Rijksdienst voor Jozef II-straat 47 sociale zekerheid B- 1000 Brussel van de provinciale en plaatselijke overheidsdiensten tel. 02/239 14 50 Verslag van de overlegvergadering in verband met de hulpverleningszone Midwest van 3 december 2014 Aanwezig: Stad Roeselare: Rik Rosseau, Steven Deseure, Donald Withouck (kapitein-commandant van de brandweer), Annelies Ailliet Full service secretariaat CEVI: Marleen Van Cauwenberghe Rszppo: Alex Burke, Herman Leenders, , Ine Kolb, Liselotte Castelein 1. Hulpverleningszones algemeen Alle hulpverleningszones in Vlaanderen gaan van start op 1 januari 2015. De hulpverleningzones worden op 1 januari 2015 de juridische werkgever van het, naar hun zone overgedragen, brandweerpersoneel. De hulpverleningszones die zelf nog geen full service secretariaat aangesteld hebben zullen beroep doen op de aangesloten gemeenten voor de uitbetaling van de voorschotten op de lonen. 2. Hulpverleningszone Midwest De hulpverleningszone Midwest is een samenwerking tussen 13 brandweerkorpsen in het midden van WestVlaanderen. De hulpverleningszone omvat 15 gemeenten. De hulpverleningszone Midwest bestaat uit 36 beroepsbrandweermannen (35 overgedragen van Stad Roeselare en 1 overgedragen van de gemeente Ingelmunster) en een 600-tal vrijwilligers. Er zijn 3 contractuele administratieve medewerkers overgedragen vanuit Stad Roeselare naar de hulpverleningszone. De hulpverleningszone voorziet om nog 6 administratieve werknemers aan te werven. De hulpverleningszone Midwest zal vanaf 1 januari 2015 zelf de socialezekerheidsaangifte uitvoeren via een full service secretariaat. De hulpverleningszone Midwest heeft via een uitzonderlijke onderhandelingsprocedure (duurtijd 3 à 4 weken) een contract voor één jaar afgesloten met het Full service secretariaat CEVI. Document1 3. Formaliteiten te vervullen door de hulpverleningszone 3.1 R1-formulier invullen en bezorgen aan de RSZPPO vóór 15 december 2014 Het R1-formulier is het document waarmee nieuwe besturen een aanvraag indienen om als werkgever in het RSZPPO-repertorium te worden ingeschreven en om als werkgever een aansluitingsnummer van de RSZPPO te ontvangen. Het document moet op papier doorgestuurd worden naar de RSZPPO. Het R1-formulier moet vóór 15 december 2014 bezorgd worden aan de RSZPPO om op 1 januari 2015 een DIMONAaangifte te kunnen uitvoeren voor het overgedragen brandweerpersoneel van de hulpverleningszone. Het R1-formulier moet de volgende gegevens bevatten: - Maatschappelijke benaming; - Het adres van de maatschappelijke zetel en de vestigingseenheidnummer (indien reeds gekend); - De datum met ingang waarvan uw bestuur personeel zal tewerkstellen; - Het aantal overgedragen personeelsleden (vanuit de verschillende gemeenten); - Betalingswijze pensioenbijdragen: de hulpverleningszone zal rechtstreeks aan de RSZPPO betalen, géén betaling van de pensioenbijdragen via een verzekeringsmaatschappij (zoals Ethias of AXA); - Betalingswijze pensioenen: via de Pensioendienst voor de Overheidssector (PDOS); - Gegevens van de personeelsverantwoordelijke binnen de hulpverleningszone; - Gegevens van het full service secretariaat: Cevi; - Gegevens van een Verantwoordelijke Toegangen – VTE, om andere personeelsleden toegang te geven tot de beveiligde toepassingen op de portaalsite van de sociale zekerheid bijvoorbeeld Dimona of Ecaro; - Het aanduiden van het maandelijks voorschot op basis van een schatting van de bruto loonmassa. Deze loonmassa moet opgesplitst worden voor de beroepsbrandweermannen, de contractuele werknemers en de vrijwillige brandweermannen die de plafondbedragen overschrijden; - Aanduiden of de hulpverleningszone de machtiging geeft aan de RSZPPO voor de automatische afname voor het geheel van de bijdragen en inhoudingen (Automatische afname enkel mogelijk bij een Belfius-rekening); - Zal de hulpverleningszone aansluiten bij de tweede pensioenpijler contractanten lokale besturen? Vanaf wanneer? Voor welk percentage? Dit is niet verplicht in te vullen op het R1-formulier. De hulpverleningszone kan de Zoneraadsbeslissing in verband met de tweede pensioenpijler later nog bezorgen aan de RSZPPO. De hulpverleningszone Midwest zal het R1-formulier samen met het full service secretariaat invullen, laten ondertekenen door de voorzitter van de hulpverleningszone en terugbezorgen aan de RSZPPO vóór 15 december 2014. Via deze link kunt u het R1-formulier terugvinden op de portaalsite van de Sociale Zekerheid (www.socialsecurity.be) https://www.socialsecurity.be/site_nl/employer/applics/dmfappo/documents/pdf/R1_N.pdf Wijzigingen van telefoonnummer, verantwoordelijke of correspondentieadres kan nadien via de online toepassing RX op de portaalsite van de sociale zekerheid doorgegeven worden. Document1 3.2 DIMONA Op 31 december 2014 moeten alle werknemers die overgedragen worden naar de hulpverleningszone Midwest uit dienst geplaatst worden in Dimona bij hun huidige werkgever. De kapitein-commandant zal de betrokken gemeentes op de hoogte brengen. Op 1 januari 2015 zullen deze werknemers door Cevi in dienst geplaatst worden in Dimona bij de hulpverleningszone Midwest. De week van 5 januari 2015 zal er bij de RSZPPO een follow-up gebeuren om te zien of de Dimona-aangifte correct is. Voor alle latere in- en uitdiensttredingen bij de hulpverleningszones moet een dimona-aangifte verricht worden door de hulpverleningszone of door het full service secretariaat dat daartoe gemachtigd werd. Als het aantal natuurlijke personen in Dimona kleiner is dan het aantal personen aangegeven in de DmfAPPL, dan wordt er een niet-blokkerende anomalie (90187-262) gesignaleerd. De DMFAPPL-aangifte wordt geblokkeerd als er bij de cross-controle een verschil is van 75% tussen de DMFAPPL-aangifte en de Dimona-aangifte. 3.3 Vakantiegeld en vakantieregime De hulpverleningszone kan – maar moet niet – beslissen om vakantiegeld toe te kennen aan de vrijwillige brandweermannen, op basis van het KB van 2 december 2003 betreffende het vakantiegeld voor de leden van de openbare brandweerdiensten. In de praktijk kiezen de besturen dan voor de vakantieregeling privésector omdat enkel in de vakantieregeling privésector het variabel loon in aanmerking komt voor de berekening van het vakantiegeld. Cevi heeft de vraag gesteld aan de VVSG wat er juist betaald moet worden als er vakantiegeld uitbetaald wordt aan de vrijwillige brandweermannen. Cevi zal de RSZPPO op de hoogte brengen van het antwoord. De kapitein-commandant zal navraag doen bij de betrokken gemeenten of er vakantiegeld betaald wordt aan de vrijwillige brandweermannen. De hulpverleningszone kiest ervoor om voor de contractuele werknemers het vakantieregime van de privésector toe te passen. De 3 overgedragen contractuele werknemers (van Stad Roeselare) volgen in Stad Roeselare reeds de vakantieregeling van de privésector. Het is aan te raden om voor alle werknemers (contractuele en vrijwillige brandweermannen) van de hulpverleningszone dezelfde vakantieregeling te volgen. 3.4 Vertrekvakantiegeld Het uitbetalen van vertrekvakantiegeld is niet verplicht bij overgang naar hetzelfde vakantieregime (CAO32bis). Het vakantiegeld kan in mei 2015 uitbetaald worden. De gemeenten en de hulpverleningszone moeten onderling regelen wie het vakantiegeld in mei 2015 financiert. Bij overgang van privé-vakantieregime naar privé-vakantieregime kan de gemeente ervoor kiezen om het vertrekvakantiegeld niet uit te betalen bij vertrek op 31/12/2014 maar te verrekenen in mei 2015. De hulpverleningszone en de gemeentes moeten dan eventueel onderling de betaling van het vakantiegeld regelen. Document1 Bij overgang van privé-vakantieregime naar publieke vakantieregime moet er vertrekvakantiegeld uitbetaald worden op 31/12/2014. Bij de overgang van de vastbenoemde brandweermannen wordt er geen vakantiegeld uitbetaald op 31/12/2014. Het vakantiegeld zal in mei 2015 betaald worden door de hulpverleningszone. De Stad Roeselare heeft dit budget voorzien in de begroting om dit te regelen met de hulpverleningszone. Er moet navraag gedaan worden bij de gemeente Ingelmunster voor de overgang van de vastbenoemde brandweerman. Indien er in de betrokken gemeentes vrijwillige brandweermannen vakantiegeld uitbetaald krijgen, gelden dezelfde regels: Bij overgang van privé-vakantieregime naar privé-vakantieregime kan de gemeente ervoor kiezen om het vertrekvakantiegeld niet uit te betalen bij vertrek op 31/12/2014 maar te verrekenen in mei 2015. Bij overgang van privé-vakantieregime naar publieke vakantieregime moet er vertrekvakantiegeld uitbetaald worden op 31/12/2014. 3.5 R7-formulier: Creatie van vestigingseenheden (VE) Met dit formulier vraagt de hulpverleningszone of Cevi om vestigingseenheidsnummers aan te maken, te wijzigen of te schrappen. De vestigingseenheidnummer van de maatschappelijke zetel wordt aangemaakt op basis van het R1-formulier als er nog geen vestigingseenheidnummer bestond voor deze vestiging. Het R7-formulier met de overige vestigingen moet aan de RSZPPO bezorgd worden tegen april 2015. De hulpverleningszone moet de vestigingen oplijsten met naam, adres en NACE-code. Bestaande vestigingen kunnen overgedragen worden van de betrokken gemeentes naar de hulpverleningszone als het adres en de benaming identiek blijven. De hulpverleningszone kan de bestaande vestigingseenheidnummers opzoeken in de public search van de Kruispuntbank van Ondernemingen. (http://kbopub.economie.fgov.be/kbopub/zoekadresform.html) Via onderstaande link kunt u het R7-formulier terugvinden op de portaalsite van de Sociale Zekerheid (www.socialsecurity.be) https://www.socialsecurity.be/site_nl/employer/applics/dmfappo/documents/pdf/R7_N.pdf 3.6 Capelo De hulpverleningszone moet de referenties voor de weddeschalen aanvragen bij de PDOS. De RSZPPO zal navraag doen bij de PDOS of dit moet voor de oude weddeschalen zowel als voor de nieuwe weddeschalen. Volgens Cevi zitten de nieuwe weddeschalen reeds in de DMFA-atlas van de betrokken hulpverleningszones. Document1 3.7 Erkentelijkheidspremie De hulpverleningszone heeft nog geen regelingen getroffen voor de groepsverzekering voor de nieuw aangeworven brandweermannen. Alle bestaande contracten voor de groepsverzekering van de betrokken gemeentes gaan integraal over naar de hulpverleningszone. In de loop van 2015 zal de hulpverleningszone alle verschillende contracten bekijken. De hulpverleningszone zal proberen een nieuw uniform contract uit te werken en op te stellen voor de hulpverleningszone. Een bijzondere werkgeversbijdrage van 8,86% is verschuldigd op alle door de werkgevers verrichte stortingen voor de vorming van een buitenwettelijk pensioen. De 8,86% op de betaalde premie moet doorgegeven worden aan de RSZPPO via de DMFAPPL. De erkentelijkheidspremie wordt in de hulpverleningszone ten vroegste uitbetaald vanaf 60 jaar. 3.8 Tweede pensioenpijler voor de contractuele werknemers Zal de hulpverleningszone aansluiten bij de tweede pensioenpijler contractanten lokale besturen? Vanaf wanneer? Voor welk percentage? Dit is niet verplicht in te vullen op het R1-formulier. De hulpverleningszone kan de Zoneraadsbeslissing in verband met de tweede pensioenpijler later nog bezorgen aan de RSZPPO. De hulpverleningszone zal contact opnemen met de verzekeraar Belfius-Ethias om de groepsverzekering (1%) van de 3 overgedragen contractuele werknemers (vanuit Stad Roeselare) over te zetten op de hulpverleningszone. 4. Varia 4.1 Responsabiliseringsbijdrage (Zie mededeling 2014/8) De hulpverleningzones zullen voor hun vastbenoemde personeelsleden ambtshalve aangesloten worden bij het gesolidariseerd pensioenfonds van de RSZPPO. De basispensioenbijdragevoet die de hulpverleningszones (met vastbenoemd personeel dat overgedragen werd vanuit een gemeente die vóór 1 januari 2012 aangesloten was bij het gemeenschappelijk pensioenstelsel van de plaatselijke besturen (= ex-pool 1)) voor hun vastbenoemd personeel verschuldigd zullen zijn tot financiering van het gesolidariseerd pensioenfonds van de RSZPPO bedraagt 39,50% in 2015 en 41% in 2016. Normalerwijze zou de overdracht van het vastbenoemd personeel van het brandweerkader van de gemeenten naar de hulpverleningszones negatieve gevolgen hebben voor de berekening van de responsabilisering van de gemeenten, te meer daar de lopende pensioenen van het vroegere brandweerpersoneel volledig ten laste blijven van de gemeenten. Het wegtrekken van deze personeelsleden brengt een daling van de statutaire loonmassa van de gemeentebesturen met zich, hetgeen een verhoging van de individuele pensioenverhouding betekent waardoor het gemeentebestuur mogelijks geconfronteerd zou kunnen worden met een responsabiliseringsbijdrage (indien nog niet geresponsabiliseerd) of geconfronteerd zou worden met een verhoging van de responsabiliseringsbijdrage (indien reeds geresponsabiliseerd). Daarom werd in de wet van 24 oktober 2011 voorzien in een specifieke berekeningswijze voor de responsabilisering m.b.t. het personeel van de brandweerdiensten. Voor de berekening van de responsabilisering voor het jaar 2015 en de volgende jaren voor de gemeentebesturen gaat men er fictief vanuit dat de gemeente de werkgever is gebleven van de naar de hulpverleningszone overgedragen personeelsleden en de bezoldiging heeft betaald alsook de Document1 basispensioenbijdragen aan de bijdragevoet verschuldigd door de zone. Dit geldt overigens zowel voor het brandweerpersoneel als voor het vastbenoemd administratief personeel van de brandweerdiensten. De pensioenen van de vroegere personeelsleden van de brandweerdiensten die lopende waren op het ogenblik van de personeelsoverdracht naar de hulpverleningszone blijven volledig ten laste van de gemeenten. Deze fictie maakt het mogelijk om (positieve en negatieve) verschillen te vermijden in het bedrag van de responsabilisering dat vóór en na de brandweerhervorming (eventueel) verschuldigd is door de gemeente. De hulpverleningszone Midwest start op 1 januari 2015 met een loonmassa, waarmee rekening gehouden wordt voor de responsabiseringsbijdrage, van 0 EUR. De last van de pensioenen bedraagt op 1 januari 2015 ook 0 EUR. Er wordt enkel rekening gehouden met de basispensioenbijdragen betaald op de bezoldigingen van de personeelsleden die door de zones zelf zullen worden aangeworven en dus m.a.w. niet overgedragen werden vanuit de gemeentebesturen. Anderzijds is de last van de pensioenen van de personeelsleden die overgedragen worden vanuit de gemeentebesturen naar de hulpverleningszones integraal toegerekend aan de zones, met inbegrip van het gedeelte van het pensioen dat betrekking heeft op de dienstjaren gepresteerd bij de gemeente, onder de uitdrukkelijke voorwaarde dat de gemeente zelf aangesloten geweest is bij het gesolidariseerd pensioenfonds van de RSZPPO op de dag voorafgaand aan de aansluiting van de zone. Nieuwe pensioenen worden dus volledig ten laste van de hulpverleningszone. (Zie ook RSZPPO Mededeling 2014-8) Op 1 februari 2015 gaat er een vastbenoemde brandweerman op pensioen bij de Hulpverleningzone Midwest. Deze brandweerman is niet meer actief en werd reeds vervangen vóór 1 januari 2015. Zijn loonmassa komt niet in aanmerking bij de hulpverleningszone (maar wel bij de gemeente) voor de berekening van de responsabiliseringsbijdrage. Zijn pensioen zal volledig aan de hulpverleningszone aangerekend worden voor de berekening van de responsabiliseringsbijdrage. De wet van 24 oktober 2011 voor de hulpverleningszones voorziet geen uitzondering op het algemeen principe van 100%-responsabilisering indien de loonmassa van het vastbenoemd personeel 0 EUR bedraagt in het jaar waarvoor de responsabilisering berekend wordt. Dit brengt met zich dat, als er bij de eerste oppensioenstelling binnen de hulpverleningszone geen statutaire aanwerving binnen de zone plaats vindt in de loop van datzelfde kalenderjaar er in dat jaar geen basispensioenbijdrage wordt betaald en dat de zone dus in principe de volledige last van de pensioenen van de overgedragen personeelsleden moet dragen (de hulpverleningszone zou aan 100% geresponsabiliseerd worden voor het jaar 2015). De RSZPPO is er zich evenwel van bewust dat de toepassing van de 100%-responsabilisering op de hulpverleningszone in dit geval uitsluitend voortvloeit uit de wettelijke opgelegde fictieve toerekening van de loonmassa’s van de overgedragen personeelsleden van de brandweerdiensten aan de gemeentebesturen van waaruit zij afkomstig waren en dus niet het gevolg is van een bewuste politiek van het bestuur om zijn statutair personeelsbestand volledig af te bouwen. Daarentegen viseert het mechanisme van de 100%-responsabilisering precies deze laatste categorie van lokale besturen (met bewuste afbouw van statutair personeel) en werd het ingevoerd om deze besturen alsnog op een evenredige wijze te doen bijdragen in de financiering van de pensioenlasten van hun voormalige statutaire personeelsleden. Gelet op deze ratio legis, is onze Rijksdienst - hoewel hij ervan uitgaat dat geen hulpverleningszones voor het jaar 2015 aan 100% geresponsabiliseerd zullen worden - bereid om, indien deze situatie zich uitzonderlijk toch zou voordoen, op dat ogenblik te bekijken of het niet eerder aangewezen is om een responsabilisering aan de normale, verlaagde responsabiliseringscoëfficiënt (50%) toe te passen. Document1 De hulpverleningzone Midwest zal in dit geval voor 2015 geresponsabiliseerd worden aan een verlaagde responsabiliseringscoëfficiënt van 50%. 4.2 Vergoedingen voor chef van de brandweer Het jaarlijks weddesupplement dat toegekend wordt aan de chef van de brandweerdiensten X, Y en Z en het jaarlijks weddesupplement “voor wachtprestaties in de brandweerkazerne of aan huis” voor chef van de brandweer die bestaan in het huidig statuut van de brandweer zullen volgens de kapitein-commandant verdwijnen in de hulpverleningszones. Volgens Binnenlandse zaken (Zie de FAQ op de site van de civiele veiligheid) zijn er geen dienstchefs meer in de hulpverleningszones en kunnen deze weddesupplementen bijgevolg niet meer toegekend worden. De RSZPPO zal in 2015 een lijst opvragen met de looncodes 557 en 957 voor de weddesupplementen voor chef van de brandweer. 4.3 De mandaattoelage De zonecommandant en de bijzonder rekenplichtige van de hulpverleningszone kunnen een mandaattoelage ontvangen. 4.4 Statuut De brandweermannen kunnen tot 31/12/2014 kiezen om in te stappen in het nieuw statuut of ze kunnen kiezen om hun oud statuut te behouden. Ze moeten kiezen voor één van de twee statuten. 4.5 Betaling De prestaties van de vrijwillige brandweermannen werden in sommige gemeenten betaald na een periode van 3 maanden. Vanaf 1 januari 2015 zullen de prestaties per maand berekend en betaald worden. De beroepsbrandweermannen worden vooruitbetaald. De reglementering van de hulpverleningszones zegt dat de zones 16 maanden hebben om de wedde van de beroepsbrandweermannen maandelijks een dag later te betalen om uiteindelijk te komen tot een betaling van het loon na verlopen termijn. Er zouden hier door Binnenlandse Zaken al uitzonderingen op toegekend zijn. 4.6 Doelgroepverminderingen Er moeten geen doelgroepverminderingen overgezet worden voor de overgedragen contractuele werknemers. De doelgroepvermindering voor gesubsidieerde contractuelen kan niet overgezet worden naar de hulpverleningszone. 4.7 Maaltijdcheques Het bedrag van de maaltijdcheques moet nog bepaald worden. 4.8 Conciërge Er zijn geen conciërges meer in de hulpverleningszone Midwest. De gemeenten blijven verantwoordelijk voor de gebouwen. Document1 4.9 GSM – policy De hulpverleningszone volgt de GSM-policy van de Stad Roeselare. Het Stadsbestuur van Roeselare stelt een GSM met abonnement ter beschikking aan bepaalde groepen werknemers: - Leden van het CBS en het MAT: € 70 bel & sms waarde & data - Departementshoofd = € 45 bel & sms waarde & data - Diensthoofden & andere gebruikers = € 35 bel & sms waarde & data (zie GSM policy d.d.17.03.2014) De bedragen die het budget overschrijden, neemt de werknemer ten laste. Er wordt geen onderscheid gemaakt tussen privégesprekken en professionele gesprekken. Het privégebruik wordt daarom forfaitair geraamd op 12,50 EUR per maand. Het voordeel van de GSM moet aangegeven worden onder de looncode 804. 4.10 Dienst 100 Alle diensten 100 die bij de brandweer gevestigd zijn (Lichtervelde, Izegem en Roeselare) gaan over naar de hulpverleningszone. 4.11 Contact Belfius De contactpersoon bij Belfius voor het opmaken van de pensioensimulaties voor Stad Roeselare is Peter De Strooper. 4.12 Riziv-nummer Ine Kolb zal navraag doen bij de PDOS voor de RIZIV-nummers in het kader van de pensioenaangifte. Cevi zal op de hoogte gebracht worden van het antwoord. 4.13 Contactpersonen RSZPPO De dossierbeheerder van de hulpverleningszone zal u meegedeeld worden van zodra de RSZPPO het R1-formulier ontvangt. De contactpersoon voor de inspectiedienst van de RSZPPO is Liselotte Castelein ([email protected], 0473/67 17 22) 4.14 Contactpersonen hulpverleningszone Midwest Annelies Ailliet: Stafmedewerker Preplanning en Administratie [email protected] +32 (0)51 27 21 70 Heidi Vansteenkiste: Administratief medewerker [email protected] +32 (0)51 27 21 70 Document1 Document1