KG-KB 6 aantekeningen van ________________________________________________ romaanse kunst In de Middeleeuwen had de kerk grote invloed op de maatschappij. Men maakte een scherp onderscheid tussen goed en kwaad, arm en rijk. Door verschillende kloosterorden werden leefgemeenschappen gevormd. Zij bouwden vele kerken en verspreidden het Christendom. Kloosters waren oorden waar stilte en gebed heersten en wetenschap bedreven werd. Kloosterscholen waren centra voor wetenschap, muziek, beeldende kunst en voor landbouw. De eerste kloosterorde werd in de 6de eeuw gesticht door Benedictus. De benedictijnen leefden volgens strenge geloofsregels: in armoede, gehoorzaamheid, en ongehuwd. Deze levenswijze werd later ook in andere kloosterorden gebruikelijk (zoals bij de dominicanen, cluniacenzers, cisterciënzers, de bedelorden). Het dagelijks leven van een kloosterling was een balans tussen bidden, werken en studeren. Er waren mannen- en vrouwenkloosters. Kloosters waren voor vrouwen de enige plaats waar zij zich konden ontwikkelen. Er ontstonden verhalen over kloostervrouwen die de verheerlijking van het geloof en het kloosterleven illustreerden: de heiligenlegenden. Het feodale stelsel of leenstelsel zorgde voor het ontstaan van een stabiele maatschappij. Een leenheer leende land aan een landarbeider. Deze bewerkte het land en zorgde voor de oogst. De opbrengst van de oogst ging dan voor een groot deel weer terug naar de leenheer, waardoor de landarbeider afhankelijk bleef van de welwillendheid van zijn leenheer. De leenheren waren van adel, meestal ridders. Er ontstond zo een standenmaatschappij: bovenaan de koning en bisschop, dan de adel , de ridders en de geestelijken en als laagste in de rang: de arbeiders. Tussen de adel en de geestelijken was er een bijna voortdurende strijd om de macht, wat corruptie en machtsmisbruik tot gevolg had. Zo ontstond er bijvoorbeeld een handel in aflaten; dat waren briefjes die je kon verdienen door goede daden, waarmee je na je dood toegang kreeg tot de hemel. Rond 900 werd in Cluny een nieuwe kloosterorde opgericht, om weer terug te keren naar de strenge regels van het geloof: leven in zuiverheid en devotie. Aflaten mochten niet meer voor geld verkocht worden. In Cluny kreeg de schilder- en beeldhouwkunst ook weer een nieuwe impuls. Op de grote wanden aan de binnenzijde van de kerk werden fresco’s aangebracht. bouwkunst ton- of koepelgewelven. dikke, zware muren, aan de buitenzijde extra verstevigd met steunberen rondbogen kleine raampjes lisenen vlakke plafonds, of tongewelven een zware vieringtoren De plattegrond van de Romaanse kerk is een uitbreiding van de Vroeg-Christelijke basiliek. De basis bleef een latijns kruis, symbool van het Christendom. Tussen de viering (de kruising tussen het dwarsschip -transcept- en het middenschip) en de absis werd het schip verlengd. Zo ontstond het koor, waar de zijbeuken doorliepen. De pelgrims konden zo de kerk rondlopen (kooromgang). Naast de absis werden er ook nog andere straalkapellen toegevoegd. De zware vieringtoren en de twee westtorens waren al van verre te zien. Het was massiefbouw. UC ms de middeleeuwen conques middenschip + tongewelf conques muurvlak met lisenen conques rondboog ramen conques De muren van deze kerken moesten zwaar zijn om de massa van de rondbooggewelven te kunnen dragen. Daarom heeft een Romaanse kerk ook kleine ramen: de muren hebben een dragende functie. In de gewelven paste men later ook spitsbogen toe, omdat daarmee de druk van het gewelf gerichter werd afgevoerd naar de pijlers en muren. Kenmerkend voor Romaanse bouwkunst zijn de rondbogen. Om het muurvlak minder zwaar te laten lijken, bracht men er randen op aan, de zogenaamde lisenen. De kerk van Sainte-Foy in Conques, Frankrijk, c. 1050-1120 is een romaanse pelgrimskerk, gebouwd op het graf van de heilige St. Foy, een martelares. In de kerk worden verschillende relikwieën van haar bewaard. romaanse kunst 1000-1200 1 schilderkunst fresco’s in kerken en kloosters miniatuurschilderkunst in manuscripten o versierde beginletters, initialen o miniaturen bij de tekst De Romaanse schilderkunst laat een wat ‘primitieve’ vormgeving zien in Bijbelse illustraties op plafonds en wanden. Beeldende kunst werd door de kerk ingezet voor een belangrijk doel: de meestal ongeletterde gelovigen onderrichten over het geloof en over de almacht van God. In de kerken waren de wanden, plafonds en gewelven vrijwel allemaal beschilderd met fresco's. Een fresco (italiaans: vers) is een schildering in natte kalk. Voordat de kalk wordt aangebracht tekent de kunstenaar met houtskool de afbeelding op de muur. Na het aanbrengen van de natte pleisterlaag schemert deze tekening nog door de witte kalk heen en brengt de schilder het fresco aan. Als de kalk opdroogt gaat het een chemische verbinding aan met de pigmenten. Een frescoschildering is eigenlijk in de muur geschilderd in plaats van er op. De moeilijkheid is dat er snel gewerkt moet worden, omdat het pleisterwerk in één dag droogt. Het oppervlak dat in één dag bewerkt kon worden noemde men later een giornata (de hoeveelheid voor één dag). Er is geen sprake meer van realisme zoals we dat uit de oudheid kennen, maar van duidelijke contouren die zijn ingevuld met levendige kleuren, er is nauwelijks licht en schaduw of stofuitdrukking. Kledingplooien worden met lijnen aangegeven, de ruimtelijkheid wordt met overlapping tot stand gebracht. Wat belangrijk was, werd groter afgebeeld. beeldhouwkunst de beeldhouwkunst was ondergeschikt aan de architectuur. Laag- en hoogreliëf, aan de gevel geen vrijstaande beelden. beeldhouwwerk bij de ingang van kerkportalen en op kapitelen. Zuilen worden gedeeltelijk behandeld als beelden. symbolische, verhalende uitbeelding van Bijbelde voorstellingen. Elk boogvormig portaal of timpaan beeldt één thema uit. op kapitelen ook afbeeldingen uit het dagelijks leven en dier- of plantmotieven. Conques: timpaan westgevel, met een voorstelling van het laatste oordeel. In het midden zit Christus, die volgens een Bijbelverhaal aan het einde der tijden zal oordelen over de mens. . Op het beeldhouwwerk zijn nog resten kleur te zien, dit reliëf was vroeger gepolychromeerd. UC ms de middeleeuwen romaanse kunst 1000-1200 2