Standaard RX-opnamen, CT en Kernspintomografie

advertisement
Standaard RX-opnamen, CT en Kernspintomografie worden
aangewend om de fractuurkarakteristieken van de wervelkolom te
bestuderen. Verduidelijk elk onderzoek.
1) RX
Voornamelijk multiple level spinal injuries (30%)
Crosslat view 70-90% zien
Cave: spinal cord injury without obvous skeletel abnl. Vb ankyl spondyl
AP RX:
- sup en inf eindplaten
- laterale randen: concaafheid
- pedikels & processi transversi
- processi spinosi
- costotransversale gewrichten
- zwelling van de paraspinale weke weefsels
- luxatie
 vergelijken met aangelegen wervels
Laterale RX: hier meestal zichtbaar
- hoogte en oplijning
- discus hoogte, plaat irregulariteit
- spinaal kanaal en neurale foramina
- wedging ratios
- posterieure vertebrale lichaams lijn (thoracaal)
2) CT-scan: sagittale en coronale beelden
 bepalen de beenderige structuren het best
 dunne secties: 2à3mm: anders net missen
- facet gewrichten
- aantasting spinaal kanaal
- fractuur deformiteit, bewijs instabiliteit
- evaluatie van uitlijning vh bot na ingreep
CT-myelogram:
- durale scheuren
- post-traumatische pseudomeningoceles
3) MRI:
 complementaire informatie
 bot moeilijk te zien
- intervertebrale discus T2: discushernia
- spinale ligamenten
- thecale zak:
o epiduraal hematoom
o cord (RM) schade
- pathologische fractuur: tumor & infectie
- paravertebrale zachte weefsels
Beschrijf de classificatie waarbij de fracturen worden ingedeeld in
type A, B en C.
= Magerl klassificatie
 gebaseerd op pathomorfologische criteria
dit geeft het oa weer:
-mechqnisme vqn injury
pqthofysiol uniform
morfol damage
severtity of inj
Type A 66%
Vgl hoofdmechanisme schade:
Flexie trauma (90%) ant:
compressie
vertebral body disc
Type B + distortie 14%
Vgl hoofdmechanisme schade:
distractie
Flexie trauma  ant & post:
post boog & lig
-Flexie-distractie
-Chance fractuur (horizontaal dr spin proc, laminae, pedikels en vertebral bodies)
Type C + torsie 19%
Vgl hoofdmechanisme schade:
axiale torsie
Flexie trauma  ant, post & rot:
facetgewrichten & lig
Kenmerken:
- 2-kolom
- mogelijk translationele verplaatsing in alle richtingen van het horizontaal vlak
- verbreking van alle longitudinale ligamenten &/of disci
- breuken van articulerende processi, meestal unilat
- rib verplaatsingen of breuken nabij de wervelkolom
- breuken van processi transversi
- laterale afscheuringsfractuur vd eindplaat
- onregelmatige fracturen van de neurale boog
- asymmetrische fracturen van het wervellichaam
Wat verstaat men onder een Vertebroplastiek? Wanneer zal men
deze procedure aanwenden?
Techniek waarbij men van percutaan een naald tot in het wervellichaam brengt. Langs die
naald wordt ‘cement’ in de wervel ingebracht, waardoor deze ingezakte wervel zijn stevigheid
terugwint.
Het ingebrachte ‘cement’ bestaat uit Calcibon of PMMA (polymethylmethoacrylaat).
Deze techniek wordt toegepast bij indeukingsfracturen (osteoporose).
 enkel thoracaal en lumbaal = gelimiteerd dus
Voordelen:
- minimaal invasief
- onmiddellijk pijn verminderinig
- snelle terugkeer naar dagelijkse activiteiten
- behoud van discus fct
- veilig
nadelen lekkage en geen reductie van fractuur mgl
Wat verstaat men onder een Kyfoplastiek? Wanneer zal men deze
procedure aanwenden?
ingedeukte wervels weer opgekrikt
 bij jonge mensen met accidentele wervelcompressie
- A.1 & A1.2 fractuur
- B en A.3.1 fractuur in combinatie met een posterieure behandeling
 enkel lumbaal en thoracaal
Er wordt ‘ballon’ in het wervellichaam gebracht (transpedic of extrapedic). Deze wordt
opgeblazen waardoor de wervel zijn hoogte herwint (dekplaat omhoof). Daarna wordt de
holte gevuld met ‘cement’ zoals bij vertebroplastiek. Bij jonge mensen gebruikt men
biocompatibel materiaal (calcibon: lage visc, pressure inj, hoge comprF, radiopaque,
biodegrad).
Voordelen: (kypho + verebro
- minimaal invasief
- herstel wervelhoogte
- onmiddellijk pijn verminderinig
- snelle terugkeer naar dagelijkse activiteiten
- behoud van discus fct
- voorkomen van discusproblemen en late kyfose
- veilig
- reductie van pijn en hospitverblijf zoals vertebro
Fracturen thv de wervelkolom kunnen de oorzaak zijn van een
neurologische uitval. Zie mijn favorieten “Vanderschot”
Central cord syndrome
 door ischemie, hemorrhage of necrose mbt centrale delen van het RM
 na spinale shock
 transient of permanent
Anterior cord syndrome
Posterior cord syndrome
Conus medullaris syndrome & cauda equina syndrome
 door:
-hernia nuclei pulposi
-spina bifida
-bloeding in het wervelkanaal
-...
Brown-Séquard syndrome
 schade aan lateraal deel RM
-
fractuur fragment rakend aan RM
compressie radices
->zie extra internetsite
type A> 14% neurol uitval en de incidentie 66%
type B > 32%-14%
type c> 55%-19%
volgens Frankel en ASIA
Bespreek de indeling volgens Frankel.
= functionele klassificatie voor neurol schade/verlies
A1: volledig motor & sens verlies
A2: volledig motor & sens verlies met sacrale sparing
B:
lower extremity sensation, gn motor fct
C:
aanwezigheid van sensatie
Spoor van motor fct, mr niet bruikbaar
D1: bruikbare motor fct die wandelen mogelijk maakt met orthoses
D2: motorische sterkte die wandelen z hulpmiddelen mogelijk maakt
E:
normale fct
Mogelijk abnl reflexen & spasticiteit
Goed voor snelle beoordeling
Anders: aSIA: motor + sens per segement (uitgebreider, duurt langer)
sacral sparing bij een incompleet letsel geeft aan dat er nog enige afdalende en
stijgende banen van het ruggenmerg intact zijn. Perianaal gevoel, sfinctertonus
(sluitspier) van de anus en grote teen reflex zijn tekenen van sacral sparing. Is er
echter een spinale shock bij een incompleet letsel van het ruggenmerg kan sacral
sparing afwezig zijn. Gaat de spinale shock voorbij dan wordt het sacral sparing
alsnog duidelijk.
Download