Beeld van het Koninkrijk Gods [215]

advertisement
Christen Gemeenten van God
[215]
Beeld van het Koninkrijk
Gods [215]
(Uitgave 1.0)
Het Koninkrijk Gods is een systeem dat maar weinig begrepen wordt door het hedendaagse
Christendom. Het is een manier van leven en een toekomstverwachting voor het hele menselijke
ras. Het werkt volgens vastgestelde principes en is in overeenstemming met vaste wetten. Hoe
en door wie wordt dit gevestigd?
Christian Churches of God
P.O. Box 369, WODEN ACT 2606, AUSTRALIA
E-mail: [email protected]
(Copyright  1997 Patti Gambier, Samantha McAuliffe en Wade Cox)
Dit artikel mag kosteloos gekopieerd en verspreid worden, mits het in zijn geheel weergegeven wordt,
zonder veranderingen of weglatingen. De naam van de uitgever en het kopijrecht moeten vermeld zijn.
Geen betaling mag verlangd worden van hen die de kopieën ontvangen. Korte aanhalingen zijn
toegestaan in recensies en overzichten zonder het kopijrecht te schenden.
Dit artikel is te verkrijgen van het Wereld Wijde Web pagina:
http://www.logon.org and http://www.ccg.org
Pagina 2
Beeld van het Koninkrijk Gods [215]
Beeld van het Koninkrijk Gods [215]
Het Koninkrijk Gods is een systeem dat maar
weinig begrepen wordt door het hedendaagse
Christendom. Het is een manier van leven en
een toekomstverwachting voor het hele
menselijke ras. Het werkt volgens vastgestelde
principes en is in overeenstemming met vaste
wetten. Hoe en door wie wordt dit gevestigd?
In een koninkrijk - dat is een absolute
monarchie - is er een koning. Hij stelt zijn
eigen regels vast en kiest zijn ambtenaren om
deze regels op te leggen aan het volk dat in
zijn land verblijft, dat zijn koninkrijk is. In de
meeste koninkrijken is de monarch
onderworpen aan zijn eigen wetten. God is
ook onderworpen aan Zijn eigen wetten, zoals
zij voortvloeien uit Zijn natuur.
Nu heeft de God, Die de Vader is van allen,
Zijn zoon, de eniggeboren god gezonden (cf.
Marshall’s Greek-English Interlinear, Syriac
en Old Latin), om het evangelie (goede
nieuws) van het Koninkrijk Gods te
verkondigen.
Johannes 1:18 18 Niemand heeft ooit God gezien;
de eniggeboren Zoon, die aan de boezem des
Vaders is, die heeft Hem doen kennen. (NBG)
Matteüs 4:23 23 En Hij trok rond in geheel Galilea
en leerde in hun synagogen en verkondigde het
evangelie van het Koninkrijk en genas alle ziekte en
alle kwaal onder het volk. (NBG)
Jezus trok door geheel Galilea, leerde in hun
synagogen, predikte het evangelie van het
Koninkrijk en genas alle soorten ziekte en
kwalen onder het volk.
1
Maleachi 3:1
Zie, Ik zend mijn bode, die voor
mijn aangezicht de weg bereiden zal; plotseling zal
tot zijn tempel komen de Here, die gij zoekt,
namelijk de Engel des verbonds, die gij begeert.
Zie, Hij komt, zegt de HERE der heerscharen.
(NBG)
35
Matteüs 9:35
En Jezus ging alle steden en
dorpen langs en leerde in hun synagogen en
verkondigde het evangelie van het Koninkrijk en
genas alle ziekte en alle kwaal. (NBG)
14
Markus 1:14
En nadat Johannes was
overgeleverd, ging Jezus naar Galilea om het
evangelie Gods te prediken, (NBG)
39
Markus 1:39
En Hij ging prediken in hun
synagogen in geheel Galilea, en de boze geesten
dreef Hij uit. (NBG)
Handelingen 1:3 3 aan wie Hij Zich ook na zijn
lijden met vele kentekenen levend heeft vertoond,
veertig dagen lang hun verschijnende en tot hen
sprekende over al wat het Koninkrijk Gods betreft.
(NBG).
Dit laatste geschiedde na de opstanding van
Jezus.
Johannes de Doper predikte het Koninkrijk.
2
Matteüs 3:2
en zeide: Bekeert u, want het
Koninkrijk der hemelen is nabijgekomen. (NBG)
Johannes predikte het Koninkrijk der
hemelen. Nu zijn het Koninkrijk der hemelen
en het Koninkrijk Gods twee namen voor twee
aspecten van het Koninkrijk onder God. God
is de Koning in de hemel. Het Koninkrijk
Gods op aarde is gevestigd onder volmacht
van Jezus Christus om weer aan God terug
gegeven te worden, nadat Christus zijn
verantwoordelijkheden voltooid heeft. Zijn
eerste bediening was als Priester Messias om
te onderwijzen en te behouden. Christus zond
zijn discipelen uit om te prediken.
Lukas 10:1 1 Daarna wees de Here nog [tweeën]
zeventig aan en Hij zond hen twee aan twee voor
Zich uit naar alle steden en plaatsen, waar Hij zelf
komen zou. (NBG)
Christus zei tegen de apostelen in Matteüs
10:7
7
Matteüs 10:7
Gaat en predikt en zegt: Het
Koninkrijk der hemelen is nabij gekomen. (NBG)
Na zijn dood en wederopstanding, ging de
prediking verder en het evangelie van het
Koninkrijk Gods verspreidde zich alras en
kwam snel tot bloei in Klein-Azië en Rome.
12
Handelingen 8:12
Toen zij echter geloof
schonken aan Filippus, die het evangelie van het
Koninkrijk Gods en van de naam van Jezus Christus
predikte, lieten zich dopen, zowel mannen als
vrouwen. (NBG)
Handelingen 20:25
25
En nu, zie, ik weet, dat gij
Beeld van het Koninkrijk Gods [215]
allen, onder wie ik rondgereisd heb met de
prediking van het Koninkrijk, mijn aangezicht niet
meer zien zult. (NBG)
30
Handelingen 28:30-31
En hij bleef de volle
termijn van twee jaar in zijn eigen gehuurde
woning, en ontving allen, die tot hem kwamen, 31
predikende het Koninkrijk Gods, en onderricht
gevende aangaande de Here Jezus Christus met alle
vrijmoedigheid, zonder enige belemmering. (NBG)
Christus zegt ons “het Koninkrijk Gods te
zoeken” (Matteüs 6:33). Hij beval ons om het
Koninkrijk Gods te overdenken en te bidden
voor de komst ervan. Dit maakt deel uit van
het structuur gebed aan God onze Vader in de
hemelen.
9
Matteüs 6:9-13
Bidt gij dan aldus: Onze Vader
die in de hemelen zijt, uw naam worde geheiligd; 10
uw Koninkrijk kome; uw wil geschiede, gelijk in de
hemel alzo ook op de aarde. 11 Geef ons heden ons
dagelijks brood; 12 en vergeef ons onze schulden;
gelijk ook wij vergeven onze schuldenaren; en leid
ons, niet in verzoeking, maar verlos ons van de
boze. [Want Uwer is het koninkrijk en de kracht en
de heerlijkheid in der eeuwigheid. Amen.] (NBG)
Dus, de Vader is de Koning van het
Koninkrijk der hemelen en van het gehele
Koninkrijk Gods zowel in de hemelen als op
de aarde. Echter, vele Schriftgedeelten
noemen Christus de Koning, en ook de
Koning der koningen en Heer der
Heerscharen, dus hieruit is op te maken dat
deze titels van de Vader als volmacht gegeven
zijn aan Zijn wonderbare zoon.
Jesaja 9:5-6 5 Want een Kind is ons geboren, een
Zoon is ons gegeven, en de heerschappij rust op
zijn schouder en men noemt hem Wonderbare
Raadsman, Sterke God, Eeuwige Vader,
Vredevorst. 6 Groot zal de heerschappij zijn en
eindeloos de vrede op de troon van David en over
zijn koninkrijk, doordat hij het sticht en grondvest
met recht en gerechtigheid van nu aan tot in
eeuwigheid. De ijver van de HERE der heerscharen
zal dit doen. (NBG)
36
Johannes 18:36-37
Jezus antwoordde: Mijn
Koninkrijk is niet van deze wereld; indien mijn
Koninkrijk van deze wereld geweest was, zouden
mijn dienaars gestreden hebben, opdat Ik niet aan
de Joden zou worden uitgeleverd; nu echter is mijn
Koninkrijk niet van hier. 37 Pilatus dan zeide tot
Hem: Zijt Gij dus toch een koning? Jezus
antwoordde: Gij zegt, dat Ik koning ben. Hiertoe
ben Ik geboren en hiertoe ben Ik in de wereld
gekomen, opdat Ik voor de waarheid zou getuigen;
Pagina 3
een ieder, die uit de waarheid is, hoort naar mijn
stem. (NBG)
God de Vader, de Almachtige heerser van het
Koninkrijk, verschaft de regels van Zijn wet
en ordening vanaf het begin - sinds de
schepping van Zijn geestelijke zonen in de
hemelen, het eerst, en vervolgens zijn
stoffelijke zonen, beginnende met Adam en
Eva. Hoe kunnen wij dit weten? 1 Johannes
3:4 beschrijft wat zonde is:
1 Johannes 3:4 4 Ieder, die de zonde doet, doet ook
de wetteloosheid, en de zonde is wetteloosheid.
(NBG)
En het loon van de zonde is de dood volgens
Romeinen 6:23.
Lucifer (hetgeen Lichtdrager betekent en nu
bekend staat als Satan) was één van de
Morgensterren in de hemelse gewesten. Deze
Morgensterren waren machtige hemelse
wezens, die het bevel voerden over delen van
het Koninkrijk Gods. De benaming komt van
het begrip licht brengen naar de planeet of de
schepping als de helderste van de zichtbare
sterren. Satan is de huidige Morgenster.
Christus gaat hem vervangen en zal de nieuwe
Morgenster of Ster van de Dageraad zijn. Hij
zal dit met ons delen (Openbaring 2:28;
22:16). Het boek Job vertelt ons
dienaangaande dat de Morgensterren met
elkaar zongen en al de zonen Gods juichten
van vreugde, toen zij de fysieke schepping van
het heelal zagen.
Job 38:1-7 1 Toen antwoordde de HERE Job uit een
storm en zeide: 2 Wie is het toch, die het
raadsbesluit verduistert met woorden zonder
verstand? 3 Gord nu als een man uw lendenen, dan
wil Ik u ondervragen, opdat gij Mij onderricht. 4
Waar waart gij, toen Ik de aarde grondvestte?
Vertel het, indien gij inzicht hebt! 5 Wie heeft haar
afmetingen bepaald? Gij weet het immers! Of wie
heeft over haar het meetsnoer gespannen? 6 Waarop
zijn haar peilers neergelaten, of wie heeft haar
hoeksteen gelegd, 7 terwijl de morgensterren
tezamen juichten en al de zonen Gods jubelden?
(NBG)
Deze Lucifer wordt beschreven in Ezechiël
28:14-16:
Ezechiël 28:14-16 14 Gij waart een beschuttende
cherub met uitgespreide vleugels; Ik had u een
Pagina 4
plaats gegeven: gij waart op de heilige berg der
goden, wandelend te midden van vlammende
stenen. 15 Onberispelijk waart gij in uw wandel,
vanaf de dag dat gij geschapen werdt, totdat er
onrecht in u werd gevonden: 16 door uw uitgebreide
handel zijt gij vervuld geraakt met geweldenarij en
kwaamt gij tot zonde. Van de berg der goden
verbande Ik u en deed u weg, gij beschuttende
cherub, van tussen de vlammende stenen. (NBG)
En Jesaja 14:12 vertelt verder:
Jesaja 14:12 12 Hoe zijt gij uit de hemel gevallen,
gij morgenster, zoon des dageraads; hoe zijt gij ter
aarde geveld, overweldiger der volken! (NBG)
Lucifer was onberispelijk geschapen, maar hij
zondigde. Om te zondigen moet men Gods
wet overtreden, en ons wordt verteld dat deze
Lucifer Satan, de Tegenstander werd. Hij werd
de rossige draak (Openbaring 12:3) en hij
beïnvloedde een derde van de hemelse
geestelijke wezens, zodat zij hem volgden.
Openbaring 12:4 4 En zijn staart sleepte een derde
van de sterren des hemels mede en wierp die op de
aarde. En de draak stond voor de vrouw, die baren
zou, om, zodra zij haar kind gebaard had, dit te
verslinden. (NBG)
Openbaring 12:9 9 En de grote draak werd (op de
aarde) geworpen, de oude slang, die genaamd wordt
duivel en de satan, die de gehele wereld verleidt; en
hij werd op de aarde geworpen en zijn engelen met
hem. (NBG)
Beeld van het Koninkrijk Gods [215]
eeuw genoemd en in Efeziërs 2:2 de overste
van de macht der lucht.
In Johannes 16:11 benadrukt Jezus dit:
Johannes 16:11 11 van oordeel, omdat de overste
dezer wereld geoordeeld is. (NBG)
Toen Christus tot Saulus sprak op zijn reis
naar Damascus (Handelingen 26:16-18),
vertelde hij hem dat hij, Saulus, uitgezonden
zou worden om de heidenen te bekeren van
duisternis naar licht en van de macht van
Satan naar God. Deze periode van duisternis
zou bijna zesduizend jaar duren. De mensheid
heeft gezondigd sinds Adam zoals in
Romeinen 5:12 geopenbaard wordt:
Romeinen 5:12 12 Daarom, gelijk door één mens
de zonde de wereld is binnengekomen en door de
zonde de dood, zo is ook de dood tot alle mensen
doorgegaan, omdat allen gezondigd hebben. (NBG)
Wij zijn van God gescheiden vanwege zonde.
Jesaja 59:2 2 maar uw ongerechtigheden zijn het,
die scheiding brengen tussen u en uw God, en uw
zonden doen zijn aangezicht voor u verborgen zijn,
zodat Hij niet hoort. (NBG)
Ook kunnen wij, zonder Gods hulp, Gods
wetten niet gehoorzamen.
Satan is de huidige overste of vorst van deze
wereld.
Romeinen 8:7 7 Daarom dat de gezindheid van het
vlees vijandschap is tegen God; want het
onderwerpt zich niet aan de wet Gods; trouwens,
het kan dat ook niet. (NBG)
30
Johannes 14:30
Niet veel zal Ik meer tot u
spreken, want de overste der wereld komt en heeft
aan Mij niets. (NBG)
Jeremia 10:23 23 Ik weet, o HERE, dat het niet aan
de mens staat zijn weg te kiezen, noch aan man om
te gaan en zijn schreden te richten. (NBG)
Matteüs 4:8-9 8 Wederom nam de duivel Hem
mede naar een zeer hoge berg en hij toonde Hem al
de koninkrijken der wereld en hun heerlijkheid, 9 en
zeide tot Hem: Dit alles zal ik U geven, indien Gij
U nederwerpt en mij aanbidt. (NBG)
Jeremia 17:9 9 Arglistig is het hart boven alles, ja,
verderfelijk is het; wie kan het kennen? (NBG)
Wij zien hier dat Jezus niet de bewering
betwist dat de duivel de koninkrijken van deze
wereld
beheerst.
“Hun
heerlijkheid”
weerspiegelt Satans wetten en regels of
levensstijl - die in snel tempo deze
koninkrijken naar een volkomen chaos en
ellende voert.
In 2Korintiërs 4:4 wordt Satan de god dezer
Hoe kan dan de sterfelijke mens dan met God,
onze Vader, verzoend worden? Worden wij
aan onszelf overgelaten, teneinde te vergaan?
Omdat God liefde is (1Johannes 4:8), heeft
Hij ons lief als deel van Zijn plan voor de
verlossing van de mens. Hij heeft voorzien in
een losprijs voor ons en de gevallen
Heerscharen, opdat wij allen met Hem
verzoend zouden kunnen worden. Hij stuurde
iemand om de doodstraf te betalen voor onze
Beeld van het Koninkrijk Gods [215]
zonden en de zonden van Satan en diens
demonen. Jezus werd het offer, dat boete deed
voor onze zonden.
Filippenzen 2:5-9 5 Laat die gezindheid bij u zijn,
welke ook in Jezus Christus was, 6 die, in de gestalte
Gods zijnde, het Gode gelijk zijn niet als een roof
heeft geacht, 7 maar Zichzelf ontledigd heeft, en de
gestalte van een dienstknecht heeft aangenomen, en
aan de mensen gelijk geworden is. 8 En in zijn
uiterlijk als een mens bevonden, heeft Hij Zich
vernederd en is gehoorzaam geworden tot de dood,
ja, tot de dood des kruises. 9 Daarom heeft God
Hem ook uitermate verhoogd en Hem de naam
boven alle naam geschonken, (NBG)
Een uitgebreid verslag van Gods systeem
gebaseerd op wetten is neergeschreven in de
eerste vijf boeken van de Bijbel, ook wel de
Pentateuch genoemd, met de rode draad er
doorheen, die weergegeven wordt in Matteüs
22:36-40.
Matteüs 22:36-40 36 Meester, wat is het grote
gebod in de wet? 37 Hij zeide tot hem: Gij zult de
Here, uw God, liefhebben met geheel uw hart en
met geheel uw ziel en met geheel uw verstand. 38 Dit
is het grote en eerste gebod. 39 Het tweede daaraan
gelijk is: Gij zult uw naaste liefhebben als uzelf. 40
Aan deze twee geboden hangt de ganse wet en de
profeten. (NBG)
Wat nu aangaande de bestuurders van Gods
Koninkrijk? God, in zijn onpeilbare wijsheid,
verkiest wie Hij wil, onder de mensen. Hij
riep verschillenden vanaf Abel, Henoch,
Noach, Abraham, Izaäk, Jakob, de profeten —
zowel die genoemd als niet genoemd zijn —
de apostelen, discipelen, zij die gemarteld zijn
sinds Christus tot in de twintigste eeuw. God
de Vader verkiest.
Johannes 6:44 44 Niemand kan tot Mij komen, tenzij
de Vader, die Mij gezonden heeft, hem trekken, en
Ik zal hem opwekken ten jongsten dage. (NBG)
Dit zijn de woorden van Christus. Het offer
van Christus was voor de gehele wereld —
verleden, heden en toekomst. Maar er zijn
voorwaarden aan verbonden. Men moet het
offer aanvaarden, gedoopt worden en de
Heilige
Geest
ontvangen
en,
door
gehoorzaamheid
aan
de
wetten
en
verordeningen, voortgaan met toenemen in
kennis en Gods wetten, gebaseerd op liefde, in
praktijk brengen.
Pagina 5
Matteüs 5:19 19 Wie dan één van de kleinste dezer
geboden ontbindt en de mensen zo leert, zal zeer
klein heten in het Koninkrijk der hemelen; doch wie
ze doet en leert, die zal groot heten in het
Koninkrijk der hemelen. (NBG)
Romeinen 12:2 2 En wordt niet gelijkvormig aan
deze wereld, maar wordt hervormd door de
vernieuwing van uw denken, opdat gij moogt
erkennen wat de wil van God is, het goede,
welgevallige en volkomene. (NBG)
Galaten 5:19-21 19 Het is duidelijk, wat de werken
van het vlees zijn: hoererij, onreinheid,
losbandigheid, 20 afgoderij, toverij, veten, twist,
afgunst, uitbarstingen van toorn, zelfzucht,
tweedracht, partijschappen, 21 nijd, dronkenschap,
brasserijen en dergelijke, waarvoor ik u waarschuw,
zoals ik u gewaarschuwd heb, dat wie dergelijke
dingen bedrijven, het Koninkrijk Gods niet zullen
beërven. (NBG)
Deze schriftgedeelten geven een zeer
verhelderend beeld van de natuurlijke
neigingen die de mens eigen zijn, en let in het
bijzonder op vers 21 dat wie dergelijke dingen
bedrijven, het Koninkrijk Gods niet zullen
beërven.
Galaten 5:22-23 laat daarentegen de vruchten
van de Heilige Geest zien, die duidelijk
zichtbaar moeten worden in zowel het denken
als het gedrag van een bekeerd iemand.
Galaten 5:22-23 22 Maar de vrucht van de Geest is
liefde,
blijdschap,
vrede,
lankmoedigheid,
vriendelijkheid, goedheid, trouw, zachtmoedigheid,
zelfbeheersing. 23 Tegen zodanige mensen is de wet
niet. (NBG)
22
2Korintiërs 1:22
die ook zijn zegel op ons
gedrukt en de Geest tot onderpand in onze harten
gegeven heeft. (NBG)
Deze Heilige Geest in ons is nu een
onderpand, of een voorsmaak van hetgeen wij
zullen beërven, en dit wordt uitgelegd in
1Korintiërs 15:49-52.
1Korintiërs 15:49-52 49 En gelijk wij het beeld de
het stoffelijke gedragen hebben, zo zullen zij ook
het beeld van de hemelse dragen.
50
Dit spreek ik evenwel uit, broeders: vlees en
bloed kunnen het Koninkrijk Gods niet beërven en
het vergankelijke beërft de onvergankelijkheid niet.
51
Zie, ik deel u een geheimenis mede. Allen zullen
wij niet ontslapen, maar allen zullen wij veranderd
worden, 52 in een ondeelbaar ogenblik, bij de laatste
Pagina 6
bazuin, want de bazuin zal klinken en de doden
zullen onvergankelijk opgewekt worden en wij
zullen veranderd worden. (NBG)
1 Tessalonicenzen 4:13-17 13 Doch wij willen u
niet onkundig laten, broeders, wat betreft hen, die
ontslapen zijn, opdat gij niet bedroefd zijt, zoals de
andere (mensen), die geen hoop hebben. 14 Want
indien wij geloven, dat Jezus gestorven en
opgestaan is, zal God ook zó hen, die ontslapen
zijn, door Jezus wederbrengen met Hem. 15 Want dit
zeggen wij u met een woord des Heren: wij,
levenden, die achterblijven tot de komst des Heren,
zullen in geen geval de ontslapenen voorgaan, 16
want de Here zelf zal op een teken, bij het roepen
van een aartsengel en bij het geklank ener bazuin
Gods, nederdalen van de hemel, en zij, die in
Christus gestorven zijn, zullen het eerst opstaan; 17
en daarna zullen wij, levenden, die achterbleven,
samen met hen op de wolken in een oogwenk
weggevoerd worden, de Here tegemoet in de lucht,
en zó zullen wij altijd met de Here wezen. (NBG)
5
Johannes 3:5-7
Jezus antwoordde: Voorwaar,
voorwaar, Ik zeg u, tenzij iemand geboren wordt uit
water en Geest, kan hij het Koninkrijk Gods niet
binnengaan. 6 Wat uit het vlees geboren is, is vlees,
en wat uit de Geest geboren is, is geest. 7
Verwonder u niet, dat Ik u gezegd heb: Gijlieden
moet wedergeboren worden. (NBG)
Deze weder opgestane mensen vormen
tezamen met Jezus Christus de uitvoerende
macht van Gods regering.
Er is echter ‘slecht nieuws’, vóór het ‘goede
nieuws’ van de wederkomst van Christus, als
Koning Messias en overwinnaar, en het
stichten van het Koninkrijk Gods.
Het boek Joël, hoofdstuk 1 en 2, heeft een
afschuwelijke boodschap voor de mensheid
over de hachelijke toestand in de eindtijd,
veroorzaakt door onze veronachtzaming van
Gods wetten, en de veronderstelling dat de
mens ver boven alles verheven is en dat er
geen God of Jezus Christus is.
Matteüs
24:3-44
beschrijft
ook
de
omstandigheden vóór Christus’ wederkomst.
Matteüs 24:21-22 is in het bijzonder
schrijnend, omdat Christus pas dan zal
terugkeren, wanneer de mensheid op het punt
staat zichzelf volkomen te vernietigen. De
Leidse vertaling van vers 22: Indien die dagen
niet verkort werden, zou niets dat leeft
behouden blijven.
Beeld van het Koninkrijk Gods [215]
Het punt waarom het draait is dit: Christus
keert terug om de uitverkorenen te behouden.
De uitverkorenen zijn die mensen, die door de
Heilige Geest geleid worden (Romeinen 8:14)
en Gods wetten gehoorzamen. Zo belandt de
mensheid in de volgende fase van Gods plan
en in het Koninkrijk.
Vanuit de volgende Schriftgedeelten zullen
wij zien dat Jezus Christus Koning van de
aarde zal zijn, en over het Koninkrijk regeren:
11
Openbaring 19:11-16
En ik zag de hemel
geopend, en zie, een wit paard; en Hij, die daarop
gezeten zat, wordt genoemd Getrouw en
Waarachtig, en Hij velt vonnis en voert oorlog in
gerechtigheid. 12 En zin ogen waren een vuurvlam
en op zijn hoofd waren vele kronen en Hij droeg
een geschreven naam, die niemand weet dan
Hijzelf. 13 En Hij was bekleed met een kleed, dat in
bloed geverfd was, en zijn naam is genoemd: het
Woord Gods. 14 En de heerscharen, die in de hemel
zijn, volgden Hem op witte paarden, gehuld in wit
en smetteloos fijn linnen. 15 En uit zijn mond komt
een scherp zwaard, om daarmede de heidenen te
slaan. En Hijzelf zal hen hoeden met een ijzeren
staf en Hijzelf treedt de persbak van de wijn der
gramschap van de toorn Gods, des Almachtigen. 16
En Hij heeft op zijn kleed en op zijn dij geschreven
de naam: Koning der koningen en Here der heren.
(NBG)
Openbaring 11:15 15 En de zevende engel blies de
bazuin en luide stemmen klonken in de hemel,
zeggende: Het koningschap over de wereld is
gekomen aan onze Here en aan zijn Gezalfde, en
Hij zal als koning heersen tot in alle eeuwigheden.
(NBG)
Uit het bovenstaande zien wij dat het
Koninkrijk Gods zal komen, wanneer Christus
wederkomt als aangestelde en afgevaardigde
koning. Maar het koninkrijk is reeds bij de
mensen. Het Koninkrijk is onder ons, dat is
Christus en de Heilige Geest zijn onder ons.
Er zijn talloze Schriftgedeelten, die dit
behandelen: Daniël 2:44-45; 7:13, 14, 27;
Jesaja 9:6; Zacharia 6:12-13; Matteüs 24:24,
27; 27:11; Lukas 17:24; 23:3; Johannes 18:37;
Handelingen 1:11; 3:19-21; Openbaring 1:7;
17:14.
1Tessalonicenzen 4:17 vertelt ons: en zó
zullen wij altijd met de Here wezen.
Beeld van het Koninkrijk Gods [215]
En door de Schriften verder toe te passen
kunnen wij zien waar de uitvoerende macht in
werkzaam zal zijn.
9
Openbaring 5:9-10
En zij zongen een nieuw
gezang, zeggende: Gij zijt waardig de boekrol te
nemen en haar zegels te openen; want Gij zijt
geslacht en Gij hebt (hen) voor God gekocht met
uw bloed, uit elke stam en taal en volk en natie; 10
en Gij hebt hen voor onze God gemaakt tot een
koninkrijk en tot priesters, en zij zullen als
koningen heersen op de aarde. (NBG)
6
Openbaring 4:6
En rondom de troon waren
vierentwintig tronen, en op die tronen waren
vierentwintig oudsten gezeten, in witte klederen
gekleed en met gouden kronen op hun hoofden.
(NBG)
Zacharia 14:1 1 Zie, er komt een dag voor de
HERE, waarop de buit, op u behaald, binnen uw
muren verdeeld zal worden. (NBG)
Zacharia 14:4 4 zijn voeten zullen te dien dage
staan op de Olijfberg, die vóór Jeruzalem ligt aan
de oostzijde;... (NBG)
5
Zacharia 14:5
...En de HERE, mijn God, zal
komen, alle heiligen met Hem. (NBG)
Zacharia 14:9 9 En de HERE zal koning worden
over de gehele aarde; te dien dage zal de HERE de
enige zijn, en zijn naam de enige. (NBG)
Zacharia 14:12-15 en Sefanja 1:14-17 laten
zien dat de Dag des HEREN een dag van
vernietiging en bloedvergieten zal zijn, zodat
in Jesaja 13:12:
Jesaja 13:12 12 Ik zal de stervelingen zeldzamer
maken dan gelouterd goud en de mensen dan fijn
goud van Ofir. (NBG)
27
Jeremia 4:27
Want zo zegt de HERE: Een
woestenij zal het ganse land worden, al zal Ik niet
voorgoed afrekenen; (NBG)
Er zullen dus mensen overblijven op deze
gehavende planeet.
Jeremia 4:29 29 Voor het rumoer van ruiter en
boogschutter is het gehele land op de vlucht; zij zijn
gegaan in de kreupelbossen en geklommen op de
rotsen; elke stad is verlaten, er is niemand meer, die
erin woont. (NBG)
Vergelijk dit met Openbaring 6:15
Openbaring 6:15 15 En de koningen der aarde en
de groten en de oversten over duizend en de rijken
Pagina 7
en de machtigen en iedere slaaf en vrije verborgen
zich in de holen en de rotsen der bergen; (NBG)
Ondanks het bloedbad zullen er mensen
overblijven, en zij zullen de onderdanen
worden van de uitvoerende macht van Gods
Koninkrijk op deze aarde. Zoals wij gezegd
hebben, God is liefde en Hij die over hen zal
regeren zal met mededogen, vriendelijk en hen
weldoend in elk opzicht.
Jeremia 32:37-41 37 zie, Ik verzamel hen uit al de
landen, waarheen Ik hen in mijn toorn en
gramschap en grote verbolgenheid zal verdreven
hebben, en Ik zal hen naar deze plaats terugbrengen
en hen veilig doen wonen; 38 zij zullen Mij tot een
volk zijn en Ik zal hun tot een God zijn; 39 Ik zal
hun één hart en één weg geven, zodat zij Mij vrezen
al de dagen, hun en hun kinderen na hen ten goede;
40
ja, Ik zal een eeuwig verbond met hen sluiten, dat
Ik Mij niet van achter hen afwenden zal en dat Ik
hun wèl zal doen, en mijn vrees zal Ik in hun hart
leggen, zodat zij niet van Mij afwijken; 41 Ik zal Mij
over hen verblijden en hun weldoen en Ik zal
voorgoed in dit land planten met heel mijn hart en
heel mijn ziel. (NBG)
Jeremia 23:3 3 En Ik zal de rest van mijn schapen
verzamelen uit al de landen waarheen Ik ze heb
verdreven, en Ik zal ze doen wederkeren naar hun
weiden, en zij zullen vruchtbaar zijn, en zij zullen
niet gemist worden, luidt het woord des HEREN.
(NBG)
Er zijn meer van zulke beloftes in Jeremia
32:44 en Ezechiël 28:25-26 - prachtige
beloftes van veilig wonen, huizen bouwen en
wijngaarden planten.
De Messias zal vanuit Jeruzalem regeren, de
stad door God uitverkoren (1Koningen 11:13;
Jeremia 17:18-21). Hij was Jeruzalem
toegenegen en wist dat dit het centrum van
regering zou zijn (Lukas 13:34-35). Hij zal op
Davids troon zitten en vandaar uit regeren
(Jeremia 33:14-16; Lukas 1:32-33).
Met Christus zullen de twaalf apostelen
regeren, de aartsvaders, Abraham, Izaäk,
Jakob, Mozes, Elia, de profeten en de
heiligen, gezeten op tronen om de twaalf
stammen van Israël te oordelen en de wereld
(Matteüs 19:28; Lukas 9:28-36; 22:29-30).
Deze apostelen, aartsvaders, profeten en
heiligen zullen Christus als Koning der
Pagina 8
Beeld van het Koninkrijk Gods [215]
en hij bond hem duizend jaren, 3 en hij wierp hem in
de afgrond en sloot en verzegelde die boven hem,
opdat hij de volkeren niet meer zou verleiden,
voordat de duizend jaren voleindigd waren; daarna
moest hij voor een korte tijd worden losgelaten.
(NBG)
Koningen en Heer der Heren bijstaan in het
regeren vanuit Jeruzalem voor deze gehele
periode als koningen en priesters (Openbaring
5:10). Zij zullen zitten op Christus’ troon,
zoals Hij gezeten is op des Vaders troon
(Openbaring 3:21). Dit wordt bepaald door de
Vader (Matteüs 20:20-23; Markus. 10:35-40).
Hun verantwoordelijkheid zal zijn om vrede
en recht te verzekeren als geestelijke wezens
duizend jaar lang. Zij worden uitgekozen en
een lange tijd onderwezen onder vervolging
en lijden om zeker te zijn dat zij verstandig
door de Heilige Geest zullen regeren. Aan hen
worden steden gegeven overeenkomstig hun
toewijding (Lukas 19:11-27; Openbaring
2:26-29).
Ten aanzien van het volkomen kwaad van
Satan en diens demonen zegt The
International Standard Bible Encyclopedia
(Vol. 3, p. 26):
Dit is de vervulling van de beloftes door
Christus gedaan tijdens de Zaligsprekingen
waar wij, vervuld met zachtmoedigheid en
hierdoor vervolgd, de aarde zullen beërven.
Tenslotte zullen wij God zien (Matteüs 5:512). Geen mens heeft God gezien of kan Hem
ooit zien (1Timoteüs 6:16). Deze belofte geldt
voor geestelijke wezens. Zij die overwinnen
zullen uit de hof eten. Zij zullen geen tweede
dood behoeven te ondergaan. Zij eten manna
en hun wordt een nieuwe steen of naam en
positie gegeven. Zij hebben de macht over de
naties en hun bestuur. De namen van de
uitverkorenen zullen niet uit het boek des
levens gewist worden. Degenen die ons
vervolgen zullen ons moeten erkennen.
Sommigen van ons zullen zuilen zijn inde
Tempel Gods en op Christus’ troon gezeten
zijn (Openbaring 2:7, 11, 17, 26; 3:5, 9, 12,
21). De gevolgen van het bestuur van de
planeet door Christus en de heiligen kunnen
uit de Schriften gezien worden. De mensen
zullen door hun bestuur gezegend worden.
De uiteindelijke vijanden van God zijn geen
zondige mensen of heidense naties maar de boze
machten. Omdat deze strijd zich afspeelt om het lot
van afzonderlijke mensen en van de menselijke
geschiedenis in haar geheel, wordt de strijd
uitgevochten op het toneel van de menselijke
geschiedenis. Dit is één van de belangrijkste
vóóronderstellingen van de Bijbel — dat er een
werkelijke onzichtbare geestelijke wereld is van
zowel goed als kwaad die inbreuk doet op het lot
van de mensen en bepalend is. De theologie van
Satan en demonen bevestigt hun bestaan. Kwaad is
niet slechts een menselijke onwetendheid, falen of
dwaling en het is ook geen noodlot of onredelijke
kans. Kwaad vindt zijn wortels in persoonlijkheid,
en is groter dan de mens en sterker dan de mens.
Het is uiteindelijk Gods doel om tenslotte deze boze
machten te onderwerpen en te vernietigen en de
mensen uit hun slavernij te bevrijden.
Deze 1000-jarige regering van Christus zal
een leertijd zijn voor hen en hun kinderen en
zij zullen op optimale wijze onderwezen
worden in de wegen Gods, omdat Satan, de
vorst van deze wereld gebonden zal zijn voor
zijn verkeerde beïnvloeding in deze tijd.
1
Openbaring 20:1-3
En ik zag een engel
nederdalen uit de hemel met de sleutel des afgronds
en een grote keten in zijn hand; 2 en hij greep de
draak, de oude slang, dat is de duivel en de satan,
Het Nieuwe Testament verklaart het kwaad van
deze tijd in termen van satanische en demonische
macht. Satan is de “god van deze eeuw” (2 Kor.
4:4), aan wie was toegestaan in de soevereine
wijsheid van God om grote macht uit te oefenen in
menselijke aangelegenheden (Mat. 4:9). Satan is
een geest vijandig tegenover God, die alles zal doen
wat hij kan om Gods wil te dwarsbomen. Met hem
verbonden zijn de boze geesten —demonen— die
in staat zijn om bezit te nemen van de
persoonlijkheid van een mens.
Het eerste wat er dient te gebeuren is het
verwijderen van afgoderij en de instelling van
de ware godsdienst onder de wet. Afgoderij
werd ingevoerd door de demonen die voor een
tijd zullen worden weggedaan (zie ook
Jeremia 17:17-20; overeenkomstig Zacharia
13:1-2; 7-9). Als koningen en priesters zal ons
het gezag gegeven worden om af te rekenen
met naties die God niet dienen (Jesaja 60:12).
Uit de Schriften zullen wij trachten een beeld
te vormen van de 1000 jaar onder Gods
regering. Jesaja 2:4 zegt en zij zullen de
oorlog niet meer leren. Jonge mannen en
Beeld van het Koninkrijk Gods [215]
Pagina 9
vrouwen zullen niet meer in de legers
opgeroepen worden om oorlogvoering weer te
leren. De vrees voor oorlogen zal weggedaan
zijn. Geen mensenleven zal meer verspild
worden
of
geesten
verminkt
door
oorlogvoering (zie Micha 4:3).
Zegen en vloek zullen in het Millennium van
toepassing zijn (Deuteronomium 28; ook
Deuteronomium 1 tot 14). Mensen zullen van
hun kwalen genezen worden, te beginnen bij
Jeruzalem (Jesaja 30:19-26; Openbaring
22:2).
Er zullen geen taalbarrières meer zijn.
Steden zullen niet meer overbevolkte
rampgebieden zijn zoals nu, naar alle kanten
uitbreidend en vol allerlei verdorvenheid.
Gods heerschappij zal worden nagevolgd.
Sefanja 3:9 9 Maar dan zal Ik de volken andere,
reine lippen geven, opdat zij allen de naam des
HEREN aanroepen; opdat zij Hem dienen met
eenparige schouder. (NBG)
God zal de hele wereld één reine taal geven.
Er zal geen verwarring meer zijn door gebrek
aan begrip bij de mensen onderling. Iedereen
spreekt, leest en schrijft dezelfde taal. Er
zullen meer voordelen uit het onderwijs
komen, en door het kennen van God.
Ezechiël 28:26 26 Zij zullen daar veilig wonen en
huizen bouwen en wijngaarden planten; ja veilig
zullen zij wonen, terwijl Ik gerichten voltrek aan
allen uit hun omgeving, die hen vracht hebben. En
zij zullen weten, dat Ik, de HERE, hun God ben.
(NBG)
De mensen zullen geleerd worden om de Here
te kennen en te dienen, en zullen een
zelfverzekerd volk zijn, dat niet bevreesd is
omdat zij weten dat wat zij doen het juiste is.
Al de naties zullen de wetten in acht nemen en
hun vertegenwoordigers naar Jeruzalem sturen
voor het Loofhuttenfeest, of zij krijgen geen
regen op de bestemde tijd. Alle naties die God
gehoorzamen en aanbidden zullen op de
bestemde tijd zich van regen verzekerd weten.
Zacharia 14:16-19 16 Allen, die zijn overgebleven
van al de volken, die tegen Jeruzalem zijn opgerukt,
zullen van jaar tot jaar heentrekken om zich neer te
buigen voor de Koning, de HERE der heerscharen,
en het Loofhuttenfeest te vieren. 17 Maar wie uit de
geslachten der aarde niet naar Jeruzalem zal
heentrekken om zich voor de Koning, de HERE der
heerscharen, neder te buigen, op hem zal geen regen
vallen, 18 en indien het geslacht der Egyptenaren
niet zal heentrekken en komen, op wie geen (regen)
valt, dan zal toch komen de plaag waarmee de
HERE de volken zal treffen, die niet heentrekken om
het Loofhuttenfeest te vieren. 19 Dit zal de straf zijn
van de Egyptenaren en van alle volken die niet
heentrekken om het Loofhuttenfeest te vieren.
(NBG)
Jesaja 5:8 8 Wee hun die huis aan huis voegen,
akker aan akker trekken, totdat er geen plaats meer
is, en gij alleen de gezeten lieden zijt in het land.
(NBG)
Zacharia 2:4 4 Snel heen, spreek tot die jongeman:
als een open plaats zal Jeruzalem daar liggen
vanwege de menigte van mensen en vee daarin.
(NBG)
Niet-ommuurde steden en dorpen, omdat God
hun bescherming zal zijn:
Zacharia 2:5 5 En Ik zelf, luidt het woord des
HEREN, zal haar een vurige muur zijn rondom, en
heerlijkheid binnen in haar. (NBG)
Jeremia 33:10-13 10 Zo zegt de HERE: in deze
plaats, waarvan gij zegt: Zij is verwoest, mens noch
dier is er, in de steden van Juda en op de straten van
Jeruzalem die woest liggen, zonder mensen, zonder
inwoners en zonder dieren, zal weer gehoord
worden de stem der vreugde 11 en de stem der
vrolijkheid, de stem van de bruidegom en de stem
der bruid, de stem van hen die zeggen: Looft de
HERE der heerscharen, want de HERE is goed, want
zijn goedertierenheid is tot in eeuwigheid! Terwijl
zij lofoffers in het huis des HEREN brengen; want Ik
zal in het lot van het land een keer brengen, zodat
het wordt als tevoren, zegt de HERE. 12 Zo zegt de
HERE der heerscharen: In dit gebied, dat verwoest
ligt, zodat er mens noch dier is, en in al zijn steden
zal weer een weide zijn voor de herders die de
schapen doen legeren; 13 in de steden van het
Gebergte, van de Laagte en van het Zuiderland, in
het land van Benjamin, in de omstreken van
Jeruzalem en in de steden van Juda zullen de
schapen weer onder de hand van de teller doorgaan,
zegt de HERE. (NBG)
Ezechiël 48:17-19 17 en de stad zal een open veld
hebben: noordwaarts tweehonderd vijftig (el),
zuidwaarts
tweehonderd
vijftig,
oostwaarts
tweehonderd vijftig en westwaarts tweehonderd
vijftig. 18 Het overschot in de lengte evenwijdig aan
de heilige heffing: tienduizend (el) oostwaarts en
tienduizend westwaarts; dat zal evenwijdig zijn aan
Pagina 10
de heilige heffing, en de opbrengst daarvan zal zijn
tot onderhoud van hen die in de stad arbeiden. 19 Zij
die in de stad arbeiden uit alle stammen Israëls,
zullen dit bewerken. (NBG)
Deze boerenarbeid zal zeer zegenrijk zijn voor
zowel de mannen als de vrouwen die door de
ellende van oorlog en ziekten gegaan zijn voor
de wederkomst van Christus. Hun geestelijke
groei, en lichamelijk welzijn zal versterkt
worden door hun deelname aan de hele
gemeenschap. Niemand zal hen verschrikken
(Jeremia 30:10).
De mensheid zal zijn band met de aarde en de
wisselende seizoenen weer vernieuwen.
Geduld in het wachten op de oogst en dieren
om groot te worden zal weldadig zijn voor
hun hele ontwikkeling. Samenwerking in
plaats van concurrentie zal de norm zijn.
Lees het verhaal van Ruth.
Ruth 2:2-3 2 En Ruth, de Moabitische, zeide tot
Noömi: Laat mij naar het veld gaan en aren lezen
achter hem, die mij genegen zal zijn. En zij zeide
tot haar: Ga, mijn dochter. 3 Zij ging dan heen en
kwam en las op in het veld achter de maaiers; bij
geval trof zij het stuk land van Boaz, die uit het
geslacht van Elimelek was. (NBG)
Het schijnt dat de gemeenschap hun gewassen
verbouwde op een gemeenschappelijk stuk
land en hun opbrengsten met elkaar delen.
Ook Amos 9:13-15 verwijst naar een
gemeenschappelijke inspanning.
Wat een prachtig beeld van harmonie, vrede
en veiligheid, onder de heerschappij van recht
en gerechtigheid van Gods wet.
Jesaja 32:16-19 16 En het recht zal in de woestijn
wonen, en de gerechtigheid zal op het vruchtbare
veld verblijven. 17 En het werk der gerechtigheid zal
vrede zijn, en de werking der gerechtigheid zal zijn
gerustheid en zekerheid tot in eeuwigheid. 18 En
mijn volk zal in een woonplaats des vredes wonen,
en in welverzekerde woningen, en in stille geruste
plaatsen. 19 Maar het zal hagelen, waar men afgaat
in het woud, en de stad zal laag worden in de laagte.
(SV)
De steden zullen beneden in de laagvlakte
zijn, waarbij geen hagel op de gewassen zal
vallen.
Beeld van het Koninkrijk Gods [215]
Wouden zullen van grote waarde zijn, en op
de juiste wijze beheerd worden. De doden
zullen horen, Gods wetten zullen voorgelezen
en uitgelegd worden. De blinden zullen zien.
Dit verwijst naar zowel hen die “geestelijk”
doof en blind zijn als naar de lichamelijk
gehandicapten.
Jesaja 29:17-19 17 Is het niet nog een korte tijd,
totdat de Libanon in een gaarde verandert en de
gaarde een woud gelijkt? 18 Te dien dage zullen de
doven Schriftwoorden horen, en van donkerheid en
duisternis verlost, zullen de ogen der blinden zien.
19
En ootmoedigen zullen steeds meer vreugde
hebben in de HERE, en de armen onder de mensen
zullen juichen in de Heilige Israëls. (NBG)
De woestijnen zullen weer gecultiveerd
worden en wateroppervlakten verkleind — om
meer land te winnen (Jesaja 35:5-10). Er
zullen natuurgebieden zijn tussen de steden en
de omliggende dorpen. (Numeri 21:25;
Ezechiël 38:11; Zacharia 2:4; Jeremia 31:24,
27).
Er zal geen strijd meer zijn tussen dieren en
mensen en weidegronden. De dieren zullen
leven in hun respectievelijke woongebieden.
De aarde zal beheerd worden zoals in Eden
van den beginne was. Een nieuwe Geest zal
aan de aarde gegeven worden. Jesaja 11:6-9
geeft dit scenario als volgt weer.
Jesaja 11:6-9 6 Dan zal de wolf bij het schaap
verkeren en de panter zich nederleggen bij het
bokje; het kalf, de jonge leeuw en het mestvee
zullen tezamen zijn, en een kleine jongen zal ze
hoeden; 7 de koe en de berin zullen samen weiden,
haar jongen zullen zich tezamen nederleggen, en de
leeuw zal stro eten als het rund; 8 dan zal een
zuigeling bij het hol van een adder spelen en naar
het nest van een giftige slang zal een gespeend kind
zijn hand uitstrekken. 9 Men zal geen kwaad stichten
op gans mijn heilige berg, want de aarde zal vol zijn
van kennis des HEREN, zoals de wateren de bodem
der zee bedekken. (NBG)
Zoals Lukas 19:17-19 spreekt over
gezaghebbers over 5 of 10 steden, moeten er
georganiseerde groepen steden zijn —
ongetwijfeld gescheiden door een royaal
gedoseerd natuurgebied. Er zal waarschijnlijk
ook een bovengrens zijn van het aantal
inwoners van een stad en de omliggende
gebieden, en dan moeten er nieuwe steden
gebouwd worden, maar niet in dezelfde
Beeld van het Koninkrijk Gods [215]
Pagina 11
betekenis, zoals wij die nu kennen. Het is
verboden om huis aan huis en akker aan akker
te hebben.
Jesaja 5:8 8 Wee hun die huis aan huis voegen,
akker aan akker trekken, totdat er geen plaats meer
is, en gij alleen de gezeten lieden zijt in het land.
(NBG)
Huisdieren en vee zullen er ook zijn zoals wij
zien in Jesaja 30:23-24.
Jesaja 30:23-24 23 Dan zal Hij regen geven voor
het zaad, waarmee gij uw akker bezaait, en brood
als opbrengst van de akker, dat smakelijk en
voedzaam zal wezen. Uw vee zal te dien dage op
uitgestrekte weiden grazen; 24 en de runderen en
ezels, die de akker bewerken, zullen gezouten
voeder eten, dat gezeefd is met wan en zeef. (NBG)
Het land zal beschikbaar
gemeenschappelijk gebruik.
zijn
voor
Numeri 35:2-3 2 Gebied de Israëlieten, dat zij van
hun erfelijk bezit steden afstaan aan de Levieten om
er te wonen; ook zult gij aan de Levieten de
weidegronden geven, die rondom de steden liggen. 3
De steden zullen voor hen zijn om er te wonen; ook
zult gij aan de Levieten de weidegronden geven, die
rondom de steden liggen. (NBG)
Het Engelse woord “suburb” (KJV) heeft hier
niet de betekenis van gebouwen, maar gewoon
van weidegronden. Dit is te vergelijken met
het oude woord “hemrik”, dat in het Fries nog
gebruikt wordt, in de betekenis van Heem
(Duits Heim) en Rijk.
De stedelingen en de plattelanders zullen als
een volledige gemeenschap in harmonie met
elkaar leven, in samenwerking, zorg en
bezorgdheid voor elkaar. Dit schijnt een
volmaakte levenswijze te zijn, en het milieu
zal van groot belang voor allen zijn.
Energie voor leven en werken zal geleverd
worden door de bijna onuitputtelijke bronnen
van de zon (en de wind), zoals het nu ook zou
kunnen, echter zonder de hebzucht van de
mensen.
Het beeld van Jeruzalem in het duizendjarig
rijk werd aan Zacharia gegeven (Zacharia 8:123).
Maar Gods Koninkrijk eindigt hier niet. Aan
het einde van de duizend jaar vrede en
voorspoed zal Satan weer losgelaten worden
en opnieuw de aarde verderven (Openbaring
20:3, laatste deel).
Openbaring 20:3 3 en hij wierp hem in de afgrond
en sloot en verzegelde die boven hem, opdat hij de
volkeren niet meer zou verleiden, voordat de
duizend jaren voleindigd waren; daarna moet hij
voor een korte tijd worden losgelaten. (NBG)
Er zal echter ook een andere opstanding zijn,
en alle mensen die ooit geleefd hebben zullen
weer tot leven opgewekt worden; dat zijn zij
die geen deel hadden aan de eerste opstanding
tijdens de wederkomst van Christus.
Openbaring 20:5 5 De overige doden werden niet
weder levend, voordat de duizend jaren voleindigd
waren. (NBG)
Zij zullen honderd jaar van intensief onderwijs
ontvangen (Jesaja 65:20) en, nat als alle
mensen, de keus krijgen om God en Zijn
wegen al dan niet te volgen.
Jesaja 65:20 20 Daar zal niet langer een zuigeling
zijn, die slechts weinige dagen leeft, noch een
grijsaard, die zijn dagen niet voleindigt, want de
jongeling zal als honderdjarige sterven, zelfs de
zondaar zal eerst als honderdjarige door de vloek
getroffen worden. (NBG)
Om Hem te volgen wordt men een geestelijk
wezen en deel van het geestelijke eeuwige
Koninkrijk Gods. Zou echter iemand
verkiezen om in opstand te blijven komen,
dan zal hij sterven en verbrand worden, om
nooit meer te leven. Eeuwig leven in Gods
Koninkrijk moet het doel van de mensheid
zijn, zoals het Gods wil voor allen is.
2 Petrus 3:9 9 De Here talmt niet met de belofte, al
zijn er, die aan talmen denken, maar Hij is
lankmoedig jegens u, daar Hij niet wil, dat
sommigen verloren gaan, doch dat allen tot
bekering komen. (NBG)
Johannes 17:3 3 Dit nu is het eeuwige leven, dat zij
U kennen, de enige waarachtige God, en Jezus
Christus, die Gij gezonden hebt. (NBG)
De vloek van de mensheid is onze
onmogelijkheid om elkaar lief te hebben, en
Satan heeft ons hierin beïnvloed — ons
leidend naar elke vorm van zonde omdat hij
Pagina 12
zich afkeerde van Gods natuur tot een valse
weg in een valse geest.
Christus zal het Koninkrijk weer aan God
teruggeven bij Diens komst, nadat de planeet
onderworpen is.
1Korintiërs 15:24-27 24 daarna het einde, wanneer
Hij het Koningschap aan God de Vader overdraagt,
wanneer Hij alle heerschappij, alle macht en kracht
onttroond zal hebben. 25 Want Hij moet als koning
heersen, totdat Hij al zijn vijanden onder zijn
voeten gelegd heeft. 26 De laatste vijand, die
onttroond wordt, is de dood, 27 want alles heeft Hij
aan zijn voeten onderworpen. Maar wanneer Hij
zegt, dat alles onderworpen is, is blijkbaar Hij
uitgezonderd, die Hem alles onderworpen heeft.
(NBG)
God is nog steeds oppermachtig in al Zijn
werken. Alles geschiedt overeenkomstig Zijn
wet.
De mens moet leren, wie God is en Hem
liefhebben, om te leren, dat Hij het
middelpunt is van alles, dat Hij liefde is en het
Beeld van het Koninkrijk Gods [215]
centrum van alle goedheid, en dat heel de
schepping van Hem is uitgegaan. De mens
moet dus de grondbeginselen geleerd worden
voor een evenwichtig leven en elkaar lief te
hebben. Het fysieke bestaan is er voor ons om
deze dingen te leren, want de uiteindelijke
keuze is deze: Willen wij Zijn weg gaan of de
onze? Willen wij een eeuwig, vreedzaam
liefdevol leven OF NIET?
Wanneer Christus wederkomt, zal zijn
ordening van wetten of sociaal systeem
gevestigd worden om de mensen de voordelen
en zegeningen te laten zien door Gods weg te
volgen die de wereld als geheel nooit gekend
heeft. LATEN WIJ DAN BIDDEN ‘UW
KONINKRIJK KOME’, en in ons persoonlijk
leven bij alles wat wij doen dit komende
Koninkrijk laten zien.

Download