Leerlingvolgkaart – Basisschool Weisterbeek – groep 1-2 Naam: Geboortedatum: Groep: Schooljaar: Leerkracht: Ingevuld op: 1) = november 2) = maart 1. Sociaal/emotioneel gedrag 1.1. Het kind neemt initiatief tot sociale contacten. 1.2. Het kind heeft een goed contact met de leerkracht. 1.3. Het kind heeft zelfvertrouwen. 1.4. Het kind komt voor zichzelf op. 1.5. Het kind houdt zich aan de regels en afspraken in de klas. 1.6. Het kind kan omgaan met teleurstellingen. 1.7. Het kind is over het algemeen positief gestemd. 1.8. Het kind heeft plezier in de activiteiten op school. 1.9. Het kind kan zijn gevoelens uiten. 1.10. Het kind gaat goed om met conflicten. 3) = juni Matig Voldoende Goed () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () Opmerkingen: 2. Algemeen 2.1. Het kind is leergierig en nieuwsgierig. 2.2 Het kind heeft een goed geheugen. 2.4. Het kind heeft een goede luisterhouding. 2.5. Het kind heeft een goede zelfredzaamheid. Opmerkingen: 3. Kringgedrag 3.1. Het kind is betrokken bij kringactiviteiten. 3.2. Wat het kind zegt/doet heeft inhoud. Opmerkingen: 4. Werkgedrag 4.1. Het kind werkt taakgericht aan opdrachten. 4.2. Het kind is gemotiveerd. 4.3. Het kind kan zelfstandig werken. 4.4. Het kind begrijpt de opdrachten snel. 4.5. Het kind werkt in een acceptabel tempo. 4.6. De opdrachten m.b.t. beeldend werken zijn van een acceptabele kwaliteit. 4.7. De resultaten van het werken met ontwikkelingsmaterialen zijn goed. Matig Voldoende Goed () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () Opmerkingen: 5. Spelgedrag 5.1. Het kind speelt met andere kinderen. 5.2. De spelkwaliteit van het kind is goed. Opmerkingen: 6. Taalontwikkeling 6.1. De taalontwikkeling van het kind verloopt naar wens. 6.2. Het kind heeft kennis van de functie van geschreven taal. 6.3. Het kind kan begrijpend luisteren. 6.4. Het kind heeft interesse voor de geschreven taal. 6.5. Het kind heeft een goede auditieve discriminatie. 6.6. Het kind kan meerdere woorden / zinnen nazeggen (3/4 woorden). 6.7. Het kind kent al de volgende letters: Opmerkingen: 7. Rekenontwikkeling 7.1. De rekenontwikkeling van het kind verloopt naar wens. Opmerkingen: 8. Ruimtelijke oriëntatie 8.1. Het kind heeft een goede ruimtelijke oriëntatie. 8.2. Het kind kan een duidelijk mensbeeld tekenen. Opmerkingen: Matig Voldoende Goed () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () () 9. Motoriek 9.1. Het kind heeft een goede grove motoriek. 9.2. Het kind heeft een goede fijne motoriek. 9.3. Het kind heeft een goede potloodhantering ( L / R ). Opmerkingen: 10. Zintuiglijk waarnemen 10.1 Het kind heeft een goede visuele waarneming. 10.2 Het kind heeft een goede auditieve waarneming. Opmerkingen: Handelingsplan HGPD RT Niveau van zorg Niveau van betrokkenheid Ja / Nee Ja / Nee Ja / Nee (zo ja.. op het gebied van…) Toetsen CITO: Toets / datum Logopedie: Onderdeel Taal voor kleuters Ruimte en tijd Datum Opmerkingen Datum Opmerkingen Taalscreening Buitenschoolse contacten: Met wie? Typering kind: Bijzonderheden: Algemene opmerkingen n.a.v. oudergesprekken: Ordenen