Redekundig ontleden

advertisement
Redekundig ontleden
Stap 1: Persoonsvorm
Stap 2: Onderwerp
(wie/wat + gez)
Stap 3: Werkwoordelijk/naamwoordelijk gezegde:
We gaan nu op zoek naar het gezegde. Je hebt hiervan 2 soorten(wwg/ng)
Staat er een van de volgende werkwoorden in de zin?
Zijn, worden, blijven, schijnen, lijken, blijken, heten, dunken, voorkomen.
Het naamwoordelijk gezegde bestaat uit 2 delen: werkwoordelijk deel +naamwoordelijk deel.


Werkwoordelijk deel van het gezegde: kww of/en hww.
Naamwoordelijk deel van het gezegde: Naamwoord of een zinsdeel met een naamwoord.
Stap 4: Lijdend voorwerp:
(Wie/wat + gez + ow)
Stap 5: Medewerkend voorwerp:
Aan wie+ gezegde +ow +lv of voor wie+ gezegde+ ow+ lv


Kan met voorzetsel aan/voor beginnen, hoeft niet!
Als het niet met aan/voor begint moet het erin kunnen zetten of het kunnen weglaten
anders is het geen mv!
Stap 6: Bijwoordelijke bepaling:



Waar, wanneer, waarom, waardoor, waarmee, waarnaar, waaruit, hoe, hoeveel
Zinsdelen: wel, niet, toch zijn bwb’s!
Kunnen er meer dan 1 in 1 zin zijn!
Stap 7: Het voorzetselvoorwerp:


Begint met een voorzetsel, het voorzetsel waar het vv mee begint, is een voorzetsel dat
met het werkwoord in de zin is verbonden.
Je kan dit controleren door de er+ dat proef toe te passen. Je zet het woordje er voor het
voorzetsels je probeert van de rest van het zinsdeel een zin te maken die met dat begint.
Voorbeeld: Mijn ouders rekenen erop, dat je komt
Stap 8: De bijvoeglijke bepaling:

Vormt een ander deel van een ander zinsdeel, de bijvoeglijke bepaling zegt iets over het
kernwoord(het belangrijkste woord in dat zinsdeel).
Voorbepaling:
 Meerdere mogelijk
 Geen lidwoord
 Geen voorzetsels
Nabepaling:
 Altijd 1x
 Vaak voor een woordgroep
 Wel lidwoorden en voorzetsels!
Stap 9: Verschil bijwoordelijke/bijvoeglijke bepaling:


Bwb is een zinsdeel, je kan het zinsdeel dus voor de persoonsvorm plaatsen!
Bvb is geen apart zinsdeel, het vormt een deel van een ander zinsdeel. Je kunt het
zinsdeel niet voor de persoonsvorm zetten, zonder dat de betekenis van de zin verandert!
Stap 10: De bijstelling:



Is een soort bvb en is ook een deel van een ander zinsdeel.
Achter het kernwoord en noemt dezelfde zaak of persoon nogmaals, maar dan met andere
woorden.
Staat altijd tussen komma’s.
Voorbeeld: de Batavia, het bekendste VOC-schip, werd in 1628 in A’dam gebouwd.
Download