PROJECTFICHE – WERKZOEKENDEN IN ARMOEDE MET MOGELIJKE WELZIJNSPROBLEMATIEK EN DUIDELIJKE FOCUS OP ARBEID WERKZOEKENDEN IN ARMOEDE MET MOGELIJKE WELZIJNSPROBLEMATIEK EN DUIDELIJKE FOCUS OP ARBEID start 01/03/2015 1. SITUERING Er werd voor 2015 budget vrijgemaakt om werkzoekenden in armoede te begeleiden naar een duurzame tewerkstelling. De aanpak vertrekt vanuit: - De individuele werk-welzijnsbegeleiding wordt opgenomen door de bemiddelaar van de VDAB. Het is belangrijk dat de bemiddelaar inzicht heeft in het welzijnsluik van de werkzoekende in armoede en dat het welzijnsluik ontsloten wordt in functie van het uitgetekende opleidings-en/of tewerkstellingstraject. - Het regulier groepsgebeuren vertrekt vanuit de ervaringswereld van mensen in armoede met een krachtige empowerment inslag. Werkzoekenden met een duidelijke focus op werk en een mogelijke welzijnsproblematiek worden toegeleid naar het groepsluik. Werkzoekenden waarvan bij de aanvang duidelijk is dat er een medische, mentale, psychische of psychiatrische problematiek is, worden toegeleid naar de gepaste dienstverlening. - Groepsgebeuren met taalcoaching. Werkzoekende in armoede en met een beperkte kennis Nederlands (richtgraad 1.2) kunnen deelnemen aan een aangepast programma met een taalcoach. Finale doelstelling: een versterkte werkzoekende die gewerkt heeft rond een persoonlijk ontwikkelingsplan (POP) zowel op het niveau van werk als welzijn. Zie ook het schematisch overzicht dat terug te vinden is op de partnerpagina. De VDAB opteert ervoor om de opdracht uit te besteden in 5 provinciale percelen. Perceel Indicatief aantal toe te leiden door de VDAB voor de periode 1/3/2015 tot 29/2/2016 1. Antwerpen 64 2. Limburg 125 3. Oost-Vlaanderen 135 4. Vlaams-Brabant 125 5. West-Vlaanderen 135 De opdracht wordt gesloten voor de periode van 01/03/2015 tot 31/12/2016. Het eerste gunningsjaar loopt van 01/03/2015 tot en met 29/02/2016 en het tweede gunningsjaar loopt van 01/03/2016 tot en met 31/12/2016. De opdracht is tweemaal verlengbaar voor een periode van één jaar. Bij verlenging wordt de dienstverlener minimaal drie maand voor het verstrijken van de lopende gunningsperiode schriftelijk op de hoogte gebracht. Voor elk perceel kan beslist worden om al dan niet te verlengen. 02-03-2015 1 PROJECTFICHE – WERKZOEKENDEN IN ARMOEDE MET MOGELIJKE WELZIJNSPROBLEMATIEK EN DUIDELIJKE FOCUS OP ARBEID 2. DOELGROEP Werkzoekenden in armoede met een mogelijke welzijnsproblematiek en met een duidelijke focus op arbeid worden toegeleid naar het groepsluik. Werkzoekenden waarvan bij de aanvang duidelijk is dat er een medische, mentale, psychische of psychiatrische problematiek is, worden toegeleid naar een gepaste dienstverlening (buiten deze opdracht). Als instapvoorwaarde om deel te nemen binnen deze opdracht wordt NT2 richtgraad 1.2 (overlevingsniveau) gehanteerd of “Waystage” (cfr Europees referentiekader). 3. Deelnemende partners Provincie Financieringsnr. Antwerpen A00D045 WestVlaanderen OostVlaanderen Vlaams Brabant Limburg Locatie Naam IKP WEB 158711/0 Groep Intro 10161256/0 Groep Intro 10161256/0 Groep Intro 10161256/0 Groep Intro 10161256/0 W00D045 O00D045 V00D045 L00D045 Centrale VDAB-contactpersoon voor inhoudelijke vragen over dit project: Hinda Zouaoui [email protected] Gasthuisstraat 31 1000 Brussel 02 506 18 87 02-03-2015 2 PROJECTFICHE – WERKZOEKENDEN IN ARMOEDE MET MOGELIJKE WELZIJNSPROBLEMATIEK EN DUIDELIJKE FOCUS OP ARBEID 4. WELKE PROJECT? REGISTRATIE MOET U UITVOEREN VOOR DIT Indien u nog niet kan registreren in Mijn Loopbaan voor Partners (MLP), dan dient u de procedure ‘Hoe krijgt u toegang tot het systeem’ te volgen. Deze is beschreven op volgende pagina: http://partners.vdab.be/cvs/cvs_systoegang.shtml Alle opgesomde handleidingen, zijn terug te vinden op de website van vdab : http://partners.vdab.be/cvs/cvs_handleiding.shtml Afwerken van de doorverwijslijn. De bemiddelaar registreert een doorverwijslijn/doorverwijskaart om de erkenning van de opleiding i.k.v. een werk-welzijnstraject te bevestigen. Het financieringsnummer vernoemd bij het perceel waartoe de werkzoekende behoort, wordt vermeld om aan te geven dat het om dit specifieke project gaat (zie bijgevoegde tabel). Door de registratie van deze doorverwijzing door de bemiddelaar van de VDAB heeft u automatisch toegang tot het dossier van de cursist. Alvorens u een actie kan registreren, dient u deze doorverwijslijn af te werken. U bevestigt de aanmelding van de cursist en noteert de opname in actie. Meer info vindt u in de handleiding “doorverwijzing afwerken”. Opstarten en opvolgen van de opleiding ‘Opmaken POP’ De handleidingen ‘Opleidingen’ en ‘Stages’ beschrijven hoe u respectievelijk een opleiding en een stage noteert in MLP. De handleiding ‘aanwezigheidslijsten van cursisten’ beschrijft hoe u de papieren aanwezigheidslijsten correct invult. U vindt op de handleidingenpagina ook een sjabloon aanwezigheidslijst terug. De handleiding ‘Prestaties’ geeft u meer uitleg over het invoeren van prestaties en vergoedingen in MLP. Als u meer informatie wenst over welke vergoedingen er bestaan en wie hier recht op heeft, dan raadpleegt u de handleiding ‘Cursistenvergoedingen’. Denk er ook aan om na de opleiding de competenties van de cursist in overleg met de bemiddelaar en de werkzoekende aan te passen in het klantendossier. Raadpleeg hiervoor de handleiding ‘Werken met competenties’. Het is uitermate belangrijk dat het VDAB-klantendossier steeds up-to-date blijft. Na iedere begeleiding/opleiding dienen relevante onderdelen van het dossier aangepast te worden. Hoe dit kan, wordt uitgelegd in de handleiding ‘Mijn Loopbaan voor Partners’. Aanvragen advies van het persoonlijk ontwikkelingsplan. 1. Binnen de maand na het beëindigen van het groepsluik ( dwz na de 180 uren ) registreert de dienstverlener in het systeem “Advies POP werk-welzijn op aanvraag” in stappen naar werk met als uitvoerder de naam van de bemiddelaar die heeft doorverwezen. Meer info vindt u in de handleiding “Advies POP werkwelzijn – aanvraag”. 02-03-2015 3 PROJECTFICHE – WERKZOEKENDEN IN ARMOEDE MET MOGELIJKE WELZIJNSPROBLEMATIEK EN DUIDELIJKE FOCUS OP ARBEID 2. Gelijktijdig met bovenstaande registratie voegt de dienstverlener het persoonlijk ontwikkelingsplan toe aan het dossier en verstuurt een mail naar betrokken bemiddelaar: “Het advies ikv de POP werk-welzijn” is toegevoegd aan het dossier. LET OP ! De klant moet akkoord gaan dat zijn POP aan het werkzoekendendossier wordt gehangen. Onderaan de POP schrijft de werkzoekenden “Ik ga akkoord met het toevoegen van het persoonlijk ontwikkelingsplan aan mijn elektronisch dossier” en ondertekent. 3. De partner voegt de POP toe aan het werkzoekendendossier. Als een werkzoekenden wenst dat de POP niet toegevoegd wordt aan het elektronisch dossier, dan wordt de POP per mail doorgestuurd naar de werk-welzijnsconsulent die heeft doorverwezen. Hoe de POP kan worden toegevoegd aan het dossier wordt uitgelegd in de handleiding ‘Mijn Loopbaan voor Partners’ rubriek ‘documenten’. 4. Kijk wel even na of alle thema’s zoals voorgeschreven in deze projectfiche (zie programma van het groepsluik) en het bestek ingevuld zijn. Zijn deze thema’s niet benoemd, dan beschouwt de VDAB, het persoonlijk ontwikkelingsplan als onvolledig ( = negatief) en kan dit invloed hebben op de financiering. 5. De bemiddelaar zal het persoonlijk ontwikkelingsplan positief of negatief adviseren binnen een gestelde termijn van 3 weken. De opleiding beëindigen. De opleiding wordt op uitgevoerd/geslaagd gezet door de uitvoerende partner als het groepsluik uitgevoerd is (dus na 180 uren). Taalcoaching De registratie van een taalcoaching op de opleidingsvloer in MLP gebeurt aan de hand van de stap “Begeleiding tijdens de opleiding" (zie handleiding). In het tekstvak 'samenvatting' wordt dan vermeld dat het gaat om taalcoaching. Overdracht aan bemiddelaar Als de werkzoekende zonder reden afwezig is tijdens het groepsgebeuren, geeft de dienstverlener dit feit door aan de bemiddelaar. De bemiddelaar nodigt de werkzoekende uit en vraagt naar reden van afwezigheid. De bemiddelaar beslist over het verdere verloop van de traject. Al de opgesomde handleidingen vindt u terug op de pagina: http://partners.vdab.be/cvs/cvs_handleiding.shtml#opleidingen 02-03-2015 4 PROJECTFICHE – WERKZOEKENDEN IN ARMOEDE MET MOGELIJKE WELZIJNSPROBLEMATIEK EN DUIDELIJKE FOCUS OP ARBEID 5. PROGRAMMA VAN HET GROEPSLUIK Gezamenlijk startmoment. De dienstverlener organiseert het startmoment. Dit heeft tot doel om op een uitnodigende manier het startschot te geven, het groepsgevoel te bevorderen en aan te geven dat de groepscoach, de bemiddelaar van de VDAB, eventueel de taalcoach (voor groepen met taalcoaching) en werkzoekende samen op weg gaan. Voor dit startmoment kunnen ook andere relevante (welzijns)actoren worden uitgenodigd. De dienstverlener voert het algemeen groepsluik uit afhankelijk van de noden van de klant en vult deze aan met jobhunting/ jobmatching of welzijnsondersteunende acties. De dienstverlener communiceert met de betrokken bemiddelaar van de VDAB. Regulier groepswerk met groeikansenbiedende activiteiten. De totale duurtijd van het groepsluik is 180 uren en wordt verzorgt door de dienstverlener: - 150 uren algemeen en - 30 uren jobhunting/matching of 30 uren welzijnsondersteunende acties. Per groepsessie worden er voldoende uren voorzien zodat elke deelnemer minstens 180 uren kan deelnemen. Het aantal dagdelen per week mag niet meer dan 4 halve dagen bedragen. Het groepswerk mag niet langer dan 5 maanden duren en maximaal 2 weken onderbroken worden. Inhoudelijke thema’s tijdens groepsgebeuren: 1. Verhogen van het zelfinzicht van de werkzoekende met betrekking tot: arbeidsethiek en arbeidsattitudes, de competenties en sleutelvaardigheden, de bepaling en verfijning van de jobdoelwitten, opmaak van een competentiegericht cv en sollicitatiebrief, de welzijnsdrempels en randvoorwaarden, de persoonlijke communicatiestijlen, de conflictbeheersing, de persoonlijke leerpunten, het ontschuldigingsproces. Output: De resultaten worden opgenomen in Mijn Loopbaan voor Partners (MLP) - - Inzicht krijgen en aanleren van essentiële basisvaardigheden en attitudes die nodig zijn in functie van werk. De deelnemers hebben hun belangrijkste vaardigheden en competenties opgelijst (swotanalyse). De deelnemers komen tot twee realistische jobdoelwitten die ze op korte termijn kunnen uitoefenen. Essentieel is dat de jobdoelwitten afgetoetst worden aan de vraag van de arbeidsmarkt. Zijn er effectief vacatures voor het vooropgestelde jobdoelwit? Kan de werkzoekende ook tegemoet komen aan de voorwaarden die samenhangen met het vooropgestelde jobdoelwit. Indien er een jobdoelwit op (middel-) lange termijn is, moeten alle competenties die hiervoor nodig zijn in kaart gebracht worden en de te ondernemen stappen. (persoonlijke jobdoelanalyse). De deelnemers hebben minstens één competentiegericht cv en kunnen dat aanpassen aan een specifieke vacature. Ze bezitten minstens één standaard sollicitatiebrief. 02-03-2015 5 PROJECTFICHE – WERKZOEKENDEN IN ARMOEDE MET MOGELIJKE WELZIJNSPROBLEMATIEK EN DUIDELIJKE FOCUS OP ARBEID - - De deelnemers brengen hun eigen welzijnsdrempels en belemmerende randvoorwaarden in kaart, stellen een stappenplan op om deze weg te werken (persoonlijk welzijns-groeiplan). De deelnemers kunnen hun persoonlijke communicatiestijl benoemen en aanpassen aan de situatie (persoonlijke leerpunten communicatie). De deelnemers kunnen hun voornaamste conflictrisico’s benoemen en hebben een strategie om ze te voorkomen en te beheersen (persoonlijk conflictbeheersingsplan). De deelnemers visualiseren het persoonlijke netwerk ifv hun jobdoelwitten in een netwerkschema en een plan om hun netwerken in te schakelen 2. Het zichtbaar maken, ontwikkelen en inschakelen van het individuele sociaal netwerk (zowel het structurele welzijnsnetwerk als het netwerk in de persoonlijke omgeving en de ontwikkeling ervan via maatschappelijke integratie). Output: Het sociaal netwerk wordt gevisualiseerd in een persoonlijk netwerkschema en netwerkplan. 3. Het verhogen van de zelfredzaamheid, het in evenwicht brengen van de draagkracht-draaglast balans en het verhogen van de veerkracht. Output De draagkracht-draaglast balans wordt gevisualiseerd per deelnemer en een persoonlijk stappenplan naar evenwicht wordt opgemaakt. Opmaak van een persoonlijk ontwikkelingsplan De dienstverlener is verantwoordelijk voor de opmaak van het POP, in overleg met de werkzoekende en de VDAB bemiddelaar. Voor welzijn verwijst de bemiddelaar door naar de welzijnsactoren, en volgt deze acties verder op. De welzijnsactoren zijn verantwoordelijk voor de uitvoering van de welzijnsdrempels De output na het volledig groepsluik is het Persoonlijk OntwikkelingsPlan (POP). Volgende criteria moeten aanwezig zijn om te kunnen spreken van een goed POP: Ten eerste wordt de richting van het traject aangegeven op het niveau van tewerkstelling en welzijn. De richting van het traject kan normaal economisch circuit, sociale economie, lokale diensteneconomie, arbeidszorg of werk niet haalbaar zijn (cfr. Instrument Participatieladder) Ook acties te ondernemen op het vlak van welzijn, met behoud van de focus op werk, dienen hierin opgenomen te worden. Ten tweede dient de POP SMART ( specifiek, meetbaar, acceptabel, realistisch en tijdsgebonden) geformuleerd te worden. Volgende thema’s moeten minimaal aanwezig zijn in het POP. Tewerkstelling: o Bepalen participatie in functie van werk ( cfr. instrument participatieladder) normaal economische circuit, sociale economie, lokale diensteneconomie, arbeidszorg of werk niet haalbaar. o Indien een oriëntatie naar betaalde tewerkstelling niet haalbaar blijkt, motiveert de dienstverlener dit in het POP. 02-03-2015 6 PROJECTFICHE – WERKZOEKENDEN IN ARMOEDE MET MOGELIJKE WELZIJNSPROBLEMATIEK EN DUIDELIJKE FOCUS OP ARBEID o o De uitgewerkte jobdoelen: twee realistische jobdoelwitten op korte termijn en minstens één jobdoelwit op (middel-) lange termijn ifv het maximaal haalbaar traject en het concrete stappenplan. Groei en ontwikkelingsmogelijkheden in kaart brengen en acties bepalen (met concreet actieplan). Welzijn o De resterende welzijnsdrempels en belemmerende randvoorwaarden in kaart brengen en een concreet actieplan om deze weg te werken. Groepsgebeuren met taalondersteuning: Inhoudelijk zelfde programma als bij de reguliere groepen met extra aandacht voor het taalaspect en op maat van de deelnemers. De extra taalcoach wordt ingezet tijdens het groepsgebeuren ter ondersteuning van de groepsbegeleider. Dit kan zowel individueel als collectief gebeuren. 6. VERGOEDINGEN EN BETALINGEN (cfr. Deel 2 bestek – punt 1.7.1) De opdracht wordt uitgevoerd tegen: - Een inspanningsvergoeding per deelnemer die in 3 schijven wordt uitbetaald: Een eerste schijf na de eerste dag (registratie) Een tweede schijf na 90 uren Een derde schijf na 180 uren. - Een vaste resultaatsvergoeding per gestarte deelnemer van 370 euro, exclusief BTW, bij het behalen van het vooropgestelde resultaat (aanvaard POP). - Een vaste vergoeding van 1000 euro per deelnemer waarvoor taalcoaching werd opgestart en waarvoor minstens een eerste schijf inspanningsvergoeding werd betaald op basis van gepresteerde uren. Voor de verschuldigde bedragen bezorgt VDAB maandelijks een gedetailleerde schuldbevestigingsstaat (cfr. Deel 2 bestek – punt 1.8). 7. LOCATIES EN PERSONEELSVEREISTEN Locaties (cfr. deel 1 bestek - punt 1.5) De dienstverlener toont uiterlijk 15 kalenderdagen na de sluiting van de opdracht aan dat hij over de nodige mensen, middelen en locaties zal beschikken om de opdracht uit te voeren. Hij doet dit door het adres en een beschrijving van de beschikbare ruimtes en infrastructuur aan de VDAB, de provinciale projectopvolger, te bezorgen. Alle locaties moeten voorafgaand aan de in gebruik name aanvaard zijn door de VDAB. Personeelsvereisten (cfr. deel 2 bestek – punt 3.1) De dienstverlener dient voor de effectieve inzet van een medewerker aan te tonen dat de medewerker voldoet aan deze minimumvereisten. Prestaties geleverd door een medewerker die niet voldoet aan de minimumvereisten, zijn niet vergoedbaar. De vervanging van één van de opgegeven medewerkers kan enkel gebeuren mits voorafgaandelijk akkoord van de VDAB, de provinciale projectopvolger. 02-03-2015 7 PROJECTFICHE – WERKZOEKENDEN IN ARMOEDE MET MOGELIJKE WELZIJNSPROBLEMATIEK EN DUIDELIJKE FOCUS OP ARBEID 8. KWALITATIEVE OPVOLGING EN AUDIT (cfr.Deel 2 bestek – punt 1.13) VDAB evalueert via de kwalitatieve opvolging of de dienstverlener de overeenkomst uitvoert volgens de voorwaarden bepaald in het bestek en de offerte. De opvolging kan zowel uit telefonische en schriftelijke ondersteuning aan de dienstverleners bestaan, als projectbezoeken ter plaatse. VDAB kan op elk ogenblik een audit uitvoeren op de naleving van de contractvoorwaarden. Ook de diverse controle-instanties van het ESF-Agentschap, de Europese Commissie of andere betrokken overheden, kunnen controlebezoeken brengen aan de gegunde projecten. Bij een audit door VDAB zal de dienstverlener vooraf ingelicht worden over de te controleren items en de sancties die verbonden zijn aan de vastgestelde tekorten. 02-03-2015 8