Opleiding Leraar Lager Onderwijs LESVOORBEREIDING Copyright KHB – Marcobello 2000 – versie 2000 EUROPESE HOGESCHOOL BRUSSEL Campus Nieuwland LESFICHE +INFORMATIEFICHE Vak: Muzische opvoeding Onderwerp: Bewegingen en muziek koppelen aan sfeer Datum: 23 oktober 2006 Lesuur: 15u – 15u30 Beginsituatie: Onderwijsniveau: In de kleuterklas wordt er veel aandacht besteed aan vrij bewegen op muziek en improviseren met instrumenten. Ervaringsniveau: Lln voelen nog heel instinctief aan wat voor een gevoel bepaalde soorten muziek bij hen oproept, zonder dat ze er veel bij hoeven na te denken. Lesdoel (en): Geluiden en bewegingen koppelen aan een bepaalde sfeer van muziek. Leerdoelen van deze les: Lln kunnen een manier van bewegen koppelen aan het gevoel dat ze bij muziek krijgen. Lln testen instrumenten uit op hun klankwaarde en experimenteren hoe ze met een instrument een bepaalde sfeer kunnen uitdrukken. De kinderen kunnen samenwerken om tot één muzikaal geheel te komen. Bronnen : Leerplan VVKaBO Didactiek (Mu)ziek (Dirk Bogaert) Cd-rom: muziek in het eerste leerjaar Muziek beluisteren met kinderen van 3 tot 8 jaar (Wilfried Van Weverberg) Didactisch materiaal : Instrumenten Cd’s : Your classical favourites – music for the millions – volume 1 Vivaldi – The Four Seasons Leerplandoelen/eindtermen : Musiceren met voorwerpen en instrumenten met aandacht voor klankproductie en speeltechniek. Dit houdt in bij het musiceren met instrumenten de juiste speeltechniek toepassen. Een klank-of muziekstuk ontwerpen vanuit een buitenmuzikaal gegeven. Klank en muziek via beweging ervaren. Dat houdt in: klankverschillen en muzikale tegenstellingen via beweging herkennen en ervaren, kenmerken van klank en muziek in bewegingen omzetten, de eigen beweging afstemmen op een klank, op muziek of op andere bewegingen. Zingeving: Muziek kan bij vele mensen verschillende gevoelens oproepen, ik vind het belangrijk dat kinderen hiervan bewust worden. Procesevaluatie Tijd 5’ 5’ 5’ 10’ Inhoudsanalyse Lln kunnen een manier van bewegen koppelen aan het gevoel dat ze bij muziek krijgen. Vrolijke, lichte muziek stappen met hoofd in de lucht, lachend, ... Lln kunnen een manier van bewegen koppelen aan het gevoel dat ze bij muziek krijgen. Donkere, droevige muziek stappen kijkend naar de grond, droevig, niets zeggen tegen de andere mensen ... Lln onderscheiden rustige en onrustige passages in de muziek. Lln testen instrumenten uit op hun klankwaarde en experimenteren hoe ze met een instrument een bepaalde onderwijsleeractiviteit LK vertelt: ‘vandaag gaan we met z’n allen door de goed-gevoel-straat lopen. LK laat een stukje vrolijke muziek horen en vraagt: ‘hoe zouden de mensen in die straat lopen?’ Lln lopen in de goed gevoel straat. Ze zijn vriendelijk tegen andere mensen, ... Het is er heel druk, iedereen zoekt zijn weg tussen de mensen en obstakels. Als de muziek stopt beelden ze allen uit waar ze goed in zijn. Grande Valse Brillante - Chopin Differentiatie en verantwoording Bij jonge kinderen kan het beleven en beluisteren van muziek door fantasievol bewegen gestimuleerd worden. LK vertelt: ‘plots verandert er iets in de straat’ LK laat Op deze manier kunnen de lln uiten een stukje dramatische, donkere muziek horen en hoe zij de muziek ervaren. vraagt: ‘wat zou er gebeurd kunnen zijn in de straat’ ‘Zouden jullie op dezelfde manier door de straat lopen als daarjuist?’ Lln proberen uit. Concerto No 4 in F minor/ f-moll / en fa mineur “L’INVERNO” LK kiest nu een stuk muziek waarbij rustige en Er is hier geen juist of fout, de lln onrustige passages elkaar afwisselen. Ze passen hun kiezen individueel welke manier van wandelstijl aan aan de veranderingen in de muziek. stappen bij de muziek past. Ouverture “Banditenstreiche” Suppé. Door zelf muziek te maken kan het De kinderen zitten in een kring rond de leerkracht. bewust luisteren van kinderen naar Elke lln krijgt nu een instrument. muziek versterkt worden. sfeer kunnen uitdrukken. Daar mogen ze in eerste instantie vrij mee De kinderen kunnen samenwerken spelen (exploratiefase). Daarna zegt LK: we gaan om tot één muzikaal geheel te komen. eens proberen met onze instrumenten de eerste Trieste sfeer stil, lang, wrijven, ... sfeer na te doen.’ LK doet met haar instrument Vrolijke sfeer kort, luid, slaan,... een vrolijke improvisatie, de lln springen in. Hetzelfde wordt gedaan met de triestige sfeer. Bij elke sfeer vraagt LK waarom deze nu vrolijk / triest klinkt. LK speelt samen met de lln een bepaalde sfeer, ze verandert zonder aankondigen van sfeer, de lln moeten volgen. Klas wordt verdeeld in 2 delen. De ene helft triest, de andere vrolijk. Ze mogen nu zelf iets componeren voor hun sfeer.