Blok A. februari – april 2009 nivo II : 14-15 en 15-16 jarigen HANDLEIDING CATECHEET & MENTOR INHOUD 1. algemene informatie pag.I 1- 8 1.1 info over deze methode - wat willen we bereiken - de totaalopzet - rol van catecheet en mentor - de opzet per avond - het gebed - wat praktische zaken - ondersteuning 1.2 planning 1.3 achtergrondinformatie over dit blok 2. opzet per avond pag.II 1 ev 3. achtergrondinformatie per avond pag.III 1ev Handleiding blok A, nivo 1,2,3 - deel 1. algemene informatie pag. I. 1 1. algemene informatie 1.1. Info over deze methode a. Wat willen we bereiken We zijn sinds 2006 bezig met een nieuwe methode m.b.t. het kerkelijk onderwijs. Daarbij staat ons het volgende voor ogen: - een duidelijke lijn en een heldere inhoud - meer aandacht voor de jongere (daarom o.a. mentoren) - boeiende en inspirerende jeugdavonden - meer betrokkenheid van de ouders Bij alles wat we doen willen we werken aan het motto dat we voor het jeugdwerk gekozen hebben: Ieder hart een woonplaats van Christus b. De totaalopzet We hebben niet gekozen voor het overnemen van een complete methode van anderen, maar voor het uitwerken van een eigen opzet. Kenmerkend voor die opzet: - catechese en vereniging worden samengevoegd in 1 jeugdavond - de lesstof is verdeeld in 6 blokken: o Wie is God voor jou? (Apostolicum) (deze map) o In gesprek met God (gebed, Onze Vader) o Samenleven voor God (gemeenschap der heiligen, kerk) o Leven met God .1. (10 geboden) o Leven met God .2. (10 geboden) o Luisteren naar God (De bijbel) - Per seizoen behandelen we in elke groep 3 blokken; elke 2 jaar wordt de stof dus herhaald, maar tegelijk uitgebreid en verdiept. - Alle groepen zijn tegelijk met hetzelfde blok bezig - Aan elk blok wordt 8 a 9 weken gewerkt. Daarbij werkt de groep gedurende die tijd ook steeds aan een prestatie, die aan het eind in breder verband (ouders/gemeente) gepresenteerd wordt. (voorbeelden: organiseren van een kerkdienst; maken van een videopresentatie; uitvoeren van een project, enz) - De jongeren kunnen in principe kiezen (als er in hun leeftijdscategorie 2 groepen zijn) of ze op dinsdag of woensdag mee willen doen. - De avonden worden gegeven door een catecheet (eerst verantwoordelijke voor de lesinhoud) en een mentor (eerst verantwoordelijke voor het contact met de jongere) c. Rol van catecheet en mentor Met betrekking tot de rol van catecheet en mentor een paar opmerkingen: - De catecheet is de eerst verantwoordelijke voor de lesstof, en voor het bereiken van de per avond geformuleerde leerdoelen. Handleiding blok A, nivo 1,2,3 - deel 1. algemene informatie pag. I. 2 - De mentor is de eerstverantwoordelijke voor het voeling houden met de jongeren en hun leefwereld, en voor het contact met de jongeren (en evt. hun ouders/ ambtsdrager). Dat beperkt zich natuurlijk niet tot tijdens de jeugdavonden. Komt een jongere vaker niet opdagen, ligt iemand in het ziekenhuis, voelt hij of zij zich niet thuis in de groep, de mentor signaleert en onderneemt waar mogelijk actie. samenwerking is belangrijk: o je geeft de avonden als duo, bespreek de zaak van tevoren samen en verdeel de taken o Voor de meeste leeftijdscategorieën zijn er twee groepen: wissel ideeën uit, deel materialen, enz o Per blok zullen we als catecheten en mentoren samenkomen om de zaak op elkaar af te stemmen en samen te evalueren d. De opzet per avond - De opzet van de avond: 19.00-19.15 mentorkwartiertje (wie zijn ze, hoe gaat het met ze) 19.15-20.15 lesstof en verwerking 20.15-21.00 eens per maand soosuurtje opties: een gezamenlijke start, afsluiten met gezamenlijk wat zingen, enz. - Het mentorkwartiertje Het doel van het mentorkwartiertje aan het begin van de les is om even het ijs te breken, maar vooral om inzicht te krijgen in de leef- en belevingswereld van de jeugd in het algemeen en van deze individuele jongeren in het bijzonder. Om op deze manier hen nog beter te kunnen begeleiden in hun (zoek)tocht naar het leven als kind van God. Er moet ruimte zijn om te praten over school/muziek/sport/uitgaan/vrienden etc, ook al heeft het niks met de les te maken. De openheid die je hiermee creëert kan van grote waarde zijn als je met hen open over geloof en kerkzaken wilt praten. De vorm waarin je het giet is wel van groot belang! Kies voor variatie: interview, spelvorm, rondje, verbaal of creatief, enz, enz Zo voorkom je stereotype uitlatingen en eindeloze discussies waar vaak dezelfden het woord doen. Het mentorkwartier aan het begin van de les is in de lesopzetten, niet altijd ingevuld. De bedoeling is dat vooral de jongeren zelf hier hun inbreng kunnen leveren. Een paar suggesties voor het mentorkwartiertje: o nieuwsfeiten meenemen die deze week grote indruk op je gemaakt hebben o schrijf eens onderwerpen op waar jij graag eens over door zou willen praten. Bespreek dit samen. Herkent de groep zich erin? En misschien is daar heus wel ruimte voor in de loop van de weken.(anders is dat te maken) o neem je favoriete muziek mee. Laat het horen en vertel waarom. o Vertel wat je hobby is en waarom dat zo leuk is.(neem iets daarover mee) o Wie is een voorbeeld voor jou en waarom?(neem iets daarover mee) o Waar ben je op vakantie geweest. Plak een geeltje op de landkaart bij het goede land en schrijf op het geeltje welke plaats het was. Vertel hoe je vakantie was. Handleiding blok A, nivo 1,2,3 - deel 1. algemene informatie pag. I. 3 o Geef op een lijn aan: hoe zit je in je vel. Goed of juist heel slecht. Leg uit waarom daar? o Kennismakingsspel: leg een aantal kaarten met vragen in het midden van een cirkel van speelkaarten. (sommige speelkaarten liggen goed anderen liggen ‘dwars”. Op de vragenkaarten staan vragen zoals: wat is je lievelingsdier, wat is je lievelingskleur, wat is leuk op school wat niet, Hoe zit je gezin eruit? Wie is God voor jou? Enz. Zet op de cirkel pionnetjes neer. De deelnemers gooien met een dobbelsteen. Komen ze op een kaart die “dwars”ligt dan moeten ze een vraag beantwoorden van de vragenstapel. o Een variatie hierop is dat je de jongelui zelf vragen laat bedenken voor op de vragenkaarten. o Leg op de tafels dit figuur: De jongelui schrijven hun eigen naam in het vak dat voor hen ligt. Daarna wordt het papier doorgeschoven zodat ze de naam van hun buur man/vrouw voor zich krijgen. Ze schrijven van diegene dat op waarvan ze vinden dat hij/zij daar goed in is. Dan wordt het figuur doorgeschoven naar de volgende, die schrijft ook iets op, net zolang tot de eerste zijn eigen naam weer krijgt. Hij kan dan zien wat de anderen vinden waar hij goed in is. Hij /zij mag reageren hierop en natuurlijk ook dingen toevoegen. (dit kan natuurlijk alleen wanneer het veilig in de groep is en iedereen elkaar een beetje goed kent. ) - Lesstof en verwerking De invulling van het mentorkwartiertje laten we dus vooral aan de mentor (en de catecheet) over. Voor de verdere les hebben we wel een opzet gemaakt als handreiking voor de catecheet en mentor. (deel 2 van deze map) Bovendien leveren we daarnaast nog wat achtergrondinformatie voor de voorstudie van de catecheten. (deel 3 van deze map) Voel je vrij om op onderdelen een eigen invulling te geven. (extra opdrachten, andere werkvormen, enz). Maar zorg er wel voor dat de geformuleerde doelen per les gehaald worden. Ook de memorisatieopdrachten liggen vast. Breng je veranderingen aan in de les, geef dit dan wel door, zodat we de volgende keer ook die ideeën in het materiaal op kunnen nemen. Alle jongeren krijgen de eerste avond een 4 rings A4map. Het is de bedoeling dat ze die elke jeugdavond bij zich hebben. In deze map zitten: o De verwerkingsbladen/ hand-outs die bij elke les uitgedeeld worden o Evt extra materiaal uitgedeeld door catecheet/mentor o Wat insteekhoesjes, zodat ze hun eigen materiaal er ook in kunnen stoppen Als er een gedeelte uit de catechismus behandeld wordt staat dit op het verwerkingsblad. De jongeren worden wel geacht allemaal een bijbel in NBVvertaling bij zich te hebben! Voor het memoriseren worden geplastificeerde memorisatiekaartjes uitgedeeld met Handleiding blok A, nivo 1,2,3 - deel 1. algemene informatie pag. I. 4 een verzamelringetje. - Soosuurtje Het is de bedoeling dat op de soosavonden de leiders (in ieder geval de mentoren) ook wat blijven drinken. De soos wordt beheerd door Kok de Jong; Hij regelt de inkoop, frisdrank, munten en schoonmaak soos. Wordt dit teveel dan geeft Kok dit aan. De jeugd krijgt 2 munten per avond wanneer de soos open is. NB: om het mogelijk te maken dat iedereen meedoet is de afspraak: er wordt tijdens het soosuurtje niet gerookt in de soos. e. het gebed -Gebed en zingen (‘zingen is dubbel bidden’ zei Augustinus al) spelen een belangrijke rol tijdens de jeugdavonden. Een enkele keer wordt daarvoor een concrete suggestie gedaan in de lesopzet, maar in de regel moeten catecheet en mentor zelf kijken hoe zij daar gestalte aan geven tijdens de avonden. Een aantal suggesties: o Je kunt ervoor kiezen het openingsgebed te doen als afsluiting van het mentorkwartiertje. Je kunt dan zaken uit hun leefwereld, die in dat kwartiertje naar voren gekomen zijn meenemen in gebed. o Het is goed elke avond ook samen te zingen. Kijk of één van de jongeren voor begeleiding kan zorgen. Als leiding moet je zelf regelen dat de liedteksten aanwezig zijn (bundels mee laten nemen of liederen op A4tjes kopiëren en in de map opnemen) o Is samen zingen een groot probleem, dan kun je ook kiezen voor samen naar een lied luisteren. o Laat het gebed ook een leerelement hebben: leer de jongeren zelf bidden. Help ze over de drempel heen om hardop in de groep te bidden, maar forceer dat niet. o Betrek de jongeren bij de inhoud van het gebed: inventariseer gebedspunten, introduceer vormen van kringgebed, vraag ze zelf een gebed voor te bereiden, enz o Een gemakkelijke vorm om jongeren bij het gebed te betrekken is een kringgebed, waarbij ieder een bepaalde zin afmaakt; b.v. “Here ik dank u voor….” Of “Here ik bid u voor….” (Evt. kun je zo eerst een rondje danken en daarna een rondje bidden doen) o Laat het gebed aansluiten op de inhoud van de les; vraag wat we na wat er nu behandeld is aan de Here moeten vragen en waarvoor we Hem moeten danken. f. Wat praktische zaken - Iedere avond is er voor de catecheten en mentoren voor en na aanvang koffie. - De jongeren betalen € 5.— per blok; dus € 15.— per jaar. Dit bedrag wordt geïnd door de leiding en kan afgedragen worden aan de koster. - Er zal gezorgd worden voor voldoende flap-overs en schrijfmateriaal Het streven is dat er een kast in de kerk komt met alle voorstudie boeken en materiaal voor het jeugdwerk. - Kosten die je als leiding maakt voor de jeugdavonden kunnen gedeclareerd worden via de commissie. Handleiding blok A, nivo 1,2,3 - deel 1. algemene informatie pag. I. 5 g . Ondersteuning Het jeugdwerk valt onder verantwoordelijkheid van de Taakgroep Jeugdwerk. Deze commissie wil naast het aanleveren van materiaal en het organiseren van avonden voor catecheten en jeugdwerkers, ook op de volgende manier ondersteuning geven: - zijn er landelijk toerustingsavonden of cursussen, dan ontvangen jullie een uitnodiging - minimaal eenmaal per seizoen wordt jullie avond bezocht door iemand namens de commissie. Doel: evaluatie, coaching, evt. toerusting - gaande de rit kun je terecht bij de volgende commissieleden: o voor zaken mbt groepsindeling, planning en personeel: Marja Velzen tel 442922 o voor inhoudelijke vragen over de lesstof: Jaap Oosterhuis tel 050-3061104 o voor zaken die de lesopzet en methode raken Gina Boekema tel 444419 o als je behoefte hebt aan coaching en advies Grietje Verbree tel. 441983 Handleiding blok A, nivo 1,2,3 - deel 1. algemene informatie pag. I. 6 1.2. Planning 2008-2009 Blok Blok Blok A week 36: 1-9 tot 3-9 uitleg lesstof: 18 nov. uitleg lesstof: 10 febr. week 37: 8-9 tot 10-9 week 48: 24-11 tot 26-11 week 8: 16-2 tot 18-2 week 38: 15-9 tot 17-9 week 49: 1-12 tot 3-12 week 39: 22-9 tot 24-9 week 50: 8-12 tot 10-12 voorjaarsvakantie week 10: 2-3 tot 4-3 week 40: 29-9 tot 1-10 week 51: 15-12 tot 17-12 zondag 5 okt. open huis week 11: 9-3 tot 10-3 biddag 11-3 week 41: 6-10 tot 8-10 kerstvakantie week 12: 16-3 tot 18-3 week 42: 13-10 tot 15-10 kerstvakantie week 13: 23-3 tot 25-3 herfstvakantie week 2: 5-1 tot 7-1 week 14: 30-3 tot 1-4 zondag 5 april open huis week 45: 3-11 tot 4-11 5-11 dankdag week 3: 12-1 tot 14-1 week 15: 6-4 tot 8-4 zondag 11 jan. open huis week 16: 14-4 tot 15-4 week 4: 19-1 tot 21-1 13-4 pasen week 46: 10-11 tot 12-11 week 5: 26-1 tot 28-1 week 44: 27-10 tot 29-10 week 17: 20-4 tot 22-4 week 6: 2-2 tot 4-2 1.3 achtergrondinformatie over dit blok In dit blok gaan we het thema behandelen: Wie is God voor jou? In deel 3 van deze map vind je achtergrondinformatie per avond. Hier even kort wat informatie over het hele blok. - In dit blok komt aan de orde wat het inhoudt om te geloven in God de Vader, God de Zoon en God de Heilige Geest. Dat is altijd een kernelement van het kerkelijke onderwijs geweest. In dit blok wordt de apostolische geloofsbelijdenis (de 12 artikelen) behandeld. In de catechismus gaat het om de zondagen 7 t/m 23. In de catechismus wordt ook de kerk/ de gemeenschap der heiligen in dit kader behandeld. Wij wijden daar een apart blok aan. Handleiding blok A, nivo 1,2,3 - deel 1. algemene informatie pag. I. 7 - Als achtergrondmateriaal voor je eigen voorbereiding zou je naast het door ons aangeleverde materiaal (deel 3 van deze map) ook het volgende kunnen gebruiken: alle catechese methoden behandelen deze stof. Kijk eens hoe men het daar aanpakt. (naast ‘Ik geloof’ hebben we als commissie ook exemplaren aangeschaft van de twee nieuwe methoden die recent in onze kring in gebruik zijn genomen: follow-up en geloven.nu) Je kunt ook de Nederlandse Geloofsbelijdenis erbij pakken: artikel 8-26 Je kunt ook de volgende boeken gebruiken: o Egbert Brink Het Woord Vooraf hfst 4-16 (methode voor belijdeniscatechese) o J.I. Pacher Groeien in Christus Novapres (o.a. Behandeling in korte hoofdstukken van de 12 artikelen) o J.I.Packer Wandelen door de Geest (over HG en heiliging) o C. Bijl Wat het geloof verwacht (Over Catechismus znd 8-24) o John Stott: De basis van het bijbelse geloof (Over persoon en werk van Christus, feit en gevolgen van de zonde, het antwoord van de mens) o M Green Kom nou dat meen je niet (over de noodzaak van geloof in Christus, de geloofwaardigheid van zijn aanspraken, de verschillen met andere godsdiensten) Verder is er natuurlijk ook van alles te via op internet. Handleiding blok A, nivo 1,2,3 - deel 1. algemene informatie pag. I. 8 2. opzet per avond Op de volgende blad zijden vind je per avond: - de leerdoelen - de lesopzet - benodigde materialen - ruimte voor evaluatie de leerdoelen Probeer per avond in de gaten te houden of je inderdaad de leerdoelen haalt. Mis je bepaalde doelen, of vind je dat andere te hoog gegrepen zijn, noteer dat dan voor de evaluatie. lesopzet In dit onderdeel vind je de verschillende lesonderdelen min of meer uitgewerkt. Daarbij is ook een tijdschema aangegeven. Vind je dat de leerdoelen op een andere manier beter gerealiseerd kunnen worden, heb je leuke alternatieve werkvormen, wil je de tijd liever wat anders indelen? Voel je vrij om die veranderingen aan te brengen. Noteer veranderingen wel op het evaluatieformulier, zodat we er voor een volgende keer ons winst mee kunnen doen. Soms zal de tijd misschien te krap zijn bemeten. Beslis dan zelf welke onderdelen je inkort of misschien kunt laten vallen. benodigde materialen Check van tevoren of de benodigde materialen aanwezig zijn. Kom je dingen tekort, of wil je iets extra’s aanschaffen, neem dan even contact op met Jasper Klapwijk. suggesties voor liederen enz Per avond worden wat suggesties gedaan voor liederen, die je kunt laten zingen. Verder worden wat relevante gedeelten uit de bijbel en de belijdenisgeschriften genoemd. Vind je zelf nog andere liederen of leesgedeelten, geef dat dan even door op het evaluatieformulier. ruimte voor evaluatie Het is de bedoeling dat deze methode elke twee jaar beter wordt. Dat kan alleen als jullie je ervaring, nieuwe ideeën, suggesties enz willen delen. Tip: vul na elke les even het evaluatieformulier in. Na afsluiting van het blok kun je dan je ideeën, verbeteringen, enz gemakkelijk inbrengen. Handleiding blok A, nivo 2 - deel 2. lesopzet per avond pag. II.1 Blok A – nivo 2 -Avond 1; evenbeeld van God a. leerdoelen 1. Ze kunnen uitleggen dat het naar Gods beeld geschapen te zijn op twee manieren uitgelegd kan worden: 1. als functieomschrijving: Je bent onderkoning voor God op deze aarde. 2. als afspiegeling van Gods persoon: Je kunt (net als God) anderen liefhebben, enz. 2. Ze kunnen de betekenis van het beelddrager zijn in hun eigen leven aangeven: respect voor de ander en verantwoord rentmeesterschap (Jakobus 3) 3. Ze kunnen omschrijven wat Gods almacht in hun eigen leven voor hen betekent: (voorzienigheid en zorg van elke dag) b. lesopzet Tijd 19.00 Theorie /werkvorm Wie Mentorkwartier: vooral gericht op kennismaken met leiders en groep. Zie voor verdere ideeën pag I.3 * een mogelijkheid: Kennismakingsspel:Ieder krijgt 4 lege kaartjes. Op kaartje 1 schrijf je je hobby. Op kaartje 2 beschrijf je een karaktereigenschap. Op kaartje 3 bijv. je lievelings- eten/zanger etc.Op kaartje 4 schrijf je een ding waar je goed in bent. (Deze dingen samen geven een korte beschrijving van hoe uniek de Schepper je gemaakt heeft.). De kaartjes worden verzameld en geschud en opnieuw willekeurig uitgedeeld. Vervolgens moet je de 4 kaartjes die je hebt gekregen gaan uitdelen. Dit doe je aan degene van wie jij denkt dat de beschrijving bij hem/haar hoort. Na afloop een korte bespreking. Klopt het wat je hebt gekregen en hebt weggegeven? * Een tweede mogelijkheid: Wat is catechisatie. Welke ervaringen hebben ze daarmee. Wat is hun beeld ervan? (eerst in tweetallen dan samen) Daarna legt de leider uit hoe het eruit gaat zien. 19.15 Intro: Geschapen naar Gods beeld Vertel de groep het volgende: Stel je het volgende eens voor: Je werkt in een bedrijf. De baas van het bedrijf is al een hele tijd op reis. Hij heeft een opzichter aangesteld die de boel voor hem moet regelen. Deze opzichter maakt allemaal regels: je moet 8 uur werken, je mag geen pauze, eten en drinken doe je maar tijdens het werk. Als je ziek wordt, heb je pech. Je krijgt geen salaris. Die opzichter zegt dat hij dat allemaal telefonisch/ via de mail doorkrijgt van zijn baas (die dus ook jouw baas is) Welk beeld krijg je van die baas? Nu wordt deze opzichter ontslagen en jij weet niet waarom. Er komt een andere die heel andere regels stelt. Je moet wel 8 uur Handleiding blok A, nivo 2 - deel 2. lesopzet per avond pag. II.2 19.25 werken maar je krijgt ook pauze. Het ziekteverlof wordt beter. Hij zegt ook dat hij het in opdracht doet van dezelfde baas. Zou je beeld van zo’n baas veranderen? Kortom: Het beeld van zo’n baas verandert wanneer de opzichter in opdracht van de baas de regels verandert. Wij zijn beeld van God op deze aarde. Wat dat inhoudt gaan we nu bekijken. Maar eerst: Hoe is God, wat doet Hij Vul dit eens in in een woordweb. GOD Samen lezen Gen1:26 – 28 en Psalm 8 Laat ze in groepjes van 2 de vragen behandelen die op het werkblad bij beide bijbelgedeelten staan. Bespreek het daarna samen. Klein stukje uitleg over wat is dat nu beeld van God zijn (invullen op werkblad) Namens God optreden net als de opzichter dingen regelen voor de baas: onderkoning zijn, zorgen voor de schepping in naam van God Op God lijken Maar ook laten zien hoe God is: liefde, trouw, goedheid, enz weerspiegelen.. NB. de werknemers zagen het beeld van de baas in hoe de opzichter was. Evt. Kun je vr/antw 6 van zondag 3 erbij lezen. Deze staat in de vertaling van L.Wierenga opgenomen op het werkblad Verdeel nu de volgende teksten onder de jongeren (per 2 of 3 tal zoeken ze 1 tekst op) : Gen 9:6 ; Kolossenzen 1: 15; Kolossenzen 3: 10; Jacobus 3: 9-10. Wat zegt dit vers over ‘beeld van God’? Men leest per groepje de tekst voor en vertelt wat die betekent. Daarbij kan naar voren komen: Is de mens nog steeds beeld van God? (zie werkblad) Ja (Gen 9:6 en Jac.3:9) en nee (Kol 3:10). Vergelijk het met een spiegel, die iets moet weerspiegelen, maar in scherven is gevallen. Jezus was wel weer helemaal beeld van God (Joh 14: wie mij gezien heeft, heeft de Vader gezien.)De Heilige Geest wil ons weer steeds meer op God ,Jezus laten lijken (Kol 3,10) Als je besloten hebt bij deze les E&R lied 161 te zingen, zou je dat misschien hier kunnen doen. Handleiding blok A, nivo 2 - deel 2. lesopzet per avond pag. II.3 Eventuele aanvulling: - Brainstorm in groepjes van 2 of 3 over de vraag: Hoe maak je de volgende zin af: Ik ben naar Gods beeld geschapen en dus…… Laat ze op gele plakbriefjes een aantal manieren waarop de zin afgemaakt kan worden invullen. - Laten 1 of twee jongeren de briefjes ophalen en op een flap plakken (gelijk een beetje sorteren) - bespreek het resultaat en geef evt. aanvullingen. Nu nog even kijken naar het woordweb. Omcirkel die begrippen, die wij als mens moeten weerspiegelen 19.45 Voorzienigheid God heeft de aarde gemaakt en houdt alles in stand. Lees maar in zondag 10 vr/antw 27 . (samen lezen; op werkblad) Dit houdt ook in dat Hij elke dag voor jou zorgt in goede tijden en slechte. 1. Hoe merk je dat God voor jou zorgt? 2. Heb je wel eens slechte tijden gekend. Wat vond je toen van Gods zorg? Schrijf dit eerst voor jezelf in 5 regels op. Bespreek dit met je buurman/vrouw Daarna samen bespreken. (dit zou voor groep A de 5 regels kunnen zijn die als prestatie kunnen tellen voor deze les, wanneer ze daar ook nog een voorwerp of plaatje bij kunnen vinden) alternatief of aanvulling: Bijbelstudie over Matteüs 6: 25-34 (zie de toelichting daarbij in de achtergrondinformatie. Opmerking: Als je doceert of discussieert over Gods voorzienigheid dan is een kwartier wel heel erg kort. Temeer omdat het ‘aanstippen’ van het onderwerp vaak nog meer vragen oproept. Je kunt er dus ook voor kiezen dit onderwerp in deze les te laten rusten, of je kunt er meer tijd voor nemen en het vorige onderdeel inkorten. 20.00 Activiteit: De presentatie van deze module bestaat uit het maken van een soort liedboekje over de twaalf artikelen. Per les worden er 1-2 liederen gekozen door de groep. Deze worden gebundeld, voorzien van een korte motivatie voor de keuze en aan de ouders gepresenteerd. Je kunt ervoor kiezen dit samen tijdens elke les te doen of ze als huiswerk elk een lied te laten opzoeken over de behandelde les en daaruit de volgende les Handleiding blok A, nivo 2 - deel 2. lesopzet per avond pag. II.4 samen te kiezen. 20.10 huiswerk opgeven sluiting - memorisatiekaartje Johannes 3:16 uitdelen; Leg uit waarom het belangrijk is teksten uit het hoofd te kennen. Leg het systeem uit: elke week een kaartje erbij; samen aan een ringetje. Geef aanwijzingen voor hoe je het gemakkelijkst uit het hoofd kunt leren. (Elke dag een paar keer even naar kijken) - ze stimuleren om gebruik te maken van het bijbelleesrooster: elke dag even tijd nemen om te lezen en er over na te denken. sluiting Voorberei- De jongeren: ding voor de - Uit het hoofd leren: Johannes 3:16 volgende keer. - Het bijbelleesrooster: * Hoe staat God tegenover de zonde? God maakt zich verschrikkelijk kwaad over de zonde! Moet je kijken hoe hij reageert op Israëls zonde met het gouden kalf! Als er geen middelaar was geweest…. lezen: Exoudus 32: 7-10 * Als ik goed mijn best doe, kan ik dan altijd goed zijn? Het is onmogelijk voor een mens om niet te zondigen. Daarom kan niemand volmaakt zijn. lezen: Romeinen 3: 10b-12 en 23 * Maar God kan toch niet boos zijn om iemand, die Hem niet kent? Ook zonder bijbel weten mensen genoeg om verantwoordelijk te zijn voor hun zonden. lezen: Romeinen 1: 18-21 * Wat denkt God van mij als ik zondig? God heeft een grote hekel aan zonde maar houdt van mensen. Hij kijkt naar ons door wat Jezus deed aan het kruis als we Hem om vergeving gevraagd hebben. lezen: Romeinen 8: 6-9 * Maar ik kan er toch niks aan doen dat ik zondig? Onzin! Je kunt tegen de zonde vechten, en laat Jezus daarbij je voorbeeld zijn. lezen: Hebreeën 12: 1-4 * Maar niet elke zonde is toch zo erg? Wat een zonde erg maakt is niet alleen wat je doet, maar ook tegen Wie je het doet. Daarom tellen bij Jezus de zonden erg zwaar. lezen: Matteüs 5: 21-22 * Maar hoe weet ik zeker dat als ik spijt heb, God alles wil vergeven? Het antwoord is simpel: omdat Hij dat beloofd heeft! lezen: 1 Johannes 1:8 - 2:2 Handleiding blok A, nivo 2 - deel 2. lesopzet per avond pag. II.5 De jongeren bedenken een lied bij God de Schepper . Allemaal zoeken ze in kranten en tijdschriften artikelen of foto’s over ellende in de wereld en de gevolgen van de zonde. Stimuleer ze om zo veel mogelijk variatie te bereiken. Leiders: Regelen wie het leuk vindt de liedbundel vorm te geven. c. benodigde materialen - kaartje met Johannes 3:16 - groot leeg papier en stiften - Nog iets voor het mentorkwartiertje? d. suggesties zingen: Ps 8, Gz 74(90gez); Ps 95: 1 en 2, Gz 1 (90Gz); E&R161, E&R 363 bijbelgedeelten: Gen 1; Job 38-41 ; Ps 8 ;Ps 33; Ps 104 ; Jes 40:12-31 belijdenis: NGB art 12-14; HC znd 3 v.a 6; znd 9 ; znd 10 ; DL III/IV1 Handleiding blok A, nivo 2 - deel 2. lesopzet per avond pag. II.6 e. evaluatie 1 In hoeverre leerdoelen gehaald? -- - + ++ Ze kunnen uitleggen dat het naar Gods beeld geschapen te zijn op twee manieren uitgelegd kan worden: 1. als functieomschrijving: Je bent onderkoning voor God op deze aarde. 2. als afspiegeling van Gods persoon: Je kunt (net als God) anderen liefhebben, enz. Ze kunnen de betekenis van het beelddrager zijn in hun eigen leven aangeven: respect voor de ander en verantwoord rentmeesterschap (Jakobus 3) Ze kunnen omschrijven wat Gods almacht in hun eigen leven voor hen betekent: (voorzienigheid en zorg van elke dag) 2 Opmerkingen mentor/ catecheet 3. Wat moet volgende keer anders Handleiding blok A, nivo 2 - deel 2. lesopzet per avond pag. II.7 Blok A – nivo 2 -Avond 2 ; Dat is doodzonde! a. leerdoelen 1. Ze kennen vier niveaus van vervreemding: van God, de naaste, de schepping en van zichzelf en kunnen dit benoemen in hun eigen leven. 2. Ze weten dat God de zonde serieus neemt en straft. 3. Ze kunnen verwoorden dat het goed is dat God de zonden straft omdat daaruit blijkt dat God rechtvaardig is. 4. Ze beseffen dat het absoluut niet vanzelfsprekend is dat ze Gods kinderen mogen zijn, en dat God hen wil vergeven. Ze beseffen dat ze zelf Gods eeuwige straf verdiend hebben b. lesopzet Tijd 19.00 Theorie /werkvorm Mentorgesprek: Zie voor verdere ideeën pag I.3 19.15 Bijbelstudie zondeval Wie Kort samenvatten de vorige les (in dat kader even samen de tekst opzeggen, die ze geleerd hebben) en vertellen dat ze vanavond bezig gaan over zondeval en het kwaad en de zonde die sindsdien in de wereld is. Bijbelstudie Genesis 3: 7-12 en 16-19 (op werkblad; met daarbij in een kader: Zonde verstoort de relatie met: God, de naaste, jezelf, de natuur) Introduceer de tekst: de mens heeft net gekozen voor de zonde, en nu ga je de gevolgen zien. Vertel dat je die gevolgen ziet in vervreemding naar alle kanten: naar de relatie met God, de naaste, jezelf en de natuur. Laat ze nu in tweetallen de tekst lezen, en achter de verzen steeds de relatie noteren (God/naaste/jezelf/natuur) die daar aangetast blijkt te zijn door de zonde. Bespreek het resultaat. 19.25 vervreemding op alle fronten In groepen de meegenomen krantenknipsels bekijken. We gaan de vier niveau’s van vervreemding nu toepassen op de krantenknipsels. Laat ze bij elk niveau een paar krantenknipsels Handleiding blok A, nivo 2 - deel 2. lesopzet per avond pag. II.8 uitkiezen, die hen aanspreken. Bespreek daarbij: waarom kies je deze? Bij welk niveau hoort die? Deze 4 niveaus staan in een groot schema: Van naaste van schepping van mezelf ik van God Ze plakken nu de gekozen knipsels in het goede vak. (poster van tevoren bespuiten met lijm; NB pas op dat je de lijm niet ook op de wand spuit) 19.35 God moet de zonde straffen Vertel het verhaal van de rechter (ook op hand-out). Stel je voor dat ik een bank zou beroven. Een verborgen camera heeft alles opgenomen, ik word herkend als de dader, opgepakt en voorgeleid. Het bewijs is overduidelijk, maar ik zeg tegen de rechter: Edelachtbare, ik heb er spijt van. Ik zal het geld teruggeven. Gelukkig is er niemand gewond geraakt. Als ik beloof dat ik het nooit meer zal doen, laat u me dan gaan? Vraag: kan de rechter gewoon het kwaad kwijtschelden? Als de rechter op mijn verzoek zou ingaan, zou hij geen rechtvaardige rechter zijn. De rechtspraak, een van de grondslagen van de samenleving, zou worden aangetast. God is zeker niet corrupt. In de bijbel staat dat Hij de schuldige niet als onschuldige beschouwt. Lees nu samen vr/ant 10 van de catechismus (zie werkblad) Laat ze allemaal even nadenken over de vraag: “Wat betekent wat hier staat voor mij? “ Inventariseer de antwoorden. 19.45 Gods straffen in de bijbel Ga nu in groepjes van 2 of 3 eens samen voorbeelden bedenken waar God het kwade straft in de bijbel. Schrijf deze op gele plakbriefjes. (NB als je krap in de tijd komt te zitten kun je dit natuurlijk ook even in de hele groep doen, en de resultaten door 1 of 2 personen op gele briefjes laten noteren) - zorg dat in ieder geval de volgende momenten erbij zitten; evt. door zelf als leiding deze punten in te brengen. - Gen 3: God verdrijft de mens uit het paradijs - Gen 6-8: De zondvloed - Exodus: De plagen in Egypte - Ex-Deut : Gods straffen in de woestijn - Joz: Het uitroeien van de bevolking van Kanaän - De ballingschap - GOLGOTHA - Het laatste oordeel Handleiding blok A, nivo 2 - deel 2. lesopzet per avond pag. II.9 - Plak samen de gevonden voorbeelden op volgorde van de geschiedenis op een grote tijdlijn. Vraag: Welk moment van straf is anders dan alle andere, en waarom? Antw: Golgotha, want hier werd een onschuldige gestraft. Waarom? Om ons van Gods toorn te bevrijden. Schrijf op het bord/ laat poster zien met volgende woorden: ’je bent zondiger dan je je ooit kunt voorstellen en tegelijk meer geliefd dan je ooit zou durven hopen’’ Bespreek deze uitspraak. Laat zien dat je vooral in Jezus sterven aan het kruis beide onderdelen heel duidelijk ziet. En trek van hieruit alvast de lijn naar de volgende lessen. of: Bewust van eigen zonde Leg op iedere tafel een papier neer met daarop een lijn. De groep in groepen van 4 verdelen: Ze gaan aan het werk met het volgende. Ik heb vandaag: Veel zonde weinig zonde een paar zonden geen zonden gedaan Leg op de goede plek een fiche neer. Leg nu aan de groep uit waarom daar? Kun je een zonde/ iets verkeerds dat je gedaan hebt noemen? Hierna dit gezamenlijk bespreken. Wat viel je op in de bespreking met je groep. Konden jullie goed uitleggen waarom jullie daar je fiche neer hadden gelegd. Was het moeilijk om zonden in je leven aan te wijzen. Schrijf op het bord/ laat poster zien met volgende woorden: ’je bent zondiger dan je je ooit kunt voorstellen en tegelijk meer geliefd dan je ooit zou durven hopen’’ Bespreek deze uitspraak. In deze les hebben we vooral de eerste helft van deze uitspraak gezien, in de volgende komt vooral de tweede helft aan bod. Handleiding blok A, nivo 2 - deel 2. lesopzet per avond pag. II.10 20.00 Activiteit: De groep zoekt een lied dat past bij de zondeval. Dit kan in duo’s worden gedaan. Dan zijn er meer liederen maar de leiders kunnen (samen met de groep) het meest passende, mooie lied uitkiezen. Kan ook als huiswerk voor de week erna. 20.15 Huiswerk opgeven - Deel kaartjes uit met tekst Rom 10:9 Checken: hoe vinden ze het teksten memoriseren? - Leg in het afsluitend gebed de nadruk op het belijden van schuld. Inventariseer van tevoren gebedspunten. voor de de jongeren: volgende - Uit het hoof leren: Romeinen 10;9 keer - bijbelleesrooster * Is het Oude Testament duidelijk over de komende verlosser? Het lijkt even van niet: niemand verwachtte dat Hij zou lijden en sterven. Maar dat was omdat ze verblind waren. lezen: Lukas 24:13-32 * Kun je bewijzen dat Jezus de beloofde Verlosser is? Je kunt het laten zien uit de Schrift (toen alleen nog het OT), maar dan moet je het wel willen bestuderen. lezen: Handelingen 17:1-3 en 11-12 * Hoe kun jet Oude Testament gebruiken om te laten zien dat Jezus de Verlosser is? Lees Jesaja 53. Het is het script voor het lijden van Jezus. 700 jaar voor Christus geschreven! lezen: Jesaja 53 * Zijn er voorbeelden van mensen, die door het lezen van Jesaja 53, in Jezus zijn gaan geloven? Ja, lees zelf maar: lezen: Handelingen 8:26-40 * Wist David toen hij de psalmen maakte, dat het daarin soms over de komende verlosser ging? lezen: handelingen 2: 29-36 * Hoe kan het dat in het Oude Testament zo duidelijk voorspeld is wie Jezus was, en wat Hij kwam doen? Dat is alleen verklaarbaar als God zelf de schrijvers inspireerde. lezen 2 Timoteüs 3:14-4:2 * Maar hoe overtuigden ze mensen, die de Schrift niet kenden? Die overtuigden ze door ooggetuigenverslagen. En die verslagen zijn opgeschreven en overtuigen ook mensen vandaag. lezen: 1 Petrus 2: 16-21 de leiders - Leiders kiezen uit de ingeleverde liederen 1 lied dat in de bundel komt. Handleiding blok A, nivo 2 - deel 2. lesopzet per avond pag. II.11 c. benodigde materialen - krantenknipsels - poster met 4 vakken (vervreemding van….) ; vlak voor tijd inspuiten met lijm - poster met tijdlijn van de bijbel ; gele plakbriefjes - voor prestatie: computers, liedboeken, papier, posters - kaartje met tekst Romeinen 10;9 d. suggesties zingen: Ps 143: 1-2; Ps 19: 4 en 5; Gz 17: 1-2; Gz 79 (90 gez); Gz 80 (90gez) (denk ook aan de liederen, die gekozen worden voor de Sing-in) bijbelgedeelten: Gen 2,16-17; Gen 3: 1-8; Num.21:4-9; Rom 3: 10-20; Rom 5,12-21; Rom 7 belijdenis: NGB art 14 en 15; HC znd 2-4; DL III/IV 1-5 Handleiding blok A, nivo 2 - deel 2. lesopzet per avond pag. II.12 e. evaluatie 1 In hoeverre leerdoelen gehaald? -- - + ++ Ze kennen vier niveaus van vervreemding: van God, de naaste, de schepping en van zichzelf en kunnen dit benoemen in hun eigen leven. Ze weten dat God de zonde serieus neemt en straft. Ze kunnen verwoorden dat het goed is dat God de zonden straft omdat daaruit blijkt dat God rechtvaardig is. Ze beseffen dat het absoluut niet vanzelfsprekend is dat ze Gods kinderen mogen zijn, en dat God hen wil vergeven. 2 Opmerkingen mentor/ catecheet 3 Wat moet de volgende keer anders Handleiding blok A, nivo 2 - deel 2. lesopzet per avond pag. II.13 Blok A – nivo 2 -Avond 3 ; The coming of the Christ a. leerdoelen 1. 2. 3. 4. Ze begrijpen dat Jezus gekomen is als onze Verlosser Ze kunnen weten dat de komst van Jezus in het Oude Testament is aangekondigd, en kunnen daar 2 voorbeelden (gen 3,15 en Jes 53) van noemen Ze beseffen dat Jezus de enige verlosser is Ze erkennen dat Jezus voor hun zonden gestorven is, en kunnen aangeven wat dat betekent b. lesopzet Tijd 19.00 Theorie /werkvorm Mentorgesprek: Zie voor verdere ideeën pag I.3 19.15 lied van verlossing Wie De leiding laat Psalm 22 horen van de CD ‘ Totdat het veilig is’ (Psalmen van nu).. De tekst is van tevoren gekopieerd en uitgedeeld. Laat de psalm 1 keer horen. Laat ze bij een tweede keer luisteren, die gedeelten in de psalm aanstrepen, die duidelijk naar Christus verwijzen. Laat ze reageren op deze uitvoering van de psalm, en vertellen welke gedeelten op Christus wijzen. (bespreek of het een goed idee is deze psalm te zingen tijdens de sing-in) alternatief De leiding laat een lied horen waarin het verlossingswerk van Jezus bezongen wordt. Dat kan één van de liederen zijn, die al voor de Sing-in gekozen is, of b.v een lied als ‘Above all’ van Michael W Smith. (Is het lied in het engels dan wordt een vertaling in het Nederlands uitgedeeld) - iedereen denkt even na over zijn reactie op het lied. - Maak daarna even een rondje, en laat iedereen reageren 19.25 Herhaling moederbelofte - Aan de hand van het werkblad (handout) bespreken we de betekenis van de moederbelofte. - Laat ze nu in groepjes van 3 de losse woorden in de juiste Handleiding blok A, nivo 2 - deel 2. lesopzet per avond pag. II.14 volgorde in de juiste kolom neerzetten. Neem kort het resultaat door. - slotvraag: In welke kolom sta je zelf? Hoe weet je dat? 19.35 Voorbeeld van een profetie > Christus Er zijn veel profetieën die vooruit wijzen naar Jezus. Eén van de gedetailleerde profetieën is van Jesaja 53. Dit is geschreven 700 jaar voor Christus. - Lees samen Jesaja 53:1-11 (op werkblad) - Bespreek in tweetallen de volgende vragen: 1. Hoe zie je dat in deze tekst naar Jezus verwezen wordt? Welke gebeurtenis tijdens Jezus lijden en sterven zie je hier heel nadrukkelijk terug? noteer dat naast de tekst op het werkblad. 2. Maak nadat je dit gedeelte gelezen heb op het werkblad de volgende zin af: “Jezus is gekomen om………………” - Nabespreking. Daarbij de volgende elementen naar voren halen: * Zo’n exacte voorspelling van het leven van Jezus kan geen toeval zijn. * De kern van deze profetie: Jezus kwam om in onze plaats Gods straf te dragen Dit kun je illustreren met de volgende illustratie: Stel dat God al je zonden heeft bijgehouden in een boek ; al je foute woorden, gedachten en daden staan erin genoteerd. Ik weet van mezelf dat één bladzijde uit dat boek al voldoende zou zijn om mij op de jongste dag te veroordelen. Dit is het boek van mijn leven met al mijn zonden. (pak een boek, niet de bijbel, en leg die op de muis van je linkerhand die je tot een vuist hebt gebald). Dan vormen die zonden een barrière tussen mij en God. (je beweegt je vuist met het boek erop naar boven en je rechterhand houdt je daar weer boven) . . . . Maar God (je rechterhand) heeft zelf voor een oplossing gezorgd voor het probleem dat wij hebben. Hij heeft zijn Zoon naar de aarde gestuurd (beweeg je rechterhand naar beneden) en hij heeft al mijn ongerechtigheden op zijn Zoon gelegd (breng het boek van de zonde van de linkerhand naar de rechterhand). Zo ben ik vrij en hoef ik geen angst te hebben (maak je linkervuist open en beweeg de open hand omhoog). (Deze illustratie komt uit de evangelisatiemethode EE 4) Handleiding blok A, nivo 2 - deel 2. lesopzet per avond pag. II.15 19. 45 Alleen Jezus redt - Inventariseer samen zoveel mogelijk zaken of personen waar mensen hun heil, hun redding van verwachten. Laat ze die zaken/personen op het werkblad opschrijven. Laat ze nu onderstrepen waar zij hun heil/redding zoeken - Lees nu samen zondag 11 v/a 29 (werkblad) Vul het schema daarbij op het werkblad in: ( Jezus= De HERE redt; zelfde naam in Hebr: Jozua Mt 1: 21 Deze (Jezus) zal zijn volk redden van hun zonden) - Vertel het verhaal van de kloof (koppel terug naar de les over vervreemding) IK GOD Eeuwig leven zonde Zonde Vervreemding Dood zinloosheid - Hoe proberen mensen de koof te overbruggen? > goed leven (laat zien dat dat nooit de kloof kan overbruggen) > de waarde van het leven zoeken in hier en nu (laat zien dat het altijd dood loopt) - Wat is de enige oplossing?: IK GOD Eeuwig leven zonde Zonde Vervreemding Dood zinloosheid Zonde vervreemdt je van: God, de naaste, jezelf, de natuur. Bespreek kort: (als er voldoende tijd is) Als Jezus het weer goedmaakt tussen jou en God, wat betekent dat dan voor de verhouding met: a. de naaste b. jezelf c. de natuur Handleiding blok A, nivo 2 - deel 2. lesopzet per avond pag. II.16 Slot: Samen Rom 10:9 opzeggen : ieder 2 woorden 20.00 Activiteit: Selecteer samen een lied bij deze les 20.15 sluiting - Huiswerk opgeven ; kaartjes met Efeze 5:18-20 uitdelen - gebed jongeren - De volgende keer moeten ze het verhaal van de kloof en de brug kunnen vertellen (terwijl ze de illustratie op het bord tekenen). - Uit het hoofd leren: Efeze 5:18-20 - bijbelleesrooster * Is Jezus ooit werkelijk gezalfd? Ja, maar niet met zalfolie, maar met de Heilige Geest! lezen: Markus 1: 1-11 * Waar komt eigenlijk de naam ‘christenen’ vandaan? De mensen, die bij Herodus hoorden heetten ‘herodianos’, zo gingen ze die mensen die altijd over Christus praatten ‘christianos’ noemen. lezen: Handelingen 11:19-26 * Zou het toevallig zijn dat de opvolger van Mozes net zo heette als Jezus? Waarschijnlijk niet. Hij leek op Jezus: aan de ene kant een zwak mens; maar wat Mozes niet lukte (het volk in het beloofde land brengen), dat deed hij wel. lezen: Deuteronomium 31: 1-8 * Kun je alleen door het geloof in Jezus gered worden? Ja, want Hij was Gods eigen Zoon, die mens werd voor ons. lezen: Handelingen 4:8-12 * Kunnen mensen, die zeggen dat Jezus alleen een goed mens was niet gelijk hebben? Nee. Kijk wat Hij van zichzelf zegt! Hij was of God of helemaal gek geworden. lezen: Johannes 8:48-59 * Kun je zeggen dat alleen het christelijk geloof waar is? Ja, want als Jezus de enige Heer is voor wie ieder zal buigen, dan kan er geen andere Heer zijn. lezen Filippenzen 2: 5-11 * Al die verschillende godsdiensten, hoe moet je kiezen? Jezus zegt: ik ben de Messias, en ik leer je God echt te aanbidden. lezen: Johannes 4: 16-26 Voor volgende keer: leiders - Leiders kiezen één of twee liederen uit de ingeleverde Handleiding blok A, nivo 2 - deel 2. lesopzet per avond pag. II.17 liederen. c. benodigde materialen - CD met songtekst of CD Psalmen van nu + tekst gekopieerd voor de jongeren - boek (voor illustratie) - poster + stift of bord + krijt - kaartje met Efeze 5:18-20 d. suggesties zingen: Ps 40: 2.3; Ps 106:1,2,21,22; Gz 36; E&R 76; E&R 91; E&R 127 bijbelgedeelten: Gen 3:15; Jesaja 53 (zie verder bijbelleesrooster en achtergrondinformatie) belijdenis: NGB art 17; HC 6 v/a 19; HC 11-16 ; DL I.2 en II.2 Handleiding blok A, nivo 2 - deel 2. lesopzet per avond pag. II.18 e. evaluatie 1 In hoeverre leerdoelen gehaald? -- - + ++ Ze begrijpen dat Jezus gekomen is als onze Verlosser Ze kunnen weten dat de komst van Jezus in het Oude Testament is aangekondigd, en kunnen daar 2 voorbeelden (gen 3,15 en Jes 53) van noemen. Ze beseffen dat Jezus de enige verlosser is Ze erkennen dat Jezus voor hun zonden gestorven is, en kunnen aangeven wat dat betekent 2 Opmerkingen mentor/ catecheet 3 Wat moet de volgende keer anders Handleiding blok A, nivo 2 - deel 2. lesopzet per avond pag. II.19 Blok A – nivo 2 -Avond 4; The Messiah a. leerdoelen Ze kunnen het profeet, priester en koningschap aanwijzen in Jezus’ leven Ze kunnen het belang van dit profeet, priester en koningschap van Jezus voor zichzelf omschrijven. Ze kunnen het profeet, priester en koning zijn, aanwijzen in hun eigen leven. Ze beseffen dat geloof in Jezus inhoudt dat je voor je redding volledig op Hem vertrouwt 1. 2. 3. 4. b. lesopzet Tijd 19.00 Theorie /werkvorm Mentorkwartier: Zie voor verdere ideeën pag I.3 Wie 19.15 1 Timoteüs 2: 5 Lees (of laat lezen) dit vers, en leg kort uit dat Jezus de brug is tussen ons en God. - Vraag nu 1 van de jongeren kort het verhaal van de kloof te tekenen en te vertellen. Laat daarna een ander het ook proberen. Vat kort de les van vorige week nog even samen 19.20 Gezalfden in het OT/ Christus - Vraag: Is Christus de achternaam van Jezus? wat betekent Christus? > gezalfde wat is het hebreeuwse woord voor Christus? > Messias Leg kort uit dat in het OT mensen gezalfd werden als ze een speciale taak kregen. (Zalfolie was vluchtig: het gaf verfrissing en rook lekker; zo was het symbool voor de kracht die God je gaf voor je functie; door zalfolie over iemand te gieten werd die persoon ook aangewezen en aangesteld) Vooral koningen, priesters en soms ook profeten werden gezalfd. - Verdeel nu de groep in drieën. Elk van de groepen gaat aan het werk met één van de kolommen op het werkblad: profeet, priester of koning a. zoek de tekst op; over wie gaat het? Welke taak krijgt hij? b. omschrijf de taak van een koning/priester/profeet c. hoe heeft Jezus die taak vervuld d. (dit onderdeel van het schema vullen we straks in) Handleiding blok A, nivo 2 - deel 2. lesopzet per avond pag. II.20 profeet 1 Kon 19:16 priester Ex 40:12-16 koning 1 Sam 16: wie: taak: wie: taak: wie: taak: Jezus taak: taak: taak: - Laat elke groep kort rapporteren aan de andere Lees daarna samen vr/ant 31 van de catechismus (werkblad) NB Als je denkt dat het teveel tijd kost om alle drie de ambten uit te werken, kun je er ook één kiezen, en je daarop concentreren. 19.35 geloof nodig Je kunt van alles van Jezus weten en geloven dat Hij geleefd heeft, gestorven is en opgestaan uit de dood. Is dat genoeg om gered te worden? > nee, dat gelooft de duivel ook allemaal Wat is er dan wel nodig? > dat je op Hem vertrouwt (NB: niet dat je eerst goed leeft> een ander leven is een gevolg van je redding, geen voorwaarde!) Gebruik het voorbeeld van de stoel om dit duidelijk te maken: Zet een stoel neer en vraag: geloof je dat die stoel bestaat? (Ja) Geloof je dat je er op kunt zitten? (Ja) Maar zit je er nu op? (Nee). Zo kan het ook met Jezus zijn. Het kan zijn dat ik geloof dat Hij bestaat, dat ik weet dat Hij gestorven is voor de zonde, maar dat ik toch niet op Hem vertrouw. (Ik kan b.v. denken dat het van mijn gedrag afhangt of ik in de hemel kom; ik kan m’n houvast zoeken in wat mensen zeggen, in geld enz). Dan zit ik dus gewoon op mijn eigen stoel. Wat moet ik dus doen? Erkennen dat ik mezelf niet kan redden en m’n leven zelf geen zin kan geven (opstaan van je eigen stoel), omdat ik elke dag zonde doe, en het helemaal van Jezus verwachten (op die andere stoel gaan zitten) Ik moet niet vertrouwen op mijn eigen goede werken om zijn gunst te verdienen. Ik mag mezelf met alles wat ik ben en heb in vertrouwen aan Hem overgeven. bespreek dit voorbeeld: Denk er eens over na: op welke stoel zit jij? Wat houdt dat in. Handleiding blok A, nivo 2 - deel 2. lesopzet per avond pag. II.21 19.45 Christen-zijn Als je je vertrouwen op Jezus stelt, helpt Hij je om steeds meer te worden als Hij. Lees vraag en antw 32 van de catechismus Vul nu in dezelfde 3 groepen de laatste twee vakken van het schema in: profeet priester koning ….. christen 20.00 taak: taak: taak: voorbeelden: voorbeelden: voorbeelden: - elke groep wisselt uit met de anderen. Activiteit: Lied bij het thema van deze les. 20.15 - Huiswerk opgeven kaartje met Romeinen 8:31-32 uitdelen - sluiting suggestie: inventariseer gebedspunten rond de drie ambten van profeet, priester en koning. Huiswerk/ jongeren: voor de volgende keer - Romeinen 8:31-32 uit het hoofd leren - Voor de volgende keer de drie ambten kennen, kunnen uitleggen hoe Jezus profeet, priester en koning is, en hoe ze zelf profeet, priester en koning zijn. - bijbelleesrooster * Kan Pasen niet door de discipelen verzonnen zijn? We hebben 4 ooggetuigenverslagen van die eerste paasdag. Zouden de mensen het toen geloofd hebben, als het een verzonnen verhaaltje was? lezen: Johannes 20: 1-11 * Is het makkelijk te geloven dat een dode weer levend is geworden? Nee, daar moet je Hem voor ontmoeten, en Hij moet je zelf de ogen openen. lezen: Johannes 20:12-18 * Was het makkelijk om de discipelen met het verhaal van Pasen op pad te sturen? Nee, ze konden het pas geloven, toen ze Jezus echt gezien hadden. Handleiding blok A, nivo 2 - deel 2. lesopzet per avond pag. II.22 lezen: Johannes 20:19-23 * Moeilijk om te geloven zonder dat je Jezus ziet? Ja, maar Jezus prijst je gelukkig als je het doet! lezen: Johannes 20: 24-31 * Verandert je leven van het geloof in de opstanding? Ja zeker! lezen: Kolossenzen 3: 1-10 * Was in het Oude Testament de opstanding van Jezus al voorspeld ? Ja, b.v. in Psalm 16, maar ook in het gedeelte waar we ook vorige week al naar keken. lezen: Jesaja 53: 8-12 * Kun je blij zijn in heel moeilijke omstandigheden? Ja, zegt Petrus, want door de opstanding van Jezus weet je zeker dat er een tijd komt dat alles goed zal zijn. lezen: 1 Petrus 1:3-7 leiders: - Leiders kiezen één of twee liederen uit uit de ingeleverde liederen. Opzoeken van overlijdensadvertenties niet alleen uit het ND maar ook uit andere kranten. c. benodigde materialen - evt:iets voor mentorkwartier - een lege stoel - kaartjes met Romeinen 8:31-32 d. suggesties zingen: Ps 2; Ps 72 ; Gz. 25, Gz 30:4-6; E&R 127; Gz 82 (90gez) 2 en 3 bijbelgedeelten: zie het bijbelleesrooster, en de tekstverwijzingen bij zondag 12 belijdenis: NGB art 18-22; HC 12 Handleiding blok A, nivo 2 - deel 2. lesopzet per avond pag. II.23 e. evaluatie 1 In hoeverre leerdoelen gehaald? -- - + ++ Ze kunnen het profeet, priester en koningschap aanwijzen in Jezus’ leven Ze kunnen het belang van dit profeet, priester en koningschap van Jezus voor zichzelf omschrijven. Ze kunnen het profeet, priester en koning zijn, aanwijzen in hun eigen leven. Ze beseffen dat geloof in Jezus inhoudt dat je voor je redding volledig op Hem vertrouwt 2 Opmerkingen mentor/ catecheet 3 Wat moet de volgende keer anders Handleiding blok A, nivo 2 - deel 2. lesopzet per avond pag. II.24 Blok A – nivo 2 -Avond 5 ; He is alive!! a. leerdoelen 1. 2. Ze kunnen uitleggen wat de opstanding van Jezus betekent voor hun eigen omgang met dood en verdriet (1 Korintiërs 15) Ze kunnen beschrijven dat ze door het voorbeeld van Jezus lichamelijke opstanding ook hun eigen lichaam en leven waardevol mogen vinden. b. lesopzet Tijd 19.00 Theorie /werkvorm mentorkwartier 19.13 Korte herhaling vorige keer Wie -even samen Romeinen 8:31-32 opzeggen - korte herhaling aan de hand van de volgende vragen: Hoe zie je dat Jezus profeet/priester/ was ? Hoe kun jij laten zien dat je profeet/priester/koning bent? 19.17 bijbelstudie + visualisatie - Meenemen zonnebloemzaden, aardappel o.i.d. Hoe krijg je van 1 zaad, bol meerdere of een prachtige bloem. Dan moet je hem poten of zaaien. Gaat niet zonder het sterven van het zaad of de bol. Die moet zichzelf opgeven om iets nieuws/ meerdere voort te brengen. - lees nu Johannes 12:23-24 Vraag nu wat deze verzen zeggen over het principe van het zaad (sterven om vrucht te dragen) in Jezus’ leven. - lees nu 1 Kor 15: 37,38 En hoe zie je dat principe in ons leven? 19.20 ervaringen uitwisselen Ga met z’n vieren in een groepje zitten. Persoon 1 stelt de volgende vragen aan persoon 2. Persoon 3 aan 4. Daarna worden de rollen omgedraaid en stelt persoon 2 de volgende vragen aan 1 en 4 aan 3. Hierna vertelt binnen het groepje van vier ieder wat de ander geantwoord heeft.. Het kan zijn dat het daarna in de grote groep ook kan, maar dat is afhankelijk van de groep. De vragen zijn: Vertel eens aan elkaar hoe jezelf met doodgaan te maken hebt gehad. Aan welke gebeurtenis/personen/dieren denk je dan? Wat was jouw gevoel daarbij? Handleiding blok A, nivo 2 - deel 2. lesopzet per avond pag. II.25 Waren er dingen bijzonder of opvallend? (hierbij is het wel van belang dat de groep veilig is en er ruimte gegeven wordt om te vertellen. Vooral ook leiders moeten hierbij begripvol en luisterend aanwezig zijn) 19.30 Bijbelstudie 1 Kor.15 Jezus is opgestaan en daarin is de dood overwonnen. Daarom kunnen wij uitkijken naar onze eigen opstanding uit de dood. - De jongeren lezen voor zichzelf de selectie uit 1 Kor. 15 (werkblad) . Ze zetten !! bij die verzen, die hun aanspreken en ?? bij die verzen, die vragen oproepen. Ze kiezen 1 vers dat hen het meeste aanspreekt. - Eerst vertelt ieder welk vers hem/haar het meeste aanspreekt en waarom. - Daarna wordt de tekst nog een keer doorgelopen met extra aandacht voor de !! en ?? 19.40 verdere verwerking Aan het begin worden de meegebrachte advertenties verdeeld over 4 tafels. Bij elke tafel gaat een groepje zitten. Samen bekijken ze de advertenties. Wie is er overleden? Hoe zie je hierin terug wat zij/hij vond of zijn/haar familie over sterven? Zie je iets terug van het geloof van degene die is overleden? Als er voldoende tijd is, wisselen de groepjes na een paar minuten van tafel. Andere optie Wat zou je iemand die niet gelooft willen vertellen over jouw hoop op de opstanding? Wat zou hij of zij zeggen? Wat zou jij antwoorden Bespreek zo’n gesprek met z’n tweeën en schrijf dit op in vraag en antwoord vorm zodat je het na kunt spelen voor de groep. aanvullend onderwerp De opstanding van de dood betekent ook dat je zuinig bent op je lichaam. Schrijf de volgende stellingen op grote papieren laat jongelui reageren door het plakken van kleine stickertjes: Groen = mee eens Rood = niet mee eens Oranje = weet niet. Handleiding blok A, nivo 2 - deel 2. lesopzet per avond pag. II.26 20.00 1. zuinig zijn op je lichaam kan best samengaan met een piercing. 2. zuinig zijn op je lichaam kan best samengaan met een tattoo 3. als iemand zich laat cremeren is dat niet volgens Gods wil. 4. God heeft niets te maken met mijn roken en mijn drinken van alcohol! 5. Voor God is ook mijn lichaam waardevol dus ik mag er trots op zijn. Activiteit: Lied bij het thema van deze les. 20.15 huiswerk - kaartjes met Romeinen 6:23 uitdelen sluiting Voorbereiding jongeren voor de - volgende keer: uit het hoofd kennen: Romeinen 6:23 volgende keer - bijbelleesrooster * Nu Jezus er niet is kunnen mensen Hem toch ook niet meer leren kennen? Ja: ze moeten Hem kunnen zien in zijn volgelingen, ook in jou. lezen: Johannes 13:33-35 * Hoe kun je onbezorgd leven in een wereld vol ellende? Door op Jezus te vertrouwen. Hij is bezig het voor ons in orde te maken. lezen: Johannes 14:1-3 * Zijn we er niet op achteruit gegaan nu Jezus niet meer hier is, maar in de hemel? Nee, want Jezus gaat weg, maar de Geest komt naar de wereld. God laat ons niet alleen. lezen: Johannes 16:5-15 * Beter een Jezus die je vast kunt pakken, dan een Jezus ver weg in de hemel? Dat dacht Maria ook, maar het is niet waar. lezen: Johannes 20:11-17 * Wat verandert er aan je leven als je gelooft in Jezus wederkomst? Jezus kan elk moment terugkomen. Bereid je voor door te bidden, lief te hebben en te dienen. lezen: 1 Petrus 4:7-11 * Het duurt al zo lang, komt Hij eigenlijk wel? Wacht geduldig. Hij komt echt! lezen: Jakobus 5:7-11 Handleiding blok A, nivo 2 - deel 2. lesopzet per avond pag. II.27 * Hoe zal het zijn bij de wederkomst? Johannes mocht er iets van zien. En dit is in ieder geval duidelijk. Als Christus terugkomt is voor de gelovigen het echt afgelopen met alle verdriet. lezen: Openbaring 21:1-5 leiders - kiezen één of twee liederen uit uit de ingeleverde liederen. c. benodigde materialen - evt:iets voor mentorkwartier - zaad, bol o.i.d voor visualisatie - overlijdensadvertenties uit kranten - posters met stellingen + stickers -computer, papier, pennen, liedboeken - kaartjes met Romeinen 6:23 - zaken voor de prestatie d. suggesties zingen: Gz 21, Gz 22, Gz 52 (90gez), Gz 56 (90gez); E&R 99; E&R 303 bijbelgedeelten: Mt 28; MK 16; Lk.23; Joh.20; 1 Kor 15 ; Fil 2:9-11 belijdenis: HC 17 Handleiding blok A, nivo 2 - deel 2. lesopzet per avond pag. II.28 e. evaluatie 1 In hoeverre leerdoelen gehaald? -- - + ++ Ze kunnen uitleggen wat de opstanding van Jezus betekent voor hun eigen omgang met dood en verdriet (1 Corinthe 15) Ze kunnen beschrijven dat ze door het voorbeeld van Jezus lichamelijke opstanding ook hun eigen lichaam en leven waardevol mogen vinden. 2 Opmerkingen mentor/ catecheet 3 Wat moet de volgende keer anders Handleiding blok A, nivo 2 - deel 2. lesopzet per avond pag. II.29 Blok A – nivo 2 -Avond 6 Gaan en komen a. leerdoelen 1. 2. 3. 4. 5. Ze kunnen uitleggen dat de hemelvaart voor Christus een triomftocht was Ze kunnen de begrippen pand en tegenpand toepassen rond de hemelvaart HC 18 v/a 49 Ze kunnen vertellen welke waarde het voor hen heeft dat Jezus in de hemel is ze kunnen uitleggen wat ze van de wederkomst verwachten ze kunnen aangeven hoe ze in hun leven rekening houden met de wederkomst b. lesopzet Tijd 19.00 Theorie /werkvorm mentorkwartier 19.15 Ps 47: hemelvaart als triomftocht Lees samen Psalm 47 (op werkblad) De hemelvaart is de triomftocht van Jezus. Hij viert zijn overwinning. Waarover? Laat ze in groepjes van 2: - onderstrepen in Ps 47 welke woorden bij triomf horen. - een streep zetten voor het vers dat vooruit wijst naar hemelvaart - wat verwacht Psalm 47 van ons? - lees Ef 1: 20-22 ; waarover regeert Jezus. Kunnen ze voorbeelden geven van Jezus regeermacht? (deze vragen ook op werkblad) Wie Bespreek het resultaat gezamenlijk. Zing samen E&R 124, maak het beeld in dit lied concreet (De lof van God ‘ rolt’ rond de aardbol) en vraag of je er samen een rol in speelt. 19.30 Pand en tegenpand (werkvorm overgenomen uit Geloof.nu, leerjaar 2. handleiding, pag 33) Op het werkblad staat v/a 49 van de HC; met daarbij een korte verklaring van ‘onderpand’ ‘tegenpand’ (evt uit woordenboek). - maak eerst kort de betekenis van een pand, onderpand, tegenpand duidelijk met zaken als: een CD-bon; trouwring, tegoedbon, een afgelegde eed, een garantiecertificaat; laat ze bij elk uitleggen wat je krijgt en welke zekerheid het geeft. - Als teken van verbondenheid geven vrienden elkaar soms halve hartjes, die in elkaar passen (eigenlijk ook een soort pand) Handleiding blok A, nivo 2 - deel 2. lesopzet per avond pag. II.30 Op de handout staat in het groot de volgende illustratie: invullen in tweetallen (wat is het onderpand; wat betekent dat voor ons // wat is het tegenpand; wat betekent dat voor ons) Onderpand: betekenis: betekenis: tegenpand: nabespreken: merk je wel eens dat je een pand kreeg? Doe je er wat mee? Wat? 19.45 De wederkomst alternatief 1) Lees Matteüs 24: 32-51 Op het werkblad staat het volgende tabelletje wat leer je daarvan: de vijgeboom mensen uit de dagen van Noach de twee in het veld de twee maalsters de heer van het huis de trouwe slaaf de slechte slaaf Laat ze er in groepjes van twee aan werken: Wat leert het voorbeeld over de verwachting van de wederkomst? Achter welke les zou je voor jezelf een uitroepteken zetten? Waarom? samen bespreken alternatief 2) Schrijf midden op een papier/bord ‘de wederkomst’. Schrijf er omheen wat je er samen over weet. Lees nu vraag en antw 52 en/of art 37 NGB. Wat kun je nog verder aanvullen? Verdeel onderling de liederen: Gz 22:5,6,7 ; Gz 23:6 ; Gz 25 ; Gz 31. Wat staat er over de wederkomst. Ken je nog meer liederen? Bespreek samen en kies er één of twee uit om te zingen. Handleiding blok A, nivo 2 - deel 2. lesopzet per avond pag. II.31 20.00 Activiteit Liederen bij het thema van deze les. 20.15 huiswerk, sluiting Deel memorisatiekaartje uit Geef opdracht om gebed voor te bereiden; Hou in het gebed twee keer een moment van stilte: a) breng voor de Here die dingen die jij moet veranderen om goed voorbereid te zijn op Jezus komst b) bidt voor ongelovige vrienden/ familieleden die jij kent. Voorbereiding jongeren: voor de - uit het hoofd leren Jesaja 53:6 volgende keer - Maak een gebed dat gericht is op de wederkomst (vraag om volharding van christenen, bekering van ongelovigen) - bijbelleesrooster: * Deed de Geest in het Oude Testament ook al wat? Ja natuurlijk! Hij is het die leven geeft. In Psalm 104: 29-30 gaat het over alle schepselen. Als God zijn adem (NB adem en geest zijn in het hebreeuws hetzelfde woord) zendt komt er leven. lezen: Psalm 104:29-31 * Hoe kun je de kracht van de Geest ervaren? Door de bijbel te lezen als Gods woord aan jou. De profeten spraken met de kracht van Gods Geest! lezen: Micha 3:1-8 * Wat verandert er als de Geest wordt uitgestort? Dor land gaat bloeien als er water op wordt gegoten; dorre mensen gaan bloeien als de Geest wordt uitgestort. Wij leven in de tijd na de uitstorting van de Geest. Merk je dat? lezen: Jesaja 44:1-5 * Maakt de Geest je anders dan andere mensen? Ja, want de Geest van God staat tegenover de geest van de wereld: een wereld van verschil. lezen:1 Korintiërs 2:12-14 * Wat gebeurt er als je vol bent van de Geest? Vergelijk het met vol zijn van de drank: dat beheerst je dan helemaal. Zo wil de Geest je ook helemaal beheersen, zodat Hij je brengt tot lofprijzing en dankbaarheid. lezen: Efeze 5:15-20 * Waar is de Geest voor nodig? Is het niet genoeg dat God je Vader is? Zonder de Geest zou je niet eens weten dat je een Handleiding blok A, nivo 2 - deel 2. lesopzet per avond pag. II.32 kind van God bent. Hij leert je God ‘Vader’ noemen. lezen: Romeinen 8:15-17 * Eens vol van de Geest altijd vol van de Geest? Nee, laat het vuur van de Geest branden! Je kunt hem namelijk ook uitdoven. 1 Tessalonicenzen 5:16-26 Leiders kiezen één of twee liederen uit uit de ingeleverde liederen Check of degenen die met de samenstelling bezig zijn zich redden c. benodigde materialen - evt:iets voor mentorkwartier - evt: voorbeeld van ketting met halve hartjes; verschillende panden - kaartjes met Jesaja 53:6 d. suggesties zingen: Ps 46 , Ps 47, Gz 23, Gz 24, Gz 58 (90gez), E&R 112, E&R113 bijbelgedeelten: Mt 28:16-20; Lk 24:50-53; Joh 14: 1-3; Hnd 1: 1-11; Ef 4: 1-16; 1 Tes 4:13-18; 2 Petr 3 ; Op 20:11-15 belijdenis: NGB art 37 ; HC 18 en 19 Handleiding blok A, nivo 2 - deel 2. lesopzet per avond pag. II.33 e. evaluatie 1 In hoeverre leerdoelen gehaald? -- - + ++ Ze kunnen uitleggen dat de hemelvaart voor Christus een triomftocht was Ze kunnen de begrippen pand en tegenpand toepassen rond de hemelvaart HC 18 v/a 49 Ze kunnen vertellen welke waarde het voor hen heeft dat Jezus in de hemel is ze kunnen uitleggen wat ze van de wederkomst verwachten ze kunnen aangeven hoe ze in hun leven rekening houden met de wederkomst 2 Opmerkingen mentor/ catecheet 3 Wat moet de volgende keer anders Handleiding blok A, nivo 2 - deel 2. lesopzet per avond pag. II.34 Blok A – nivo 2 -Avond 7 Holy Spirit! a. leerdoelen 1. 2. 3. 4. Ze kunnen vertellen wat kenmerkend is voor het werk van de Heilige Geest (Jezus leren kennen en zichtbaar maken in ons leven ) en er voorbeelden bij noemen. Ze kunnen omschrijven dat ze dit zien in hun persoonlijk leven waarin ze door het werk van de Geest zelf op Christus gaan lijken. Ze kunnen omschrijven dat ze dat zien in de kerk zodat de kerk steeds meer op Christus gaat lijken. Ze kunnen van beide vorige doelstellingen voorbeelden geven. b. lesopzet Tijd 19.00 Theorie /werkvorm mentorkwartier Wie 19.15 bijbelstudie Johannes 16: 12-14 De Geest wijst op Christus Plaat mee van een kerk of stad in de schijnwerpers. Veel mensen gaan op reis om dit te zien. Martinitoren bij dag en nacht. Hoe kun je het bij nacht zien? Dmv schijnwerpers. Ga je op reis om die schijnwerpers te zien? Nee het gaat om de toren of de kerk. Zo is het ook met de Geest. De Geest wijst naar Jezus. Het gaat niet om hemzelf maar om Jezus. Dit zie je terug in de toespraak van Petrus in Hand 2. Dit gaat over Jezus. Ook zie je dit terug in 1 Kor 12:1-3. Je kunt alleen Jezus belijden als je Heer als de Geest dit in jou werkt. Lees nu Johannes 16: 12-14 (werkblad) Onderstreep in dit bijbelgedeelte in welke woorden je het principe van de schijnwerper en het gebouw terugziet. Lees nu Zondag 20 HC (werkblad) Onderstreep ook in dit gedeelte in welke woorden je het principe van de schijnwerper en het gebouw terugziet. Handleiding blok A, nivo 2 - deel 2. lesopzet per avond pag. II.35 19.25 (Je kunt het ze evt. eerst in groepjes van 2 laten doen, en dan de resultaten kort bespreken. Gaven en vrucht van de Geest Op een flap/ het bord staan 2 kolommen: ‘ vrucht van de Geest’ en ‘Gaven van de Geest’ . Laat de groep voorbeelden geven van beiden. Leg ze de vraag voor: Wat is het verschil? Op het werkblad staat het volgende schema: vrucht van de Geest gaven van de Geest - galaten 5: 22 - voorbeelden: liefde, blijdschap enz - voor ieder gelijk - doel: op Jezus lijken - Rom.12 ; 1 Kor 12; Ef 4 - voorbeelden: zie Rom 12: 6-8 - voor ieder anders - doel: dienen, opbouw van de gemeente Leg aan de hand van dit schema het verschil uit tussen vrucht en gaven van de Geest. keuzeonderdeel: Doordat de Geest in je werkt ga je ook veranderen. Je gaat op Jezus lijken. Op kaartjes staan de vruchten van de Geest uit Gal 5. Daaronder staan de volgende vragen: Wat houdt deze vrucht in? Wat stel je je voor bij iemand die dit doet of is? Wat zou er veranderen als jij zo was? Deze kaarten liggen op de kop op tafel. Een mobieltje is een aanwijspijltje. (je kunt het laten ronddraaien). Degene die door het mobieltje wordt aangewezen, pakt een kaartje en probeert de vragen te beantwoorden. 19.40 Wat doet de Geest nog meer Het is waarschijnlijk niet mogelijk alle drie de volgende onderdelen te doen. In dat geval een keuze maken. onderdeel 1. Vol raken van de Geest Bijbelgedeelte: 1 Sam. 10:9-10 Als de Geest werkt verandert er veel! - Wat is Saul voor iemand? - Wat verandert er door de Heilige Geest bij hem? Saul is niet altijd gehoorzaam geweest aan God, zijn hart was niet helemaal op God gericht. In 1 Sam. 16:14 lees je Handleiding blok A, nivo 2 - deel 2. lesopzet per avond pag. II.36 dat God daarom Zijn Heilige Geest van hem wegneemt. Bijbelgedeelte: Handelingen 2:2-4 - Wat zijn de discipelen voor mensen? - Wat gebeurt er als ze ‘vol’worden van de Heilige Geest? - Voor welke verandering zorgt de geest in jouw leven? onderdeel 2. stellingen Kruis aan GOED/FOUT (op het werkblad), vergelijk en bespreek de antwoorden: - De heilige Geest vertelt ons heel nieuwe dingen, zo zei de Here Jezus het nog niet. - Pinksteren had ook goed voor de hemelvaart kunnen gebeuren. - Pinksteren was voor Israël een oogstfeest, dan past het mooi dat op dat feest de Geest werd uitgestort - Zonder de Heilige Geest kun je niet geloven - De Heilige Geest was er nog niet voor de zondvloed - De Geest zie je niet,maar je merkt Hem elke dag. Dit bovenstaande kun je ook doen door de ruimte in twee vakken te verdelen ( goed of fout) ze kunnen reageren bij een stelling door naar het ene of het andere vak te gaan. Vervolgens moeten ze vanuit het vak wat ze hebben gekozen (goed of fout) de ander uit het andere vak overtuigen. (Stellingen in dat geval op grote posters schrijven) Onderdeel 3. De Geest geeft ook eenheid in de gemeente: Alle lichaamsdelen zijn nodig en belangrijk voor het lichaam om te functioneren. Losse lichaamsdelen hebben geen nut. Alle delen zijn nodig. Lees samen: (werkblad) 1 Kor 12: 4-7; 12-13 12 Een lichaam is een eenheid die uit vele delen bestaat; ondanks hun veelheid vormen al die delen samen één lichaam. Zo is het ook met het lichaam van Christus. 13 Wij zijn allen gedoopt in één Geest en zijn daardoor één lichaam geworden, wij zijn allen van één Geest doordrenkt Maak samen een lijst wat de Geest in onze gemeente doet, gebruik daarbij eventueel het jaarboekje: Zondagse samenkomsten, verkondiging van het Woord,mentoren, geloof in de harten,onderlinge liefde, wijsheid aan ambtsdragers, meeleven,vrijgevigheid,enz……. Bespreek in groepjes van drie: (vragen op het werkblad) 1. Het beeld van het lichaam maakt duidelijk dat….. (formuleer samen zoveel mogelijk dingen die door het beeld van het lichaam duidelijk worden) 2. Wat is de taak van de Geest in het lichaam? 3. Voel je jezelf deel van dit lichaam? Handleiding blok A, nivo 2 - deel 2. lesopzet per avond pag. II.37 Hoe komt het dat je dat wel voelt of hoe komt het dat je dit niet zo voelt. 4. Wat denk je vaker: Wat heb ik aan de kerk of wat heeft de kerk aan mij? 20.00 20.15 Bespreek samen het resultaat. Inventariseer de antwoorden op vraag 1. op een groot vel papier of op het bord. Activiteit: Liederen bij het thema van deze les. huiswerk, sluiting - Deel memorisatiekaartje uit: Genade: Je bent zondiger en gebrekkiger dan je ooit kunt geloven, en meer geaccepteerd en bemind dan je ooit hebt durven hopen - Laat ze daarnaast 1 van de 3 huiswerkopdrachten kiezen. (De volgende keer inleveren) - sluit af met een lied over de Geest en/of een gebed dat aansluit bij wat we besproken hebben. Voorbereiding jongeren: voor de - uit hoofd leren: memorisatiekaartje volgende keer - een van de drie volgende huiswerkopdrachten: - Lever de volgende keer een kaart in waarin je aangeeft: De Geest heeft mij de volgende gaven gegeven:….. Daar zou ik de gemeente mee kunnen dienen door……. - Een verslag maken van de uitstorting van de Heilige Geest op Pinksteren alsof je er zelf bij was - Een gedicht maken van elf woorden(zgn.’elfje’) over de Heilige Geest. Een ’elf’ heeft de volgende opbouw:1-23-4-1 woorden. Voorbeeld: God Heilige Geest Een sterke Trooster Leer mij te getuigen Spraakmaker bijbelleesrooster: * Dat er één God is is duidelijk, maar zie je de drie personen verschillende personen wel eens tegelijk bezig? Handleiding blok A, nivo 2 - deel 2. lesopzet per avond pag. II.38 Ja, bij de doop van de Here Jezus. Eén van de eerste momenten waarop het geheim van de drie-enige God zichtbaar werd. lezen: Matteüs 3:13-17 * Wat moet je je voorstellen bij de samenwerking van Vader, Zoon en Geest? Dat is natuurlijk nooit helemaal te begrijpen, maar iets zie je in dit bijbelgedeelte: lezen: Johannes 16:12-15 * Maakt het voor mij wat uit die Drie-eenheid? Ja, kijk maar wat er gebeurt als volgelingen van Jezus, de Vader bidden. Ze worden dan vol van de Geest. Ben jij ook zo’n vol-geling van Jezus die bidt tot God en geleid wordt door zijn Geest? lezen: Handelingen 4:23-31 * Stefanus is vlak voordat hij sterft vol van de heilige Geest en ziet de heerlijkheid van God en van Jezus aan de rechterhand van God. Hoe voller je bent van de Geest, hoe meer besef je hebt van de heerlijkheid van God en zijn Zoon Jezus. lezen: Handelingen 7:54-60 * Hoe krijg je meer van de Geest? Doe net als Paulus: Vraag aan God de Vader of Hij de heilige Geest zo in je hart wil laten werken dat je steeds meer op Christus gaat vertrouwen. lezen: Efeze 3:14-21 * Wat is Gods plan met mijn leven? God de Vader heeft je uitgekozen, de heilige Geest wil je heilig maken, zodat je steeds meer op de Here Jezus gaat lijken! lezen: 2 Tessalonicenzen 2:13-14 * Is het niet vreselijk theoretisch die drie-eenheid? Nee het gaat heel praktisch over jouw redding. Vader, Zoon en Geest: Ze zijn allemaal bij jouw redding betrokken! lezen: Titus 3:3-7 Leiders kiezen één of twee liederen uit de ingeleverde liederen. Leiders overleggen of het proces nog goed gaat. c. benodigde materialen - evt:iets voor mentorkwartier - foto van gebouw in schijnwerpers - flaps + stiften / bord - kaarten met daarop de 9 vruchten van de Geest + een paar vragen - memorisatiekaartjes d. suggestieszingen: Ps 51:5; Gz 27; LB 249 ; LB 477; E&R 109 bijbelgedeelten: Joel 3; Joh.14:15-31; Joh 16:5-16; Hnd 2; Rom.8:26-27 belijdenis: NGB 11 ; HC 20 Handleiding blok A, nivo 2 - deel 2. lesopzet per avond pag. II.39 e. evaluatie 1 In hoeverre leerdoelen gehaald? -- - + ++ Ze kunnen vertellen wat kenmerkend is voor het werk van de Heilige Geest (Jezus leren kennen en zichtbaar maken in ons leven ) en er voorbeelden bij noemen. Ze kunnen omschrijven dat ze dit zien in hun persoonlijk leven waarin ze door het werk van de Geest zelf op Christus gaan lijken. Ze kunnen omschrijven dat ze dat zien in de kerk zodat de kerk steeds meer op Christus gaat lijken. Ze kunnen van beide vorige doelstellingen voorbeelden geven. 2 Opmerkingen mentor/ catecheet 3 Wat moet de volgende keer anders Handleiding blok A, nivo 2 - deel 2. lesopzet per avond pag. II.40 Blok A – nivo 2 -Avond 8 ; Three in one a. leerdoelen 1. 2. Ze kunnen het beeld van de 3 golven toepassen op God: Als Vader, Zoon en Heilige Geest ( zee: boven/met/in ons) Ze weten dat in het doopsformulier de drie-eenheid van God wordt beschreven en wat dat in hun leven betekent. b. lesopzet Tijd 19.00 Theorie /werkvorm mentorkwartier 19.15 Wat doen de 3 goddelijke personen Wie Dit is de laatste les van dit blok. We hebben God de Vader, God de Zoon en de Geest besproken. We gaan bekijken wie van de drie personen wat doet. mogelijkheid 1. Iedereen krijgt 3 gele plakbriefjes. (voor elk van de 3 personen: Vader , Zoon en Geest, één) Schrijf op elk briefje in een paar woorden op wat het belangrijkste is van wat die persoon doet, van wat je over Hem geleerd hebt. Er hangen 3 flaps (V,Z,G) De jongeren komen één voor één naar voren; ieder plakt z’n briefjes op de drie posters en leest ze daarbij voor (evt even verduidelijking vragen of kort reageren) Hierna volgt nabespreking. Zijn er opvallende verschillen? Ontbreekt er nog iets? Pak nu catechismus vraag en antwoord 25 erbij. (werkblad) Zijn deze drie taken (schepping, verlossing, heiliging= vernieuwing ) terug te vinden op de posters? mogelijkheid 2. Je hangt een poster op met daarop een hele rij dingen die God doet: schepping/ regeren van de wereld/ de bijbel laten schrijven/ mensen wedergeboren laten worden/ straks de wereld oordelen/ enz/enz Elke jongere krijgt 3 kleuren stickertjes voor Vader, Zoon en Geest. Ze moeten nu door die stickertjes aangeven welke van die activiteiten het specifieke werk is van V, Z of G. Handleiding blok A, nivo 2 - deel 2. lesopzet per avond pag. II.41 19.30 drieëenheid in doopsformulier Iedereen krijgt een uitdraai met het doopsformulier het stukje dat gaat over de beloftes van God de Vader, Zoon en Heilige Geest. (Opgenomen op het werkblad) De groep wordt verdeeld in expertgroepen. Eén groep buigt zich over de belofte die God de Vader doet. De andere over de beloftes van de Zoon en de derde over die van de Heilige Geest. Ze gaan in het groepje de volgende vragen bespreken: Lees het gedeelte eerst zelf: 1. Zet een streepje onder moeilijke woorden. Bespreek deze moeilijke woorden in je groep. Kom je er niet uit vraag het een leider. 2.Wat wordt er beloofd door God de Vader/ Zoon/ Heilige Geest? 3. Jij bent ook gedoopt. Zegt dit ook iets voor jou? Nu gaan de expertgroepen uit elkaar en worden er nieuwe groepen gevormd waarbij de groepen bestaan uit groepen van alledrie één of twee uit de verschillende expertgroepen. Nu worden de gevonden antwoorden uitgewisseld zodat iedereen het van alledrie weet. Korte plenaire nabespreking. 19.45 3 golven, 1 zee Vertel het volgende verhaal en teken daarbij evt op het bord de golven. Golven op het strand komen bij vloed steeds dichterbij. De ene blijft een stukje bij de voeten vandaan op het strand. De volgende komt net over je tenen en de derde haalt je benen. Zo is het ook met God de drieeenheid: a. Golf 1. (God van boven) God de Vader schiep deze wereld; Na de zondeval komt God de mens opzoeken, ondanks zonde toch een relatie, een verbond. Opening naar toekomst. En ook al vallen de mensen steeds weer tegen, God blijft de mensen opzoeken, steeds weer de relatie vernieuwen, nieuwe start: na zondvloed, bij Abraham, bij de Sinaï, na de ballingschap. Toch lijkt het alsof die golf doodloopt b. Golf 2. (God onder ons) Wat is dan de volgende golf? Wie heeft een idee? > De komst van de Here Jezus: dan komt er een tweede grote golf die nog verder het strand opkomt/dieper doordringt. God komt midden onder ons wonen Joh 1: 1-3,14.18. Hij is God van eeuwigheid, en toch: midden onder ons gewoond. Niemand God gezien, maar de eniggeboren Handleiding blok A, nivo 2 - deel 2. lesopzet per avond pag. II.42 zoon heeft Hem ons doen kennen. Jezus Christus, > In Hem komt de HERE heel dichtbij : Immanuel c. Golf 3. (God in ons) Wat is dan de volgende golf? Hoe komt God nog dichterbij dan in Jezus? In de komst van de Geest: De Here Jezus bleef niet onder ons wonen > en dan treedt God de Heilige Geest op de voorgrond. Hij woont niet alleen onder ons, Hij komt in ons wonen. Dat is wat het pinksterfeest duidelijk maakt. De Vader en de Zoon zenden de Geest, die in ons komt wonen, die ons leven vult met zijn aanwezigheid. Stel de vraag: Betekent dit nu dat je kunt zeggen: eerst was er de Vader, toen de Zoon en toen de Geest? Nee, ze waren er wel steeds alle drie. Vraag of ze dat kunnen aantonen voor - het scheppingswerk - het werk van Jezus - de komst van de Geest. Bij de Schepping was de Geest de levendmakende kracht (Gen 1:2) en de Vader schiep de wereld door en voor z’n Zoon (Joh 1: 1-3; Hebr 1: 3); Ook bij het werk van Jezus waren Vader en Geest betrokken, kijk b.v. maar naar de doop van Jezus. En het waren de Vader en de Zoon, die de Geest uitstortten (Hand 2). 20.00 20.15 Je zou kunnen zeggen: 3 golven, maar 1 zee. Activiteit: Laatste liederen bij het thema van deze les. Huiswerk, Sluiting Deel memorisatiekaartje Efeze 2;8-9 uit (ook al is dit de laatste les, motiveer ze om te blijven memoriseren) Sluit af met een kringgebed Handleiding blok A, nivo 2 - deel 2. lesopzet per avond pag. II.43 Huiswerk/ jongeren Voorbereiding - uit het hoofd leren voor de - bijbelleesrooster prestatie leiders Alle liederen voor de bundel + motivatie zijn nu compleet. Wat moet er nog gebeuren voor het samenvoegen en afmaken c. benodigde materialen - evt:iets voor mentorkwartier - gele plakbriefjes+ pennen ; 3 flaps met daarop Vader ; Zoon ; Heilige Geest - kaartjes met Efeze 2:8-9 d. suggesties zingen: Ps 105: 2 en 5; Gz 28; Gz 29, Gz 85 (90gez), E&R 139 bijbelgedeelten: Zie art 9 NGB belijdenis: NGB 8 en 9 ; HC 8 ; geloofsbelijdenis van Athanasius Handleiding blok A, nivo 2 - deel 2. lesopzet per avond pag. II.44 e. evaluatie 1 In hoeverre leerdoelen gehaald? -- - + ++ Ze kunnen het beeld van de 3 golven toepassen op God: Als Vader, Zoon en Heilige Geest Ze weten dat in het doopsformulier de drieeenheid van God wordt beschreven en wat dat in hun leven betekent. 2 Opmerkingen mentor/ catecheet 3 Wat moet de volgende keer anders Handleiding blok A, nivo 2 - deel 2. lesopzet per avond pag. II.45 3. achtergrondinformatie per avond AVOND 1 ; Schepping van de wereld, beeld van God, voorzienigheid De Schepping van de wereld en de mens in de bijbel Dag 1 Dag 2 Dag 3 Dag 4 Dag 5 Dag 6 Dag 7 licht ‘uitspansel’ / atmosfeer scheiding water en land, planten en bomen zon, maan en sterren vogels, vissen, zeedieren landdieren, mens (man en vrouw) rust Refrein: En God zag dat het zeer goed was { mochten er vragen over komen: Er zijn twee eigenlijk ‘scheppingsverhalen’ -Genesis 1-2:3 schepping van de wereld -Genesis 2:4-25 schepping vrouw en paradijs, schepping beschreven vanuit perspectief van de mens } Bijbelgedeelten die handvaten geven om leerstof over schepping eigen te maken middels werkvormen: -Psalm 104 > laat ze het scheppingsverhaal teruglezen in deze psalm, volgorde klopt precies -psalm 8 , psalm 19 -Jesaja 40 vanaf vers 12 (moeilijker) of Job 38 (ook moeilijk vanwege thema boek Job) De beste definitie van ‘scheppen’ vinden we in Hebreeën 11:3 3 Door geloof komen we tot het inzicht dat de wereld door het woord van God geordend is, dat dus het zichtbare is ontstaan uit het niet-zichtbare. Andere scheppingsverhalen (let op de verschillen met de bijbel) Op de eerste bladzijden van de bijbel lezen we hoe God de wereld met de mensen heeft geschapen. Andere volken hadden ook hun 'scheppingsverhalen' om te verklaren hoe de wereld is ontstaan en waar de mensen vandaan komen. We gaan van een paar van die verhalen een stukje lezen en gaan dan kijken wat de verschillen zijn met de bijbel. Babylonisch scheppingsverhaal In het begin bestond de godin Tiamat. Uit haar werden allemaal andere goden geboren. Toen deze teveel lawaai maakten kreeg Tiamat ruzie met deze goden. Eén van de goden, Mardoek, doodde Tiamat. Haar lichaam werd de aarde. De mensen werden geschapen zodat ze de aarde kunnen verzorgen en de goden kunnen uitrusten. oud Grieks scheppingsverhaal Prometheüs, een kleinzoon van de hemelgod Uranus die oorlog had gevoerd met de god Zeus maakte van het leem uit de aarde de mensen naar het evenbeeld van de goden. Hij gaf ze goede maar ook slechte eigenschappen. De godin Pallas Athene, zijn hemelse vriendin, die zijn werk met bewondering gadesloeg, blies de bezielde klomp aarde haar adem in en schonk aan de mens daarmee de geest. Zo ontstonden de eerste mensen. Assyrisch scheppingsverhaal In het begin waren er drie goden die de macht hadden, Anu, Enlil en Enki. Op de aarde moesten de jongere goden dwangarbeid verrichten voor Enlil. Ze komen daartegen in opstand. Op voorstel van Enki wordt dan de mens geschapen om het werk over te nemen. Handleiding blok A, nivo 2 - deel 3. achtergrondinformatie per avond pag. III.1 De mens als beeld van God NB de titel van de les: Evenbeeld van God, is nav de Nieuwe Bijbel Vertaling. Daar wordt ‘beeld’ van God vertaald als ‘evenbeeld’. Zie met betrekking tot ‘beeld van God’ de volgende teksten -Genesis 1:26-28 , Genesis 9:6 , Jacobus 3:8-10 , Kol 3:8-10, Kol 1:15, 2 Kor 4:4 26 God zei: ‘Laten wij mensen maken die ons evenbeeld zijn, die op ons lijken; zij moeten heerschappij voeren over de vissen van de zee en de vogels van de hemel, over het vee, over de hele aarde en over alles wat daarop rondkruipt.’ 27 God schiep de mens als zijn evenbeeld, als evenbeeld van God schiep hij hem, mannelijk en vrouwelijk schiep hij de mensen. 28 Hij zegende hen en zei tegen hen: ‘Wees vruchtbaar en word talrijk, bevolk de aarde en breng haar onder je gezag: heers over de vissen van de zee, over de vogels van de hemel en over alle dieren die op de aarde rondkruipen.’ (Gen 1) 6 Wie bloed van mensen vergiet, diens bloed wordt door mensen vergoten, want God heeft de mens als zijn evenbeeld gemaakt (Gen 9) 8 maar er is geen mens die de tong kan temmen, dat onberekenbare kwaad, vol dodelijk venijn. 9 Met onze tong zegenen we onze Heer en Vader, en we vervloeken er mensen mee die God heeft geschapen als zijn evenbeeld. 10 Uit dezelfde mond klinkt zegen en vervloeking. Dat kan toch niet goed zijn, broeders en zusters? (Jac 3) 9 Bedrieg elkaar niet, nu u de oude mens en zijn leefwijze afgelegd hebt 10 en de nieuwe mens hebt aangetrokken, die steeds vernieuwd wordt naar het beeld van zijn schepper en zo tot inzicht komt. (Kol 3) vrgl ook 2 Kor 3:18 … … Christus, die het beeld van God is. (2 Kor 4:4) , 15 Beeld van God, de onzichtbare, is hij … (Kol 1:15) Je kunt ‘Beeld van God’ op twee manieren uitleggen (allebei de manieren kloppen) a. als taak God is Koning, de mens is onderkoning. Dat zit vooral in Gen 1: 26-28 en Psalm 8: Beeld van God is: heersen over deze aarde. b. als persoon God is een persoon die kan spreken en luisteren, trouw is, lief kan hebben, geduldig is, enz enz. Zo is de mens ook een persoon, met die mogelijkheden. Wat voor beide manieren van uitleggen geldt: God heeft de mens geschapen en een taak gegeven om Hem te weerspiegelen. Je kunt werken met het beeld van een licht en een spiegel. (De zondeval is dan dat de spiegel in scherven gegaan is) - door de zondeval ging er veel van verloren (kijk maar om je heen), maar blijkens Gen 9 en Jac 3 is de mens nog steeds beeld van God, vandaar dat zijn leven principieel kostbaarder is dan dat van dieren , zelfs schelden schendt het beeld van God Handleiding blok A, nivo 2 - deel 3. achtergrondinformatie per avond pag. III.2 -Christus was volmaakt beeld van God, wie Hem heeft gezien heeft zelfs de Vader gezien (Joh 14) -door geloof in hem en het werk van de Geest wordt het beeld van God weer beetje bij beetje hersteld in ons Gods almacht en voorzienigheid Matteüs 6:25-34 Gods zorg houdt niet in dat je alles krijgt wat je wilt. Voor ons geldt de opdracht eerst Gods koninkrijk te zoeken, helemaal voor Gods zaak te gaan. ‘Al het andere’ zal ons er dan bij worden geschonken. Dat betekent: God zal ons altijd geven wat hij met het oog op zijn Koninkrijk op dat moment nodig vindt. Het kan veel zijn: wees dankbaar en durf te delen. Het kan weinig zijn: wees geduldig en besef dat je ook in armoede God kunt eren en zijn licht kunt verspreiden. Vergelijk Paulus in Filippenzen 4: Ik vermag alle dingen in Hem die mij kracht geeft, of ik nou overvloed heb of gebrek lijdt. In het OT lag Gods zegen nog meer in het aardse perspectief. Er was nog heel weinig bekend over de herschepping en nieuwe aarde, maar God wilde laten zien dat Hij echt verlost. Daarom bv materiële welvaart als zegen van God. In NT verschuift het perspectief naar de wederkomst en herschepping. Rijk zijn ín God ipv materiële rijkdom. Armoede en gebrek zijn nu geen straf maar een loutering om je helemaal op God te leren oriënteren en klaar te zijn voor de wederkomst. Belangrijk bij dit onderwerp is om aandacht te geven aan het godsbeeld dat de jongeren hebben. Veel mensen (niet alleen jongeren) leven onbewust met het idee dat God een soort sinterklaas is. Als Hij er is en goed is moet ik van hem krijgen wat ik fijn vind. Bijbelser is het om te geloven dat wij er zijn om God te loven en te prijzen ongeacht de omstandigheden. Als we zelfs in de allergrootste misère blijven zeggen dat God goed is , is dat een overwinning op de satan (zie het boek Job) Over schepping en evolutie Er zijn veel verschillende visies op Genesis 1. Zijn het dagen van 24 uur of betekent het hebreeuwse ‘yom’ hier ‘periode’? Voer voor theologen. Belangrijk is dat je gelooft dat God moet worden onderscheiden van het zichtbare, dat Hij alles gemaakt heeft en dat hij het goed gemaakt heeft. God is persoonlijk en alleen Hij is God en eeuwig. De natuur en kosmos zijn dus niet een onpersoonlijk product van tijd en toeval en het is ook niet zo dat alles een beetje God is (vrgl bv new age). Bijbelgedeelten: opnieuw psalm 8, psalm 19 of psalm 104 , Job 38 ev of Jesaja 40. Belangrijk is ook Romeinen 1 waar Paulus ingaat op de fout vd heidenen die de natuur zelf aanbaden ipv achter het geschapene de eeuwige en almachtige God te zien. Verder belangrijk: Psalm 33:1-19 en Hebreeën 11:3 Eventueel kun je de volgende begrippen toelichten of laten uitzoeken: -creationisme; wil een wetenschappelijke theorie over ontstaan wereld ontwerpen mbv gegevens uit de bijbel, maar de bijbel is geen handboek voor wetenschap, wees hier voorzichtig mee -intelligent design; stroming binnen huidige wetenschap die zo onder indruk van alle orde is dat ze tot de overtuiging komen dat er een intelligente ontwerper moet zijn. Maar deze wetenschap komt niet automatisch bij de God van de bijbel uit! -evolutionisme; wetenschap die – in zn extreemste vorm - leert dat alles wat leeft een product is van tijd en toeval dat ooit begon met de oerknal > moet af worden gewezen Betekenis van bovenstaande Het is belangrijk om in een persoonlijke Schepper te geloven die ons naar zijn beeld geschapen heeft: Handleiding blok A, nivo 2 - deel 3. achtergrondinformatie per avond pag. III.3 Ethisch: -dit bepaalt de principiële waarde van ieder mensenleven, ook van gehandicapt leven -ook belangrijk in ethische debatten over euthanasie , abortus Psychologisch: -geen reden voor minderwaardigheidsgevoelens Cultureel, maatschappelijk: -we hebben een taak in de schepping (‘cultuurmandaat’) , iets van Gods zorg voor zijn wereld mag zichtbaar worden in onze omgang met de schepping en zorg voor het milieu Het is bijzonder om deze God - God de Schepper - Vader te mogen noemen. Hij is geen almachtige maar tegelijk willekeurige God waar je bang voor moet zijn. Hij wil dat we Hem Vader noemen. Vooral in het NT, maar ook al in het OT, vergelijk Psalm 103 AVOND 2 ; zonde en zondeval Wat ging er mis? Het verhaal in Genesis 3 moet uitgangspunt zijn. Belangrijk is dat de mens zelf wilde bepalen wat goed en kwaad was, in Gods schoenen wilde gaan staan, als God wilde zijn. Waar de duivel vandaan kwam, waarom God het heeft toegelaten etc .. , dat zijn vragen waar wij niet meer achter kunnen kijken. Konden we het verklaren, dan konden we het wrschl ook een logische plek geven. Maar zonde en kwaad zijn absurd, laat het maar zo blijven. Niet op alle vragen antwoord proberen te geven. ‘Als Gods ogen inderdaad te zuiver zijn om het kwaad te kunnen aanzien, waarom heeft het dan toch een plaats in zijn goede schepping kunnen krijgen? Een gedeeltelijk antwoord is dat God geen robots wilde maar een mensheid die uit vrije beweging Hem zou liefhebben. Liefde veronderstelt vrijheid en brengt het risico met zich mee dat er verkeerd wordt gekozen. Maar hoe waar ook, deze redenering neemt natuurlijk niet al onze vragen weg. Kon het echt niet anders? En afgezien van de zondeval, waar komt het kwaad überhaupt vandaan? Op deze vragen krijgen wij géén antwoord. En … dat is maar goed ook! Want alles dat kan worden uitgelegd en een doel dient krijgt daarmee bestaansrecht. Maar zonde en kwaad hebben geen bestaansrecht in zichzelf, en daarom kan er geen enkele zingeving aan worden verbonden. Als wij bij een open bijbel vragen ‘waarom toch het kwaad en de zondeval’ valt er een diepe stilte. En die stilte ís het antwoord! Zonde is onverklaarbaar. Houdt het daar maar bij. En bedenk vervolgens dat de enige die ‘waarom’ mag vragen God is. Als wij vragen ‘waarom heeft God de zondeval toegelaten’ zijn we eigenlijk alweer bezig met het afschuiven van verantwoordelijkheid. ’ (uit een preek van Jaap Oosterhuis) De mens wilde onafhankelijk zijn van God. Daar ging het om. En dat zien we nog steeds. Hoe ? … … Goede illustratie: de farao van Egypte in zijn eerste reactie op Mozes: 2 ‘Wie is die H E E R , dat ik hem zou gehoorzamen?’ vroeg de farao. ‘Waarom zou ik de Israëlieten laten gaan? Ik ken de H E E R niet en de Israëlieten laat ik niet gaan. (Exodus 5) Of psalm 14: > er is een relatie tussen ongeloof en slecht gedrag Dwazen denken: Er is geen God. Verdorven zijn ze, en gruwelijk hun daden, geen van hen deugt. 2 De H E E R kijkt vanuit de hemel naar de mensen om te zien of er één verstandig is, één die God zoekt. 3 Allen zijn afgedwaald, allen ontaard, geen van hen deugt, niet één. > Hoe zie je vandaag om je heen gevolgen van de zonde? > Hoe zie je in je eigen leven gevolgen van de zonde? Denk aan dubbele liefdegebod. Handleiding blok A, nivo 2 - deel 3. achtergrondinformatie per avond pag. III.4 Hoe heeft God gereageerd? God heeft de in zonde gevallen mensen opgezocht en bekleed en een belofte gedaan (Gen 3). Wat liet Hij daarmee zien? Wat betekent dat voor jou? Vergelijk bijv. Rom 5:8 8 Maar God bewees ons zijn liefde doordat Christus voor ons gestorven is toen wij nog zondaars waren. Wat waren de directe gevolgen van de zondeval? In Genesis zien we na de zondeval: -de mens vervreemdt van God , gaat op de vlucht -de mensen vervreemden van zichzelf: schamen zich voor wie ze zijn -de mensen vervreemden van elkaar: geven elkaar de schuld -vervreemden van de schepping: doornen en distelen, zwoegen, moeiten bij kinderen krijgen Hoe zie je dit terug in je eigen leven?? Zonde moet gestraft worden God neemt de zonde heel serieus, bijv: -zondvloed -torenbouw babel -ballingschap -(NT) Annanias en Safira Maar het meest sprekende voorbeeld: Golgotha. Liever dan de zonden ongestraft te laten heeft Hij ze vergolden aan zijn eigen lieve Zoon! Waarom is het goed dat God zonde straft? -Stel dat Saddam Hussein wordt vrijgelaten, is dat eerlijk? Nee. We hebben allemaal een gevoel voor rechtvaardigheid. Het is goed dat God rechtvaardig is en uiteindelijk dingen gaat rechtzetten. -Het tegenovergestelde van afgewezen liefde is geen onverschilligheid maar boosheid. Als het God allemaal niet uit zou maken hoe we op Hem reageren en met elkaar omgaan zou dat vreemd zijn. Een voorbeeld: Een man en een vrouw al jaren met elkaar getrouwd. De man krijgt een relatie met iemand op zijn werk. Hij zit er mee en wil het zijn vrouw vertellen. Als hij eindelijk voldoende moed heeft verzameld om het haar te vertellen, reageert zij heel anders dan verwacht. Ze wordt niet boos en zegt dat ze de relatie met haar man de laatste jaren maar niks vond. Haar reactie laat zien dat haar liefde voor haar man niet diep zit. Echte liefde voor haar man zou betekenen dat ze in toorn ontsteekt en zegt: ik geef je nog één kans, maar doe dit nooit meer. Zo getuigt het van echte liefde als God boos wordt op mensen die zijn liefde afwijzen. -Het oordeel over zonde houdt ook een inperking van het kwaad in. Illustratie: In sommige culturen stond de doodstraf op overspel. Toen werd het evangelie gebracht door zendelingen die pleitten voor vergevingsgezindheid en afschaffen vd doodstraf. Vanaf dat moment werd overspel zonde nummer 1. Handleiding blok A, nivo 2 - deel 3. achtergrondinformatie per avond pag. III.5 Wie bv de strafwetten in de wet van Mozes primitief vindt heeft een te optimistisch mensbeeld. Gods oordeel over dreigen met oordeel en straffen hield een inperking van het kwaad in, daardoor bleef/blijft het leefbaar in de wereld Toch heeft Hij ons lief -Toch is er ondanks de zonde geen reden voor pessimisme: God vindt ons zo waardevol dat Hij zijn eniggeboren Zoon heeft gegeven opdat iedereen die in Hem gelooft niet wordt veroordeeld maar eeuwig leven heeft (Joh 3:16). Aan het kruis wordt zowel Gods oordeel over de zonde zichtbaar als zijn liefde voor de zondaren. ‘’je bent zondiger dan je je ooit kunt voorstellen en tegelijk meer geliefd dan je ooit zou durven hopen’’ > Zo mag je naar jezelf kijken. Jezus zoekt het verloren op Suggesties voor bijbelgebruik: Zacheus (Luk 19) was een slecht mens. Jezus accepteert Hem onvoorwaardelijk (i.t. tot wat andere mensen deden), dit maakt van Zacheus een ander mens. Of denk aan de vrouw bij de put (Joh 4). Zondige vrouw, met wisselende relaties en uitgestoten door haar omgeving. Maar: ‘Hij (here Jezus) wist alles van mij maar heeft mij niet veroordeeld’. Evt. Literatuur: John Stott, de basis van het bijbelse geloof (hfdstukken 5 en 6) Zonde zit diep … Doorwerking van de zonde in hele leven en subtiliteit van de zonde onder de aandacht brengen. De Here Jezus hield mensen altijd de spiegel voor: Bergrede (Mat 5:17-48) kan een goed uitgangspunt zijn. -schelden is al doodslaan -blik met verkeerde gedachten is al overspel -zelfs vijanden liefhebben … -bidden voor wie jou kwaad doet Maar ook in Mat 6: -goede daden moeten ook goede motieven hebben, anders heeft het geen waarde voor God Gelijkenis ‘verloren zoon’(Luk 15) geeft een goed beeld van de zondige en egoïstische neiging tot onafhankelijkheid die in de mens schuilt terwijl Gods vaderhart naar ons blijft uitgaan. Je zou psalm 8 en psalm 90 met elkaar kunnen contrasteren. De bijbel heeft een hele hoge visie op de mens en beschrijft tegelijk hoe gevallen en vergankelijk de mens is geworden. Aan beide recht doen als je over jezelf nadenkt. Evt. Romeinen 7 (Ik ellendig mens wie zal mij verlossen > < God zij dank door Jezus Christus) – maar exegese Rom 7 is niet eenduidig, maakt dit een beetje moeilijk. AVOND 3. Aankondiging verlosser in OT; Jezus als redder Gods verlossingsplan Handleiding blok A, nivo 2 - deel 3. achtergrondinformatie per avond pag. III.6 -moederbelofte (Gen 3:16) als uitgangspunt. Deel 1 ‘ik geloof’ geeft een heldere uitleg van deze belofte. Strijd tussen goed en kwaad zal er altijd zijn. Mensen zullen veel last hiervan hebben (hiel vermorzeld van de mens). Maar er zal een nakomeling van de mens komen (van de vrouw > maagdelijke geboorte al aangeduid vlgs sommigen) die de slang/satan zal overwinnen (kop vermorzeld van de slang). Een verlossingsplan in de knop. Lees als achtergrondinformatie ook “Gelukkig Gereformeerd” van Jasper Klapwijk pag 76 tot 88. De schema’s op het werkblad zijn daar ook aan ontleend. Hoe gaat God verlossen? Dat zal in de loop van het OT langzaam duidelijk worden. -Jesaja 53 is het hoogtepunt van de oudtestamentische profetie en maakt heel veel duidelijk over Gods verlossingsplan: Er zal iemand komen die onschuldig en plaatsvervangend de straf zal dragen voor de zonden van anderen. Wat doe jíj daarmee? Je kunt het hele verlossingsplan van God navertellen en toch niet Jezus als jouw persoonlijke Verlosser hebben aangenomen. Vgl de volgende illustraties: Illustratie - de trein (er moet iets gebeuren) Stel dat u op het perron in Utrecht staat te wachten op de trein naar Amsterdam. Terwijl de trein het station binnenrijdt, vraag ik u of u gelooft dat deze trein ons naar Amsterdam zal brengen. U antwoordt dat het vanzelfsprekend is omdat we kaartjes hebben. Bovendien staat aangegeven op welk perron we moeten zijn en op welk moment de trein vertrekt. Goed, maar stel dat ik in de trein stap en dat u op het perron blijft staan en de trein rijdt weg: brengt die trein u dan naar Amsterdam? Nee, want als u niet in de trein stapt, brengt die u nergens heen. Weten dat Jezus voor ons gestorven is en daarop vertrouwen is niet hetzelfde. Pas als we op Jezus ons vertrouwen stellen, zullen we vergeving van zonden en het eeuwige leven ontvangen. Illustratie – de acrobaat (blijf niet op jezelf vertrouwen) Laten we uitgaan van het beeld van een diepe kloof waarover een touw is gespannen. Een acrobaat verlaat het publiek, loopt met zijn balanceerstok naar de overkant en krijgt een applaus. De stunt is echter nog niet voorbij. Naast hem heeft hij een kruiwagen staan. Hij roept naar de overkant: Denken jullie dat ik met deze kruiwagen naar jullie kan oversteken? Het publiek denkt van wel. De acrobaat aanvaardt de terugtocht en bereikt veilig de andere kant terwijl het publiek ademloos toekijkt. Het applaus is enorm. Nog is dit niet het einde van de show. Hij zegt: Denken jullie dat ik met iemand in de kruiwagen de oversteek kan wagen? Na een lange stilte zegt het publiek: We denken dat je het kan. De acrobaat zegt: OK, kom jij maar naar voren. Dan breng ik jou naar de overkant. Zo is het met het vertrouwen op Jezus Christus. Geloven dat God bestaat is niet hetzelfde als jezelf in vertrouwen aan zijn Zoon overgeven en daarvoor je vertrouwen op jezelf laten varen. Handleiding blok A, nivo 2 - deel 3. achtergrondinformatie per avond pag. III.7 Illustratie - de stoel (niet op onze goede werken vertrouwen) Zet een stoel neer en zeg dat deze stoel Jezus Christus moet symboliseren. Leg je pinpas of portemonnee op de stoel en zeg dat je al je geld voor God over hebt en er goede dingen mee wil doen. Leg vervolgens je sleutelbos op de stoel en vertel dat je je huis als gastadres beschikbaar wil stellen en je auto wil gebruiken om mensen te vervoeren die slecht ter been zijn. Zeg dan: Is dit het wat het echte geloof is? Christus zal zeggen: nu heb ik wel veel gekregen, maar waar blijf jijzelf? Zeg dan: Wat moet ik dus doen? (pak alles van de stoel af en ga er zelf op zitten) Ik moet zelf op deze stoel gaan zitten. U ziet dat ik m’n pinpas en m’n sleutelbos dan ook bij me heb. Zo is het met het vertrouwen op Jezus Christus. Ik moet niet vertrouwen op mijn eigen goede werken om zijn gunst te verdienen. Ik mag mezelf in vertrouwen aan Hem overgeven, die andere dingen neem ik dan ook wel mee. Johannes 1:1-18 kan een goed uitgangspunt zijn om bovenstaande vanuit de bijbel onder de aandacht te brengen, vooral vers 10-13 10 Het Woord was in de wereld, de wereld is door hem ontstaan en toch kende de wereld hem niet. 11 Hij kwam naar wat van hem was, maar wie van hem waren hebben hem niet ontvangen. 12 Wie hem wel ontvingen en in zijn naam geloven, heeft hij het voorrecht gegeven om kinderen van God te worden. 13 Zij zijn niet op natuurlijke wijze geboren, niet uit lichamelijk verlangen of uit de wil van een man, maar uit God. Dingen over Jezus weten is nog niet hetzelfde als Jezus ‘ontvangen’. En wat is het om uit God geboren te zijn? Geloven is echt meer dan wat feitjes kunnen reproduceren. Vrgl ook Opb. 3:20. Jezus staat aan de deur en klopt, heb jij al open gedaan? Zie ook John Stott, de basis van het bijbelse geloof (hfst 9 en 10) De offerdienst in het OT Pascha (Exodus 12-13) en offerdienst OT (Lev 1-9) geven een goed inzicht dat God verzoening van zonden aanbiedt, maar niet zomaar. Vooral de grote verzoendag (Lev 16) geeft veel inzicht, zondebok – plaatsvervanger – gaat de woestijn in. Alles bij elkaar wordt duidelijk: -er moet bloed vloeien om verzoening te krijgen (vooral bij het Pascha duidelijk: bloed geeft bescherming) -er is een plaatsvervanger voor de mens nodig (zondebok, paaslam) -In Jesaja 53 komt ineens een menselijke plaatsvervanger in beeld, Jezus heeft zich daarmee geïdentificeerd Hebreeën 10 maakt ook duidelijk dat bloed van dieren niet écht verzoening kan brengen: 1 Omdat de wet slechts een voorafschaduwing toont van al het goede dat nog komen moet en daarvan niet de gestalte zelf laat zien, heeft hij ook niet de kracht om degenen die jaar in jaar uit met steeds dezelfde offers aan de dienst deelnemen ooit tot volmaaktheid te brengen. 2 Anders zouden die offers allang niet meer gebracht worden; degenen die aan de dienst deelnemen, zouden immers als ze eenmaal gereinigd zijn geen enkel zondebesef meer hebben. 3 Het tegendeel is echter waar: elk jaar worden met dezelfde offers de zonden weer in herinnering geroepen – 4 bloed van stieren en bokken kan mensen onmogelijk van hun zonden bevrijden. Voor verdere eenvoudige oriëntatie in de offerdienst: deel 1a Ik geloof Handleiding blok A, nivo 2 - deel 3. achtergrondinformatie per avond pag. III.8 Gods verlossingsplan tegenover zelfverlossing Alle andere godsdiensten gaan uit van zelfverlossing. -door wet te onderhouden (islam, jodendom) -door meditatie, verlichting en reïncarnatie (boeddhisme, hindoeïsme) -door geheime kennis (gnostiek) -door magie (primitievere godsdiensten) Voor verdere studie: - zijn alle godsdiensten gelijk van J. Verkuyl pag. 117 e.v. of het boekje van Michael Green Kom nou dat meen je niet (vooral hfst 4, 6 en 7) Al deze pogingen tot zelfverlossing (hoe indrukwekkend mensen als Gandhi ook geleefd hebben) lopen dood op de muur van de menselijke schuld. Wie niet begrijpt hoe hard hij de genade nodig heeft heeft nog geen goed begrip van de ernst van de zonde en Gods heiligheid. Het verhaal over de rijke jongeling (Mat 19:16-26) is een goed illustratie van iemand die denkt ver te komen met de ‘weg der werken’ maar niet ziet hoe egoïstisch hij eigenlijk is. Hij blijkt meer van zn bezit te houden dan van God en zn naaste. Uiterlijk in orde, crisis in zn hart. AVOND 4. Christus-christen; geloof De naam Jezus Christus: -Jezus (griekse versie van het hebreeuwse Joshua/Jozua) = Verlosser > wijzen op verschil met verlosser Jozua uit OT, deze Jezus bevrijdt niet van vijandige volken (bijv. de romeinen) maar van zonde. Vrgl mat 1:21 en Johannes 6:15: De engel zei: ‘Jozef, zoon van David, wees niet bang je vrouw Maria bij je te nemen, want het kind dat ze draagt is verwekt door de heilige Geest. 21 Ze zal een zoon baren. Geef hem de naam Jezus, want hij zal zijn volk bevrijden van hun zonden.’ (Mat 1) 15 Jezus begreep dat ze hem wilden dwingen om mee te gaan en hem dan tot koning zouden uitroepen. Daarom trok hij zich terug op de berg, alleen. (Joh 6) -Christus (griekse vertaling van het hebreeuwse massiach/messias) Wat was een ‘gezalfde’? iemand die olie over zijn hoofd gegoten had gekregen als teken dat hij voor een speciale taak was aangesteld. Wie werden allemaal gezalfd in het OT? Koningen, priesters, profeten (kun je een paar verhalen bedenken, bv Saul, David, Elisa, Aaron en zijn zonen). De olie verwees eigenlijk naar twee dingen: 1- het was een teken dat iemand een bepaalde taak had gekregen 2- het was een teken dat iemand door de heilige Geest de kracht kreeg om die taak uit te voeren > dat lezen we bv als david net gezalfd is: ‘van toen af greep de Geest van de Here hem aan’ Al die ‘gezalfden’ hadden een bijzondere taak. Toch wisten de mensen uit het OT dat er nog een keer een heel bijzonder gezalfde, een Messias zou komen die de mensen voorgoed zou Handleiding blok A, nivo 2 - deel 3. achtergrondinformatie per avond pag. III.9 verlossen. Dé Messias zou komen. Wij weten uit het NT dat dat de Here Jezus was. Hij was de Messias of de Christus. Dat is ook wat Petrus zegt als Jezus vraagt wie Hij is (Mat 16) Profetieën over de komst van de Messias Zijn komst was al voorzegd in het OT: Uitgangspunt: Johannes 5:39-40 39 U bestudeert de Schriften en u denkt daardoor eeuwig leven 40 maar bij mij wilt u niet komen om leven te ontvangen. te hebben. Welnu, de Schriften getuigen over mij, of Lukas 24 25 Toen zei hij tegen hen: ‘Hebt u dan zo weinig verstand en bent u zo traag van begrip dat u niet gelooft in alles wat de profeten gezegd hebben? 26 Moest de messias al dat lijden niet ondergaan om zijn glorie binnen te gaan?’ 27 Daarna verklaarde hij hun wat er in al de Schriften over hem geschreven stond, en hij begon bij Mozes en de Profeten. -Genesis 3:15 is de allereerste belofte over de komst van de Messias. In Jesaja 53 komen de profetieën over Christus in het OT tot een hoogtepunt. Niet alleen afzonderlijke teksten verwijzen naar Jezus, het hele OT roept om zijn komst: -alle mensen bleken zondig, niemand kon zich helemaal aan de wet houden -ook alle koningen (vrgl bv davids leven) bleken feilbare mensen die de verlossing voor het volk niet konden brengen -offers konden geen échte verzoening voor de zonden brengen. Kon een dier echt sterven ipv een mens? Verdere studie over vervulde profetieën: Josh McDowell, Jezus, feit of fictie (hfst 9) Het drievoudig ambt van de Here Jezus Jezus is profeet, priester en koning tegelijk: Belang voor mij persoonlijk: -Jezus spreekt als profeet de woorden van God, ik kan er echt op bouwen (vrgl laatste vers bergrede of hebr. 1:1-2) Mat 7: 28 Toen Jezus deze rede had uitgesproken, waren de mensen diep onder de indruk van zijn onderricht, 29 want hij sprak hen toe als iemand met gezag, en niet zoals hun schriftgeleerden. Hebr. 1:1 Op velerlei wijzen en langs velerlei wegen heeft God in het verleden tot de voorouders gesproken door de profeten, 2 maar nu de tijd ten einde loopt heeft hij tot ons gesproken door zijn Zoon -Als priester heeft hij voor mij verzoening bewerkt en pleit hij voor mij bij mijn vader in de hemel. Vrgl hebr 7:24 ev 24 terwijl hij priester zonder opvolger is, omdat hij tot in eeuwigheid blijft. 25 Zo kan hij ieder die door hem tot God komt volkomen redden, omdat hij voor altijd leeft en zo voor hen kan pleiten. 26 Een hogepriester als hij hadden we ook nodig, iemand die heilig, schuldeloos en zuiver is, van de zondaars afgescheiden en ver boven de hemel verheven. 27 Hij hoeft niet, zoals de andere hogepriesters, elke dag eerst offers op te dragen voor zijn eigen zonden en dan voor die van het volk; dat heeft hij immers voor eens en altijd gedaan toen hij het offer van zijn leven bracht. 28 De wet stelt mensen aan als hogepriester, en mensen zijn behept met zwakheid, maar met de bekrachtiging onder ede die later werd uitgesproken dan de wet, is de Zoon aangesteld, die voor altijd de volmaaktheid heeft bereikt. Handleiding blok A, nivo 2 - deel 3. achtergrondinformatie per avond pag. III.10 -Als Koning heeft Hij alle macht in hemel en op aarde en is hij bij mij tot aan de voleinding van de wereld (Mat 28) Maar wij worden ook samen met Jezus Profeet, priester en koning: Uitgangspunt 1 Petrus 2:9 9 Maar u bent een uitverkoren geslacht, een koninkrijk van priesters, een heilige natie, een volk dat God zich verworven heeft om de grote daden te verkondigen van hem die u uit de duisternis heeft geroepen naar zijn wonderbaarlijke licht. Vertaal maar naar de praktijk! Literatuur: ds Brink, het Woord vooraf (hfst 12) AVOND 5. De opstanding Jezus’ opstanding uit de dood Centraal op paasmorgen staan het lege graf, de overrompelde vrouwen en de verbazing en ook het ongeloof van de discipelen. Eén van hen (Tomas) is de meest ‘hardnekkige’ 24 Een van de twaalf, Tomas (dat betekent ‘tweeling’), was er niet bij toen Jezus kwam. 25 Toen de andere leerlingen hem vertelden: ‘Wij hebben de Heer gezien!’ zei hij: ‘Alleen als ik de wonden van de spijkers in zijn handen zie en met mijn vingers kan voelen, en als ik mijn hand in zijn zij kan leggen, zal ik het geloven.’ 26 Een week later waren de leerlingen weer bij elkaar en Tomas was er nu ook bij. Terwijl de deuren gesloten waren, kwam Jezus in hun midden staan. ‘Ik wens jullie vrede!’ zei hij, 27 en daarna richtte hij zich tot Tomas: ‘Leg je vingers hier en kijk naar mijn handen, en leg je hand in mijn zij. Wees niet langer ongelovig, maar geloof.’ 28 Tomas antwoordde: ‘Mijn Heer, mijn God!’ 29 Jezus zei tegen hem: ‘Omdat je me gezien hebt, geloof je. Gelukkig zijn zij die niet zien en toch geloven.’ De Here Jezus prijst je dus gelukkig als je dit grote wonder - dat haast te mooi is om waar te zijn – durft te geloven, ook als je niet zelf de Here Jezus gezien hebt. Met de dood van de Here Jezus was het beslist niet afgelopen, Hij had dit ook al verschillende keren duidelijk gezegd, lees maar na in Markus10:33-34, Zie, wij gaan op naar Jeruzalem en de Zoon des mensen zal overgeleverd worden aan de overpriesters en de schriftgeleerden en zij zullen Hem ter dood veroordelen. En zij zullen Hem overleveren aan de heidenen, en zij zullen Hem bespotten en Hem bespuwen en Hem geselen en doden, en na drie dagen zal Hij opstaan. -De Here Jezus noemt hier dus twee belangrijke dingen die zullen gebeuren met Hem; - Hij zal lijden en sterven - en Hij zal weer opstaan Jezus is opgestaan uit de dood. We lezen in de bijbel meer verhalen over mensen die zijn gestorven maar weer levend werden. Dode mensen die levend werden: OT 1 Kon 17 , 2 Kon 4 NT Luk 7 (jonge man uit Nain), dochtertje Jaïrus , Lazarus , Dorkas (Hd 9) -Wat was nou het verschil tussen deze ‘opwekking’ en de opstanding van de Here Jezus? > De Here Jezus keerde terug met een onsterfelijk opstandingslichaam en heeft zelf de dood overwonnen. Lazarus en al die anderen zijn weer gestorven. Handleiding blok A, nivo 2 - deel 3. achtergrondinformatie per avond pag. III.11 De boodschap vd opstanding was een heel bijzonder bericht. De mensen hebben dan ook heel verschillend gereageerd op het bericht over Jezus' opstanding. Niet alleen de mensen die Jezus hebben meegemaakt, maar ook mensen aan wie de blijde boodschap gepreekt werd door bijvoorbeeld Paulus of andere apostelen. Vergelijk bijvoorbeeld: a) Matteüs 28:11-15 (Farizeeën die een leugen verzinnen) b) Handelingen 2:41-42 (mensen geloofden het) c) Handelingen 17:1-4 (mensen lieten zich overtuigen) d) Handelingen 17: 30-32 (mensen spotten met de boodschap) -Wat is volgens Paulus de enige goede reactie op de boodschap van Christus' opstanding? Romeinen 10:9 9 Als uw mond belijdt dat Jezus de Heer is en uw hart gelooft dat God hem uit de dood heeft opgewekt, zult u worden gered. De opstanding als overwinning op de dood -1 Kor 15:12-22 en vers 50-58 De dood is overwonnen doordat Christus uit de dood is opgestaan. Als Hij niet is opgestaan is er geen enkele hoop. Als Christus terugkomt is het voorgoed gedaan met de dood (vs 50-58) Jezus sprak zelf ook al heel besliste woorden tijdens zijn leven: 51 Waarachtig, ik verzeker u: als iemand mijn woord bewaart zal hij de dood nooit zien.’ (Johannes 8:51) 25 Maar Jezus zei: ‘Ik ben de opstanding en het leven. Wie in mij gelooft zal leven, ook wanneer hij sterft, 26 en ieder die leeft en in mij gelooft zal nooit sterven. (Johannes 11:25 ev) Voor wie in Christus sterft is de dood niet definitief maar een doorgang naar het eeuwige leven. Daarom kon Paulus ook zeggen in Fil 1:23 enerzijds verlang ik ernaar te sterven en bij Christus te zijn, want dat is het allerbeste; De opstanding van Christus en míjn lichaam In 1 Kor 6:12-20 wordt uitgelegd dat de lichamelijke opstanding van Christus een opwaardering is van het lichamelijke. Ook ons lichaam zal opgewekt worden. Daarom is het heel belangrijk hoe je met je lichaam omgaat. Voorbeelden genoeg. In het geval van de Korintiërs ging het om hoererij. Ze dachten nog in een grieks dualisme. Het lichaam is van geen betekenis, het gaat om de geest. In het geloof gaat het om geestelijke dingen … dus wat maakt het uit als je naar de de hoeren gaat … Paulus bestrijdt deze manier van denken door op de opstanding van Christus te wijzen. Opstanding en levensheiliging Er is een relatie tussen onze levensheiliging en de opstanding van Christus. Zie bv Zondag 17. het bekendste bijbelgedeelte hierover is Romeinen 6 e.v. Niet eenvoudig!! De opstanding van Christus uit de dood als krachtig argument voor de betrouwbaarheid van het evangelie. Handleiding blok A, nivo 2 - deel 3. achtergrondinformatie per avond pag. III.12 Zie http://www.zoektocht.net de situatie na de kruisiging van Jezus het lichaam van Jezus werd, naar Joods gebruik in linnen doeken gewikkeld. Hierna werd het lichaam in een massief rotsgraf bijgezet. Voor de ingang van dit graf werd met behulp van hefbomen een loodzware steen van rond de twee ton gerold. Ook werd er nog een Romeinse wacht bij het graf neergezet ter bewaking van het graf. Op het graf zat een merkzegel, dit zegel werd geplaatst ter voorkoming van grafschennis. De Romeinse wacht bewaakte het graf met gevaar voor eigen leven, in het geval van grafschennis kon het hun letterlijk de kop kosten. Toch bleek na 3 dagen dat de steen was weggerold en dat het graf leeg was. was het graf wel leeg? de volgelingen van Jezus beweerden dat het graf leeg was en dat Jezus uit de dood was opgestaan. Als het graf in tegenstelling tot hun bewering niet leeg zou zijn, dan zou deze bewering nog geen uur stand kunnen houden. Wat was er simpeler voor de Joodse autoriteit om die beweringen te kop in te drukken, dan om te laten zien dat het graf niet leeg was. Maar dat konden ze niet, want het graf wás leeg. wat is er met het lichaam gebeurd? Blijft dus de vraag over wat er met het lichaam gebeurd is, of mensen hebben het lichaam weggehaald, of God heeft Jezus opgewekt uit de dood. Maar welke mensen dan. Zijn vijanden? Die waren maar al te blij dat hij in het graf lag. Zijn vrienden dan. Dat lijkt niet erg waarschijnlijk. Ze waren erg ontmoedigd en dachten dat met zijn dood alles voorbij was. Zouden die werkelijk in staat zijn geweest de hele antieke wereld op zijn kop te zetten, en zelfs bereid zijn geweest zich in de arena’s voor de leeuwen te laten werpen als ze wisten dat hun boodschap een leugen was? Dat lijkt wel heel onwaarschijnlijk en dat is het ook. Nee, de enige conclusie lijkt te zijn dat Jezus werkelijk uit de dood is opgestaan. Hij is gezien In een van de brieven in het Nieuwe Testament wordt een heel rijtje mensen genoemd aan wie Jezus is verschenen: I Corinthiërs 15: 5-7 “Hij is gezien door Petrus en daarna door de twaalf apostelen samen. Later is Hij gezien door maar liefst 500 broeders tegelijk. hoewel enkelen al gestorven zijn, leven de meesten nog” Interessant detail in dit bijbelvers is dat hij door 500 man tegelijk gezien is, en ... de meesten zijn nog steeds in leven. Dus, lijkt de schrijver te zeggen, als u mij niet gelooft, het bewijs loopt overal rond. Ga het maar vragen aan degenen die het gezien hebben. Ook dit lijkt toch wel een ijzersterk bewijs te zijn voor het feit dat Jezus werkelijk uit de dood is opgestaan. Thomas Arnold, schrijver van het beroemde driedelige werk ‘de geschiedenis van Rome’: “Ik ben al jaren gewend om de geschiedenis van andere tijden te bestuderen en om de argumenten van hen die daarover geschreven hebben te onderzoeken en op hun waarde te schatten; ik ken geen enkel feit in de geschiedenis der mensheid dat voor de denkbeelden van een onbevooroordeeld onderzoeker door beter en vollediger argumenten wordt bewezen, dan het grote teken van God aan ons dat Christus is gestorven en weer uit de dood is opgestaan” Dr Simon Greenleaf, een van de grootste rechtsgeleerden die Amerika ooit heeft gehad: “De opstanding van Christus is één van de best gestaafde gebeurtenissen in de geschiedenis, gerekend naar de maatstaven van juridisch bewijs zoals die worden toegepast in gerechtshoven” Pinchas Lapide, een vooraanstaand Joods-Orthodox wetenschapper: “als dit groepje geschrokken en bange apostelen op het punt stond alles te laten voor wat het was en uit wanhoop naar Galilea te vluchten; als deze boeren, herders en vissers, die hun meester verraden en verloochend hadden en Handleiding blok A, nivo 2 - deel 3. achtergrondinformatie per avond pag. III.13 Hem aan zijn lot hadden overgelaten, plotseling konden veranderen in een sterke zendingsgemeenschap, overtuigd van de redding en in staat om na Pasen met veel meer succes te werk te gaan dan voor Pasen, dan voldoet geen enkel visioen of hallucinatie om zo’n radicale verandering te verklaren” Verdere literatuur: John Stott, de basis van het bijbelse geloof (hfst 4) AVOND 6. hemelvaart tot wederkomst Hemelvaart en wederkomst De hemelvaart Hemelvaart was afscheid. Jezus was teruggekeerd uit de dood, en nu ging Hij hen toch weer verlaten. Aan één kant was dat natuurlijk moeilijk voor de discipelen, maar Jezus zegt tegelijk ‘Ik ben met jullie, alle dagen …’ > dat is natuurlijk heel mooi, maar wat moeten we ons daarbij voorstellen? Jezus is toch naar de hemel teruggegaan? Hoe kan Hij dan overal bij ons zijn? > Hij is niet meer als mens op aarde, maar zijn godheid is overal. Bovendien stuurt Hij zijn heilige Geest. Blijf wel het onderscheid tussen Jezus en de heilige Geest benadrukken. De Geest woont in ons, Jezus is altijd bij ons (vrgl liedje ‘Jezus is de goede herder’) Jezus zegt ook: nu moet iedereen het weten, alle volken! Je zou dus kunnen zeggen: Nu begint het pas goed! De hemelvaart is het begin van een nieuwe periode. Een periode waarin alle mensen overal over de Here Jezus moeten horen én een periode waarin de Here Jezus zijn werk voortzet in de hemel. Denk eens na over de implicaties van de volgende bijbelteksten: Tekst Betekenis Romeinen 8:34 Christus Jezus, die gestorven is, meer nog, die is opgewekt en aan de rechterhand van God zit, pleit voor ons. Johannes 14:1-3 1 Wees niet ongerust, maar vertrouw op God en op mij. 2 In het huis van mijn Vader zijn veel kamers; zou ik anders gezegd hebben dat ik een plaats voor jullie gereed zal maken? 3 Wanneer ik een plaats voor jullie gereedgemaakt heb, kom ik terug. Dan zal ik jullie met me meenemen, en dan zullen jullie zijn waar ik ben. Johannes 16:7 Werkelijk, het is goed voor jullie dat ik ga, want als ik niet ga zal de pleitbezorger (de heilige Geest) niet bij jullie komen, maar als ik weg ben, zal ik hem jullie zenden. De wederkomst van de Here Jezus Kan iemand advocaat en rechter tegelijk zijn? Nee. Toch is er iemand die wel advocaat en rechter is, de Here Jezus. Hij pleit voor ons bij de Vader (zie boven) Tegelijk heeft de Vader de Zoon ook het oordeel in handen gegeven voor de dag van de wederkomst. Christus zal dan als rechter rechtspreken. Wel eens bij stilgestaan? We kennen hem als Verlosser, Koning, Messias, Profeet, Genezer, maar Hij zal ook eens Rechter zijn, als Hij terugkomt. Bijbelgedeelte: Matteüs 25:31-46 De belofte van de wederkomst heeft twee kanten. Het is vertroostend: einde aan alle verdriet en God gaat dingen rechtzetten. Tegelijk doet het een appel op ons om Christus te vertrouwen en te gehoorzamen. Als Hij gaat rechtspreken en wij hebben Hem niet willen kennen, dan hebben we zacht gezegd een probleem. Handleiding blok A, nivo 2 - deel 3. achtergrondinformatie per avond pag. III.14 Psalm 47, Efeze 1 en de hemelvaart > De hemelvaart als triomftocht na een overwinning Het is verstandig om bovenstaande bijbelgedeeltes te bestuderen voorafgaand aan de bespreking met de jongeren. Psalm 47: Het is niet helemaal duidelijk wat de oorspronkelijke achtergrond is van psalm 47. God is ‘opgevaren onder gejuich’ zegt de psalm. Dit impliceert dat hij in de beleving van de psalmist ook was neergedaald. Dit is een OT-ische manier van zeggen dat God reddend had ingegrepen. Mogelijk in het leven van David of in de geschiedenis van zijn volk in moeilijke tijden. God daalt reddend neer en gaat onder gejuich weer omhoog. Deze psalm kijkt vooruit naar Gods beslissende ‘neerdaling’ in de komst van Christus die ook weer zou terugkeren naar de hemel. Vanuit de overtuiging dat de bijbel een eenheid is mogen we psalm 47 christelijk lezen vanuit onze kennis over Christus’ hemelvaart, koningschap en overwinning van het kwaad. Efeze 1: Efeze 1:20 e.v. brengt Christus’ hemelvaart onder woorden met woorden uit Psalm 110. Een christelijke ‘herinterpretatie’ van psalm 110 zou je kunnen zeggen. De hele Schrift heeft betrekking op Christus, daarom is het ook legitiem om psalm 47 op de hemelvaart te betrekken. Vers 21 moet worden begrepen vanuit Efeze 6:12, het gaat hier over de kwade machten die zichtbaar worden op allerlei manieren. Achter het kwaad zitten persoonlijke machten (krachten, heerschappijen, overheden) Christus’ hemelvaart was een triomftocht: Hij heeft zijn werk volbracht, Hij heeft overwonnen over het kwaad, de satan is onttroond, Christus kon het koningschap in ontvangst nemen, We zijn veilig bij Hem, de hele aarde moet Hem eren etc. Jezus’ rede over de laatste dingen Over de eindtijd is een heleboel te zeggen, er zijn veel verschillende interpretaties van Jezus woorden. De meeste gereformeerde bijbeluitleggers gaan ervan uit dat sinds de verwoesting van de tempel en Jeruzalem - in 70 na Chr. - de wederkomst van Christus elk moment verwacht kan worden. Dat is de meest overtuigende uitleg van Jezus’ woorden over het einde van de wereld (Mat 24/Luk 21/Markus 13). Gebeurtenissen rond de verwoesting van de tempel en zijn wederkomst ziet Hij in één perspectief. De apostel Petrus kon bijna 2000 geleden al schrijven: ‘het einde is dichtbij’. Elke generatie christenen heeft met die verwachting moeten leven: het einde is nabij. Sinds de hemelvaart van Christus en de verwoesting van de tempel is de laatste fase van de geschiedenis aangebroken. Elke gelovige moet op elk moment klaar zijn voor de terugkeer van Christus Wie zich hier grondiger in wil verdiepen kan de commentaren van prof. J. van Bruggen op Matteüs, Markus en Lukas er op naslaan (vooral zijn commentaar op Markus). Onderwerpen die hiermee samenhangen : -omgaan met het laatste oordeel Handleiding blok A, nivo 2 - deel 3. achtergrondinformatie per avond pag. III.15 #hoe weet je zeker dat je daar niet bang voor hoeft te zijn: door op Jezus’ offer te vertrouwen en uit dankbaarheid daarvoor te leven (passend bijbelgedeelte: 2 Kor 5, vooral vers 21) #hoe ga je om met ongelovigen? -vrgl Paulus in Rom 10:1 > bidden voor hun behoud -vrgl Abraham als oordeel over Sodom en Gomorra wordt aangekondigd (op de knieën) -vrgl Mozes na zonde gouden kalf (‘straf mij maar’) -vrgl Jona voor hoe het niet moet Het boek Openbaring Er zijn grofweg twee visies op Openbaring: 1- Lineaire beschrijving geschiedenis Beschrijving van gebeurtenissen tussen Christus’ eerste en tweede komst. De gebeurtenissen die (symbolisch) worden beschreven volgen elkaar op in de geschiedenis. Er worden dus ook dingen beschreven die nu – in de 20e/21e eeuw - plaatsvinden, of nog moeten plaatsvinden. Symbolen verwijzen naar concrete gebeurtenissen in de geschiedenis. 2- Cyclische / herhalende beschrijving van de geschiedenis De geschiedenis tussen Christus’ eerste en tweede komst wordt telkens weer symbolisch beschreven vanuit een andere invalshoek (zeven keer een typering van de hele periode tussen Christus’ eerste en tweede komst). Symbolen verwijzen niet naar concrete aanwijsbare gebeurtenissen maar naar algemene principes van menselijk gedrag en goddelijk bestuur die in allerlei gebeurtenissen in elke periode van de geschiedenis zijn aan te wijzen De voorkeur ligt bij de tweede benadering. Een paar opmerkingen daarover. - Het is duidelijk dat Johannes schrijft aan christenen in zijn tijd die worden vervolgd om hun geloof. Hij schrijft om hen te bemoedigen. Wat zouden zijn lezers gehad hebben aan beschrijvingen van gebeurtenissen uit de 20e en 21e eeuw? Helemaal niets. Deze benadering van het bijbelboek heeft een hoog speculatief karakter. - Bepaalde dingen komen voortdurend – maar net in andere bewoordingen - terug in het boek Openbaring, bijvoorbeeld het laatste oordeel en de overwinning van Christus. De klok gaat telkens terug in Openbaring en dan wordt dezelfde periode weer getypeerd vanuit een andere invalshoek. [Ik volg de uitleg van William Hendriksen (Amerikaan van Nederlandse afkomst) die een overtuigend boek schreef over de Openbaring. In grote lijnen komt zijn uitleg overeen met die van Michael Wilcock, een bekende engelse bijbeluitlegger. Een bekend theoloog als (wijlen) Martyn Lloyd Jones noemde de uitleg van Hendriksen ‘de beste die hij ooit heeft gelezen’.] - Over details valt altijd te discussiëren, maar de hoofdlijn in het bijbelboek lijkt toch wel voor de hand te liggen: Hoofdindeling van het boek Openbaring (ontleend aan Hendriksen): Thema: de overwinning van Christus en zijn kerk over satan en zijn helpers a. De van Christus bezielde kerk in de wereld (1-3) b. De kerk lijdend onder beproeving en vervolging (4-7) c. De kerk gewroken, beschermd, overwinnend (8-11) d. Christus en de kerk bestreden door de draak en zijn helpers (12-14) e. Grote toorn over de onbekeerlijken (15-16) f. De val van Babylon en de beesten (17-19) g. Het oordeel over de draak, nieuwe hemel en aarde Het boek Openbaring bestaat uit zeven hoofddelen. Deze lopen alle evenwijdig. Elk omvat de hele periode tussen Christus’ eerste en tweede komst. … … Het boek vormt een eenheid. De principes van het menselijk leven en van Gods wereldbestuur worden er steeds helderder in geopenbaard. De zeven delen zijn zo gerangschikt dat er een opklimming, een hoogtepunt te ontdekken is. Zo wordt het laatste Handleiding blok A, nivo 2 - deel 3. achtergrondinformatie per avond pag. III.16 oordeel eerst aangekondigd, dan ingeleid en tenslotte beschreven. Ook worden de nieuwe hemel en aarde vollediger beschreven in het slot dat in het voorafgaande. Eigenlijk is het boek openbaring opgebouwd uit een aantal films. De bijzonderheden die bij het beeld horen moeten worden verklaard vanuit de centrale gedachte van elke film. De zegelen, bazuinen, schalen en dergelijke symbolen slaan niet op afzonderlijke gebeurtenissen in de geschiedenis maar op algemene principes van menselijk gedrag en Gods regering. De Openbaring is wel geworteld in toenmalige gebeurtenissen en toestanden. Symbolen moeten worden verklaard in het licht van de toenmalige geschiedenis. (W. Hendriksen, Visioenen der Voleinding) AVOND 7. De Heilige Geest De Heilige Geest Het werk van de Geest zou je kunnen vergelijken met het waaien van de wind of het effect van elektriciteit. We zien geen wind en we zien geen elektriciteit, we zien wel de gevolgen ervan. Bomen bewegen en lampen branden. Zo zien we de Geest vooral in de effecten van zijn werk in onze levens terwijl we de Geest zelf niet kunnen zien zoals bijv. De Here Jezus wel tastbaar rondliep op aarde. Maar ook al kunnen we de Geest niet zien en is het soms moeilijk om ons voor te stellen wie Hij is en hoe Hij werkt, toch is zijn werk heel belangrijk. De apostelen mochten na de hemelvaart niet aan het werk gaan met vertellen van de Here Jezus voordat de heilige Geest was gekomen (Lukas 24:49) In Handelingen 2 is het dan zo ver: de Geest wordt uitgestort op het pinksterfeest. Zijn aanwezigheid wordt zichtbaar door tongen van vuur. Niet zonder betekenis. Waar denk je aan bij vuur? -verbranden > HG: verbranden van zonde in ons leven -warmte > HG: ons warmte laten uitstralen omdat we vol zijn van God -licht > HG: Gods licht verspreiden Samengevat: de heilige Geest wil ons in vuur en vlam zetten voor God Belangrijke bijbelgedeeltes -Matteüs 10:17-20 De Geest geeft woorden in moeilijke situaties -Handelingen 1:8 De Geest geeft kracht om te getuigen -Efeze 5:18-20 De Geest werkt een loflied in ons hart -Romeinen 14:17 De Geest geeft vrede en blijdschap -Romeinen 8:16 De Geest leert ons God als Vader aanroepen Belangrijk: de Geest is een persoon Tegen de heilige Geest kun je liegen (deden Ananias en Safira vlgs petrus in Hd 5) en je kunt Hem bedroeven (Ef 5). De Here Jezus noemt hem de Trooster (Joh 14) en heeft het over ‘Hij’ ipv ‘het’ (hoewel pneuma een onzijdig woord is in het grieks) Hieruit blijkt dat de Geest een persoon is en niet een vage kracht of energie. De Geest wijst op Christus -Handelingen 2: De apostelen waren vervuld met de heilige Geest. > Waar praten ze over als ze vervuld zijn met de Geest? Wat leer je daarvan? -Johannes 16:12-15 ook erg belangrijk in dit verband -vergelijk de schijnwerper die een kerktoren in het licht zet ’s avonds Handleiding blok A, nivo 2 - deel 3. achtergrondinformatie per avond pag. III.17 -1 Kor 12:1-3 is erg belangrijk > je kunt alleen belijden dat Jezus je Heer is als de Geest in je woont De Geest verandert jouw leven Galaten 5 beschrijft de vrucht van de Geest: > liefde, blijdschap, vrede, lankmoedigheid, vriendelijkheid, goedheid, trouw, zachtmoedigheid, zelfbeheersing Let erop dat er vrucht staat (enkelvoud) en niet vruchten (meervoud). De gaven van de Geest verschillen per individu. De vrucht van de Geest mag in ieders leven worden verwacht. Dus niet: de één geduld en de ander vriendelijkheid. Dit is het principiële verschil met de gaven van de Geest. Je kunt ook zeggen: De vrucht van de Geest was volmaakt aanwezig in het leven van de Here Jezus. Wij worden naar zijn beeld veranderd: -2 Kor 3:18 18 Wij allen die met onbedekt gezicht de luister van de Heer aanschouwen, zullen meer en meer door de Geest van de Heer naar de luister van dat beeld worden veranderd. > Hoe zie jij dat in jouw leven? De Geest en de gemeente -De Geest is niet een privé bezit van één gelovige , de Geest woont ook in de gemeente, zie 1 Kor 12:12-13 12 Een lichaam is een eenheid die uit vele delen bestaat; ondanks hun veelheid vormen al die delen samen één lichaam. Zo is het ook met het lichaam van Christus. 13 Wij zijn allen gedoopt in één Geest en zijn daardoor één lichaam geworden, wij zijn allen van één Geest doordrenkt > Wat zijn de kenmerken van een door de Geest beheerste gemeente? Vrgl 1 Kor 13 Paulus relativeert het spreken in tongen en de in het oog springende gaven waar de Korintiërs zich op fixeerden. Hij wijst allereerst op de liefde. De Geest niet los zien van de Vader en de Zoon -Johannes 15:26-27 maakt duidelijk dat de Geest van de Vader en de Zoon uitgaat. 26 Wanneer de pleitbezorger komt die ik van de Vader naar jullie zal zenden, de Geest van de waarheid die van de Vader komt, zal die over mij getuigen. Aanvullende informatie over de Geest in het O.T. In OT was de Geest of de adem van God ook al actief: Vergelijk onderstaande teksten: BIJBELTEKST WERK VAN DE GEEST Handleiding blok A, nivo 2 - deel 3. achtergrondinformatie per avond pag. III.18 Genesis 1:1-2 Job 33:4 Psalm 104:30 2 Samuël 23:2 Exodus 35:30-32 (het gaat hier over het maken van de tabernakel) Deuteronomium 34:9 Richteren 3:10 Micha 3:8 Nehemia 9:30 Jesaja 61:1 ''In den beginne schiep God de hemel en de aarde. De aarde nu was woest en ledig, en duisternis lag over de wateren. en de Geest van God zweefde over de wateren'' ''De Geest van God heeft mij gemaakt en de adem van de Almachtige doet mij leven'' ''Zendt Gij uw Geest uit, zij (de dieren) worden geschapen, en U vernieuwt het gelaat van de aardbodem'' (Koning David zegt) ''De Geest van de Here spreekt door mij, zijn woord is op mijn tong'' ''En Mozes zei tot het volk: Zie, de Here heeft Besaleël geroepen, en hem vervuld met Gods Geest, met wijsheid , inzicht en kennis, en dat voor allerlei werk, om ontwerpen te bedenken en uit te voeren'' ''Jozua was vol van de Geest van wijsheid ... daarom luisterden de Israëlieten naar hem'' ''Toen riepen de Israëlieten tot de Here, en Hij gaf hun een verlosser om hen te bevrijden: Otniël. De Geest van de Here kwam over hem, en hij richtten Israël en trok uit ten strijde'' ''Ik (Micha) ben vol van kracht en vol van de Geest van de Here ... om Israël zijn zonden bekend te maken'' ''Vele jaren was U (de Here) geduldig met het volk en vermaande hen door uw Geest, door het werk van de profeten'' ''De Geest van de Here is op mij, omdat Hij mij gezalfd heeft, Hij heeft mij gezonden om een blijde boodschap te brengen'' De Geest in mij? 1) Woont de Geest wel in mij? > Geloof in Jezus is een bewijs dat de Geest in jou aan het werk is. Vrgl. bv Paulus aan de Korintiërs eerste brief > ‘weet je niet dat je lichaam een tempel van de Geest is (hfst 3)’ en ‘niemand kan zeggen Jezus is Here dan door de heilige Geest’ (hfst 12) denk nog een keer aan de kerktoren en de schijnwerpers. Er is wel telkens opnieuw vervulling met de Geest nodig, het is niet voor eens en altijd en er hoeft niets meer te gebeuren. Mensen die de Geest al ontvingen krijgen de opdracht om nog steeds ‘vervuld te worden’ 2) Gaven van de Geest > 1 Kor 12 geeft een goede opsomming, maar ook Romeinen 12:3-8 (als er vragen komen over ‘gewone’ en ‘bijzondere’ gaven) Bijzondere situatie eerste christenen uitleggen Handleiding blok A, nivo 2 - deel 3. achtergrondinformatie per avond pag. III.19 -het evangelie was nu voor het eerst voor alle volken > tongentaal in Hd 2 als teken. Gebeurde nog een keer toen de eerste heidenen tot geloof kwamen (Cornelius Hd 10) en de eerste Samaritanen (Hd 8) en een groep volgelingen van Joh de Doper (Hd 19) Korinte was een internationale plaats met veel verschillende talen en mysteriegodsdiensten, dat is mogelijk de achtergrond van het spreken in talen/tongen in Korinte. Het is nog de vraag of dit hetzelfde was als de extatische taal in pinkstergemeenten Bedenk verder: -er was toen nog geen geschreven NT (profetie) -er was een bewijs nodig van apostolische autoriteit (genezing) De Geest waait waarheen Hij wil, maar wij hoeven niet onzeker te worden als we geen spectaculaire dingen meemaken. Onthoud in elk geval dat ieder christen gaven heeft. Je bent misschien geneigd om te spreken van eigenschappen of capaciteiten. Maar wanneer we in Christus geloven mogen we onze kwaliteiten in dienst van zijn koninkrijk gebruiken, we noemen ze ‘gaven van de Geest’. Let wel: het kan om heel praktische dingen gaan. > Wat zijn jullie talenten? Wel eens over nagedacht? Goede literatuur over de heilige Geest en zijn werk: J. Packer, wandelen door de Geest J. Stott, doop en vervulling met de heilige Geest Avond 8. De drie-eenheid De drie-eenheid God is altijd groter dan je denkt. Zijn werk is breder dan je denkt. Hij openbaart zich als Vader, Zoon en Geest die samen één zijn maar toch ook elk afzonderlijk hun werk doen. Een eenvoudige manier om zicht te krijgen op het werk van de drie-enige God is de onderverdeling in schepping, verlossing, vernieuwing. Schepping , Verlossing , Vernieuwing zijn de drie hoofdmomenten in de christelijk leer: Bij Schepping denken we vooral aan de Vader, maar de Geest ( de adem van God) geeft leven (vrgl Psalm 103) , terwijl ook Jezus als het Woord betrokken was bij de Schepping (vrgl Johannes 1) Bij Verlossing denken we vooral aan de Zoon. Maar de Vader heeft de Zoon gestuurd (Joh 3:16) en de Zoon ontving de Geest bij zijn doop (Mat 3) zodat Hij zijn werk als Messias kon doen. Bij Vernieuwing denken we vooral aan de Geest, maar de Geest wordt gestuurd door de Vader en de Zoon (Joh 15:26-27) en vernieuwt ons naar het beeld van de Zoon tot eer van de Vader. We moeten niet alleen maar in de Vader of de Zoon of de Geest geloven maar in alledrie, terwijl we ze toch ook weer als één God aanbidden. Handleiding blok A, nivo 2 - deel 3. achtergrondinformatie per avond pag. III.20 Benadruk vooral dat het een mysterie blijft. Maar God openbaart zich als Vader , Zoon en Geest en werkt ook zo in en voor ons. Daarom is dit toch heel belangrijk. Waar denk jij het meeste aan? Welke van de drie personen zou jij meer ‘aandacht’ moeten geven? Ik ken niemand die mooier over de drieëenheid heeft geschreven dan C.S. Lewis: … … Een doodgewoon, eenvoudig christen knielt neer om te bidden. Hij probeert met God in verbinding te komen. Maar als hij een christen is, dan weet hij dat hetgeen hem tot bidden drijft óók God is, dat wil zeggen: God binnen in hem, om het zo uit te drukken. Maar hij weet ook dat al zijn werkelijke godskennis hem door Christus toekomt, door Christus, de mens die God was; en dat Christus naast hem staat, hem leert bidden en voor hem bidt. Het is u wel duidelijk wat dit alles betekent. God is de boven het gans heelal verheven tot wie hij bidt, het doel dat hij tracht te bereiken. God is ook datgene in hem, dat hem aandrijft, de bewegende kracht. En God is ook de brug of de weg waarlangs hij naar dat doel wordt voortgedreven. Aldus openbaart zich het gans drievoudige leven van het drie-persoonlijke Wezen in zeer reële zin in die kleine slaapkamer waar een nietig mensenkind zijn gebed doet. … Op die wijze is de theologie begonnen. De mensen wisten op een vage manier reeds van God af. Toen kwam er een mens die pretendeerde God te zijn, en toch was hij niet iemand die men voor een waanzinnige kon verslijten. Hij bracht de mensen ertoe in Hem te geloven. Nadat zij er getuige van waren geweest dat mensen hem ter dood hadden gebracht ontmoetten ze hem weer. En nadat zij zich hadden aangesloten tot een kleine kring of gemeenschap vonden zij God ook op een bepaalde manier in henzelf. Hij gaf hun leiding en schonk hun de kracht om te doen wat ze vroeger niet konden. En toen zij van dat alles zich ordelijk rekenschap gaven, kwamen zij tot de ontdekking dat zij de definitie hadden gevonden van een driepersoonlijke God.’’ (C.S. Lewis: De beeldhouwer en zijn beeld, 22-24) Het beeld van 3 golven De bijbel is het boek dat vertelt dat de HERE naar de mensen toekomt, en steeds dichterbij komt : 3 stappen onderscheiden > 3 golven steeds verder het strand op: a. Golf 1. Na de zondeval komt God de mens opzoeken, ondanks zonde toch een relatie, een verbond. Opening naar toekomst. En ook al vallen de mensen steeds weer tegen, God blijft de mensen opzoeken, steeds weer de relatie vernieuwen, nieuwe start: na zondvloed, bij Abraham, bij de Sinaï, na de ballingschap. Toch lijkt het alsof die golf doodloopt b. Golf 2. En dan komt er een tweede grote golf die nog verder strand opkomt/dieper doordringt. God komt midden onder ons wonen Joh 1. Hij is God van eeuwigheid, en toch: midden onder ons gewoond. Niemand God gezien, maar eniggeboren zoon heeft Hem ons doen kennen. Jezus Christus, > In Hem komt de HERE heel dichtbij : Immanuel c. Golf 3. Maar het kan nog dichterbij: Niet alleen onder ons > in ons wonen. Dat is wat het pinksterfeest duidelijk maakt. De Here Jezus bleef niet onder ons wonen > en dan treedt God de Heilige Geest op de voorgrond. De Vader en de Zoon zenden de Geest, die in ons komt wonen, die ons leven vult met zijn aanwezigheid. (Bij Jasper kun je een preek die hierover gaat opvragen) doopsformulier Handleiding blok A, nivo 2 - deel 3. achtergrondinformatie per avond pag. III.21 Het doopsformulier (of één van de drie doopsformulieren, zie www.gkv.nl onder ‘downloads’ voor de nieuwe formulieren) kan een uitgangspunt zijn voor de bespreking. Desnoods alledrie, en vergelijk ze op het punt wat er wordt gezegd over Vader , Zoon en Geest. Belangrijke en evt bruikbare bijbelteksten waarin Vader , Zoon en Geest worden genoemd: - Efeze 2:18 , 1 Petrus 1;1-2 , 2 Kor 13:13 , 2 Tess 2:13-14 , Efeze 5:18-21 , Efeze 3;14-17 2 Kor 1:21 , Rom 14:17-18 , - Jesaja 63:7-19 is een gedeelte uit OT waarin wordt gesproken over God als Vader, over de heilige Geest en over de ‘Engel van Gods aangezicht die het volk heeft gered’. Volgens sommige uitleggers is deze ‘engel’ de Here Jezus. Een bijbelgedeelte waarin we al iest zien van de nieuwtestamentische openbaring van de drie-enige God. De christelijke leer over de drie-eenheid is uniek: In de bijbel is een duidelijke beweging te zien: God wil heel dichtbij ons zijn. Hij wil zelfs in ons hart wonen. Dat is dezelfde God die de wereld heeft geschapen. Heel bijzonder. Afwijkende visies: In de mystiek (oosterse godsdiensten, transcendente meditatie) proberen mensen één te worden met God of het alene. Het is een legitiem menselijk verlangen om één met God te zijn, maar het kan niet buiten het kruis om. In de islam is God heel ver weg en iemand om bang voor te zijn. Logisch , gezien het feit dat wij zondig zijn. Maar door Jezus Christus ligt tóch de weg naar God open. Verder is er in de islam een groot misverstand over de drie-eenheid, Mohammed stelde het voor alsof christenen geloven in drie goden: Mirjam (=Maria) , God en Isa (= Jezus). Blijkbaar was er al veel maria-verering in de 6e eeuw. Jehova-getuigen hebben ook een afwijkende visie op de drie-eenheid. Zij geloven niet dat Jezus gelijk is aan God. Hij is ‘goddelijk’ of hooguit ‘een’ god (kleine letter), maar zeker niet aan God gelijk. De heilige Geest zien ze niet als een persoon maar als een kracht. Derhalve vinden ze het leerstuk van de drie-eenheid onbijbels. Benadrukt moet worden hoe bijzonder en compleet het bijbelse godsbeeld is. God is almachtig, heilig, persoonlijk, boven ons, met ons , in ons. Hij is één en toch groter en ‘meervoudiger’ dan wij ons kunnen voorstellen. Denk nooit te klein van God! Hij is altijd groter dan je onder woorden kunt brengen. Hij is machtiger en heiliger dan je je kunt voorstellen, Hij is dichterbij dan je durft te geloven. Benadruk ook dat we zelf vatbaar zijn voor eenzijdigheden. Voor je het weet zie je God alleen maar als heel ver weg of machtig. Of je denkt alleen maar aan de Here Jezus als je ‘vriend’ , of je bent alleen maar bezig met de Geest en wat je daarvan wel of niet ervaart. Praat er maar eens over door. Enkele uitspraken van bekende kerkvaders over de drie-eenheid: ‘Als we het hebben over de drie-eenheid zeggen we iets om niet niets te hoeven zeggen’ ‘Ik kan niet aan de ene God denken zonder door alledrie omschenen te worden, en ik kan niet over één van de drie spreken zonder terstond tot de ene geleid te worden.’ Handleiding blok A, nivo 2 - deel 3. achtergrondinformatie per avond pag. III.22