Beschrijvingen van de GOK-thema`s voor het basisonderwijs

advertisement
Beschrijvingen van de GOK-thema's
Wie nog eens kort wil lezen waarover de 6 verschillende GOK-thema's precies gaan, geven
we hieronder telkens een beschrijving.
 Taalvaardigheidsonderwijs en taalbeleid
Om van het onderwijs op school te kunnen profiteren en de eindtermen in de verschillende
schoolvakken te kunnen behalen, moeten leerlingen begrijpen wat leerkrachten en
handboeken te vertellen hebben. Dat is niet altijd even makkelijk, want vaak kijkt het
onderwijs op een abstracte manier naar de werkelijkheid.
Om de leerlingen een maximale kans op schoolsucces te bieden, moet er daarom werk
gemaakt worden van de ontwikkeling van ‘schooltaalvaardigheid’, en dit zowel in het vak
Nederlands, als in de andere vakken. Dit maakt dat een school een taalbeleid moet
opzetten dat begrijpelijke communicatie in alle vakken als een prioritair aandachtspunt
vooropstelt.
Belangrijke factoren in de ontwikkeling van ‘schooltaalvaardigheid’ zijn:
o een veilig klasklimaat
o functionele en relevante activiteiten, waarbij leerlingen al doende taal
verwerven
o mogelijkheden om in interactie te gaan met medeleerlingen of leerkracht.

Socio-emotionele ontwikkeling
Hoe ga je als team om met kinderen en jongeren die de school binnenkomen met een
gehavend zelfvertrouwen of een negatief zelfbeeld? En hoe vangen we leerlingen op van
wie de draagkracht overschreden is door hooggespannen verwachtingen, competitie, een
hectisch en stresserend leven,…? Een gevoel van zich welbevinden is nodig om ontwikkeling
bij kinderen en jongeren alle kansen te geven.
Kansarme leerlingen botsen vaak met de verwachtingen en evidenties die de school als
instituut voorhoudt. Dat leerlingen deel uitmaken van de eigen gemeenschap en de
groepsidentiteit, bepaalt in belangrijke mate hun welbevinden in hun thuissituatie.
Binnen een schoolse context staan de meer persoonsgerichte behoeften zoals
zelfontplooiing en ontwikkeling van eigen talenten traditioneel centraal.
Vragen die bij dit thema naar boven komen, zijn:
o Hoe kan de school die groepsgebonden behoeften als groepsidentiteit en
groepseer erkennen én toch de meer individueel gekleurde behoeften als
talentontwikkeling stimuleren?
o Hoe kan de school kinderen en jongeren ondersteunen om hun sociale
competenties verder te ontwikkelen: het perspectief van de ander leren
o
innemen en vanuit dit inzicht gepast(er) leren interageren?
 Preventie en remediëring
Wil je maximaal de brede basisontwikkeling ondersteunen van alle leerlingen, ook de
onderwijskansarmen? Wil je leer- of ontwikkelingsproblemen voorkomen of wegwerken? Dan
is het van belang dat je een gedifferentieerd beeld hebt van de klasgroep, zodat je tijdig
zicht hebt op leerlingen die in de klas en de school dreigen uit de boot te vallen.
Je komt te weten waar de problemen zitten én krijgt meteen ideeën om er ook iets aan te
doen. Tegelijkertijd vraag je je af of bepaalde tekorten en problemen niet door een
verandering in de algemene aanpak kunnen verholpen of voorkomen worden.
GOK- C3 DOORSTART
DPB – GOK - MB
1
Leer- en ontwikkelingsproblemen zijn vaak een gevolg van een gebrekkige afstemming
tussen de manier waarop instructie en ondersteuning worden geboden én de leernoden van
de leerling.
Vragen die bij dit thema naar boven komen, zijn:
o Hoe kunnen we als school beter op individuele noden en talenten inspelen?
o Hoe kunnen we de verantwoordelijkheid en participatie van leerlingen actief
stimuleren?
o Hoe kunnen we de diversiteit in de groep maximaal benutten en kansen
scheppen voor coöperatief leren?
 Omgaan met diversiteit
Diversiteit betekent verscheidenheid. Mensen kunnen op heel veel vlakken van elkaar
verschillen:
o cultureel
o etnisch
o sociaal
o op vlak van taal
o in de manieren van leren
Omgaan met diversiteit is leren omgaan met al die verschillen en die verschillen positief
benutten om kinderen en jongeren meer ontwikkel- en leerkansen te geven.
Omgaan met diversiteit is fundamenteel voor gelijke kansen. Het heeft te maken
o
o
met de dagelijkse pedagogisch-didactische praktijk
 breed observeren
 variëren en interactie
 rijk taalaanbod
 inspelen op informele leermomenten
 aanspreken van verschillende soorten kennis en talenten
maar ook met het vormgeven van het beleid van de school als organisatie.
 Leerling- en ouderparticipatie
Een school met een participatieve cultuur nodigt alle betrokkenen - leraren, ouders,
leerlingen, de buurt, enz – uit om initiatief te tonen, mee beslissingen te nemen en
verantwoordelijkheid te dragen. De school doet dit omdat ze gelooft dat actieve participatie
bijdraagt tot een krachtige, betekenisvolle leer- en leefomgevingomgeving.
 Doorstroming en oriëntering
Wanneer kan je dan zeggen dat je als leerling succesvol bent in het onderwijs?
o je moet het basispakket aan vaardigheden, kennis en attitudes verworven
hebben zoals beschreven staat in de eindtermen en ontwikkelingsdoelen
o én je moet de kans gekregen hebben om je maximaal te ontplooien in een
richting die het best bij je interesses, behoeften en mogelijkheden aansluit.
Het is de taak van de school om ervoor te zorgen dat álle leerlingen hiertoe de kans krijgen.
Belangrijke factoren om dit doel te bereiken zijn:
o
o
o
o
een motiverende en activerende leeromgeving die bij alle leerlingen de zin
doet ontstaan om te leren
lesinhouden en werkvormen die de competentie ontwikkelen om
weloverwogen keuzes te maken
evaluatiewijzen die de leerling helpen om zichzelf beter te leren kennen
heldere communicatie met de leerlingen en hun ouders over talenten,
interesses, mogelijkheden en studiekeuze
GOK- C3 DOORSTART
DPB – GOK - MB
2
Download