Oorzaak van hartkwalen is veelal te veel cholesterol in de bloedvaten. Deze wordt afgezet in de haarvaten die verstopt raken. Om de kans op een hartaanval kleiner te maken moeten wij de hoeveelheid verzadigd vet beperken - dat is althans de mening van de medische wereld ... De lever speelt een voorname rol bij het op peil houden van het gehalte aan cholesterol en triglyceriden in de bloedbaan. Maar het gaat om een wankel evenwicht dat o.m. door verkeerde voeding kan verstoord worden. Of te vetrijke maaltijden, gecombineerd met stress en gebrek aan beweging echt aan de basis liggen van een te hoog gehalte aan cholesterol, van een verhoogd risico op een hartaanval, wordt door sommigen nog altijd in twijfel getrokken, zoals er ook nog rondlopen die beweren dat er geen verband bestaat tussen roken en longkanker. Er is zoveel informatie dat je, zeker als leek, door het bos de bomen niet ziet. Maar : één op twee mensen sterft aan een hartaanval of een beroerte ! Stellen wij het zo : bijna iedereen weet dat te veel cholesterol één van de belangrijkste oorzaken is voor deze kwalen, maar niet iedereen is overtuigd dat het lichaam te veel cholesterol aanmaakt wanneer we te veel verzadigd vet eten. Nochtans is cholesterol noodzakelijk voor de lichaamsfuncties; het is een vetachtige stof, niet oplosbaar in water, die als basis dient voor de opbouw van de celwand. VETTEN. Wij zetten eventjes op een rij wat binnen de medische wereld zowat als waarheid geldt… * verzadigde vetten (harde vetten, vooral van dierlijke afkomst en bepaalde plantaardige vetten zoals kokosolie en palmolie) zijn schadelijk. * transvetzuren zijn eveneens schadelijk (onverzadigd vet dat gehydrogeneerd - gehard wordt) * van deze schadelijke vetten zou je als volwassene niet meer dan zo'n 20 gram per dag mogen nemen * etiketten op etenswaren vermelden doorgaans wel de hoeveelheid verzadigd vet, maar niet de hoeveelheid transvetzuren. In 't algemeen mag je aannemen dat je de totale hoeveelheid schadelijke vetten bekomt (verzadigde + transvetzuren) door de hoeveelheid verzadigde met 2 te vermenigvuldigen. VERHOOGD CHOLESTEROLGEHALTE - EN WAT DAN NOG ? Cholesterol en vet kunnen niet in pure vorm in het bloed voorkomen, omdat deze niet oplossen in een waterige omgeving. Daarom wordt "verpakt" in transportdeeltjes, "lipoproteïnen" genaamd. Op basis van hun gewicht worden deze lipoproteïnen ingedeeld. Hoe meer vet zo'n deeltje bevat, hoe lichter het is, dus verschillend qua dichtheid (= density). Zo krijgen wij "Very low density lipoproteïne" (VLDL), "Low density" (LDL) en "HIGH DENSITY" (HDL) lopoproteïne en spreekt men dus ook van VLDL, LDL en HDL cholesterol. De grootste hoeveelheid is aanwezig onder vorm van LDL (ongev. 75% van het totaal). Het totaal gedeelte aan cholesterol is dus zowat gelijk aan de optelsom van VLDL + LDL + HDL cholesterol. GOED EN SLECHT. LDL-deeltjes (slecht) zijn zo klein dat zij door de "binnenbekleding" (endotheel) van een bloedvat kunnen. Is nu de hoeveelheid LDL deeltjes te groot, dan ontstaat onder dat endotheel een ophoping. Zoals je weet bevat het bloed witte cellen die de vijand opruimen, zogeheten "macrofagen". Maar er kunnen zoveel LDL- deeltjes zijn dat de macrofagen, die zich letterlijk vol zuigen met deze deeltjes, sterven en eveneens op de "vieze hoop" gaan liggen. Deze brij trekt dan nog meer macrofagen aan en het proces gaat verder ... Na enige tijd ontstaat een troep van dode cellen, vet, cholesterol, macrofagen en komen er vernauwingen binnen de bloedvaten. Triglyceriden (vetten) kunnen dit proces nog versnellen. Maar de goede cholesterol (HDL) kan meestal redding brengen. HDL-deeltjes zijn kleiner dan LDL-deeltjes en kunnen nog vlotter door het endotheel. Zij hebben bovendien de eigenschap cholesterol op te nemen en eens zij zich hebben volgepropt met deze cholesterol, kunnen zij weer via het endotheel in de bloedstroom om zo overtollig cholesterol langs de lever weer uit het bloed te halen. Op die manier beschermt HDL (goede cholesterol) tegen verkalking. Een te laag gehalte aan HDL is dus nadelig. Jonge vrouwen en sporters hebben doorgaans een hoog gehalte aan HDL. Slechte voeding en roken verlagen dit HDL-gehalte. VERHOUDINGEN. Het is nuttig om regelmatig (om de 5/6 maanden) een bloedonderzoek te laten uitvoeren op aanwezigheid van vetten in de bloedbaan (lipid panel), tenminste als je de 50 nadert of voorbij bent. Maar ook jongere mensen, ja ook sportmensen, doen er goed aan minstens één maal per jaar hun "lipid panel" te laten bepalen. In feite zijn er niet minder dan 18 soorten cholesterol; sommige zijn schadelijk, andere niet. Belangrijk is de totale hoeveelheid cholesterol en de hoeveelheid "goede" cholesterol (HDL = "Hoop Doet Leven") te kennen. Bedraagt je totale hoeveelheid méér dan 150 mg/dl (wat meer dan waarschijnlijk het geval zal zijn) dan moet je delen door het HDL-gehalte. Stel dat je totale cholesterolgehalte 220 bedraagt en je HDL-gehalte is 60 dan bekom je 220 : 60 = 3,66 en dat is prima. Maar als je een hoger quotiënt bekomt dan 4, dan betekent dit dat je risico loopt en bovendien : dat steeds meer cholesterol in je bloedvaten wordt afgezet. Dan moet je absoluut meer bewegen en vetarm eten !! Het belang van het totale gehalte aan cholesterol hangt in hoge mate af van het gehalte aan HDL-cholesterol. Wie genoeg HDL heeft, heeft een hoge bescherming. Zo loopt iemand met een zeer lage HDLwaarde een hoog risico, ook al is het totale gehalte aan cholesterol binnen normale perken. De HDL-waarde zou zeker boven de 45 moeten liggen ... NIET DAT ALLEEN… Het volstaat niet te weten dat je met je totale cholesterol tussen 150 en 220 zit. Wij hebben ook nog de HDL (goeie), de LDL ("lelijke") cholesterol en de triglyceriden. De LDL zou onder de 155 moeten blijven. Triglyceriden zijn een andere vetsoort dan cholesterol; het gaat om de meest voorkomende vetsoort in ons voedsel en in ons lichaam. Een hoog gehalte aan triglyceriden kan zelfs bij normale cholesterolwaarden leiden tot verstopping en vernauwing van de bloedvaten. Met triglyceriden zit je best tussen 35 en 135. OPGEPAST : GEVAAR !! Wie volgende zaken combineert loopt gevaar : hoog triglyceridengehalte, lage HDL-waarde, verhoogde bloeddruk, veel urinezuur, hoge suikerspiegel. Dat uit zich doorgaans ook door (veel) overtollig gewicht, soms grote dorst en vaak plassen. In dat geval loop je liefst vlug naar een goeie dokter ... NIET ALTIJD ALLEEN VOEDING. Problemen met cholesterol en triglyceriden zijn niet zo maar op te lossen; men kan ook erfelijk belast zijn en verplicht worden tot het nemen van medicatie; maar doorgaans moet je er zelf wat aan doen en dat kan bijna altijd door voldoende beweging te combineren met voeding die vetarm is. Als je gezonder gaat eten (minder vetrijk) blijft je cholesterolgehalte meestal in den beginne nog op peil; pas verschillende weken na het wijzigen van je eet- en leefpatroon is duidelijk verschil te merken. Laat je dus niet te snel ontmoedigen ! Het triglyceridengehalte gaat normaal wel direct omlaag. Eén zaak is zeker: als je gedurende verschillende maanden voldoende beweging neemt en vetarrn gaat eten (maximum 20 gram verzadigd vet per dag) en je waarden gaan niet dalen (risicofactor blijft 4 of meer), dan moet je naar de dokter. Om het gehalte aan cholesterol te doen dalen is het belangrijk een aantal vetten te onderscheiden : cholesterol, verzadigde-, enkelvoudig onverzadigde- en meervoudig onverzadigde vetten. Vetten bestaan uit vetzuren die opgebouwd zijn uit koolstofatomen. Ruwweg kan je stellen dat bij onverzadigde vetzuren dubbele bindingen voorkomen, waarbij er nog ruimte is voor een andere stof (vandaar : onverzadigd). Is er maar één dubbele binding dan spreekt men van enkelvoudige onverzadigde vetten; zijn er meerdere dubbele bindingen dan is er sprake van meervoudig onverzadigde. Verzadigde vetten komen vooral voor in dierlijke produkten zoals boter, kaas, melk, rundsvet en reuzel, maar toch ook in sommige plantaardige vetten zoals palmolie, cacaovet en kokosvet. Maar meestal vind je onverzadigde vetten in plantaardige bronnen; enkelvoudig onverzadigde leveren pinda's, olijfolie en raapzaadolie, terwijl meervoudig onverzadigde vetten voorkomen in soja, zonnebloemolie en noten. Vooral verzadigde vetten verhogen het gehalte aan cholesterol, terwijl diëten met te veel onverzadigd vet het HDL-gehalte kunnen verlagen en dat is nog maar eens negatief. ASPIRINE. Soms raden dokters aan aspirine te nemen om de kans op een hartaanval of beroerte te verkleinen. Dat gebeurt dan bij zogeheten risicogroepen (mannen van +50, risico- factor +4, LDL boven 160, vetzucht, hoge bloeddruk, zwaar roken, enz.). Maar vergeet niet : aspirine haalt cholesterol- en triglycerinewaarden niet omlaag ! ANTIOXIDANTIA. Vrije radicalen zijn elementen die ontstaan tijdens de stofwisseling en die gevaarlijk worden als zij zich met zuurstof en/of andere elementen verbinden. Het lichaam neutraliseert deze gevaarlijke stoffen via "antioxydanten". Is het aantal vrije radicalen te groot dan zou LDL omgezet worden in een nog schadelijker vorm van LDL. ALCOHOL. In de V.S. bleek bij een grootscheeps onderzoek dat één glas alcohol per dag (glas bier, 120 ml. rode wijn), de kans op een hartaanval evengoed doet afnemen als 3, 4 of meer glazen. Zelfs ligt het sterftecijfer lager bij mensen die dagelijks één glas drinken, dan bij geheelonthouders. Vanaf 4 glazen gaat het sterftecijfer omhoog. Alcohol zou het gehalte aan HDL (goede) cholesterol verhogen, wat dus gunstig is. Rode wijn van goede kwaliteit bevat bovendien een aantal stoffen (flavonoïden, antioxidantia, polyfenolen) die gunstig inwerken op de bloedvaten. Maar anderzijds wordt aangenomen dat alcohol afgifte van triglyceriden via de lever aan het bloed stimuleert en ook de bloeddruk doet stijgen, wat dan weer ongunstige factoren zijn. Alcohol kan dus zowel gezond als schadelijk zijn; alles hangt af van de hoeveelheid maar zo is het altijd in dit lieve leventje, nietwaar ? EN KOFFIE ? Als koffie ontraden wordt, in het kader van beperking van cholesterol in het bloed, is het gewoon om de melk of de room die wordt toegevoegd. Toch stellen wetenschappers dat men ook op z'n hoede moet zijn voor een bepaalde vetsubstantie die bij het malen van koffie en toevoeging van heet water vrij komt, nl. diterpenen. Dat kan je echter best neutraliseren door een papieren filter te gebruiken; zo'n filter zal het vet opnemen. Diterpenen zouden vooral zorgen voor een stijging van de "lelijke" LDL-cholesterol en dat risico kan je maar beter niet lopen. Te mijden Avocado Biefstuk(niet mager) Biefstuk(mager) Hamburger(normaal) Hamburger(mager) Ham(met zichtbaar vet) Ham(vetarm) Varkensvlees(met vet) Hotdog Lamsvlees(met vet) Salami(per schijf) Chocoladereep Kaasburger Pizza met kaas(1/4) Friet(120 gr.) Worst met ei Één volledig ei Boter(100 gr.) Één kop volle melk Één eetlepel volle room Één kop roomijs Één eetlepel palmolie Één eetlepel reuzel Garnalen(90 gr.) Één eetlepel kokosolie Haring(90 gr.) Verzadigd vet (in gr.) Transvetzuren (in gr.) Cholesterol (in mg.) 5 11 4 7 5 6 2 9 5/7 8 2 6 6 4 4 10 1.5 50 3/5 3.5 16 6.7 5 0.3 12 4 0 0.1 5.5 0.3 0 0 0 0 90 50 80 50 53 35 80 30 85 75 20 45 50 0 255 215 240 18 SPOREN 80 0 200 160 0 85 1.7 1.8 2.4 1.4 1 0 0.1 0.7 0 0 1.4 0 0 0 0 0 0 1 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 50 45 55 60 60 55 55 60 VERGELIJK Één eetlepel maïsolie Één eetlepel olijfolie Één eetlepel soyaolie Één eetlepel zonnebloemolie Zachte smeermargarine(100 gr.) 90 gr. kabeljauw 90 gr. krab 90 gr. forel 90 gr. tong 90 gr. heilbot 90 gr. tonijn in olie 90 gr.oesters 90 gr.kreeft