de worsteling van moeder Teresa Liefhebben totdat het pijn doet De vorige eeuw heeft een aantal menselijk ikonen opgeleverd, mensen die wij bewonderen om wat ze gedaan hebben en wie ze waren: M.K. Gandhi, Martin Luther King, Moeder Teresa, Nelson Mandela en anderen. Voor velen staan deze figuren hoog boven het morele niveau van gewone mensen. Het is de moeite je in hun leven te verdiepen, te begrijpen waarom ze zoveel bereikt hebben. Als wij die zoektocht ondernemen ontdekken we echter ook hele gewone menselijke trekken, waarin wij onszelf kunnen herkennen.... Eerst een paar anekdotes die ik uit de eerste hand vernomen heb. Een bestuurslid van de stichting Actie Calcutta, die veel geld voor moeder Teresa had ingezameld, vertelde mij in 1977 dat moeder Teresa ook eens bij hem thuis was geweest. Zijn vrouw had een feestelijke maaltijd klaargemaakt, maar moeder Teresa hield het liever bij een paar droge boterhammen... Een ander verhaal hoorde ik van een jonge priestercollega in Brussel die veel deed voor de plaatselijke afdeling van de orde van moeder Teresa. Het was in de jaren negentig. Moeder Teresa was een beroemdheid en toen ze op bezoek was in Brussel. stapte ze recht op de jonge priester af, viel voor hem op de knieën en zei: ‘vader, bid voor mij, ik ben zwak en onwaardig dit werk te doen’. Moeder Teresa had geen verstand van politiek, had sommige verkeerde vrienden, volgde blindelings de lijn van Rome op het vlak van anticonceptie, was tegenstander van een verdere professionalisering van de zorg in haar instellingen en hield ook in de westerse landen vast aan een extreem sobere levenstijl voor de zusters. Dit zou je haar zwakke punten kunnen noemen. Er is echter één punt waarop zij vele grootheden voorbij steekt: ze had een vrijwel onbeperkte liefde en toewijding voor de enkeling. Het ging haar niet om een sociaal programma en ook niet om een efficiënt draaiende organisatie. Beter falen in vriendelijkheid, dan wonderen verrichten in onvriendelijkheid. Moeder Teresa keek naar mensen met hun wanhoop en hun eenzaamheid. De stervenden in de straten van Calcutta, de ontwortelde kinderen, de lepralijders, ze waren voor haar de gestalte van Jezus. Voor haar was Jezus in deze mensen op een mystieke manier aanwezig. En zo kon ze met een volkomen toewijding die mensen hun hand vasthouden, naar hen glimlachen, hen verzorgen en opnemen. Een voor ons protestanten bijzondere eigenschap van Moeder Teresa was dat ze zeer gelovig was en missionair, maar dat ze niet uit was op de bekering van de mensen waarvoor ze werkte. De stervenden in Kalighat riep ze niet op Christus aan te nemen, maar ze zei: ‘bid wat uw geloof u ingeeft’. De overledenen uit het sterfhuis Kalighat kregen standaard een hindoebegrafenis, tenzij bekend was dat ze moslims waren of christen. De meeste vrijwilligers in India waren niet-christen, daar werd nooit een probleem van gemaakt. De schrijver Navin Chawla, die een boek over moeder Teresa schreef, verbaast zich er als hindoe over dat moeder Teresa nooit aan hem vroeg om christen te worden. Wel vroeg ze hem voor haar te bidden. Minder bekend van moeder Teresa is de innnerlijke worsteling die ze gedurig voor de buitenwereld verborgen hield – ook voor de zusters in haar orde. Alleen bij hoge kerkelijke functionarissen liet ze er iets van merken. Brian Kolodiejchuk verzamelde de persoonlijke brieven die moeder Teresa stuurde naar vertrouwenspersonen. Het is vrij schokkend om te lezen over het verborgen ik van moeder Teresa (sept 1959): In mijn ziel voel ik alleen maar die verschrikkelijke pijn van verlies – dat God mij niet wil, dat God God niet is, dat God niet echt bestaat (Jezus , vergeef mij alstublieft mijn godslasteringen – ik heb de opdracht alles te schrijven).... Waar zwoeg ik voor? Als er geen God is, kan er ook geen ziel zijn. Als er geen ziel is, dan, Jezus, bent U ook niet echt. In mijn hart is geen geloof, geen liefde, geen vertrouwen. Er is zo veel pijn, de pijn van verlangen, de pijn van niet gewenst zijn. Ik verlang naar God met alle krachten van mijn ziel en toch is daar tussen ons in een vreselijke afgescheidenheid. Ik bid niet meer. Mijn ziel is niet een met U. Ik heb geen geloof. Ik geloof niet. Jezus laat mijn ziel niet bedrogen worden. Deze ontboezeming is niet een momentopname. Op grond van het materiaal dat Kolodiejchuk aandraagt kunnen we er zeker van zijn dat deze worsteling 15 jaar lang gedrukt heeft op moeder Teresa’s innerlijke leven. Later is die druk nog steeds aanwezig, maar overheerst meer de dankbaarheid om het grote werk dat door Gods genade tot stand is gebracht. Hoe moeten wij deze voortdurende uitingen van geen geloof en liefde te hebben en niet te kunnen bidden interpreteren? Mijn eerste reactie was: wat wil je? Iemand die nooit een dag vrij neemt, minder dan 6 uur per nacht slaapt en meestal maar 3 uur!! Je kunt dan zeggen: ik heb later de hemel om uit te rusten, maar iedereen loopt vast bij zo’n levensstijl. Wat dichter bij ons staat echter het volgende. Het grootste verlangen van moeder Teresa was, zoals ze het zelf noemde, ‘de dorst van Jezus te lessen’. Wie heel hoge eisen stelt aan zijn leven, loopt het risico door diezelfde eisen geveld te worden. Ergens zegt ze het ook letterlijk: Soms vind ik het heel moeilijk tegen Jezus te glimlachen, want Hij kan heel veeleisend zijn. En zo is plotseling, ondanks alle daden van barmhartigheid, die strenge God weer terug in het geloof., het bidden en het denken. En ongemerkt treedt het mechanisme in werking: ik bid niet genoeg, mijn liefde is niet echt, ik verberg mijn duisternis achter een glimlach, enz. Het is niet vol te houden om liefde uit te dragen als wij niet zelf ons geliefd weten door Hem, die ons geroepen heeft. Eenmaal in de correspondentie is er de opening als moeder Teresa zegt: ‘ik hoef mezelf niet te dwingen blij te zijn’. Het meeste steun had moeder Teresa echter aan de gedachte dat haar lijden een aanvulling was op het lijden van Christus (Col 1:24). Verscheidene vertrouwenspersonen hebben geprobeerd haar te overtuigen, dat ze niet zo negatief over zichzelf moest denken. Het is hen niet gelukt. Wat is het verschrikkelijk zonder God te zijn. Het enige dat overblijft is de overtuiging dat het werk van Hem is. Jart Voortman Brian Kolodiejchuk, Moeder Teresa, Kom wees mijn licht, uitg Tirion € 29.90