IP/01/616 Brussel, 26 april 2001 Telewerken: Diamantopoulou juicht Europese overeenkomst inzake telewerken in de handel toe Commissaris Anna Diamantopoulou van werkgelegenheid juichte vandaag de tussen de sociale partners1 gesloten Europese overeenkomst inzake richtsnoeren voor telewerken in de handel toe. De handel is met 23 miljoen werknemers ofte wel 16% van de totale beroepsbevolking de grootste sector in de EU. De overeenkomst bevat concrete richtsnoeren voor het regelen van telewerken via collectieve overeenkomsten of andere regelingen op nationaal en ondernemingsniveau. Zij bepaalt dat telewerkers op dezelfde voorwaarden in dienst moeten zijn van het bedrijf als de andere werknemers en dezelfde rechten moeten genieten op het gebied van arbeid, beloning en carrièremogelijkheden. Diamantopoulou begroette de overeenkomst met de woorden: “De sociale partners in de handel hebben de duidelijke boodschap doen uitgaan dat optreden op communautair niveau kan bijdragen tot de invoering van een kader voor nieuwe vormen van werkorganisatie, zoals telewerken. Door de sluiting van deze Europese overeenkomst laten de sociale partners in de handel zien dat de uit werkgelegenheidsoogpunt grootste particuliere sector in Europa klaar is voor de uitdagingen van de kennismaatschappij en zich ten volle inzet voor de verbetering van het werkgelegenheidspotentieel en het concurrentievermogen in Europa. Ik hoop van harte dat andere sectoren en de sociale partners op centraal niveau in dit akkoord inspiratie zullen vinden.” De overeenkomst bevat ook richtsnoeren voor de mededeling van de concrete arbeidsvoorwaarden en gegevensbescherming; privacy; gezondheid en veiligheid van apparatuur en telewerkplek; compensatie voor ontstane kosten; deelname aan vakbondsactiviteiten en sociale contacten met het bedrijf en de andere werknemers. Zie ook SPEECH/01/186. 1 De Europese sociale partners in de handel, Eurocommerce (werkgevers) en Uni-Europa commerce (vakbonden) bestrijken alle bedrijfsgrootten en een groot aantal ondernemingen en werknemers. ANNEXE Europese Overeenkomst inzake richtsnoeren voor telewerken in de handel 1. De Europese sociale partners in de handel, EUROCOMMERCE en UniEuropa Commerce, zetten zich in voor de ontwikkeling van het Europese kader voor de arbeidsvoorwaarden en -verhoudingen in hun bedrijfstak, voornamelijk via een vrijwillige sociale dialoog en de sluiting van Europese kaderovereenkomsten. 2. Vanwege zijn dynamische rol in de Europese economie en in reactie op de structurele en technologische ontwikkelingen, de veranderende vraag van de consument, de behoeften en verwachtingen van de werknemers en de behoefte aan nieuwe kwalificaties, is de detail- en groothandel voortdurend bezig zijn functies verder te ontwikkelen. Dit geldt ook voor de werkorganisatie en het ontwerp van individuele functies en taken. 3. Dankzij de nieuwe technologieën is de uitvoering van steeds meer taken niet langer aan een vaste werkplek gebonden. Enerzijds worden de werkgevers en werknemers hierdoor voor nieuwe uitdagingen geplaatst, anderzijds worden hun ook nieuwe mogelijkheden geboden. Het is van belang dat veranderingen in de werkorganisatie of het taakontwerp, die dankzij nieuwe technologieën de invoering van telewerken of van veranderingen daarin mogelijk maken, zorgvuldig worden georganiseerd en geïntroduceerd. 4. In deze overeenkomst wordt onder telewerk verstaan alle werkzaamheden die door een werknemer op de werkplek zouden kunnen worden verricht, maar die met behulp van computertechnologie die normaalgesproken op het informatienetwerk van het bedrijf is aangesloten, ook op afstand kunnen worden uitgevoerd. Deze richtsnoeren hebben geen betrekking op zelfstandigen, zoals omschreven in de nationale wetgeving. Zij gelden evenmin voor incidenteel telewerk en zijn uitsluitend van toepassing op hoofdbetrekkingen. 5. In de verschillende lidstaten van de Europese Unie hebben de sociale partners in de handel ervoor gekozen, of zullen dat wellicht doen, telewerken op verschillende manieren te regelen, door middel van speciale overeenkomsten op de passende niveaus of door het telewerken in bestaande collectieve overeenkomsten of aanbevelingen op te nemen. Ongeacht de gekozen aanpak worden voor de in- en uitvoering van telewerk de volgende richtsnoeren aanbevolen. Invoering van telewerken 6. Telewerken kan voor een werkgever of werknemer uitkomst bieden in bepaalde perioden van zijn leven of wanneer het niet mogelijk is op het bedrijfsterrein te blijven werken. Zo kan de arbeidsverhouding blijven voortbestaan en kunnen de beroepskwalificaties behouden blijven. Er moeten maatregelen worden genomen om ervoor te zorgen dat het belangrijke sociaal contact met de werkplek en de andere werknemers niet verloren gaat. Zo mogelijk kan dit doel in speciale situaties worden bereikt door telewerken en werken op het bedrijf te combineren. Wanneer een telewerker, die voorheen een andere functie in de onderneming bekleedde, weer volledig in het bedrijf wil terugkeren, dan moet deze wens zo veel mogelijk gehonoreerd worden. In andere situaties zou met behulp van de beschikbare technologieën voor de betrokken werknemers een virtuele werkomgeving gecreëerd moeten worden. 7. De beslissing omtrent de in- of uitvoering van telewerk dient op transparante wijze tot stand te komen, met inachtneming van de bestaande informatie- en overlegstructuren en -procedures. Telewerk moet zo georganiseerd worden dat zowel de onderneming als de werknemer er baat bij heeft. Arbeidsvoorwaarden 8. Een werknemer die telewerk doet, is op dezelfde voorwaarden in dienst van het bedrijf als de andere werknemers en geniet dezelfde rechten op het gebied van arbeid, beloning en carrièremogelijkheden. Wat de artikelen 2 (aanstelling van een werknemer) en 5 (wijziging van bepaalde gegevens van de arbeidsverhouding) van Richtlijn 91/533/EEG betreft, moet de telewerker in kennis worden gesteld van de belangrijkste gegevens van zijn arbeidsverhouding. Daartoe behoren: - de identiteit van de partijen - de plaats van het werk (of het principe dat de werknemer zijn arbeid op verschillende plaatsen verricht) en de hoofdvestiging van het bedrijf - het gebruik van ruimten voor telewerk - de functiebeschrijving - de aanvangsdatum van de arbeidsovereenkomst of –verhouding - de normale dagelijkse of wekelijkse arbeidstijd van de werknemer - het aanvangsbedrag en de overige bestanddelen van het loon waarop de werknemer recht heeft Zoals goede arbeidsverhoudingen en een goede werkpraktijk verlangen, bevelen de sociale partners ook aan de telewerker te informeren over de volgende punten: - Sociale zekerheid en verzekering - Supervisie- en overlegstructuren - Gegevensbescherming en vertrouwelijkheid - Opleiding 9. De wettelijke en eventuele cao-bepalingen en waar mogelijk de bedrijfsregelingen inzake arbeidstijden moeten ook gelden voor telewerkers, op een wijze die aan de bijzondere omstandigheden is aangepast. Gezien de bijzondere kenmerken van telewerken, met name wanneer flexibele werktijden zijn afgesproken, kan de meting van de productiviteit van een telewerker echter ook gebaseerd worden op andere factoren dan de arbeidstijd. Vakanties en verzuim 10. Afwezigheid wegens ziekte, vakantie of om andere redenen moet volgens de in het bedrijf gangbare praktijk gemeld worden. Het bedrijf dient te bedenken dat er mogelijk regelingen moeten worden getroffen om ervoor te zorgen dat het werk van de telewerker tijdens diens afwezigheid gedaan wordt. Taken en vertrouwelijkheid 11. Bij het toezicht en de controle op het werk van een telewerker dienen de wetgeving en goede praktijken ter waarborging van de privésfeer en integriteit van de werknemer volledig in acht te worden genomen. Daarbij moet bijzondere aandacht worden geschonken aan de beperkingen op het recht gegevens te registreren. 12. De telewerker moet de bestaande vertrouwelijkheidsregels van het bedrijf in acht nemen en alle passende maatregelen nemen om ervoor te zorgen dat onbevoegden geen toegang hebben tot vertrouwelijke informatie. Werkplek en uitrusting van de telewerker 13. Voor zover mogelijk, wordt de plaats waar het telewerk wordt verricht, beschouwd als gelijkwaardig aan de andere werkplekken van het bedrijf. De inrichting van de werkplek en de gebruikte apparatuur moeten waar mogelijk beantwoorden aan dezelfde voorschriften als die welke binnen het bedrijf gelden. 14. De door de werkgever benoemde gezondheidsen veiligheidsvertegenwoordigers en andere vertegenwoordigers hebben het recht, na voorafgaand bericht aan de werknemer, de telewerkplek te betreden en te inspecteren overeenkomstig de geldende wetgeving. De voorwaarden voor gezondheids- en veiligheidsinspecties dienen in de arbeidsovereenkomst of in de interne voorschriften van het bedrijf te worden opgenomen indien de nationale regelgeving inzake gezondheid en veiligheid voor telewerken tekortschiet. 15. In de regel moet er een compensatieregeling worden getroffen voor de door telewerken ontstane kosten. Deze moet ook de verzekering omvatten van schade aan de apparatuur en schade aan derden of aan de plaats waar het telewerk wordt verricht. In de regel is het bedrijf verantwoordelijk voor alle noodzakelijke apparatuur en de installatie daarvan. Het bedrijf dient ook zorg te dragen voor alle onderhoud en de noodzakelijke vervanging van apparatuur en de opleiding van de gebruiker. De telewerker moet zorgvuldig met de apparatuur omgaan. 16. Alle computersystemen mogen alleen voor bedrijfsdoeleinden worden gebruikt en telewerkers mogen geen illegaal, aanstootgevend of vertrouwelijk materiaal via het systeem of via internet verspreiden. Deelname aan vakbondsactiviteiten 17. Onder erkenning van het recht van het bedrijf om richtlijnen uit te vaardigen inzake het juiste gebruik van zijn apparatuur en communicatiefaciliteiten, heeft een telewerker hetzelfde recht als de andere werknemers in het bedrijf om door middel van deze apparatuur en faciliteiten met zijn/haar collega’s te communiceren. Dit recht omvat tevens de communicatie over zaken die het werk en de arbeidsverhoudingen betreffen, de communicatie met de vakbondsorganisatie waarvan de telewerker lid is, of met andere bonafide personeelsvertegenwoordigers. De communicatie tussen een telewerker en zijn/haar personeels- of vakbondsvertegenwoordigers is vertrouwelijk en mag niet door het bedrijf worden ingezien. 18. De telewerker moet hetzelfde recht als de andere werknemers in het bedrijf hebben om deel te nemen aan vakbonds- of andere personeelsactiviteiten die in het bedrijf of op het bedrijfsterrein plaatsvinden. De deelname aan vakbondsactiviteiten en de communicatie tussen telewerkers en hun vakbondsvertegenwoordigers mogen echter niet tot onredelijke kosten voor het bedrijf leiden, in vergelijking tot de kosten die het gevolg zijn van soortgelijke activiteiten van het op het bedrijfsterrein werkzame personeel. For EuroCommerce Xavier R. Durieu, Secretary General Ray Baker, Chairman to the Social Affairs Committee For UNI-Europa Jan Furstenborg, Head of Department “Commerce” Angeles Rodriguez Bonilla, Vice President