Samen op weg: communicatie met kinderen en jongeren met SOLK. Voorbij de scheiding tussen lichaam en geest. Yvette Krol, klinisch psycholoog, Deventer Ziekenhuis Ingeborg Visser, GZ-psycholoog i.o. tot specialist, CLOK, de Bascule Programma Wat is SOLK? Verschijningsvormen en hoe vaak komt het voor? Verklarings- en behandelmodel Taal Vragen aan de zaal • Wie heeft in de afgelopen twee weken last gehad van buikpijn, maagpijn, misselijkheid, hoofdpijn,rugpijn, gewrichtsklachten, vermoeidheid, hartkloppingen….etc? • Was daar een medische verklaring voor te geven? Somatisch Onvoldoende verklaarde Lichamelijke Klachten Onverklaarde lichamelijke klachten Hoe vaak komt het voor bij volwassenen? • 85-95% van de algemene bevolking geeft aan in de afgelopen twee weken minstens één lichamelijke klacht te hebben gehad • 33% geeft aan voortdurend moe te zijn • Bij de huisarts blijft 30-50% van de lichamelijke klachten medisch onverklaard (Khan e.a., 2003) • Ook bij de specialist liggen deze percentages hoog (40-60%) (Speckens e.a. 1995) Artsen blijven (te) lang zoeken • Artsen bieden meer somatisch onderzoek aan dan patiënten vragen (Ring et al. 2005) • Artsen bieden somatisch onderzoek of vervolgconsulten aan in respons op het noemen van lichamelijke klachten (Salmon et al. 2006) • Hebben niet altijd oog of tijd voor opmerkingen van patiënten over hun psychische toestand of problemen Naamgeving… • • • • • • • • Functionele klachten Onbegrepen klachten Onverklaarde lichamelijke klachten Vage klachten Psychosomatische klachten Somatoforme stoornis (DSM-IV) Somatisch-symptoomstoornis (SSRD; DSM-V) Somatisch onvoldoende verklaarde lichamelijke klachten (SOLK) (multidisciplinaire richtlijn GGZ) DSM IV versus DSM V - ontbreken van een medische verklaring stond centraal - Symptomen kunnen wel of niet gepaard gaan met gediagnosticeerde aandoening - Centraal staan abnormale gedachten, gevoelens en gedrag bij de klachten Onderscheidend kenmerk SOLK • Niet de lichamelijke klachten zelf • Niet de afwezigheid van een somatische verklaring Maar: • De manier waarop de klachten worden ervaren en getoond SOLK bij kinderen en jongeren SOLK 10-15% van de jongeren (Janssens, 2011) SOLK in de GGZ 18% van de jongeren Chronisch e pijn 9.2% van de jongeren CVS (Kouijzer et al, 2013) (Voerman et al, 2015) 0.001% van de jongeren, maar 10% is ernst en duur van de moeheid idem aan CVS (Nijhof et al, 2010) Verschijningsvormen SOLK Pijnklachten Hoofdpijn, buikpijn, rugpijn, spier- en gewrichtspijn Uitval van functie bewegingsapparaat, visus, stem, epilepsie Andere lichamelijke klachten Psychische problemen bij medische diagnose vermoeidheid, misselijkheid, maagklachten en duizeligheid Meer moeheid of pijn dan passend bij de medische diagnose Vragen • Wannneer kinderen/jongeren last hebben van lichamelijke klachten, waarvoor geen of onvoldoende medische verklaring werd gevonden, is behandeling dan nodig? Behandeling nodig? Ja! Slechte prognose bij niet behandelen Pijn na 10 jaar 25-50 % Andere locatie pijn 25-30% Volwassenheid Magni et all, 1987, Hotopf et al, 1998 Grotere kans op psychische problemen Visies op SOLK • Aanstellerij • Psychisch (‘zit tussen de oren’) • Gemiste diagnoses • Over- en onderbelastingsmodel • Biopsychosociaal model Biopsychosociaal model Bio Langdurige stress erfelijkheid aanleg ziekte reactieve stress voeding Psycho Sociaal Cognitie Emotie Gedrag familie vrienden school werk Persoonlijkheid Health Illness Stress CGT Engel, 1977 Traumatische gebeurtenis(sen) Biopsychosociaal model Biologisch Psychologisch Sociaal Predisponerende factoren Genetische kwetsbaarheid, Evt. problemen in aandacht/executiev e functies/int.prof. Hoge eisen stellen Overactieve levensstijl Negatieve affectiviteit Slechte start, verwaarlozing, misbruik, geweld Direct uitlokkende factoren Virale infectie, fysiek trauma, operatie,slaapstoor nissen Geen grenzen stellen, psychische traumata, overvraging, geen nee durven zeggen Scheiding, overgang middelbare school, pesten, niet in groep horen Onderhoudende factoren Zeer wisselend slaap/waakritme, conditieverlies, minder eten Angst/depressie Weinig positieve cognities Periodes van overactiviteit Gebrek aan sociale steun, veel aandacht op het ziekzijn (uit handen nemen) In de communicatie met de cliënt is ONTSCHULDIGING belangrijk. Acute vs chronische klachten (> 6 mnd) • Manier van omgaan wezenlijk anders (wat helpt bij acute klachten helpt juist niet bij chronische klachten) • SOLK: gaat meestal om chronische klachten Hoe bent u om gegaan met uw lichamelijke klacht? Welke emoties en gedachten had u over de ervaren lichamelijke klacht? Basispatronen bij SOLK patienten (terugkerende reacties op pijn/klachten): 1. Niet-accepterende gedachten: boosheid/irritatie en doorgaan ondanks de klachten /verzetten (‘fight’) 2. Catastroferende gedachten: angst en vlucht-/vermijdingsgedrag (‘flight’) 3. Defaitistische gedachten: somberheid, terugtrekken / opgeven (‘freeze’) Houding en taalgebruik bij SOLK • • • • • • Doel is Positief Gericht op herstel van klachten Straal vertrouwen en ervaring uit Focus op de toekomst Versterk gevoelens van controle bij cliënt Vermijd negatieve suggesties! FILM BEHANDELING ADOLESCENT met wegrakingen en hoofdpijn