Warande informatief TG STAN WAT/ nU © Koen Broos © Koen Broos © Koen Broos 2 Damiaan De Schrijver speelt dubbelrol in Wat/Nu op magistrale wijze Tien jaar na ‘of/niet’ speelt het kwartet van STAN weer samen. ‘Wat/Nu’ was de vraag die Damiaan De Schrijver, Frank Vercruyssen, Sara De Roo en Jolente De Keersmaeker uitschreeuwden na de aanslag op de redactie van Charlie Hebdo.Voor de invulling kozen ze twee stukken van hedendaagse schrijvers: Jon Fosse en Marius von Mayenburg. STAN zet de betere middenstand als vanouds in haar blootje en stelt pertinente vragen. We vroegen Damiaan De Schrijver, die op magistrale wijze een kunstenaar én een jongetje van twaalf neerzet, om zijn verhaal. Het is alweer tien jaar geleden dat de volledige kern van STAN zonder gastacteurs speelde. Wat geeft dat? Dat is thuiskomen, wij vier vormen een hechte bent. Tijdens het jaar zien we elkaar bij de dagelijkse werking van het gezelschap, en we hebben in 2014 JDX – a public enemy (legendarisch stuk van de vier van STAN uit 1993, nvdW) hernomen, maar verder zijn we allemaal uitgezwermd. Met wat ik noem de polycoproducties, waar je andere dingen kunt proberen. Op één avond zou je ons op vier verschillende podia (coproducties met DE KOE, Dood paard,…) aan het werk kunnen zien. Dat is vrij uitzonderlijk voor een gezelschap. Dat vreemdgaan houdt ons wakker en fris. Het is een goede remedie tegen verstarring en op die manier blijf je zuurstof pompen in de groep. Frank (Vercruyssen) en Jolente (De Keersmaeker) ken je inmiddels dertig jaar, Sara (De Roo) van kort na de oprichting van het collectief drie jaar later. Jullie kennen elkaar door en door en zitten op dezelfde lijn, toch? Frank en Jolente ken ik van op het conservatorium, klopt. Ik zie mijn drie collega’s vaker dan mijn vrouw, vaker dan familie, meer dan… vrienden. Of die drie dan geen vrienden zijn? Wij lopen de deur niet plat bij elkaar. Sterker nog: buiten theater zien wij elkaar niet. Wij zoeken elkaar niet op. We zien elkaar op het werk. Maar: je deelt heel veel. Zo’n lange band is als een bloedbroederschap. Wij gaan voor elkaar door het vuur. Wat dat op één lijn zitten betreft: dat wil nog wel eens tegenvallen. Ja, we kennen elkaar, maar van zodra wij rond de tafel zitten botsen de ideeën. Er zijn geen dogma’s bij STAN, wel gewoontes, rituelen, conventies, goestingen. Ik repeteer bijvoorbeeld niet in sensu stricto. STAN heeft geen receptuur. STAN heeft een duidelijk profiel: tekstteater dat uitnodigt tot dialoog. STAN staat beslist ergens voor. De vier staan ergens voor. Zo weten inmiddels perfect wie waar sterk in is: de ene is meer dramatischanalytisch, de andere meer visueel gericht, een derde let meer op de setting, een vierde is alert op geluid, of op de gehele sound van het stuk. Wij vier vullen elkaar perfect aan. En wij beslissen alles nog steeds collectief. 4 De titel Wat/Nu stelt eigenlijk een vraag. De titel kwam er als schreeuw bij de recente ontwikkelingen in de wereld, opgehitst door de aanslag op de redactie van Charlie Hebdo in Parijs. Wij schreeuwden het uit: Wat nu? Hoe reageer je als toneelspelers en -makers op aanslagen, op vluchtelingen? Hoe moet je daarmee omgaan? Wat doe je als het hart van Parijs wordt getroffen, als de vrije meningsuiting wordt aangevallen? Wat is onze plaats in die gewelddadigheid? We zijn die Wat/Nu maar blijven uitroepen. Het heeft heel gelang geduurd voor we een invulling konden vinden. Hoe kwam de keuze voor de hedendaagse toneelschrijvers Jon Fosse en Marius von Mayenburg tot stand? Je weet dat STAN gaat voor klassieke toneelauteurs als Bernhard, Tsjechov, Gorki, Schnitzler, Ibsen of Pinter, maar ook voor hedendaagse auteurs als Yasmina Reza. Jon Fosse lag al erg lang in de la. Die moest er vandaag of morgen uit. Fosse bereikt met weinig verschillende woorden de grote dieptes van de ziel. Sara (De Roo) is een week lang producties gaan zien in Berlijn en Een stuk plastiek van Von Mayenburg bleef aan haar plakken. De drie anderen zijn daar vervolgens ook voor gevallen. Fosse staat bekend als postmodernist. Hij zou geen affe stukken maken, het ritme is vaak belangrijker dan de betekenis. Valt hij dan überhaupt te spelen/te begrijpen? Fosses tekst is poëtisch zonder poëzie te zijn en filosofisch zonder filosofie te zijn. En van een schoonheid! Hij is onmogelijk van buiten te leren door de vele herhalingen, maar beslist niet te hermetisch. De tekst grijpt geweldig aan. Als wij het helder krijgen, dan krijgt het publiek het ook helder en stijgt er beslist iets van op. Met een schaarsheid aan woorden genereert hij een maximaal effect aan gedachten. Dat is Fosse. 5 © Koen Broos 6 Hebben jullie overwogen alleen de grote tekst, Een stuk plastiek van Marius von Mayenburg, te spelen? Wat voegt Fosse toe? Neen, we wilden van in het begin de twee spelen. Slaap, kindje, slaap is een proloog van vijftien minuten. Fosse verzacht Von Mayenburg. Fosse is een mild deken voor het spijkerbed van Marius. Von Mayenburg is spijkerharde komedie? Reken maar. Hij presenteert een komedie, een zedenschets van een gezinnetje, waarbij de dingen brutaal en hard worden uitgesproken, met een groot, kritisch vermogen. Het praten is van een heel andere soort dan in de proloog. Bij Marius is de communicatie direct en dus niet mis te verstaan. Slaap, kindje, slaap is geschreven voor drie spelers – Sara doet even niet mee op de planken – maar biedt geen conversatie zoals die tussen mensen wordt gevoerd. Die communicatie speelt op een ander gebied. In Een stuk plastiek kan niemand slapen. Fosse knipoogt dus vanzelf al naar Von Mayenburg. Het stuk stelt werkelijk existentiële vragen. Over vluchtelingen, over hoe wij, al dan niet correct, denken over de maatschappij. Over onze plek op toneel, onze plek in het zogenaamd artistieke leven. Marius opent stinkende potjes en stelt expliciet grote morele vragen. Zal de geëngageerde dokter Michaël effectief voor Artsen Zonder Grenzen gaan werken? Hoe plastisch maakt de kunstenaar het menselijk leed? Hoe goed voelt het kind zich in zijn kinderwereld of in zijn lichaam? ‘Edelboulevardkomedie’ werd Stück Plastik, in een regie van Von Mayenburg zelf, vorig jaar genoemd in de Duitse media. Kunnen jullie de typering verdragen? Jawel. Je zou ook kunnen zeggen: edelkitsch. De ingrediënten van de komedie met misverstanden en de verwarringen zijn er. De werkvrouw wordt aangenomen en dat zorgt voor ethische problemen: hoe ga je met de kuisvrouw om? Dat levert goede, tegelijk schrijnende humor op, die vragen stelt. Het is geen boulevardkomedie om de boulevardkomedie, het is een boulevardkomedie met hoeken af. Maar los daarvan: ik doe niet geringschattend over boulevardkomedie en kitsch, over de zogenaamd lage cultuur. Daarvoor zit er te veel waars in. 7 Jolente De Keersmaeker speelt poetsvrouw Jessica. Sara De Roo neemt Ulrike voor haar rekening en Ulrikes man Michael wordt ingevuld door Frank Vercruyssen. U speelt kunstenaar Haulupa. Een horzel, zegt jullie perstekst. Haulupa frequenteert het gezin en stuurt het leven er - als een horzel - in de war. Hij is een conceptueel kunstenaar – hij vindt zich beter dan alle Jakes en Dino’s (Chapman), Bruces (Nauman) en Damiens (Hirst) -, en een soort van Saatchi (Charles Saatchi: Brits kunstverzamelaar, zakenman en galeriebezitter, nvdW) tegelijk. Een stuk plastiek gaat zeker niet alleen over de kunstwereld, dat is wel duidelijk, maar als ik de tekst lees of hem aan het opzeggen ben voel ik toch altijd een lichte ironie... Ik zie daar toch ook op een of andere manier kunstkritiek in. De tekst gaat beslist op een kritische manier om met het kunstenaarschap. De titel alleen al: Een stuk plastiek. Een stuk plastiek wordt vergeleken met de briljante tragikomedie Kunst van Yasmina Reza, over drie vrienden en een (te) duur betaald volledig wit schilderij. Iemand noemde Een stuk plastiek zelfs Kunst 2.0. Laat STAN nu ook al Reza’s Kunst hebben gebracht… Ik heb dat van die 2.0 ook gelezen, maar in de STAN-productie Kunst zat ik niet, ik ga daar dus geen uitspraken over doen. Maar: de kunstwerkelijkheid is vreemd genoeg vaak nog ironischer en vreemder dan fictie. Ik sta toch geregeld in galeries en musea vreemd te kijken - bij sommige installaties voel ik me echt te dom om ze te begrijpen. Neen, ik noem geen namen. Dat ik te weinig sleutels heb om de sloten open te maken. En ik ben geen reactionair of conservatief. De beeldende kunsten zijn er bij mij van jongs af met de paplepel ingegoten. Met de meest uiteenlopende kunstenaars heb ik een goede, vertrouwelijke relatie. 8 Aan welke kunstenaars denk je? Mijn grote peetvader is Fred Bervoets, maar ik heb ook veel goede gesprekken gehad met Tom Liekens, Nick Andrews, Philip Aguirre en met galeriehouder Adriaan Raemdonck van galerie De Zwarte Panter. Overigens vind ik kunst een lelijk woord. Het gaat om plasticiteit, over omgaan met wat je rondom je voelt, over tekens en verhalen vatten. Over omzetten wat je ziet in plastiek, in plasticiteit. Schilderen we of beeldhouwen we? En wat van de realiteit tonen we? Wat hebben we nodig aan verbeelding? Wat wil je wat gezien wordt, wat niet? Waar staat het voor? Hoe hermetisch mag het zijn? Hoe communicatief kunnen we zijn met die kunst? En wat bedoelen we? Alleen maar schoonheid? Vaardigheid? Metier? Bieden we troost? Wat brengt die kunst teweeg bij wie het maakt en bij wie ernaar kijkt? U bent als acteur en theatermaker zelf kunstenaar. En u schildert. Ik ben een toneelspeler. Of ik een kunstenaar ben, moeten anderen maar uitmaken en voor alle duidelijkheid: ik ben een zondagsschilder. De landschapjes die ik op karton en stukjes hout probeer te zetten zijn van een primitiviteit en een zondagsschilderigheid die je niet voor mogelijk houdt. Maar zelfs als neofiet, als toerist in kunstland, voel je alle moeilijkheden van de Westerse kunstgeschiedenis als je een boom, een blad of een citroen probeert te vangen. Dat is ongelofelijk interessant. Het gaat over jezelf altijd maar bijscholen en weten wat je wilt vertellen. Voor mij is schilderen een oefening in kijken naar de dingen. Een schilder vertaalt de drie dimensies van de werkelijkheid naar twee met middelen als perspectief, licht, kleur, compositie, je noemt het. Dat is ook wat de theaterspeler/-maker doet. 9 © Koen Broos 10 Leg eens uit? De theatermaker zet de platte tekst om door middel van de verbeelding, die op zich de verbeelding van de kijker niet mag uitsluiten. Vandaar ook dat ik denk: je moet niet alles uitbeelden, je moet de mensen die ernaar kijken veel vrijheid laten. Televisie is al uitleggerig genoeg. Bij theater deel je toch op een andere manier prikkels uit. Theater schetst. En een tekst spreekt op zich al boekdelen. Maar: ik speel niet alleen Haulupa, ik speel ook de twaalfjarige zoon van het koppel. Pardon? Ja, ik speel ook het zoontje. De enige dubbelrol in Wat/Nu. Ach ja, er valt wel wat te zeggen voor gelijkenissen tussen de twee: het kind dat schuilt in de kunstenaar en de kunstenaar die schuilt in het kind. En nee, ik ga mij daar niet in bottinekes en een korte broek voor steken, maar dat is een smaakkwestie. Ik heb ooit in Amsterdam Joop Admiraal wel op die manier een kind zien spelen. Die kledingswitch helpt me niet vooruit, dus waarom zou ik? Maar het draait niet om het zoontje of Haulupa. Alles draait om de poetsvrouw. De centrale verhaallijn is eenvoudig: de overwerkte Ulrike en haar man Michael, een links-liberaal, milieu- en politiek bewust koppel, althans in theorie, nemen Jessica in dienst om het huishouden te doen en voor hun vroeg puberende zoon te zorgen. De aanwezigheid van Jessica heeft op verschillende niveaus een invloed op het leven van deze familie. Als Haulupa een horzel is, hoe zou je de poetsvrouw dan typeren? Als een vlinder. Nee, wacht, een fee. Nee, ook niet. Als een wezen uit de buitenwereld. Zij komt het huis van het gezin van drie binnen en haar entree heeft een bijzondere, haast magische uitwerking. Meer kan ik niet verklappen. 11 Samengevat: Wat/Nu is – precies zoals iemand schreef over en/of tien jaar geleden een reünie van acteurs en hun interesses: de liefde voor komedie, de fascinatie voor miscommunicatie, politiek engagement en metatheatrale knipoog? Volledig. En in het kwadraat! Martine Cuyt 12 WAT/NU tekst ‘Slaap, kindje, slaap’ (Jon Fosse) en ‘Een stuk plastiek’ (Marius von Mayenburg) van en met Jolente De Keersmaeker, Sara De Roo, Damiaan De Schrijver en Frank Vercruyssen lichtontwerp Thomas Walgrave kostuums An d’Huys productie en techniek STAN Toneelspelersgezelschap STAN is een theatercollectief. Het acroniem staat voor Stop Thinking About Names. 13 solidaire tickets – alle kinderen rijk! geef kinderarmoede geen kans Je hoorde het misschien al op het nieuws: 1 op de 5 kinderen in Vlaanderen wordt geboren in een bestaansonzeker gezin en hun aantal stijgt jaar na jaar. Ook in de Kempen stijgt het aantal kinderen in armoede angstaanjagend. Tijd om solidair de strijd aan te gaan en een kind in armoede een gratis ticket te schenken. Wat kan jij doen? Koop één (of meerdere) tickets aan 6 euro voor een kind in armoede. Je kan tickets bestellen via de website of aan de ticketbalie. We verwerken je betaling, maar versturen geen tickets. In samenspraak met vzw T’ANtWOORD, het OCMW en de dienst Welzijn van de Stad Turnhout zorgen we ervoor dat jouw ticket terechtkomt bij de juiste kinderen. Wat doen de Warande, de stad en T’ANtWOORD? Waar nodig leggen wij een ticket voor een kinderactiviteit op: voor een mama, papa, voogd, broer, zus… Waar wenselijk voorzien wij een begeleidingstraject: nieuwe bezoekers krijgen op een speelse manier uitleg over wat een theaterbezoek of een bezoek aan een tentoonstelling inhoudt en kunnen achteraf nakaarten over de activiteit. Twee keer per jaar verneem je wat er met de inkomsten van de tickets is gebeurd. meer info: [email protected] i.s.m. vzw T’ANtWOORD, het OCMW en de dienst Gelijke Kansen van de Stad Turnhout 14 Meer theater, dans en circus 13/4: L-E-V, Sharon Eyal & Gai Behar - Sara & Killer Pig 14/4: De Speelman - Hechten 22/4: Het Kip - Achter ‘t eten 27/4: ’t Arsenaal - Dood van een handelsreiziger 4/5: Halory Goerger en Antoine Defoort - Germinal 19/5-28/5: Compagnie Marius - Figaro 22/6-25/6: Suzanne Grotenhuis - Ark on ice Juni: Michai Geyzen - Sterren op het Warandedak 15 CAFE Voor en na de voorstelling kan je terecht in het café Barzoen om iets te eten of te drinken. PARKEREN Je kan een korting krijgen op je parkeertarief als je je parkingticket van Vinci laat valideren aan de ticketbalie. O 16