerking? formele en informele zorgverleners te begrijpen (Bryman, 2012). Door het afnemen van interviews wordt het verhaal en de ervaring van respondenten achterhaald (Boeije, 2010). Birgit Vulkers | Samenwerking en machtsverhoudingen formele en informele zorgverleners | 11 | De beleving van de samenwerking en machts- van het CBS dat bijna de helft (49%) van alle verhoudingen kan door middel van inter- Nederlanders minimaal een keer per jaar vrij- views goed worden belicht, waardoor er ant- willigerswerk verricht (Arends & Flöthe, woord kan worden gegeven op de onder- 2015). Het gemiddelde aantal uren voor vrij- zoeksvraag. De interviews waren semige- willigerswerk ligt op vier uur per week per structureerd en zijn aan de hand van een to- vrijwilliger (Arends & Flöthe, 2015). Aan dit piclijst (zie bijlage 1), die gebaseerd is op de onderzoek namen dan ook alleen vrijwilligers beschreven theorie van dit onderzoek, gehou- deel die minimaal vier uur per week besteden den. Doordat de interviews semigestructu- aan vrijwilligerswerk voor kwetsbare burgers reerd waren, is de mogelijkheid voor eigen in- en samenwerken met een professional. Als breng van de respondenten groot. vertegenwoordigers van de informele zorgverleners zijn naast vrijwilligers, mantelzor- 4.2. Onderzoekspopulatie gers geïnterviewd. In Nederland waren er in De interviews zijn afgenomen met zowel pro- 2012 1,5 miljoen mantelzorgers. Twintig pro- fessionals, als mantelzorgers en vrijwilligers. cent van de Nederlandse volwassenen geeft Er zijn in totaal 21 interviews afgenomen, langer dan drie maanden of meer dan acht uur waarvan 11 met professionals en 10 met in- per week mantelzorg en ondersteuning aan formele zorgverleners. Op twee na werken een naaste (De Boer & De Klerk, 2013). De alle formele zorgverleners in een sociaal mantelzorgers die zijn geïnterviewd in dit on- wijkteam. Professionals die meer samenwer- derzoek zijn achttien jaar of ouder en verle- ken met vrijwilligers werken vanuit hun moe- nen ofwel meer dan acht uur per week man- derorganisatie vaker als opbouwwerkers of telzorg of langer dan drie maanden. zijn sociale makelaars. Professionals die meer Het is van belang dat er samenwer- samenwerken met mantelzorgers zijn vanuit king plaatsvindt tussen de mantelzorgers en hun moederorganisatie vaker wijkverpleeg- formele zorgverleners. De respondenten zijn kundigen. De groep informele zorgverleners geworven door contact op te nemen met ver- bestond voor de ene helft uit mantelzorgers schillende sociale wijkteams, vrijwilligersor- en voor de andere helft uit vrijwilligers. ganisaties, mantelzorgorganisaties en eigen Eind 2015 werkten 87% van de ge- netwerk. Binnen dit contact werd gevraagd meenten met sociale (wijk)teams (Movisie, naar de zorgverleners die het meest samen- 2016). De professionals uit deze sociale wijk- werken met informele zorgverleners en an- teams vormen een deel van de doelgroep. Wat dersom. De professionals die zijn geselec- betreft de vrijwilligers komt uit onderzoek Birgit Vulkers | Samenwerking en machtsverhoudingen formele en informele zorgverleners | 12 | teerd door de teams en die hebben deelgeno- de formele en informele zorg was ingegaan, men aan dit onderzoek, zijn degenen van de werd ingegaan op de machtsverhoudingen benaderde sociale wijkteams die het meest sa- binnen deze samenwerking. De ‘machtsver- menwerken met informele zorgverleners. De houdingen formele informele zorg’ is het geselecteerde informele zorgverleners vol- tweede grote concept dat leidend is voor dit doen aan de criteria van de hoeveelheid vrij- onderzoek. Dit concept is onderverdeeld in de willigerswerk of mantelzorg. Ook bij infor- volgende deelconcepten die voortkomen uit mele zorgverleners is bij selectie rekening ge- het theoretisch kader; mate van afhankelijk- houden met de mate waarin er samengewerkt heid, status, macht informele zorg, macht for- wordt met professionals. mele zorg en machtsverschillen. Ook deze deelconcepten zijn geoperationaliseerd en 4.3. Operationalisering zijn door middel van indicatoren onderzocht, De interviews zijn begonnen met een kennis- zie topiclijst (Bijlage 1). making en een uitleg van het onderzoek. Bij De twee hoofdconcepten zijn in het professionals is daarna eerst kort ingegaan op interview gecombineerd om uiteindelijk ant- welke werkwijze zij hanteren, om zo inzicht woord te kunnen geven op de vraag wat de te verkrijgen in hun aanpak. Bij de informele invloed is van de veranderende samenwer- zorgverleners is na de kennismaking eerst king op machtsverhoudingen tussen formele kort ingegaan op aan wie ze zorg en onder- en informele zorgverleners. steuning verlenen en hoe vaak en wanneer dit gebeurt. 4.4. Data-Analyse Het interview is opgebouwd aan de De resultaten zijn beschreven aan de hand hand van de concepten die verkend zijn in het van een thematische analyse op basis van de theoretisch kader. Allereerst is ingegaan op getranscribeerde interviews. Bij een themati- het hoofdconcept ‘samenwerken formele en sche analyse werd in de getranscribeerde in- informele zorg’. Dit concept is onderverdeeld terviews gekeken welke hoofd- en deelcon- in verschillende deelconcepten; interactie, cepten naar voren komen, die beschreven zijn rolverdeling, verantwoordelijkheden, intrin- in de theoretische verkenning. Er is met de sieke motivatie, communicatie en wederzijdse hand gecodeerd om zo nauwkeurig te kunnen afhankelijkheid. Deze deelconcepten zijn ge- kijken welke thema’s per interview naar vo- operationaliseerd en onderzocht aan de hand ren kwamen. De thema’s uit de interviews van verschillende indicatoren, zie topiclijst kwamen overeen met de uit de theorie opge- (Bijlage 1). Nadat op de samenwerking van maakte topiclijst. Ook nieuwe thema’s die uit Birgit Vulkers | Samenwerking en machtsverhoudingen formele en informele zorgverleners | 13 | de interviews zijn gekomen, zijn gecodeerd en vormen een toevoeging voor de bestaande 4.6. Conclusie methode theoretische kennis 2. Door middel van semigestructureerde interviews is data verworven van 21 responden- 4.5. Betrouwbaarheid en Validiteit ten. Na het coderen van de getranscribeerde Voor de kwaliteit van dit onderzoek is het van interviews zijn deze thematisch geanalyseerd. belang dat de betrouwbaarheid en validiteit De resultaten van de geanalyseerde inter- gewaarborgd zijn (Boeije, 2010). Om in te views worden in het resultaten hoofdstuk ge- kunnen staan voor betrouwbaarheid, zijn de presenteerd en in de conclusie is vervolgens, interviews volledig en juist getranscribeerd. op basis van de resultaten, antwoord gegeven De verkregen data zijn geanonimiseerd be- op de hoofdvraag. schikbaar voor derden, om de ondersteuning van de bevindingen controleerbaar te maken. Hierdoor kan zicht worden verkregen op de 5. Resultaten onderzoeksgegevens. De interne validiteit Deze paragraaf betreft een analyse van resul- van dit onderzoek is gewaarborgd door zo- taten op basis van de empirische vraag- veel mogelijk door te vragen in de interviews. stelling. In dit hoofdstuk wordt allereerst de Op deze wijze is geprobeerd om achter de resultaten beschreven met betrekking tot de waarheid te komen en na te gaan of de res- veranderende pondent volledig is in zijn antwoorden. Hier- worden resultaten van de ervaringen met door kan in de resultaten een juiste weergave machtsverhoudingen weergegeven. Tot slot van de werkelijkheid worden geschetst. De wordt bij het laatste deelresultaat ingegaan op externe validiteit gaat over het eventueel kun- de omgang met veranderingen in de samen- nen generaliseren van de onderzoeksbevin- werking en machtsverhoudingen. samenwerking. Vervolgens dingen. Van belang is daarom het helder en duidelijk beschrijven van de context waarin 5.1. Veranderende samenwerking het onderzoek plaatsvindt (Boeije, 2010). Dit hoofdstuk beschrijft de resultaten van de Wanneer de context bekend is zouden de re- eerste deelvraag en gaat daarmee in op erva- sultaten inzicht kunnen geven in andere ge- ringen met de veranderende samenwerking lijksoortige problemen met dezelfde soort van formele en informele zorgverleners, met context. Door het snel verkregen overzicht van de thema’s en codes voor het maken van een gestructureerde analyse is een eventuele codeboom achterwege gelaten. 2 Birgit Vulkers | Samenwerking en machtsverhoudingen formele en informele zorgverleners | 14 | betrekking tot taak- en rolverdeling en verant- heb die hele verandering meegemaakt.” – woordelijkheden. Professional 9 Er wordt een steeds groter beroep ge- Soms is de samenwerking tussen vrijwilligers daan op de informele zorgverleners. Dit ge- en professionals nog ver te zoeken. Een vrij- ven vrijwel alle professionals aan. Er komen williger geeft aan dat taken niet over de schut- meer taken bij de informele zorgverleners te ting gegooid moeten worden naar vrijwil- liggen dan eerder het geval was. Taken wor- ligers, maar dat er eerst contact moet worden den in de samenwerking met mantelzorgers gelegd. Vanuit een relatie kan er dan samen- nu door de professionals eerder bij de familie gewerkt worden. neergelegd. Dit is een ontwikkeling die nog gaande is. De verantwoordelijkheden veranderen ook binnen de samenwerking. Volgens de “Je gaat er verder naar toe dat je de meeste professionals en vrijwilligers worden informele zorg ook echt betrekt in de uitvoe- er veel verantwoordelijkheden overgedragen ring van de zorg.” – Professional 6 naar vrijwilligers. Een van de vrijwilligers zei Mantelzorgers bevestigen dat er een groter hierover: beroep op hen wordt gedaan en dat ze daar- “Op het begin moest ik de sleutel vra- door en grotere rol krijgen. Er wordt eerst ge- gen, toen kreeg ik de sleutel niet van het kof- keken wat zij kunnen doen en daarna pas wat fiezetapparaat. Nu heb ik de sleutel van de de professionals kunnen doen. Vrijwilligers voordeur, van de kast...” – Vrijwilliger 2 nemen en krijgen vaak een zeer grote rol in Ondanks dat er meer verantwoordelijkheden de ondersteuning van kwetsbare burgers. Dit worden overgedragen aan en gedeeld met wordt zowel aangegeven door professionals vrijwilligers, blijft de eindverantwoordelijk- als door vrijwilligers. In sommige gevallen heid bij de professionals. uit dit zich in het hebben van een functie bin- “Maar de eindverantwoordelijke of het nen het sociale wijkteam, het werken in een coördineren dat moet echt een professional Wmo-loket in de wijk of dat er haast geen zijn”- Professional 5 functies meer worden vervuld door formele Belangrijk bij het overdragen van verant- zorgverleners bij het uitvoeren van taken. woordelijkheden is het besteden van tijd aan “Ik heb als coördinator drie vrijwil- vrijwilligers, om hen de training en kennis te ligers die eigenlijk als beheerder fungeren… geven om die verantwoordelijkheid te kunnen Toen ik hier (wijkcentrum) begon, toen was dragen. Er zijn ook verschillende vrijwilligers er gewoon een beheerder voor 36 uur. (…) Ik die aangeven dat de verantwoordelijkheden vaak nog bij professionals liggen. In het licht Birgit Vulkers | Samenwerking en machtsverhoudingen formele en informele zorgverleners | 15 | van de grote rol die is toegeschreven aan de “We gaan helemaal naar ‘zorgen dat’ vrijwilliger kan dit volgens hen een knelpunt in plaats van ‘zorgen voor’. En ‘zorgen dat’ zijn. Bij het overhevelen van taken, horen doe je als professional door alleen maar on- verantwoordelijkheden en bevoegdheden om dersteunend en adviserend te zijn.” –Profes- deze taken goed uit te kunnen voeren. Daar- sional 2 naast is het belangrijk dat je als vrijwilliger De reden van de verschuiving van rol- niet over de grenzen van je verantwoordelijk- len en verantwoordelijkheden is in de meeste heden heen gaat. gevallen toegeschreven aan een kwestie van “Maar je ziet wel, vooral binnen de tijd van de formele zorgverlener of aan de be- zorg, vrijwilligers voelen zich vaak heel ver- taalbaarheid in de zorg. Het feit dat de profes- antwoordelijk. En ik denk dat dat een heel sional geen tijd heeft om bij uitvoerende ta- lastig gebied is, er is wel degelijk verschui- ken van de vrijwilligers aanwezig te zijn, ving, maar het is ook heel lastig om het ge- maakt dat ook de verantwoordelijkheden bied te bewaken. Want hoe ver ga je, tot hoe overgeheveld worden. De vrijwilligers beves- ver mag een vrijwilliger verantwoordelijkhe- tigen dat de verschuiving van rollen vooral den dragen. Je mag soms gewoon bepaalde komt doordat de professional geen tijd heeft handelingen niet doen.” – Vrijwilliger 3 en dat de zorg niet meer betaalbaar is zonder In de samenwerking met mantelzorgers is de vrijwilligers. Ze geven ook aan dat dit frus- verdeling van verantwoordelijkheden en be- tratie met zich meebrengt. slissingen anders. De formele zorgverlener “Mensen willen geen verlengstuk zijn voelt zich wel verantwoordelijk voor de zorg- voor de overheid, geen verlengstuk zijn voor taken, maar de eindverantwoordelijkheid en een zorgorganisatie en ook niet opdraaien de beslissingen liggen bij de cliënt en bij voor bezuinigingen.” – Vrijwilliger 1 mensen die om hem heen staan. De mantel- Het belang van de professional om sa- zorgers geven ook aan dat zij de verantwoor- men te werken en de afhankelijkheidsrelatie delijkheid hebben en beslissingen nemen. wordt ook bepaald door de betaalbaarheid Naast dat de rol van de informele van de zorg. Professionals vinden het van zorgverlener verandert, verandert de rol van groot belang samen te werken met de infor- de professional; binnen de samenwerking mele zorg omdat de zorg dan uitvoerbaar en wordt door de professionals meer gecoördi- betaalbaar is. Dit wordt daarmee gekoppeld neerd en gefaciliteerd, waarbij meer uitvoe- aan de afhankelijke positie van de professio- rende taken naar de informele zorgverleners nals. Alle professionals en mantelzorgers ge- gaan. ven aan dat professionals afhankelijk zijn van Birgit Vulkers | Samenwerking en machtsverhoudingen formele en informele zorgverleners | 16 | de informele zorgverleners om de zorg te de dingen loslaten. Dat is ook echt een proces kunnen blijven geven. Volgens de mantelzor- voor mezelf. Je voelt ook echt van wat bete- gers komt deze afhankelijkheid eerder door kent dat dan voor mij? En voor mijn werk? de informatie waarover zijzelf beschikken, de Betekent dat dan dat ik voor niets een oplei- continuïteit in de zorg die zij kunnen bieden ding doe? Want je kan ook als vrijwilliger al en omdat zij niet vervangbaar zijn, dan door die dingen doen. Betekent dat dan dat dade- de betaalbaarheid. Andersom heeft de afhan- lijk al onze banen verdwijnen? Maar juist het kelijkheid vanuit mantelzorgers naar profes- besef op een gegeven moment dat juist die sa- sionals te maken met geld. De formele zorg- menwerking maakt dat je straks als beroeps- verleners bepalen hoeveel zorg er wordt geïn- kracht heel erg kan bezighouden met de din- diceerd en dat maakt mantelzorgers afhanke- gen die juist overblijven voor jou om te lijk. Bij de vrijwilligers zijn de ervaringen doen.” – Professional 1 verschillend. De een geeft aan dat de profes- Loslaten is volgens een van de vrijwilligers sionals wel afhankelijk zijn van de vrijwil- ook belangrijk om tot meer samenwerking te ligers en de ander niet. Het belang van komen. Maar ook verschillende mantelzor- samenwerken wordt door de informele zorg gers geven aan dat ze moeten loslaten, waar- toegeschreven aan goede zorg en ondersteu- mee ze doelen op het toelaten van een profes- ning van de cliënt. Bij mantelzorgers is de sa- sional in de zorg en ondersteuning voor hun menwerking ook van belang om overbelas- naaste. ting van de mantelzorger tegen te gaan. “Het belast de mantelzorger gewoon 5.2. Deelconclusie heel erg als de samenwerking niet goed is.” Veel van de taken die eerder bij de professio- Mantelzorger 2 nals lagen, worden bij de informele zorgver- Om een samenwerking tot stand te laten leners neergelegd. Ook de rollen en verant- komen is ‘loslaten’ belangrijk. Verschillende woordelijkheden veranderen hiermee richting professionals geven aan dat zij door de grote de informele zorg, waarbij de betaalbaarheid rol van de informele zorg meer ruimte moeten en uitvoerbaarheid voor de professionals het geven, meer afstand moeten doen en daarmee belang zijn om samen te werken. Mantelzor- moeten loslaten. Er wordt ook aangegeven gers en vrijwilligers schrijven dit eerder toe dat het daardoor soms zoeken is naar nieuwe aan betere zorg voor de cliënt. De betaalbaar- rollen. heid en uitvoerbaarheid van de zorg bepalen “Je moet heel erg ruimte geven, je moet heel erg afstand doen van dingen. Je moet zelf Birgit Vulkers ook de afhankelijke positie van professionals richting de informele zorgverleners. | Samenwerking en machtsverhoudingen formele en informele zorgverleners | 17 | en omdat de grenzen van verantwoordelijkhe5.3. Ervaring machtsverhoudingen den vervagen wanneer ze grote taken krijgen. In dit deel van de resultaten wordt ingegaan Volgens professionals hebben mantelzorgers op de tweede deelvraag van dit onderzoek, of de cliënt zeggenschap, maar de ervaringen namelijk hoe formele en informele zorgverle- van mantelzorgers zijn verschillend. Aan de ners de machtsverhoudingen binnen de sa- ene kant zeggen ze zeggenschap te hebben menwerking ervaren. door hun kennis over de zorg en cliënt, maar De veranderingen in rollen en verant- aan de andere kant gebeurt er veel in samen- woordelijkheden leiden tot veranderingen in spraak met professionals. Ook is door een de machtsverhoudingen. De macht van infor- mantelzorger aangegeven dat er een verande- mele zorgverleners lijkt in ontwikkeling te ring gaande is in het gevoel van zeggenschap, zijn. Vrijwilligers krijgen meer zeggenschap sinds het sociale wijkteam de zorg bepaalt en naarmate zij een grotere rol hebben. Dit wordt indiceert vanuit de gemeente. door de meeste professionals aangegeven. In “Het voelt niet lekker. Ik heb het idee sommige gevallen zitten vrijwilligers in een dat ik kleiner gehouden wordt en dat ik niet zeggenschapsraad, leiden hele groepen zelf- zoveel invloed heb tegenwoordig als mantel- standig of zijn afspraken over taken formeel zorger.” – Mantelzorger 3 vastgelegd door middel van een vrijwilligers- De machtspositie van professionals is contract. Het groeiende zeggenschap heeft in volgens henzelf te wijten aan verschillende de meeste gevallen te maken met een gebrek aspecten. Bij de professionals die veel met aan tijd van de professional. vrijwilligers werken is het duidelijk dat zij “Denk ik toch dat je minder recht van ‘boven’ de vrijwilligers staan. Zij geven aan spreken hebt als ik daar minder in betrokken dat dit onder andere komt door het hebben ben. Dat betekent dat ik minder macht heb als van een contract, een betaalde baan, de ver- ik minder recht heb. (…) Als ik er verder antwoordelijkheid maar ook door de kennis vanaf sta, dan verschuift die machtsrelatie, die zij hebben. want ik heb de macht ook niet meer dan.”- “Ik heb een betaalde baan, een con- Professional 8 tract. (…). Het heeft niets met opleiding te De meeste vrijwilligers zelf geven vaak aan maken, want ik heb een vrijwilliger met de- wel verantwoordelijkheden te krijgen maar zelfde opleiding en die heeft misschien meer geen bevoegdheden en zeggenschap. Dit ervaring dan ik. Maar toch heeft ze een an- maakt het werk soms lastig, omdat vrijwil- dere positie.” – Professional 7 ligers zich vaak heel verantwoordelijk voelen Birgit Vulkers | Samenwerking en machtsverhoudingen formele en informele zorgverleners | 18 | Ook de vrijwilligers geven aan dat de macht wordt niet aangegeven door de professionals van de formele zorg toe te schrijven is aan die het meeste samenwerken met vrijwil- kennis of het feit dat professionals ervoor be- ligers. Hierbij is de macht en positie van pro- taald krijgen. fessionals eerder toegeschreven aan het moe- “De formele zorg heeft de macht, want ten aansturen en leiding hebben. de formele zorg heeft de beschikking over de Kennis speelt een rol in de machtsver- middelen. Wie betaalt, bepaalt. De visie van houdingen tussen de formele en informele deze samenleving is dat er macht komt kijken zorgverleners. Kennis geeft de professionals wanneer mensen ervoor betaald krijgen.” – houvast. Het maakt dat ze de sociale kaart Vrijwilliger 4 goed kennen en het geeft hen zeggenschap en De machtspositie van de formele zorg wordt status. Ook kan kennis de machtsverhoudin- ook bepaald doordat zij bepalen hoeveel zorg gen lastig maken in samenwerking met vrij- er wordt geïndiceerd. willigers. Dit heeft te maken met dat er steeds “Nou, ik zit denk soms wel in een be- meer vrijwilligers zijn die over veel of de- paalde machtspositie, vooral als het over zelfde kennis beschikken, of dezelfde oplei- Wmo-gelden gaat bijvoorbeeld.” – Professi- ding gevolgd hebben als de formele zorgver- onal 2 leners. De middelen waarover de formele zorgverle- “Er komen nieuwe vrijwilligers aan. Ik ner beschikt, zijn gekoppeld aan de macht die noem mijn moeder bijvoorbeeld, met alle res- zij heeft. Professionals zeggen controle te pect. Die schonk kopjes koffie in. Maar je hebben over de taken die uitgevoerd moeten hebt nu ook vrijwilligers met bagage, je hebt worden. bijvoorbeeld ook nu een oud schooldirecteur “Ik kan alle middelen inzetten die ik no- die vrijwilligerswerk gaat doen. Die weet dig heb om te komen tot wat ik voor ogen meer dan ik zeg ik altijd. Dat is ook weer las- heb.” – Professional 4 tig. Het is heel erg zoeken.” – Professional 9 Verder is er een ontwikkeling gaande naar Een van de mantelzorgers geeft aan dat de meer samenspraak met mantelzorgers, waar- kennis van professionals maakt dat zij con- bij de professional niet de macht overneemt trole hebben over de taken die moeten wor- maar er sprake is van een samenspel. Opval- den uitgevoerd. Maar volgens mantelzorgers lend is dat professionals die het meeste sa- is bij de professionals ook een visie verande- menwerken met mantelzorgers, aangeven dat ring nodig over hoe zij tegen ervaringskennis macht van professionals in het belang is van aankijken van de mantelzorgers; er moet de cliënt en bijdraagt aan goede zorg. Dit Birgit Vulkers | Samenwerking en machtsverhoudingen formele en informele zorgverleners | 19 | meer gekeken worden vanuit het samen wer- In de samenwerking met mantelzor- ken aan goede zorg. De ervaringskennis van gers is bij de professionals geen angst of on- mantelzorgers wordt niet altijd gezien of ge- zekerheid voor het verliezen van autonomie. waardeerd. Aan de andere kant wordt aange- Alle professionals geven aan dat het nu meer geven dat kennis van de zorg en cliënt door samenwerken is dan voorheen en dat dit goed mantelzorgers wel maakt dat zij gezien wor- voelt. In de samenwerking met vrijwilligers is den als een meer gelijkwaardige gespreks- dit gevoel verdeeld. Sommige professionals partner voor de professionals. Door vrijwil- geven aan geen onzekerheid of angst van ver- ligers wordt aangegeven dat er minder gedaan lies van autonomie te ervaren, anderen wel. wordt met de kennis waarover zij beschikken. Dit heeft te maken met dat vrijwilligers taken Wat betreft de machtsverdeling geven overnemen van professionals en deze soms bijna alle professionals aan dat er gelijkwaar- helemaal alleen uitvoeren. digheid bestaat tussen hen en mantelzorgers. In de samenwerking met mantelzorgers wordt 5.4. Deelconclusie meer in overleg en samenspraak gedaan. In de Doordat de rollen van de formele en infor- samenwerking met vrijwilligers is niet altijd mele zorgverleners veranderen, verandert de sprake van gelijkwaardigheid. Soms komt dit machtsverhouding ook. De ervaringen van doordat de professional meer macht heeft en formele en informele zorgverleners lopen dingen moet regelen of dat het een kwestie hierbij niet altijd parallel. Professionals van geld is. Dat de professional betaald wordt schrijven macht toe aan vrijwilligers, terwijl en de vrijwilliger niet, bepaalt dat er minder vrijwilligers aangeven dat de macht bij pro- gelijkwaardigheid is. Het machtsverschil tus- fessionals blijft liggen. Macht en zeggen- sen de vrijwilliger en de professional kan ook schap liggen volgens professionals al bij de in de taal zitten binnen de samenwerking. mantelzorgers. Mantelzorgers zeggen dat zij “Ik ben een beroepskracht. Ik ben geen wel zeggenschap hebben maar dat de macht professional. Daar hebben de vrijwilligers ligt bij degene die indiceert; de professional. echt om gevraagd. Want ze zeggen, ik ben ook Tijd en geld zijn niet alleen factoren die mee- een professional, ik krijg alleen niet betaald. spelen in de verandering van de rollen en ta- Het woord professional gaf hen een heel ver- ken, maar spelen ook door in de machtsver- velend gevoel. Ze zeiden ‘alsof wij niet pro- houdingen tussen formele en informele zorg- fessioneel kunnen zijn.’ Dus toen hebben we verleners. besloten dat wij beroepskrachten zijn en zij buurtbewoners.”- Professional 1 Birgit Vulkers | Samenwerking en machtsverhoudingen formele en informele zorgverleners | 20 | 5.5. Oplossingen samenwerking en te benoemen en te erkennen. In de samenwer- machtsverhoudingen king met informele zorgverleners krijgt waar- In dit deel van de resultaten wordt ingegaan dering een grote rol. Contact maken en onder- op de manieren voor het omgaan met veran- houden is belangrijk, en dat hier ook tijd vrij deringen in de samenwerking, waarbij voor wordt gemaakt. Een van de professio- machtsverhoudingen een rol spelen. Dit deel- nals geeft aan dat de waardering en aandacht resultaat geeft daarmee antwoord op de derde verslapt wanneer je als professional geen tijd deelvraag van dit onderzoek. investeert in informele zorgverleners. Een an- In de interviews is aan iedere respon- dere professional geeft aan dat het investeren dentengroep gevraagd wat de tips zijn voor de van tijd in vrijwilligers maakt dat ze op den samenwerking tussen formele en informele duur ook kunnen meedenken en meebeslis- zorgverleners met betrekking tot de machts- sen. verhoudingen. Het belang van communicatie Opvallend is dat alle vrijwilligers aan- is groot volgens veel formele zorgverleners. geven dat het contact maken en onderhouden Binnen die communicatie is het volgens som- volgens hen het belangrijkst is. Een klik tus- migen belangrijk dat er duidelijke afspraken sen beide partijen of een persoonlijke relatie zijn, zodat beide partijen weten waar ze aan draagt volgens de vrijwilligers bij aan een toe zijn. Ook is het belangrijk dat er duide- goede samenwerking. Naast het contact zijn lijkheid is met betrekking tot wie wat doet en gelijkwaardigheid, waardering en erkenning hoe de rollen verdeeld zijn. Hierbij is het be- belangrijke aspecten die volgens hen komen langrijk dat sociale wijkteams informatie ver- kijken bij de samenwerking met formele strekken over de verschuiving van taken naar zorgverleners. De vrijwilligers doelen hierbij de informele zorgverleners. De communica- op de houding vanuit formele zorgverleners tie moet vooral open en eerlijk zijn. Naast de naar vrijwilligers en niet andersom. communicatie geven professionals aan dat “Je moet niet uit de hoogte doen. Die gelijkwaardigheid bijdraagt aan een goede sa- persoon is gelijkwaardig aan mij. Iedereen is menwerking. hetzelfde. Ik vind dat je goed moet luisteren “Behandel ze als je collega. Gewoon naar elkaar, en ook elkaar een kans geven. een collega. Ook die gelijkwaardigheid…ja, Als ze onder elkaar zijn dan hebben ze dat dingen van elkaar aannemen ook.” – Profes- jargon wat ze gebruiken, ja als ik daar bij zit sional 5 dan flapperen mijn oren. Dan zeg ik ook, Binnen die gelijkwaardigheid is het volgens de professionals goed om het verschil Birgit Vulkers stop! Even in verstaanbaar Nederlands.” – Vrijwilliger 2 | Samenwerking en machtsverhoudingen formele en informele zorgverleners | 21 | Bij de mantelzorgers is aangegeven dat het tisch zijn, lijken vooral te liggen bij de pro- belangrijk is dat zij gezien worden door de fessionals. Hierbij zijn communicatie, tijd, professionals. Daarbij moet er vanuit de pro- erkenning en waardering richting de infor- fessionals aandacht zijn voor overbelasting mele zorgverleners terugkomende bevorde- van mantelzorgers. Erkenning kan hier al bij rende factoren. helpen. Een van de mantelzorgers verwoordt duidelijk dat de waardering voor elkaars deskundigheid van belang is. 6. Conclusie en discussie “Ik denk dat de tip is om elkaar als In dit onderzoek is geprobeerd inzicht te ge- mens te vinden. De nieuwsgierigheid hebben ven in de samenwerking en machtsverhou- om hoe dingen aan te pakken. Ook de ander dingen tussen formele en informele zorgver- te vragen, van hoe zou jij het doen. De des- leners. Door middel van semigestructureerde kundigheid en de kwaliteiten van elkaar te be- interviews met 21 respondenten is de vol- noemen. En de deskundigheid zit hem dan gende hoofdvraag onderzocht: Op welke ma- niet in het papiertje wat je gehaald hebt, nier hebben veranderingen in de samenwer- maar als mens of als creatieveling of als king invloed op de machtsverhoudingen tus- goede luisteraar.” – Mantelzorger 4 sen formele en informele zorgverleners, bij Om tot een goede samenwerking te ko- het ondersteunen van de hulpbehoevende men lijken vooral de professionals te moeten burger? In de conclusie wordt kort en bondig veranderen in hun houding. Door alle respon- antwoord gegeven op de hoofdvraag. Vervol- denten wordt gesproken over hoe de professi- gens wordt in de discussie naar verdieping onals kunnen bijdragen aan een betere samen- gezocht, door de resultaten te koppelen met werking. Dit lijkt voort te komen uit een ver- de theorie en onderzoek uitvoering. schil in belangen. Professionals werken samen met de informele zorg, omdat de zorg 6.1 Conclusie anders niet uitvoerbaar en betaalbaar is. De Binnen dit onderzoek is gekeken naar wat de informele zorgverleners werken eerder sa- veranderingen zijn in de samenwerking tus- men uit het belang van de burger of cliënt. sen formele en informele zorgverleners, waar landelijke trends ervoor zorgen dat er een 5.6 Deelconclusie kanteling plaatsvindt in de rollen van profes- Oplossingen voor een goede samenwerking, sionals, mantelzorgers en vrijwilligers. Bin- zonder dat machtsverhoudingen problema- nen deze samenwerking is gekeken naar de machtsverhoudingen en hoe deze wellicht beinvloed worden door de veranderingen. Birgit Vulkers | Samenwerking en machtsverhoudingen formele en informele zorgverleners | 22 | Dat er een groot beroep op informele zorgverleners wordt gedaan, komt tot uiting deze samenwerking ook vaker sprake te zijn van meer samenspel. in de toename van taken die worden toege- Om de machtsverhoudingen niet pro- schreven aan vrijwilligers en mantelzorgers. blematisch te laten zijn, is het belangrijk dat Rollen en daarmee verantwoordelijkheden de houding en het gedrag van professionals verschuiven naar de informele zorg. Waar binnen de samenwerking verandert. Minder vrijwilligers verantwoordelijkheden vanuit het belang van betaalbaarheid van de maar geen eindverantwoordelijkheid kennen, zorg samenwerken, lijkt hieraan ten grond- hebben mantelzorgers juist de eindverant- slag te liggen, om zo recht te doen aan de in- woordelijkheid door een focus op de eigen zet van informele zorgverleners. Dit zal zor- kracht van de cliënt en familie. De betaalbaar- gen voor meer persoonlijk contact, waardoor heid en uitvoerbaarheid van de zorg en de tijd communicatie en kennis zullen verbeteren en waar de professional over beschikt, zijn zeer erkenning, waardering en bevoegdheden zul- bepalend voor de verhoudingen in de samen- len groeien. Dit zal zorgen voor een meer ge- werking tussen formele en informele zorgver- lijkwaardige samenwerking, waarin macht leners. Het bepaalt de afhankelijkheidspositie meer verdeeld is. wel van de professionals; zonder informele zorgverleners is de zorg niet uitvoerbaar. Mantel- 6.2 Discussie zorgers zijn juist ook afhankelijk van de pro- In dit onderzoek is gekeken hoe de verande- fessionals, omdat zij beschikken over hoeveel ringen in de samenwerking van invloed zijn zorg er wordt geïndiceerd. Door een gebrek op de machtsverhoudingen tussen formele en aan tijd van de professional vindt er een ver- informele zorgverleners. In dit hoofdstuk schuiving van macht plaats naar de vrijwil- wordt de conclusie in verband gebracht met ligers, zonder dat er soms een overdracht is het theoretisch kader en de methode van het van bevoegdheid. De groeiende kennis van de onderzoek. vrijwilliger, maakt dat professionals zoe- Allereerst is opvallend dat er in de sa- kende zijn naar de rollen en verhoudingen. menwerking met vrijwilligers een ontwikke- Angst voor verlies van autonomie komt dan ling gaande is naar een vrijwilligersregime, ook sneller voor in de samenwerking met zoals Van Bochove et al. (2013) dit stellen. vrijwilligers dan met mantelzorgers. De ken- Hierbij nemen vrijwilligers in de uitvoering nis van de mantelzorgers maakt hen juist taken over van professionals en heeft de pro- mondiger en meer gelijkwaardig. Er lijkt in fessional een aansturende rol. Er lijkt echter Birgit Vulkers | Samenwerking en machtsverhoudingen formele en informele zorgverleners | 23 | geen sprake te zijn van een vrijwillige verant- blijkbaar zo sterk dat de theorie van Emerson woordelijkheid (Van Bochove et al., 2014), (1962) niet op lijkt te gaan. Emerson (1962) omdat de eindverantwoordelijkheid bij de stelt namelijk dat taakafhankelijkheid gelijk professionals ligt. In de samenwerking met is aan macht; degene in de minst afhankelijke mantelzorgers is er meer gedeelde verant- positie, heeft controle over de taken die uitge- woordelijkheid. De kerntaken zijn verdeeld voerd moeten worden. Dit kan komen door tussen de mantelzorgers en professionals bijvoorbeeld verschil in intelligentie of cha- (Van Bochove et al., 2014). Mantelzorgers risma. Er kan geconcludeerd worden dat de krijgen meer taken dan voorheen. Hierbij controle sterker is dan de afhankelijke positie hebben zij, samen met de cliënt, de eindver- van de professionals. In de situatie met man- antwoordelijkheid en de leiding in het maken telzorgers ligt het andersom. De mantelzor- van beslissingen. De professional heeft wel gers zijn afhankelijk van professionals, door- weer de eindverantwoordelijkheid over de dat de professional de beschikking heeft over zorg gerelateerde handelingen. De verschui- hoeveel zorg er wordt geïndiceerd en dus ving van macht lijkt hier al te hebben plaats- over het geld. Hierbij gaat op dat de meest on- gevonden; er wordt door professionals min- afhankelijke actor macht kan uitoefenen op der gestuurd van bovenaf en er vindt duidelijk de afhankelijke actor, zoals ook Emerson stelt een samenspel plaats tussen formele en infor- (1962) Ook deze controle komt door het fi- mele zorgverleners. Hiermee wordt de theorie nanciële middel, en niet alleen aan kennis, in- van Newman (2004) bevestigd; traditionele telligentie of charisma. hiërarchische verhoudingen zijn verdrongen en er is sprake van samenwerking. De uitvoerbaarheid van de zorg bepaalt ook het belang van samenwerken voor Verder is opgevallen dat de betaal- de professionals. Dit ligt daarentegen voor baarheid en uitvoerbaarheid van de zorg een vrijwilligers en mantelzorgers eerder bij grote rol spelen in de samenwerking, wat niet goede zorg voor de hulpbehoevende. Binnen in de verwachtingen lag en ook niet in lijn is de samenwerking kan dit leiden tot verschil met de theorie. Deze thema’s zijn dan ook bij- in waardesystemen. Volgens Froland (1980) vangst in dit onderzoek. De afhankelijke po- kan collegiaal partnerschap hierdoor lastig sitie van professionals richting vrijwilligers is blijven bestaan. Dit is vooral terug te zien bij gekoppeld aan de betaalbaarheid. Ondanks de mantelzorgers die zeggen afhankelijk te dat gebleken is dat professionals afhankelijk zijn van de professional die indiceert. Dit zijn van vrijwilligers, hebben de professio- geeft mantelzorgers het gevoel dat ze niet nals wel controle en macht. Deze controle is worden gehoord, als minder worden gezien Birgit Vulkers | Samenwerking en machtsverhoudingen formele en informele zorgverleners | 24 | en daarmee dus niet als collega worden bena- samenwerking geven aan dat zij hebben moe- derd. Dit geldt overigens niet voor alle man- ten ‘loslaten’ om de ander toe te kunnen laten telzorgers. Mantelzorgers die beschikken en de samenwerking tot stand te laten komen. over specifieke kennis van de zorg, geven aan Wanneer dit proces van ‘loslaten’ en dus te- eerder een gelijkwaardige gespreks- en sa- rughoudend opstellen succesvol is, zal het menwerkingspartner te zijn. De machtsstrate- bijdragen aan de samenwerking zonder dat de gie van het professionalisme (Van Houten, machtsrelatie een negatieve invloed heeft. 2006), krijgt hierdoor een andere betekenis; Er bestaat een groot verschil tussen de door de kennis van de mantelzorgers over de samenwerking met mantelzorgers en de sa- zorg zal de autoriteit en autonomie van de menwerking met vrijwilligers. Dit kwam dui- professional afnemen. Het claimen van een delijk naar voren in de resultaten. De advie- jargon en het creëren van afhankelijkheid zen voor een betere samenwerking kwamen door kennis zal minder snel gebeuren door echter wel overeen. In beide samenwerkings- professionals. Dit lijkt ook op te gaan voor de vormen is het belangrijk om daadwerkelijk samenwerking met vrijwilligers die steeds contact maken met elkaar, om de machtsver- meer bekwaam worden. houdingen niet problematisch te laten zijn Aansluitend op de veranderende voor de samenwerking. Ook communicatie is machtsstrategie, geven professionals aan dat van belang. Hiermee wordt de theorie van in de samenwerking met vrijwilligers angst McGuire (2006) en Mattessich et al. (2004) kan bestaan voor het verliezen van hun auto- bevestigd. Zij stellen dat communicatie bij- nomie. Bremekamp et al. (2010) stellen dat draagt aan de connectie en cohesie tussen de de actor zich minder snel terughoudend zal partijen. Heldere communicatie en persoon- opstellen wanneer dit het geval is. Een ver- lijk contact zullen bijdragen aan gedeelde op- band lijkt te bestaan met dat professionals vattingen en waardesystemen en zullen leiden aangeven dat het in de samenwerking met tot een ontwikkeling naar collegiaal partner- vrijwilligers goed is dat de professional eind- schap (Froland, 1980). Daarnaast is het er- verantwoordelijk is en er een beetje boven kennen en waarderen van de informele zorg staat. Bremekamp et al. (2010) stellen ook dat door de formele zorg belangrijk voor een de machtigste actor zich terughoudend moet goede samenwerking, zonder dat alleen pro- opstellen, wil de machtsrelatie geen negatieve fessionele deskundigheid gezien wordt als invloed hebben op de samenwerking. De res- waardevol. Mantelzorgers hebben ook aange- pondenten (professionals en mantelzorgers) geven dat er ondersteuning moet zijn voor die de meeste zeggenschap hebben binnen de hen bij de zorg voor de hulpbehoevende. Dit Birgit Vulkers | Samenwerking en machtsverhoudingen formele en informele zorgverleners | 25 | is een verschil in advies in vergelijking met deze veranderen. Kennis hierover maakt dat de vrijwilligers die meer inzetten op het ma- de formele en informele zorgverleners hier ken van persoonlijk contact. bewust van kunnen zijn en de kennis mee Wat duidelijk werd in dit onderzoek is kunnen nemen in hun houding en gedrag bin- dat de sociale wijkteams nog vol in ontwik- nen de samenwerking. Dit zal bijdragen aan keling zijn en daardoor soms zoekende zijn in de samenwerking en zal daardoor zorgen de samenwerking met informele zorgverle- voor goede zorg en ondersteuning voor de ners. Dit staat in verband met dat de adviezen hulpbehoevende burger. vooral gericht zijn op de houding van de professionals. Daarom is het van belang om uitgebreider onderzoek te doen naar de verhou- 7. Praktijk Aanbevelingen dingen van de samenwerkingspartners, wan- De sociale wijkteams zijn op dit moment nog neer de samenwerking tussen professionals zoekende naar een goede samenwerking met van de sociale wijkteams met informele zorg- informele zorgverleners. Van belang is verleners verder is ontwikkeld. Dat de sociale daarom het inzicht dat is verkregen, over de wijkteams nog in ontwikkeling zijn, heeft er invloed van de veranderingen in de samen- ook voor gezorgd dat veel ervaringen van werking op de machtsverhoudingen, te benut- professionals een combinatie zijn van hun ten om zo een goede samenwerking tot stand werk vanuit het sociale wijkteam en vanuit te laten komen. hun moederorganisatie. In de toekomst zal Van groot belang is het inzicht in de het daarom relevant zijn nog eens onderzoek invloed van de betaalbaarheid van de zorg op te doen naar de samenwerking en machtsver- de verhoudingen. Ondanks de zeggenschap houdingen, om zo meer de ontwikkelingen in waarover de mantelzorger beschikt, is de kaart te brengen. Hierbij zal een focus op de mantelzorger afhankelijk van de professional gevolgen van de betaalbaarheid en uitvoer- die de indicatie van de zorg en ondersteuning baarheid van de zorg op de samenwerkings- bepaalt. Open en eerlijke communicatie met relatie in de literatuur van belang zijn, omdat betrekking tot de macht van de professional uit dit onderzoek blijkt dat het op verschil- over het indiceren van de zorg vanuit de wijk- lende gronden van invloed is. teams, zal bijdragen aan de samenwerking. Tot slot kan geconcludeerd worden Belangrijk binnen deze samenwerking is het dat de veranderingen in de samenwerking tus- waarderen van de ervaringskennis en als pro- sen formele en informele zorgverleners van fessional te kunnen loslaten, ofwel terughou- invloed zijn op de machtsverhoudingen en dat dend op te stellen. Birgit Vulkers | Samenwerking en machtsverhoudingen formele en informele zorgverleners | 26 | In de samenwerking met vrijwilligers 8. Nawoord is het ook belangrijk om je als professional Dit afstudeeronderzoek maakt deel uit van de terughoudend op te stellen, om de vrijwilliger master Arbeid, Zorg en Participatie. Het on- toe te laten in de samenwerking. Wanneer ta- derzoek heb ik met veel enthousiasme uitge- ken en rollen worden overgedragen naar vrij- voerd, vanuit de Universiteit Utrecht en Mo- willigers, komen hier ook verantwoordelijk- visie. Onder begeleiding van René van Rijs- heden bij kijken. Om deze verantwoordelijk- selt vanuit de Universiteit Utrecht en Hilde heden te dragen is bevoegdheid nodig. Dit van Xanten vanuit Movisie, is dit onderzoek zou in een vorm van een vrijwilligerscontract tot stand gekomen. kunnen zijn. Verder is het belangrijk om tijd te investeren in het samen maken van goede René wil ik graag bedanken voor de kritische, afspraken en in het trainen van de vrijwilliger. maar opbouwende en waardevolle, feedback Vrijwilligers zijn steeds meer bekwaam maar om dit onderzoek tot een volwaardig weten- willen geen verlengstuk van de overheid zijn. schappelijk onderzoek te doen ontwikkelen. Persoonlijk contact, erkenning en waardering Hilde wil ik graag bedanken voor het delen kunnen dit gevoel voorkomen. Angst voor van haar kennis en ervaring, voor de heldere verlies van autonomie kan aanwezig zijn. Be- en gedetailleerde feedback, maar ook voor de langrijk is hierbij het inzicht dat de rol van de inzichten in de praktijk. Dit heeft ervoor ge- professional verandert richting ondersteu- zorgd dat ik dit onderzoek vol nieuwe inzich- nend en minder uitvoerend, waarbij de eind- ten en energie heb uitgevoerd. Daarnaast wil verantwoordelijkheid in de samenwerking ik graag alle professionals, mantelzorgers en met vrijwilligers bij de professional blijft. vrijwilligers bedanken voor de tijd die zij Tot slot kan worden aanbevolen goed hebben genomen voor hun deelname aan dit te luisteren, daadwerkelijk contact te maken onderzoek en voor het delen van hun waarde- en elkaar het gevoel te geven gelijkwaardig te volle en inzicht gevende ervaringen. Ook zijn binnen samenwerking. Informatie voor- mijn thesisgroep wil ik graag bedanken voor ziening vanuit de gemeente en de sociale de support en feedback. Het was fijn om met wijkteams over de verschuiving van ‘zorgen jullie samen te werken. voor’ naar ‘zorgen dat’ zal leiden tot begrip vanuit de informele zorgverleners en profes- Tot slot dank aan mijn vriendin en mijn fami- sionals. lie, die mij hebben geholpen door mee te denken en mij hebben ondersteund in het proces Birgit Vulkers | Samenwerking en machtsverhoudingen formele en informele zorgverleners | 27 | van zoeken, onderzoeken, vinden en bevin- Bremekamp, R., Kaats, E., Opheij, W. & Ver- den, analyseren, bekritiseren, resulteren en meulen, I. (2010). Succesvol samen- aanbevelen. werken; een kompas en aanbevelingen voor betekenisvolle interactie. Holland Management Review, (130), 8-15. Birgit Vulkers Bryman, A. (2012). Social research methods. Haarlem, juli 2016 (Vierde editie). Oxford: Oxford University Press. 9. Literatuur Emerson, R. M. (1962). Power dependence Arends, J. & Flöthe, L. (2015). Wie doet vrijwilligerswerk? (Centraal Bureau voor relations. American Sociological Review, 27(1), 31-41. Freidson, E. (2001). Professionalism: The de Statistiek). Den Haag: CBS. Bochove, M. van., Tonkens, E., & Verplanke, L. (2014). Kunnen we dat (niet) aan third logic. Chicago: University of Chicago press. vrijwilligers overlaten? Nieuwe ver- Froland, C. (1980). Formal and informal care: houdingen tussen vrijwilligers en pro- Discontinuities in a continuum. The So- fessionals in zorg en welzijn. Plat- cial service review, 54(4), 572-587. form31: Universiteit van Amsterdam. Goting, E. (2012). Samenwerkend organise- Bochove, M. van., Verhoeven, I. & Rogge- ren: wens of werkelijkheid? (Master veen, S. (2013). Sterke vrijwilligers, thesis, Universiteit Utrecht, Utrecht). volhardende Geraadpleegd op 26 februari, 2016, via professionals: Nieuwe verhoudingen door de Wmo. In Kam- http://www.sociaalwerkindewijk.nl/si- pen, T., Verhoeven, I., Verplanke, L. tes/default/files/docs/SWW_Master- (Ed.), De affectieve burger: Hoe de thesisEstherGotink.pdf overheid verleidt en verplicht tot zorg- Gray, B. (1989). Collaborating: Finding zaamheid. (pp. 187-204). Amsterdam: common ground for multiparty prob- van Gennep. lems. San Francisco: Jossey-Bass Pub- Boeije, H. (2010). Analysis in Qualitative Research. Londen: Sage Publications. lishers. Houten, D. van. (2009). Professionalisering Boer, A. de. & Klerk, M, de. (2013). Infor- en arbeidsdeling. Journal of Social In- mele zorg in Nederland (Sociaal en tervention: Theory and Practice, 15(2), Cultureel Planbureau). Den Haag: SCP. 17-25. Birgit Vulkers | Samenwerking en machtsverhoudingen formele en informele zorgverleners | 28 | Illich, I. (1979). Disabling professions. Londen: Boyars. https://www.rijksoverheid.nl/binaries/rijksoverheid/documenten/kamer- Josten, E. & Boer, A. de. (2015). Concurren- stukken/2009/10/27/naast-en-met-el- tie tussen mantelzorg en betaald werk kaar-brief-over-de-relatie-tussen-infor- (Sociaal en Cultureel Planbureau). Den mele-en-formele-zorg/naast-en-met-el- Haag: SCP. kaar.pdf Kampen, T., Verhoeven, I. & Verplanke, L. Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en (2013). De affectieve burger: Hoe de Sport. (2012). Beleidsbrief Mantelzorg. overheid verleidt en verplicht tot zorg- Geraadpleegd op 19 februari, 2016, via zaamheid. Amsterdam: van Gennep. https://www.rijksoverheid.nl/bina- Lawson, H. A. (2004). The logic of collabo- ries/rijksoverheid/documenten/kamer- ration in education and the human ser- stukken/2012/03/29/kamerbrief-over- vices. Journal of Interprofessional beleidsbrief-mantelzorg/kamerbrief- care, 18(3), 225-237. over-beleidsbrief-mantelzorg.pdf Mattessich, P. W., Murray-Close, M., & Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Monsey, B. R. (2004). Collaboration: Sport. (2014). Toekomst agenda infor- What makes it work. Saint Paul: Wilder mele zorg en ondersteuning. Geraad- Publishing Center. pleegd op 19 februari, 2016 van, McGuire, M. (2006). Collaborative Public https://www.rijksoverheid.nl/bina- Management: Assessing What We ries/rijksoverheid/documenten/rappor- Know and How We Know It. Public ten/2014/09/01/toekomst-agenda-in- Administration Review, 66(s1), 33-43. formele-zorg-en-ondersteuning/toe- Meijer, A. J., & Ruël, H. J. M. (2005). Samenwerken met behoud van autono- komst-agenda-informele-zorg-en-ondersteuning.pdf mie. Wat betekent e-mail voor de kwa- Movisie. (2013). Samenspel tussen formele liteit van de arbeid? Tijdschrift voor Ar- en informele zorg. Utrecht: auteur. beidsvraagstukken, 21(2), 156-167. Movisie. (2016). Sociale (wijk)teams in Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en beeld. Geraadpleegd op 19 mei, 2016, Sport. (2009). Naast elkaar en met el- via kaar. Brief over de relatie tussen infor- fault/files/alfresco_files/Sociale-wijk- mele en formele zorg. Geraadpleegd op teams-in-beeld%20[MOV-9164168- 19 1.1].pdf Birgit Vulkers februari, 2016, via https://www.movisie.nl/sites/de- | Samenwerking en machtsverhoudingen formele en informele zorgverleners | 29 | Newman, J. (2001). Modernizing govern- Vilans. (2015). Governance in de kinder- ance: New labour, policy and society. schoenen. Geraadpleegd op 26 februari, Londen: Sage Publications. 2016, via http://www.kennispleinchro- Oudenampsen, D., Vliet, K. van., Winsemius, nischezorg.nl/docs/KCZ/Governance- A., & Tenhaeff, C. (2006). Samenwer- in-de-kinderschoenen-Vilans.pdf king vrijwilligers en beroepskrachten Wetten Overheid. (2014, 9 juli). Wet maat- bij maatschappelijke ondersteuning. schappelijke ondersteuning 2015. Ge- Utrecht: Verwey-Jonker Instituut. raadpleegd op 19 februari, 2016, via Plaisier, I., & Klerk, M. de. (2004). Zicht op zorggebruik (Sociaal en Cultureel Planbureau). Den Haag: SCP. http://wetten.overheid.nl/BWBR0035362/ Wijdeven, T. van de., Graaf, L., de & Hen- Tonkens, E. (2008). De bal bij de burger: driks, F. (2013). Actief Burgerschap: Burgerschap in een pluriforme, dyna- Lijnen in de literatuur. Tilburg: Tilburg mische samenleving. Amsterdam: Am- University. sterdam University Press. 10. Bijlagen 10.1 Bijlage 1 Topiclijst Interview 1. Introductie - Introductie van mezelf - Doel onderzoek - Waarborgen anonimiteit - Toestemming opname interview - Aangeven tijdsduur interview - Mantelzorger: voor wie, hoeveel uur per week/dag - Vrijwilliger: voor wie, hoeveel uur per week 3. Samenwerking formele en informele zorgverleners 2. Algemene vragen 3.1.Interactie - Werkzaamheden/Functie - Momenten van samenwerking - Professional: soort sociaal wijk- - Mate van contact team, hoeveel collega’s, werkzaamheden moederorganisatie Birgit Vulkers | Samenwerking en machtsverhoudingen formele en informele zorgverleners | 30 | - Verwachtingen manier van werken - - Waardering - Overeenkomstige waardesystemen - 4.3. Macht informele zorg Zeggenschap informele zorgverleners - Hiërarchische verhoudingen 4.4.Macht formele zorg Collega’s - Claimen eigen jargon 3.2. Rolverdeling - Eigen Methodiek - Verdeling taken - Afhankelijkheid creëren - Verdeling beslissingen - Afdwingen erkenning - Mate van vertrouwen 3.3.Verantwoordelijkheden - Afspraken maken - Verdeling rechten 3.4. Intrinsieke motivatie - Belang van samenwerken 4.5. Machtsverdeling - Mate van gelijkwaardigheid - Erkenning en waardering machtsverschillen - Idee over opgeven autonomie - Mate van het houden van toezicht 3.5. Communicatie - Gezamenlijke visie - Bespreken machtsverhoudingen 4. Machtsverhoudingen binnen samenwerking 4.1. Mate afhankelijkheid - Wederzijdse afhankelijkheid - Verhouding taakafhankelijkheid - Controle houden - Eisen stellen 4.2.Status - Type kennis - Belang van kennis door ervaring - Belang van gespecialiseerde kennis Birgit Vulkers | Samenwerking en machtsverhoudingen formele en informele zorgverleners | 31