Samenvatting interview 1 Kent u de werking van het decreet van de VOETen? De nieuwe VOET zijn een beetje anders opgebouwd. Er zijn de verschillende contexten, eindtermen en leren leren met ICT e.d. Het is de bedoeling dat dat gemixt wordt. Het is de bedoeling dat de scholen kunnen aantonen dat ze rond die eindtermen werken. Er is namelijk een inspanningsverplichting en geen resultaatsverplichting. Moet iedereen de VOETen implementeren in zijn/haar vak? Het is niet de bedoeling dat iedereen alle eindtermen implementeert. De school moet kunnen aantonen dat we rond het hele pakket op diverse vlakken aan werken. Dat kan dus binnen de vakken gebeuren, maar dat kan even goed via vakoverschrijdende projecten. Dat kunnen ook bepaalde items zijn die typerend zijn voor een specifieke school waarop je je dan focust. Wat is dan de algemene visie van de school waarin de VOETen geïmplementeerd worden? De school heeft een visietekst over de VOET die kadert in hoe de provinciale school – want wij zijn een provinciale school – de onderwijsopdracht ziet. Ik kan jullie gerust onze visietekst eens doormailen. Daarin staan de belangrijkste elementen. Vanuit de provincie wordt sterk de nadruk gelegd op multiculturaliteit. Wij volgen die visie, maar hier in Eeklo komen we daar niet zoveel mee in aanmerking. Het blijft natuurlijk wel een belangrijk onderwerp. Net omdat er hier in Eeklo niet zoveel culturen bij elkaar zitten hebben de leerlingen een enge visie op multiculturaliteit. Dat proberen we toch wat open te trekken via projectjes. Het komt ook aan bod binnen de lessen in o.a. levensbeschouwelijke vakken. Onze school is ook sterk bezig met post (kan iemand checken in audiobestand? Ergens rond 6 minuten)?. Veiligheid op de werkvloer is ook iets waar wij sterk op inzetten. We hebben hier praktijkopleidingen en er zitten vooral jongens op onze school die binnenkort zelf in het werkveld stappen. Veiligheid op de werkvloer is dan ook een belangrijk aandachtspunt. Dat is vrij concreet, er zijn wel moeilijkere thema’s zoals die multiculturaliteit of bijvoorbeeld duurzame ontwikkeling. Kan je een voorbeeld geven van een project dat jullie met de school hebben uitgewerkt? Vorig jaar hebben we meegewerkt aan het project van Avaria (?) rond het thema respect. Vooral homoseksualiteit was daarbij een belangrijk onderwerp. Er is dit jaar zelfs een klas geselecteerd om daarover te gaan debatteren in het Europees Parlement. We hadden meegedaan aan een wedstrijd waarbij we een filmpje gemaakt hebben waarin alle leerlingen op de speelplaats ‘respect’ scanderen en spandoeken omhoog houden. Zijn er bepaalde personen/leerkrachten die een voortrekkersrol spelen bij die VOETen? Ik ben daar zo’n beetje verantwoordelijk voor. Eigenlijk staan wij daar als school al bij stil van voor het decreet van 2010.Wij proberen als school te registreren waar we sterk in zijn en aan welke punten we werken. Als er dan doorlichting komt kunnen we dankzij die registratie ook aantonen hoe wij aan bepaalde punten werken. Ik houd dat dus bij. Ik geef dat dan door aan de directie en het lerarenteam zodat iedereen weet wat onze sterke en minder sterke punten zijn in de hoop dat er dan dingen georganiseerd worden. En gebeurt er dan ook effectief iets of moet er echt aan de kar getrokken worden? Vanzelf gebeurt er heel weinig. Er moet dus wel wat aan die kar getrokken worden. Er zijn dus wel mensen nodig die het voortouw nemen of initiatief nemen. De richtingen die je op deze school kunt volgen hangen toch sterk samen met bepaalde VOETen? Ik denk bijvoorbeeld aan de richting bouw en het concept duurzaamheid. Inderdaad. In de ateliers, bij het gebruik van materiaal, tijdens stages,… hebben we daar wel aandacht voor. Ook bijvoorbeeld op de speelplaats ervoor ijveren dat het afval in de vuilbakken belandt is zoiets waaraan we blijven werken. Zeker in het secundair is dit iets wat nooit ‘afgewerkt’ is. Heb je het gevoel dat die verschillende projecten een effect hebben op de leerlingen? Ja. Toch zeker op korte termijn. Of er een effect is op lange termijn is moeilijk in te schatten. We proberen die projecten ook wel te evalueren bij leerlingen en/of leerkrachten. Bij een buitenschoolse activiteit moeten onze leerlingen bijvoorbeeld ook altijd een evaluatieformulier invullen zodat we kunnen nagaan of het voor hen nuttig was en of ze er iets aan gehad hebben. Dat is voor ons wel leerrijk. Er zijn altijd dingen die goed meevallen en dingen die minder goed meevallen. Ervaren jullie nood aan meer ondersteuning bij het implementeren van de VOETen? Onze school kan inschrijven bij de koepel van het provinciaal onderwijs (POV) voor ondersteuning op allerlei domeinen. De eerste jaren hebben wij van daaruit ondersteuning gekregen, maar nu is dat weggevallen en nemen de leerkrachten het op zich. In 2010 zijn we gestart met een systeem dat nog steeds loopt. De leerkracht inventariseren wat er in de lessen allemaal gebeurt op vlak van de verschillende contexten, de stam en leren leren. Dat zit dan allemaal in een computersysteem. Aan de hand daarvan kunnen wij er bijvoorbeeld een eindterm uit kiezen en kijken waar die allemaal aan bod komt. Dus eigenlijk weten jullie waar welke leerkracht mee bezig is m.b.t. de VOETen? Wij kijken niet echt per leerkracht. Wij weten welke klassen rond welke VOETen aan de slag gaan. Daar staan geen namen van leerkrachten bij, maar in principe kunnen we dat wel achterhalen, ook al is dat niet de bedoeling. De leerkrachten kunnen bijvoorbeeld zien dat er in het vak zedenleer rond een bepaalde eindterm gewerkt is. De leerkrachten kunnen elkaar daarop aanspreken als ze daarop willen verder werken, enzovoort. Iedereen kan dat bestand inkijken. Het probleem in het onderwijs blijft natuurlijk dat veel mensen op hun eilandje blijven zitten. Als je projecten organiseert vermijd je dat probleem een beetje. Dan zijn er altijd mensen die in actie schieten en de anderen mee op sleeptouw nemen. In de lessen doet iedereen nog altijd zijn eigen ding. De leerkrachten volgen het leerplan en proberen daar zoveel mogelijk VOETen bij te betrekken. Soms zijn leerkracht daar ook onbewust mee bezig. Als je opvoeder bent leer je bijvoorbeeld heel wat dingen aan die aansluiten bij de VOETen, maar je bent je daar niet altijd van bewust. Vind je het belangrijk dat ze daar niet alleen onbewust maar ook bewust mee bezig zijn? Ja. Op het moment dat ze iets moeten ingeven in het bestand kunnen ze niet zomaar even iets aanvinken. Ze moeten er zich wel bewust van zijn. Ze moeten niet alleen aangeven rond welke eindtermen ze werken, maar ook op welke manier ze dat doen. Ze zijn dus wel een beetje verplicht om er bewust mee bezig te zijn. Belangrijk om weten is dat het niet de individuele leerkrachten zijn die dat document aanvullen, maar dit gebeurt vanuit de vakwerkgroep. In de vakwerkgroepen wordt nagedacht over welke eindtermen aan bod komen en hoe dat dan precies gebeurt. Aan welke context wordt er op dit moment specifiek aandacht gegeven, bijvoorbeeld in de vorm van projecten? Deze week is er net een project opgestart rond duurzaamheid. In een aantal vakken wordt dus op dit moment extra aandacht gegeven aan duurzaamheid in de ruime betekenis van het woord. Er is bijvoorbeeld samengewerkt met de leerlingenraad om een verkoopsstandje van de wereldwinkel op de speelplaats te plaatsen. Ook in andere vakken (levensbeschouwelijke vakken, sommige wetenschapsvakken, taalvakken,…) wordt er extra aandacht aan besteed. Welke contexten vind je zelf extra belangrijk om meer aandacht voor te hebben? Ik vind die duurzame ontwikkeling heel belangrijk, maar dat is ook deels vanuit mijn achtergrond. Ook gezondheid is belangrijk. Gezondheid omvat niet alleen lichamelijke maar ook geestelijke gezondheid. Opvolging van onze leerlingen is daarbij heel belangrijk. Dat is toch iets waar onze school ook heel sterk in is. Zijn er contexten waarvoor er op school volgens u te weinig aandacht is? Ja. Dat is dan voor mij die multiculturaliteit. Dat is ook bij de leerkrachten een moeilijk thema (onverstaanbaar stukje). Hoe staan de leerlingen tegenover die projecten? Die doen daar natuurlijk wel aan mee, want dan vallen de gewone lessen soms weg. Of als het in de lessen aan bod komt wordt dat vaak wat ludieker aangepakt dus voor hen is dat dan minder saai. Ze tonen er eigenlijk wel interesse voor. Hoe staan de ouders er tegenover? Dat is moeilijk om te zeggen… Wij geven af en toe natuurlijk wel brieven mee met de leerlingen over bepaalde projecten of uitstappen, maar daar komt van de ouders uit weinig reactie op. We krijgen daar weinig feedback op, maar dat is normaal denk ik. Ze zijn niet rechtstreeks betrokken. We hebben bijvoorbeeld wel een uitwisselingsproject waarbij een aantal leerlingen in de paasvakantie naar Senegal trekken. Daarbij merken we wel inbreng en samenwerking met de ouders. Zo hebben ze bijvoorbeeld een aantal acties op poten gezet om daarvoor geld in te zetten. Het gaat dan natuurlijk wel om een select groepje ouders. Dat geeft dus misschien wel een beetje een vertekend beeld. Op oudercontactdagen stellen we ook wel projecten voor. Wij hadden zelf een aantal thema’s in gedachten om rond te werken: pesten, veilig internetgebruik en duurzaamheid. Rond pesten op school hebben wij ook gewerkt. Ook rond cyberpesten hebben de leerlingen een enquete ingevuld. Ik heb er eigenlijk niet zo’n goed zicht op wat daar verder nog rond gebeurt. Rond veilig internetgebruik hebben wij geen project als dusdanig, maar ik denk wel dat het aan bod komt in bepaalde lessen. Het gaat dan bijvoorbeeld over sociale media zoals Facebook waarbij bepaalde gegevens voor iedereen zichtbaar is. Wij willen hen ervan bewust maken dat dat bepaalde gevaren inhoudt. Ja. Daar heb ik niet meteen zicht op of dat aan bod komt in bepaalde lessen of niet. Het is misschien wel iets wat aan bod komt, maar niet zo expliciet. Heeft u verder nog aanvullingen? Ik vind het wel nog belangrijk om mee te geven dat het niet evident is om leerkrachten het belang van de VOETen te laten inzien. Veel leerkrachten willen gewoon hun vak geven. Zelf probeer ik er tijdens mijn lessen wel aandacht voor te hebben, bijvoorbeeld door leerlingen meer dingen zelf te laten opzoeken of door in te zetten op communicatieve vaardigheden en hen dingen aan elkaar te laten uitleggen. Maar het is toch niet evident om die houding bij alle leerkrachten te bewerkstelligen. Voor de jongere generatie is dat ook iets waar ze tijdens hun opleiding mee in contact gekomen zijn, maar voor oudere leerkrachten is dat niet het geval. Zij ervaren dat dan ook als een extra last. Bij hen ondervinden we het meest weerstand. Wij hebben wel een infomoment voorzien voor de leerkrachten bij de invoering van de VOETen. Ook als er nieuwe leerkrachten op school komen proberen we hen duidelijk te maken hoe wij hier werken. Vooral de vakwerkgroepen zijn daarin een cruciale factor. Bedankt.