CHILD Beleidsplan 2015-2017

advertisement
CHILD Beleidsplan 2015-2017
1. Missie van de organisatie
Door aids verweesde en andere kwetsbare kinderen weer een toekomst geven.
2. Doelstelling
De stichting CHILD wil de kansen op ontplooiing en op een goede gezondheid van
kwetsbare kinderen in de Kilimanjaro regio van Tanzania vergroten.
Zij doet dit voornamelijk door de scholing van deze groep in het basis- en middelbaar
onderwijs en waar nodig in beroeps- en hoger onderwijs, financieel te ondersteunen.
Daarnaast beoogt zij alleenstaande kwetsbare kinderen indien nodig veilig onderdak
(‘shelter’) te verschaffen en in Noord Tanzania een bijdrage te leveren aan de
therapie van behandelbare kinderkanker.
In grote lijnen streven we er naar dat de Tanzanianen op termijn zelf de
verantwoordelijkheid nemen voor de groep kinderen waarvoor wij ons inspannen.
Zolang de eigen fondsenwerving door scholen niet van de grond is, zijn we
bereid financiële middelen ter beschikking te stellen om de continuïteit van het
programma te waarborgen, met dien verstande dat er naar een geleidelijke
vermindering van de financiële ondersteuning uit Nederland zal worden gestreefd.
3. Werkwijze en werkzaamheden scholierenproject
Voor de uitvoering van dit project werd door CHILD eerder samengewerkt met de
Tanzaniaanse NGO Kiwakkuki (KWK). Deze samenwerking moest door CHILD met
ingang van 2014 beëindigd worden (zie CHILD jaarverslag 2014).
Het scholingsproject wordt nu uitgevoerd door het in Arusha gevestigde bedrijf
“Multiflower” (MF) van het vroegere CHILD bestuurslid Hans Baart, in afwachting van
het vinden van een lokale NGO als partner voor CHILD.
Na het opzetten van een goed controleerbaar systeem heeft de nieuwe werkwijze
geleid tot een kleiner aantal ondersteunde leerlingen in 2014 dat echter in de loop
van 2015 geleidelijk uitgebreid kon worden tot 500 op respectievelijk 51 lagere en 78
middelbare scholen. Het streven is dit aantal voor 2016 en 2017 tot 600 leerlingen uit
te breiden, waarbij het aantal scholen waarmee wordt samengewerkt gelijk zal blijven
in verband met onze opzet om alle scholen in een periode van twee jaar door MF-staf
te laten bezoeken.
Waar nodig werden de scholen van een smart Phone en mobiele betalingsaccount
voorzien om rechtstreeks vanuit de Tanzaniaanse CHILD account de per leerling
benodigde ondersteuning te ontvangen en van hun kant contact met CHILD te
onderhouden. Er wordt een duurzame samenwerking beoogd met de scholen met als
voorwaarde het verstrekken van informatie over de prestaties van de ondersteunde
leerlingen. Inmiddels wordt er intensief gewerkt aan een systeem om de voortgang
van de leerlingen te registreren.
Gemiddeld bedragen de schoolkosten per kind per jaar 75 euro. Daarbij komen
ongeveer 10% kosten per leerling voor uitvoering van het project, grotendeels
bestaande uit reiskosten voor het bezoek van de MF staf aan de betrokken scholen.
4. Andere projecten
Behandeling van kinderkanker. In samenwerking met de Stichting KCMC Nederland
werd in 2013 het CHILD.onco project gestart, dat beoogt de kinderafdeling van het
1
Kilimanjaro Christian Medical Centre (KCMC, Moshi) te ondersteunen in de zorg voor
kinderen met de meest voorkomende en behandelbare vormen van kinderkanker
door het beschikbaar maken van medicatie (intraveneuze cytostatica) die niet regulier
beschikbaar is. Daarnaast is het streven de scholing van een gespecialiseerde
kinderoncologieverpleegkundige te realiseren. Met steun van Simavi/Netherlands
Foundation International Child Health (NFICH) werd dit project in 2014/2015
gecontinueerd. De bedoeling is dat in samenwerking met de Stichting KCMC dit
project ook in 2016 een vervolg krijgt.
5. Bestuur
De Stichting CHILD werkt geheel met vrijwilligers. Het bestuur bestaat uit vijf
personen en vergadert tenminste tweemaal per jaar. Er worden geen onkosten
vergoed en er bestaat geen vacatiegeld.
6. Samenwerking
Ook in de periode 2015-2017 blijft CHILD samenwerken met de Stichting SIMAVI en
de Stichting KCMC betreffende het kinderoncologie project, met de Stichting
Vrienden van Tanzania (SVVT) “Friends of Tanzania” betreffende het
scholingsproject en met de Stichting Ifosa om informatie over Tanzania uit te
wisselen.
7. Werving gelden
De fondsenwerving vindt op twee manieren in Nederland plaats: De eerste bron
bestaat uit particuliere donateurs, kerkelijke organisaties, service clubs en
stichtingen.
De tweede betreft donaties door bedrijven. Een bestuurslid is belast met het
verwerven hiervan. Beide bronnen beslaan tot nu toe elk ongeveer 50% van de
inkomsten. De mogelijkheden van “crowd funding” worden onderzocht.
8. Beheer scholingsproject en projectgelden
Toen per 1 januari 2014 de samenwerking met de Tanzaniaanse NGO Kiwakkuki
moest worden gestaakt (zie punt 3.) is om de continuïteit van de projecten niet in
gevaar te brengen de uitvoering van het gehele scholingsproject voorlopig in eigen
beheer genomen. De uitvoering hiervan geschiedt onder verantwoordelijkheid van
ons oud bestuurslid Hans Baart, die zeer frequent in Tanzania verblijft om leiding te
geven aan het in Arusha gevestigde Nederlandse bedrijf “Multiflower” (MF). Naar een
nieuwe lokale partner (NGO) wordt gezocht.
9. Besteding gelden
Na vaststelling door het bestuur van het aantal per jaar te steunen leerlingen wordt
door de MF-medewerkers van onze projectleider Hans Baart in Tanzania een
benodigd budget vastgesteld voor de schoolkosten en de bijkomende
organisatiekosten (bezoek aan de scholen, administratie van de leerlingen, etc.). De
hiervoor benodigde bedragen worden periodiek naar een speciale CHILD account in
Tanzania overgemaakt en vervolgens worden de leergelden aan de betreffende
scholen via het Tanzaniaanse ‘Mpesa’ systeem per mobiele telefoon overgemaakt.
10. Continuïteitsreserve
2
Om ook in perioden met minder inkomsten onze leerlingen de ondersteuning te
kunnen geven om hun schoolopleiding af te maken houdt CHILD een
continuiteïtsreserve aan.
De Vereniging Fondswervende Instellingen (VFI) heeft een richtlijn gepubliceerd over
het aanhouden van zulke reserves door goede doelen. De hoogte van deze reserves
dient op basis van een risicoanalyse bepaald te worden. Voor CHILD heeft deze
analyse geresulteerd in een continuiteïtsreserve van € 60.000.
Een reserve van deze hoogte stelt CHILD in staat om in een donker scenario waarin
inkomsten gedurende 3 jaar met 60% verminderen en daarna wegvallen de
ondersteuning te continueren totdat gemiddeld gezien de leerlingen hun
schoolopleiding hebben afgemaakt.
11. Begroting 2015-2017
Inkomsten:
Voor de begrote jaren gaan wij uit van € 40.000 aan inkomsten gelijk verdeeld over
particulieren, kerken en serviceclubs aan de ene kant en fondsen en bedrijven aan de
andere kant. Deze inschatting is gebaseerd op de trouwe donatiestroom uit het
verleden en de door ons geplande wervingsinspanningen. We hopen dat het
wervingsklimaat gelijk met het economische klimaat zal verbeteren maar hebben dit
nog niet in de begroting laten doorklinken.
Wij verwachten evenals in 2013 en 2014 een donatie van Simavi van circa € 8.000 in
2015 voor het CHILD.onco programma en hopen dat dit in 2016 en 2017 door
ondersteuning uit andere bron een vervolg krijgt maar wij hebben dit voor de
laatstgenoemde jaren voorzichtigheidshalve nog niet in de begrote inkomsten
meegenomen.
Uitgaven:
De uitgaven aan het CHILD.OVC education programma betreffen een vergoeding
voor lesmateriaal, schooluniformen en lunches voor zowel lagere school als
middelbare school leerlingen en ook een vergoeding voor school-en examengelden
voor de middelbare school leerlingen . De vergoeding wordt rechtstreeks aan de
scholen overgemaakt. Daarnaast bevatten deze uitgaven reiskosten ter plaatse van
lokaal personeel van onze projectbeheerder MF om alle ondersteunde scholen te
bezoeken waardoor in de jaren 2015 en 2016 de opzet van een efficiënt
controlesysteem kan worden afgerond zodat wij grote zekerheid hebben op de juiste
besteding van onze gelden. Daarnaast wordt in deze jaren een procedure met de
scholen afgesproken om de voortgang van onze leerlingen te kunnen volgen.
Gedurende de jaren 2015 en 2016 zijn de verwachte lokale uitvoeringskosten daarom
13%. Dit is licht hoger dan in het verleden en hoger dan ons streven van 10%. Voor
2017 begroten wij deze kosten weer onder de 10%.
Inkomsten van fondsen en bedrijven t.b.v. het education project worden in het jaar
van ontvangst geheel besteed. Voor de begrote jaren 2015-2017 geldt dit ook voor de
inkomsten uit het particuliere segment met daarnaast de besteding van een gedeelte
van de voor dit programma gereserveerde bestemmingsreserve.
De begrote uitgaven voor het Child.onco programma in 2015 betreffen 2
hulpzendingen medicijnen. In 2016 verwachten wij de opgebouwde
bestemmingsreserve geheel aan het programma te besteden.
Eind 2015 zal onze website grotendeels vernieuwd zijn. Dit om de informatie over wat
wij doen, over de besteding van gedoneerde gelden en over voortgang van
3
ondersteunde leerlingen beter toegankelijk te maken. De kosten hiervan zijn begroot
onder ‘kosten publiciteit en communicatie’.
Bestuurskosten zullen evenals in het verleden minder dan 1% bedragen.
4
Download