Uitwerkingen belastingrecht voor particulieren

advertisement
Belastingrecht voor het ho 2013
Uitwerkingen opgaven Deel 8 Belastingen van rechtsverkeer
Henk Guiljam
Noordhoff Uitgevers Groningen/Houten
Belastingrecht voor het ho 2013 Uitwerkingen – ©Noordhoff Uitgevers Groningen/Houten
1
Ontwerp binnenwerk en omslag: Studio Noordhoff Uitgevers Groningen
Eventuele op- en aanmerkingen over deze of andere uitgaven kunt u richten aan: Noordhoff
Uitgevers bv, Afdeling Hoger Onderwijs, Antwoordnummer 13, 9700 VB Groningen, e-mail:
[email protected]
0 / 13
© 2013 Noordhoff Uitgevers bv Groningen/Houten, The Netherlands.
Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze
uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of
openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door
fotokopieën, opnamen of enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van
de uitgever. Voor zover het maken van reprografische verveelvoudigingen uit deze uitgave is
toegestaan op grond van artikel 16h Auteurswet 1912 dient men de daarvoor verschuldigde
vergoedingen te voldoen aan Stichting Reprorecht (postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp, www.
reprorecht.nl). Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en
andere compilatiewerken (artikel 16 Auteurswet 1912) kan men zich wenden tot Stichting PRO
(Stichting Publicatie- en Reproductierechten Organisatie, postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp,
www.stichting-pro.nl).
All rights reserved. No part of this publication may be reproduced, stored in a retrieval system, or
transmitted, in any form or by any means, electronic, mechanical, photocopying, recording, or
otherwise, without the prior written permission of the publisher.
2
Belastingrecht voor het ho 2013 Uitwerkingen – ©Noordhoff Uitgevers Groningen/Houten
Deel 8 Belastingen van rechtsverkeer
Hoofdstuk 47 Overdrachtsbelasting
47.1
Krachtens de Wet op belastingen van rechtsverkeer worden de volgende twee belastingen
geheven:
1 overdrachtsbelasting, verschuldigd bij verkrijging van in Nederland gelegen onroerende zaken
of van zakelijke rechten daarop; tarief 6% (permanent verlaagd tot 2% voor de overdracht van
woningen);
2 assurantiebelasting, verschuldigd ter zake van het verzekerd zijn, waarbij óf de
verzekeringnemer in Nederland woont of is gevestigd, óf het verzekerde voorwerp zich in
Nederland bevindt; tarief 21%.
47.2
In het algemeen is het bedrag waarover de overdrachtsbelasting moet worden berekend de
waarde van het verkregene of de waarde van de tegenprestatie van de verkrijger en wel de
hoogste van de twee (art. 9 lid 1 Wet Brv).
Op grond van art. 52 Wet Brv geldt hier de waarde in het economisch verkeer. Deze regels leiden
voor de gegeven feiten tot de volgende conclusies.
Er is blijkbaar geen sprake van een bevoordelingsbedoeling; Vos dient 2% overdrachtsbelasting te
betalen over €120.000 oftewel €2.400.
Er is sprake van een bevoordelingsbedoeling; de overdrachtsbelasting bedraagt voor Vos nu ook
€2.400; daarnaast dient Vos schenkingsrecht over €40.000 te betalen; de betaalde
overdrachtsbelasting over dit bedrag mag hij op het schenkingsrecht in mindering brengen (art. 24
lid 2 SW).
Bij verkoop vrij op naam komen de kosten van overdracht en overdrachtsbelasting voor rekening
van de verkoper.
Gesteld dat de kosten voor het opmaken van de transportakte inclusief notariskosten, kosten van
registratie en kadastraal recht €2.000 bedragen, dan moet 2/102 van €198.000 oftewel €3.882
overdrachtsbelasting worden betaald door Joris.
Frenken weet het huis binnen twee maanden te verkopen voor €210.000. Omdat deze verkrijging
binnen zes maanden (tijdelijk verruimd tot 36 maanden) na de vorige verkrijging volgt mag de
waarde verminderd worden met het bedrag waarover reeds overdrachtsbelasting is betaald. De
koper zal derhalve moeten betalen 2% van €210.000 minus €194.118 ( = 100/102 × €198.000)
oftewel €317 (art. 13 Wet Brv).
Inbreng van een onroerende zaak in een vennootschap met een in aandelen verdeeld kapitaal is
vrijgesteld van overdrachtsbelasting, mits de onroerende zaak behoort tot een in haar geheel
ingebrachte onderneming (art. 15 lid 1 onderdeel e Wet Brv juncto art. 5 lid 1 Uitvoeringsbesluit
belastingen van rechtsverkeer).
Inbreng van de onroerende zaak in de maatschap betekent voor Beuker en Goris een
gezamenlijke verkrijging van tweederde deel; deze verkrijging is op grond van art. 15 lid 1
onderdeel e Wet Brv vrijgesteld van overdrachtsbelasting.
De toedeling van het praktijkpand aan Beuker en Goris levert een belaste verkrijging op; de
vrijstelling van art. 15 lid 1 onderdeel f Wet Brv geldt alleen voor de verkrijging door de inbrenger
zelf. Beuker en Goris zijn derhalve 6% overdrachtsbelasting over €200.000 (de waarde in het
economisch verkeer) oftewel €12.000 verschuldigd.
a
b
c
d
e
f
47.3
De overdrachtsbelasting wordt geheven ter zake van de verkrijging van in Nederland gelegen
onroerend goed en zakelijke rechten daarop. Het feit dat Annie roerende goederen in de
gemeenschap inbrengt, is irrelevant voor de overdrachtsbelasting. Evert brengt onroerend goed in,
dat door hem vijf jaar geleden is verkregen. Ter zake van deze verkrijging heeft hij
(hoogstwaarschijnlijk) 6% overdrachtsbelasting betaald over €150.000. De belasting zal zijn
geheven van Evert (art. 16 Wet Brv), die deze op aangifte heeft moeten voldoen (art. 17 Wet Brv).
Een hypotheek is een zakelijk recht op onroerend goed. In art. 5 Wet Brv is het hypotheekrecht
echter als een niet zakelijk recht aangemerkt. Het vestigen van het recht van hypotheek is dus niet
belast met overdrachtsbelasting.
Belastingrecht voor het ho 2013 Uitwerkingen – ©Noordhoff Uitgevers Groningen/Houten
3
Door het huwelijk verkrijgt Annie de helft van het woonhuis krachtens boedelmenging. Op grond
van art. 3 onderdeel a Wet Brv is een dergelijke vorm van verkrijging vrij van belasting. Het
gegeven dat de waarde in bewoonde respectievelijk vrij opleverbare staat €180.000 respectievelijk
€300.000 bedraagt is daarom overbodig.
Na vier maanden huwelijk wordt het woonhuis bij rechterlijke uitspraak toegescheiden aan Annie.
Deze toescheiding is een verkrijging, die weer vrij van belasting is, ingevolge art. 3 onderdeel b
Wet Brv.
Hoofdstuk 48 Assurantiebelasting
48.1
Het belastbare feit voor de assurantiebelasting is de toestand van het verzekerd zijn. Daarbij dient
er:
· sprake te zijn van een verzekeringsovereenkomst als bedoeld in het Wetboek van Koophandel
en moet
· óf de verzekeringnemer in Nederland wonen of gevestigd zijn, óf het verzekerd voorwerp zich in
Nederland bevinden.
De belasting wordt berekend over de premie, waaronder alles wordt verstaan wat in verband met
de verzekering in rekening wordt gebracht. Hieronder vallen dus naast de periodieke premie ook
alle bijdragen, inlagen, omslagen, koopsommen alsmede de polis- en administratiekosten. Ook de
provisie welke door een tussenpersoon afzonderlijk aan de verzekeringnemer in rekening is
gebracht wordt belast.
48.2 a Ja, op grond van art. 25 Wet Brv is Verzekeringswinkel belastingplichtig en dient zij over de
premies voor verzekeringen waarvan het verzekerde risico in Nederland ligt assurantiebelasting af
te dragen.
b 21% van €550.000 = €115.500
c Ja, beide verzekeringen zijn vrijgesteld van assurantiebelasting (art. 24 Wet Brv). Derhalve dient er
21% van 350.000 aan assurantiebelasting te worden afgedragen.
4
Belastingrecht voor het ho 2013 Uitwerkingen – ©Noordhoff Uitgevers Groningen/Houten
Download