Regio in beeld 2013

advertisement
Regio in beeld 2013
Arbeidsmarktschets Noordoost-Brabant
Samenvatting
In 2014 wordt voor het eerst weer een, beperkte, groei
van de economie verwacht. Dit vertaalt zich nog niet direct
in een toename van het aantal banen.
In 2014 is er weer een stijging van het aantal vacatures,
maar het aantal geregistreerde werkzoekenden neemt
eerst nog toe. Op termijn ontstaan in Noordoost-Brabant
meer kansen op de arbeidsmarkt door economisch herstel,
vergrijzing, beperkte instroom van schoolverlaters en
mobiliteit werkzoekenden.
Verdere krimp werkgelegenheid
Zorg & welzijn, zakelijke diensten, industrie en detailhandel zijn in de arbeidsmarktregio Noordoost-Brabant belangrijke sectoren. Van de in totaal circa 298.000 banen
zijn er 173.000 in deze sectoren vertegenwoordigd (58%).
Het aandeel van de banen in de sectoren industrie, bouwnijverheid en groothandel is ten opzichte van het Nederlands gemiddelde hoog. Dit maakt Noordoost-Brabant een
zeer conjunctuurgevoelige regio.
Na een aantal jaren van economische krimp wordt pas in
2014 weer groei verwacht. Ook dit jaar wordt nog een
krimp van de werkgelegenheid verwacht in vrijwel alle
sectoren. Uitzondering is de sector zorg & welzijn waar het
aantal banen (licht) groeit.
In 2014 laten in Noordoost-Brabant, naast zorg & welzijn,
de zakelijke dienstverlening en de groothandel als eerste
sectoren weer werkgelegenheidsgroei zien.
Stagnatie vacatures
In de periode van juli 2012 tot juli 2013 is het aantal
nieuwe vacatures in Noordoost-Brabant beduidend kleiner
dan in de vier kwartalen daarvoor. In die periode zijn circa
23.000 vacatures ontstaan, ruim 3.500 minder dan het
jaar ervoor (-17%). Naar verwachting is het aantal nieuwe
vacatures in 2014 hoger dan in 2013. Vooral vervangingsvraag ontstaan door verloop van personeel.
De meeste vacatures in Noordoost-Brabant zijn in
2012/2013 ontstaan in de detailhandel, zakelijke diensten
(waaronder uitzendbureaus), zorg & welzijn en industrie.
Vooral de detailhandel heeft veel nieuwe vacatures en is
oververtegenwoordigd in de regionale vacaturemarkt. In
de sector onderwijs is een lichte groei van het aantal
vacatures.
In Noordoost-Brabant is 40% van alle vacatures op laag
niveau. Dit sluit aan bij de werkzoekenden met een grotere
afstand tot de arbeidsmarkt. De meeste nieuwe vacatures
op lager niveau komen voor in de detailhandel, gevolgd
door zakelijke diensten, industrie, transport en horeca.
Veel van deze vacatures zijn tijdelijk en/of deeltijdvacatures en worden via uitzendbureaus door scholieren en
studenten ingevuld. Voor werkzoekenden met een middelbare opleiding zijn in deze regio vooral kansen in de detailhandel, zorg & welzijn, zakelijke diensten en industrie.
Het verwachte economisch herstel zorgt pas na 2014 voor
minder werkzoekenden. In eerste instantie leidt de aantrekkende economie tot een toename van arbeidsproductiviteit, pas later tot meer banen.
Jongeren tot 27 jaar vormen een klein deel (11%) van alle
geregistreerde werkzoekenden, maar de instroom aan
nieuwe werkzoekenden bestaat voor ruim 23% uit jongeren tot 27 jaar. Zij beschikken vaker over een flexibel
contract en een kort arbeidsverleden, waarmee hun positie
in economisch slechte tijden kwetsbaar is.
Zodra het economisch herstel optreedt, nemen de uitstroommogelijkheden voor werkzoekenden toe. Het ROA
verwacht knelpunten in de personeelsvoorziening voor
werkgevers – en daarmee goede tot zeer goede perspectieven voor werkzoekenden - in vooral technische en
zorgberoepen. Ook voor beroepen die veelvuldig onder
werkzoekenden in Noordoost-Brabant voorkomen, zoals
bouwvakkers, interieurverzorgers en chauffeurs zijn de
perspectieven goed. Vergrijzing en ontgroening zorgen op
middellange termijn voor een verdere toename van uitstroommogelijkheden. Door de vergrijzing verlaten de
komende tien jaar in Noordoost-Brabant bijna 38.000
mensen de arbeidsmarkt. Binnen zorg & welzijn verlaten
ongeveer 8.300 55-65 jarigen deze sector, ook is er sprake
van een toenemende zorgvraag als gevolg van de vergrijzing.
Uitdagingen voor de arbeidsmarkt van de toekomst
Verwacht economisch herstel, vergrijzing, beperkte instroom van schoolverlaters en mobiliteit bieden werkzoekenden op termijn meer kansen op de arbeidsmarkt.
In Noordoost-Brabant is de ambitie om op een aantal
speerpuntsectoren, techniek, zorg, service en food & feed
versterkt in te zetten. Daartoe werken de gemeenten in
deze arbeidsmarktregio op een twintigtal beleidsterreinen,
waaronder economie en arbeidsmarkt, nauw samen.
Om de doelstellingen en ambities te kunnen realiseren,
wordt ook de werkgeversdienstverlening gecoördineerd. In
twee regionale WerkgeversServicePunten, Oost-Brabant en
De Meijerij, bundelen UWV, gemeenten, flexorganisaties en
SW-bedrijven hun krachten om gezamenlijk jongeren,
arbeidsgehandicapten en overige werkzoekenden te plaatsen bij werkgevers.
Op termijn kansen voor werkzoekenden
De economische recessie heeft gezorgd voor een toename
met 28% (landelijk 35%) van de geregistreerde werkzoekenden.
Regio in beeld, arbeidsmarktschets Noordoost-Brabant
1 Verdere krimp werkgelegenheid
Na een voorzichtig herstel van de economie in 2010 en de
eerste helft van 2011, kromp de Nederlandse economie
vanaf de tweede helft van 2011 opnieuw. Pas in 2014
wordt er weer economische groei verwacht. Dit jaar wordt
in Noordoost-Brabant daarom nog een krimp van de
werkgelegenheid verwacht. De werkgelegenheid krimpt in
vrijwel alle sectoren. Uitzondering is de sector zorg &
welzijn waar het aantal banen (licht) groeit.
Veel banen in zorg & welzijn, zakelijke diensten,
industrie en detailhandel
Zorg & welzijn, zakelijke diensten, industrie en detailhandel zijn in arbeidsmarktregio Noordoost-Brabant belangrijke sectoren. Van de in totaal circa 298.000 banen in
Noordoost-Brabant zijn er 173.000 in deze sectoren vertegenwoordigd (58%). Ten opzichte van Nederland valt op
dat het aandeel banen in de industrie en bouwnijverheid
hoog is. Dit maakt Noordoost-Brabant een conjunctuurgevoelige regio. Als er sprake is van een (wereldwijde)
economische recessie wordt dat in Noordoost-Brabant al
snel gevoeld. Gaat het economisch weer beter, dan merkt
Noordoost-Brabant dat ook weer als één van de eersten.
Afbeelding 1: Werkgelegenheid per sector: omvang, aandeel en ontwikkeling
Noordoost-Brabant, 2012
5%
Groei
4%
ontwikkeling werkgelegenheid
3%
Zorg en welzijn
2%
1%
Transport
0%
ICT
Onderwijs
Groothandel
-1%
Detailhandel
Overige diensten
-2%
Zakelijke diensten
-3%
Horeca
Landbouw
Industrie
Financiële diensten
Krimp
-4%
Openbaar bestuur
Bouwnijverheid
-5%
ondervertegenwoordiging t.o.v. Nederland
oververtegenwoordiging t.o.v. Nederland
Bron: UWV
Bovenstaande afbeelding geeft een beeld van de omvang
en ontwikkeling van de werkgelegenheid in NoordoostBrabant per sector in 2012. De afbeelding geeft drie zaken
weer.
„ Hoe groter de bol hoe hoger het aantal banen in de betreffende sector. In totaal waren er in 2012 ongeveer 315.000
banen.
„ Boven de horizontale lijn is er sprake van groei van de
werkgelegenheid; daaronder is sprake van krimp.
„ De verticale lijn markeert de situatie waarin het aandeel van
een sector in de regio gelijk is aan het aandeel van een sector in Nederland. Links van die lijn is het regionale aandeel
kleiner; rechts van die lijn is het regionale aandeel van die
sector groter.
Regio in beeld, arbeidsmarktschets Noordoost-Brabant
Het kwadrant rechtsboven laat sectoren zien, die belangrijk zijn voor de regio (oververtegenwoordigd) en die
groeien. Kortom, de meest gunstige positie voor de regio.
Geen enkele sector bevindt zich in dit kwadrant.
Het kwadrant rechtsonder brengt sectoren in beeld van
belang voor de regio, waar sprake is van krimp van werkgelegenheid. Hierin bevinden zich industrie en bouwnijverheid. Deze sectoren hebben een behoorlijk aandeel in de
werkgelegenheid, maar hebben ook te maken met een
krimp van banen. De industrie is zeer conjunctuurgevoelig,
gericht op export en beweegt mee met de wereldeconomie. De bouwnijverheid is eveneens conjunctuurgevoelig
en beweegt mee met de Nederlandse economie.
De sectoren in het kwadrant linksonder krimpen en zijn
ondervertegenwoordigd, hoewel zakelijke diensten voor de
regio een grote sector is. Openbaar bestuur kende een
forse krimp van het aantal banen, maar is een vrij kleine
sector.
Het kwadrant linksboven laat sectoren zien die groeien,
maar ook ondervertegenwoordigd zijn ten opzichte van
Nederland. Zorg & welzijn bevindt zich in dit kwadrant. In
feite is zorg & welzijn de enige sector waar het aantal
banen groeide.
In de sectoren ICT, transport, detailhandel en onderwijs
was er nauwelijks sprake van krimp, noch van groei.
Structurele krimp in industrie
Het aantal banen in de industrie krimpt structureel. Al
sinds 2008 blijkt het aantal banen in de Nederlandse
industrie ieder jaar te dalen. Dit is in lijn met de algemene
trend: afname van industriële werkgelegenheid, verplaatsing van eenvoudige en grootschalige productieactiviteiten
en toename van de arbeidsproductiviteit.
Binnen de industrie is in Noordoost-Brabant de procesindustrie prominent aanwezig. De belangrijkste subsectoren in
de procesindustrie zijn de voedings- en genotmiddelenindustrie en de chemie. Subsectoren die zich relatief gezien
wat kunnen onttrekken aan de economische krimp. Op
langere termijn worden vooral in de sectorspecifieke
beroepen, zoals procestechniek en laboratoriumtechniek,
behoorlijke tekorten verwacht. Dit ontstaat onder andere
door vergrijzing en ontgroening. Daar komt bij dat het
startkwalificatieniveau in de sector verschuift van mbo-1/2
naar mbo-3/4 niveau. Naast structurele personeelstekorten
zorgt dit ook voor grotere kwalitatieve discrepanties.
Een belangrijke speerpuntsector voor Noord-Brabant, maar
voor Noordoost-Brabant in het bijzonder, is de Life science
en medische technologie. Deze sector bestaat uit grofweg
uit 3 relevante onderdelen, namelijk: geneesmiddelenontwikkeling, medische technologie en biomedische wetenschap. In deze sector is een goede combinatie van kennis
en kunde aanwezig. Brabant als geheel doet het dan ook
goed in deze sector.
Gemengd beeld in de zakelijke dienstverlening
De zakelijke dienstverlening is een bont gezelschap van
subbranches: van makelaars tot toeristisch medewerkers,
van woningcorporaties tot ICT-bedrijven. Ook schoonmaak
en uitzendbureaus behoren tot de zakelijke dienstverlening. Er is veel kleinschalige werkgelegenheid in deze
sector. De zakelijke dienstverlening is tot aan de economische crisis fors gegroeid. Door de economische crisis
maakte de zakelijke dienstverlening een turbulente periode
2 door waarin veel arbeidsplaatsen verloren zijn gegaan. De
negatieve ontwikkelingen in de jaren 2009 en 2010 zijn de
som van negatieve ontwikkelingen door de teruggang van
marketingbureaus, makelaars, notarissen en de ingenieurs- & architectenbureaus als gevolg van de malaise in de
bouwsector waarvan deze sectoren sterk afhankelijk zijn.
Tegenover de ‘negatieve subsectoren’ staan ook positieve.
Zo hebben accountants- en advocatenkantoren de recessie
relatief goed doorstaan en wordt in de ICT-sector een groei
van de werkgelegenheid verwacht.
Een aantal branches, schoonmaak en beveiliging, maken
deel uit van het speerpunt ‘services’ binnen het uitvoeringsprogramma 5* Noordoost Brabant Werkt!.
Zorg en welzijn: geen algemene tekorten
De zorg is één van de grootste sectoren van Nederland: er
werken ruim 1,1 miljoen mensen. De verpleging, verzorging & thuiszorg (VVT) is de grootste branche. De geestelijke gezondheidszorg (GGZ) en de ziekenhuizen bieden
relatief veel werkgelegenheid op de hogere niveaus (hboplus), de VVT op de lagere niveaus. De gehandicaptenzorg
neemt een tussenpositie in. De afgelopen jaren groeide de
werkgelegenheid in de zorg gestaag. Ook de komende
jaren groeit de behoefte aan zorg, als gevolg van de
vergrijzing. Onduidelijkheid over de effecten van recente
maatregelen om de zorgkosten te beheersen (in begrotings- en regeerakkoord) maakt prognoses over de werkgelegenheidsontwikkeling in de zorg op dit moment onzeker. Het Centraal Planbureau (CPB) voorziet nog wel
werkgelegenheidsgroei in de zorg, maar minder dan zonder deze maatregelen het geval zou zijn geweest. In de
sector, vooral de VVT, wordt rekening gehouden met
gedwongen ontslagen.
In algemene zin lijkt de werkgelegenheid in de zorg op de
lagere niveaus af te nemen en op de hogere niveaus
(vanaf mbo-3) toe te nemen. Op dit moment zijn er geen
generieke personeelstekorten. Wel zijn er tekorten in
specifieke segmenten. Voor bepaalde beroepsgroepen,
bijvoorbeeld gespecialiseerde verpleegkundigen (zoals
diabetes- of kinderverpleegkundigen), of arts-specialisten
(spoedeisende hulp, verpleeghuis, artsen verstandelijk
gehandicapten) is de arbeidsmarkt krap. Voor zorgberoepen op de lagere niveaus is de arbeidsmarkt aanzienlijk
ruimer. De komende jaren doen zich evenmin grote tekorten in de zorg voor. Er worden wel tekorten aan verzorgenden verwacht, al is de omvang daarvan onzeker vanwege de maatregelen in het regeerakkoord. Ook voor
andere beroepen in de zorg (bijvoorbeeld artsen en apothekers) worden tekorten voorzien. Voor de lagere zorgniveaus (helpenden en zorghulpen) worden overschotten
verwacht. Op de langere termijn – na 2015 – groeien de
tekorten door de toenemende vergrijzing.
De welzijnssector bestaat uit welzijn & maatschappelijke
dienstverlening, jeugdzorg en kinderopvang. Voor deze
sector geldt dat er momenteel overschotten aan personeel
bestaan. Een groot overschot bestaat er voor personeel in
de kinderopvang. De kinderopvang heeft het momenteel
moeilijk. Door overheidsbezuinigingen is het voor ouders
duurder om hun kind naar de kinderopvang te brengen.
Daarnaast is de werkloosheid gestegen, waardoor (werkloze) ouders minder vaak gebruik maken van kinderopvang.
Regio in beeld, arbeidsmarktschets Noordoost-Brabant
De vooruitzichten voor deze branches zijn matig.
Gunstige perspectieven in de detailhandel
De detailhandel ondervindt direct de gevolgen van de
economische recessie. Consumenten zijn somber gestemd
en besparen waar mogelijk op hun uitgaven. De detailhandel laat dan ook een tweedeling zien: waar de foodsector
te maken heeft met een stijgende omzet, daalt de omzet in
de non-foodsector (ING Economisch Bureau 28-01-2013).
Desondanks kent de sector detailhandel veel vacatures en
een hoge vacaturegraad. De perspectieven op werk in de
detailhandel zijn voor alle niveaus gunstig. Omdat voor de
meeste vacatures in de detailhandel geldt, dat ondernemers weinig tot geen werkervaringeisen stellen, geldt dat
er goede instroomkansen in de sector aanwezig zijn voor
schoolverlaters en (aankomend) verkoopmedewerkers op
de niveaus 1 en 2. Ook voor de hogere mbo-niveaus,
verkoopspecialisten, filiaal- en afdelingsmanagers zijn er
goede perspectieven. Daarnaast biedt de opkomst van
webwinkels perspectief op nieuwe soorten banen die goed
aansluiten bij jongeren die slim en snel met internet
kunnen omgaan. Ook in de logistieke sfeer ontstaat,
vanwege de veranderingen in de aanvoerkanalen nieuwe
banen (bezorgen en transport). Dat betekent dat in de
detailhandel perspectieven aanwezig zijn voor functies
waarvoor mbo-2 volstaat.
Verwachte krimp van de werkgelegenheid
Voor 2013 en 2014 wordt krimp van de werkgelegenheid
verwacht. Deze krimp doet zich echter niet meer in alle
sectoren voor.
Afbeelding 2: Verwachte ontwikkeling werkgelegenheid
Noordoost-Brabant, 2013-2014
Totaal
Openbaar bestuur
Financiele dienstverlening
Industrie
Agrarische sector
Transport
Detailhandel
Bouwnijverheid
Onderwijs
Overige diensten
Horeca
Informatie en communicatie
Groothandel
Zorg/welzijn
Zakelijke dienstverlening
-4%
-3%
-2%
-1%
Nederland
0%
1%
2%
Noordoost-Brabant
Bron: UWV
Het aantal banen in de sector zorg & welzijn groeit licht en
neemt naar verwachting toe van 48.700 banen eind 2012
tot 49.300 eind 2014. De toename van het aantal banen in
deze sector is al meerdere jaren zichtbaar. Verwacht wordt
dat deze trend de komende jaren doorzet. De toename is
echter wel lager dan voorgaande jaren. De sectoren openbaar bestuur en financiële dienstverlening laten een forse
krimp zien. Voor openbaar bestuur is de krimp een gevolg
van overheidsbezuinigingen. De financiële dienstverlening
heeft nog altijd te lijden onder de herstructurering van
deze sector. De daling in de industrie heeft onder meer te
maken met een structurele krimp als gevolg van voortgaande automatisering en verplaatsing van productie.
3 Stagnatie vacatures
het gebruik van meer en kortere tijdelijke contracten zorgt
voor meer bewegingen op de arbeidsmarkt. In principe
biedt dat meer kansen op werk voor werkzoekenden, ook
voor mensen met een grotere afstand tot de arbeidsmarkt.
In de periode van juli 2012 tot juli 2013 is het aantal
nieuwe vacatures in Noordoost-Brabant beduidend kleiner
dan in de vier kwartalen daarvoor. Deze periodes worden
hierna kortweg aangeduid als 2012/2013 respectievelijk
2011/2012. Niet alleen in totaal, maar ook per kwartaal is
het aantal vacatures in 2012/2013 kleiner dan een jaar
eerder. De daling in Noordoost-Brabant is sterker dan
gemiddeld in Nederland. Die dalende tendens zet zich in
2013 nog verder voort. Bescheiden economische groei leidt
in 2014 tot meer tijdelijk werk, meer baanwisselingen en
meer vacatures.
Minder vacatures
In 2012/2013 zijn in Noordoost-Brabant bijna 21.000
vacatures ontstaan. Dat zijn er circa 5.000 minder dan het
jaar ervoor (-20%). Afbeelding 3 laat in 2011 en 2012 een
seizoenspatroon zien waarbij in het tweede kwartaal het
aantal vacatures toeneemt, gevolgd door een daling in het
derde en vierde kwartaal. Door de economische crisis
liggen de aantallen nieuwe vacatures in 2012 in elk kwartaal lager dan in hetzelfde kwartaal in 2011. In het vierdekwartaal van 2012 bereikte het aantal nieuwe vacatures
het laagste niveau van de afgelopen twee jaar.
Afbeelding 3: Ontwikkeling nieuwe vacatures
Meeste vacatures in detailhandel, zakelijke diensten, zorg & welzijn en industrie
De meeste vacatures in Noordoost-Brabant zijn in
2012/2013 ontstaan in de detailhandel, zakelijke diensten
(waaronder uitzendbureaus), zorg & welzijn en industrie.
Noordoost-Brabant heeft naar verhouding weinig vacatures
in onder andere horeca, zorg & welzijn en zakelijke diensten. Vooral de detailhandel drukt een stevig stempel op
deze arbeidsmarktregio. De detailhandel heeft veel nieuwe
vacatures en is oververtegenwoordigd in de regionale
vacaturemarkt. In vrijwel alle sectoren is het aantal vacatures in 2012/2013 gekrompen. Alleen de kleinere sector
onderwijs laat een lichte groei zien.
Afbeelding 4 geeft een beeld van de omvang en ontwikkeling van het aantal nieuwe vacatures in Noordoost-Brabant
per sector in 2012/2013. Hoe groter de bollen, hoe meer
vacatures. De horizontale lijn is de scheiding tussen groei
(erboven) of krimp (eronder) van het aantal vacatures. De
verticale lijn markeert de situatie waarin het aandeel van
een sector in de regionale vacaturemarkt gelijk is aan het
aandeel van een sector in heel Nederland. Links van die
lijn is het regionale aandeel van een sector kleiner, rechts
van die lijn groter.
Noordoost-Brabant, 2011-2013
Afbeelding 4: Nieuwe vacatures per sector
8.000
7.000
6.000
5.000
4.000
3.000
2.000
1.000
0
Noordoost-Brabant, 2012/2013
10%
Onderwijs
5%
0%
Q2
Q3
2011
Q4
Q1
Q2
Q3
2012
Q4
Q1
2013
Bron: UWV
In 2014 meer vacatures door meer dynamiek
Door de langdurige crisis zijn de aantallen banen en vacatures de afgelopen jaren fors afgenomen. Het aantal
nieuwe vacatures in Noordoost-Brabant is naar verwachting in 2014 hoger dan in 2013. Vervangingsvraag ontstaat
nog door (natuurlijk) verloop van personeel, al kunnen er
bij vervangingsvraag wel kwalitatief andere eisen worden
gesteld aan nieuw personeel. Uitbreidingsvraag is er
nauwelijks. Economische groei leidt met vertraging tot
extra banen, maar zorgt al eerder voor meer dynamiek op
de arbeidsmarkt. Meer mensen durven weer van baan te
veranderen. De mobiliteit van werk naar werk neemt
daardoor toe.
In eerste instantie verhogen ondernemers de bezettingsgraad en de arbeidsproductiviteit. Daar staat tegenover dat
het effect van labour hoarding goeddeels is uitgewerkt. In
het begin van de crisis werd personeel zo lang mogelijk in
dienst gehouden. Een deel van die mensen heeft later
alsnog zijn baan verloren en bedrijven werken nu met een
zo klein mogelijke bezetting. Hoe kleiner de overcapaciteit
aan personeel in 2014 is, hoe eerder werkgevers bij economisch herstel behoefte aan nieuwe mensen krijgen. Ook
Regio in beeld, arbeidsmarktschets Noordoost-Brabant
Transport
-5%
Q2
ontwikkeling vacatures
Q1
ICT
-10%
Overige
diensten
-15%
-20%
Zakelijke
diensten
-25%
Zorg/welzijn
-30%
Openbaar
bestuur
-35%
-40%
Horeca
Industrie
Detailhandel
Groothandel
Bouw
Landbouw
Financiële
diensten
-45%
ondervertegenwoordiging | oververtegenwoordiging
t.o.v. Nederland
t.o.v. Nederland
Bron: UWV
Vergelijking met afbeelding 1 van de werkgelegenheid laat
overeenkomsten en verschillen zien. Een overeenkomst
betreft het belang van de industrie. Ondanks krimp is deze
nog altijd relatief groot in omvang en sterk oververtegenwoordigd in de regio. Transport en onderwijs zijn daarentegen in de banen ondervertegenwoordigd, maar in de
vacatures juist oververtegenwoordigd. De bouw laat net
als bij de banen een forse krimp zien van het aantal vacatures.
4 Vacatures voor lager opgeleiden vooral in detailhandel, zakelijke diensten en industrie
In de vorige paragraaf hebben we gezien dat in de detailhandel, zakelijke diensten (incl. uitzendbureaus), zorg &
welzijn en industrie in Noordoost-Brabant de meeste
vacatures ontstaan. Afbeelding 5 toont het aantal nieuwe
vacatures per sector, onderverdeeld naar beroepsniveau:
laag (ongeschoold/vmbo), middelbaar (mbo/havo/vwo) en
hoog (hbo/wo). De grafiek geeft daarmee nader inzicht in
de kansen van werkzoekenden op werk naar beroepsniveau.
Onder de werkzoekenden met een grotere afstand tot de
arbeidsmarkt bevinden zich veel elementair en lager
opgeleiden. In Noordoost-Brabant is 40% van alle nieuwe
vacatures op laag niveau. De meeste nieuwe vacatures op
lager niveau komen voor in de detailhandel, gevolgd door
zakelijke diensten, industrie, transport en horeca. Veel van
deze vacatures zijn tijdelijk en/of deeltijdvacatures en
worden via uitzendbureaus door scholieren en studenten
ingevuld.
tekorten aan personeel op. Bekende voorbeelden hiervan
zijn de ICT en de techniek. Deze deelmarkten hebben al
langer te maken met schaarste. Om deze knelpunten op te
lossen gaat een groter deel van de werkgevers zich op
werving in het buitenland richten. Dit wordt nog sterker op
het moment dat de Nederlandse economie aantrekt.
Grootste vraag naar economisch-administratief en
verzorgend & dienstverlenend personeel
Afbeelding 6 geeft inzicht in het aantal nieuwe vacatures
naar beroepsniveau en beroepsklasse. In de meeste vacatures wordt gevraagd naar economisch-administratief
personeel (alle niveaus) en dienstverlenend & verzorgend
personeel (laag en middelbaar niveau). Daarnaast is er ook
een aanzienlijke behoefte aan technisch & industrieel
personeel (alle niveaus), transportpersoneel (laag niveau)
en informatica personeel (middelbaar en vooral ook hoger
niveau).
Afbeelding 6: Nieuwe vacatures per beroepsgroep naar
beroepsniveau
Noordoost-Brabant, 2012/2013
Afbeelding 5: Nieuwe vacatures per sector naar beroepsniveau
Noordoost-Brabant, 2012/2013
Economisch-administratieve beroepen
Verzorgende en dienstverlenende beroepen
Technische en industrieberoepen
Detailhandel
Transportberoepen
Zakelijke diensten
Zorg/welzijn
Informatica beroepen
Industrie
Medische en paramedische beroepen
Groothandel
Pedagogische beroepen
Onderwijs
Sociaal-culturele beroepen
Transport
Horeca
Agrarische beroepen
ICT
Openbare orde- en veiligheidsberoepen
Bouw
0
1.000
2.000
3.000
4.000
5.000
6.000
7.000
Financiële diensten
Overige diensten
laag
middelbaar
hoog
Landbouw
Bron: UWV
Openbaar bestuur
0
500
1.000
1.500
laag
2.000
2.500 3.000 3.500
middelbaar
4.000
4.500 5.000
hoog
Bron: UWV
Ruim een derde van de vacatures komt op middelbaar
niveau voor. Voor werkzoekenden met een middelbare
opleiding zijn er in deze regio vooral kansen in de detailhandel, zorg & welzijn, zakelijke diensten en industrie.
In deze regio komen verhoudingsgewijs evenveel nieuwe
vacatures (25%), voor hoger opgeleide werkzoekenden
voor als landelijk (25%). Vacatures voor deze werkzoekenden zijn vooral te vinden in de zakelijke diensten
(onder meer specialistische zakelijke dienstverlening),
onderwijs en zorg & welzijn.
Dat het aantal nieuwe vacatures ten gevolge van de crisis
terugloopt en de arbeidsmarkt ruim is, wil nog niet zeggen
dat er geen moeilijk in te vullen vacatures zijn. Binnen
bepaalde deelmarkten treden naast overschotten eveneens
Regio in beeld, arbeidsmarktschets Noordoost-Brabant
De kans op vast werk voor een werkzoekende, hangt niet
alleen af van de beschikbaarheid van vacatures. Ook
andere factoren spelen een rol, zoals de groeiende inzet
door werkgevers van flexwerkers en zzp’ers. De daling van
het aandeel vaste werknemers is een structurele verandering in de vraag naar personeel, die zich de komende jaren
verder voortzet.
Eén van de belangrijkste factoren, die van invloed is op de
kans op werk, is de aanwezigheid van concurrerend aanbod op de arbeidsmarkt. De aanbodzijde van de arbeidsmarkt wordt in het volgende hoofdstuk besproken.
5 Op termijn kansen
voor werkzoekenden
De economische recessie van de afgelopen jaren zorgt
voor minder werkgelegenheid, minder vacatures en meer
werkzoekenden in Noordoost-Brabant. De structuur en
opbouw van de regionale werkgelegenheid zorgt voor een
zeer ruime arbeidsmarkt met beperkte kansen voor werkzoekenden. Verwacht economisch herstel, vergrijzing,
beperkte instroom van schoolverlaters en mobiliteit bieden
werkzoekenden op termijn meer kansen op de arbeidsmarkt.
Geregistreerde werkzoekenden toegenomen
Het aantal niet-werkende werkzoekenden (nww), vanaf
hier geregistreerde werkzoekenden genoemd, in Noordoost-Brabant is het afgelopen jaar fors toegenomen. De
economische recessie heeft voor een toename van geregistreerde werkzoekenden met 28% gezorgd; lichtpuntje is
dat het minder dan het landelijke gemiddelde is van 35%.
Eind juni 2013 bedraagt het aantal geregistreerde werkzoekenden 19.118 personen.
tie leidt de aantrekkende economie tot een toename van
arbeidsproductiviteit, pas later tot meer banen. Afbeelding
8 laat het verwachte nww-percentage eind 2014 zien voor
de verschillende arbeidsmarktregio’s in Nederland.
Het aantal geregistreerde werkzoekenden kan, als gevolg
van verscherpte gemeentelijke controles op de registratieplicht van werkzoekenden met een bijstandsuitkering, nog
extra toenemen.
Afbeelding 8: Verwacht nww-percentage per regio
December 2014
8% of hoger
7% tot 8%
6% tot 7%
5% tot 6%
lager dan 5%
Afbeelding 7 toont per gemeente de stand van de geregistreerde werkzoekenden in procenten van de beroepsbevolking (nww-percentage). Eind juni 2013 ligt dit percentage in Noordoost-Brabant op 6,7%, tegen 8,1% in heel
Nederland. De gemeente met het hoogste aandeel geregistreerde werkzoekenden is Oss, dat met 8,7% boven het
regionaal (en landelijk) gemiddelde uitsteekt, gevolgd door
‘s-Hertogenbosch met 7,1%. Het laagste aandeel geregistreerde werkzoekenden kent de gemeente Sint Anthonis
met een een percentage onder de 5%.
Afbeelding 7: Nww-percentage per gemeente
Noordoost-Brabant, juni 2013
Bron: UWV
Nww-percentage
juni 2013
8% of meer
7% tot 8%
6% tot 7%
5% tot 6%
minder dan 5%
Oss
Grave
Maasdonk
Cuijk
Landerd
Het aantal WW-uitkeringen bevestigt het beeld van een
fors toenemend aantal geregistreerde werkzoekenden.
Eind juni 2013 waren er circa 14.300 WW-uitkeringen in
Noordoost-Brabant. Een jaar eerder waren dat er circa
11.100; een toename van 29%.
s Hertogenbosch
Sint-Michielsgestel
Haaren
Schijndel
Werkzoekenden steeds hoger gekwalificeerd
Mill en Sint Hubert
Bernheze
Vught
Uden
Sint Anthonis
Veghel
Boekel
Boxtel
Boxmeer
Sint-Oedenrode
Bron: UWV
Verdere toename geregistreerde werkzoekenden
Komende periode neemt het aantal geregistreerde werkzoekenden in Noordoost-Brabant naar verwachting verder
toe tot ruim 24.300 (8,5%) eind 2014. In heel Nederland
worden er dan 738.500 geregistreerde werkzoekenden
verwacht (9,3%). Het verwachte economisch herstel zorgt
pas na 2014 voor minder werkzoekenden. In eerste instan-
Regio in beeld, arbeidsmarktschets Noordoost-Brabant
De grote instroom van werkzoekenden in het afgelopen
jaar heeft geleid tot een geregistreerde werkzoekendengroep met gemiddeld een kleinere afstand tot de arbeidsmarkt; jonger, hoger opgeleid en korter werkzoekend.
Jongeren tot 27 jaar vormen nog steeds een klein deel
(11%) van alle geregistreerde werkzoekenden in Noordoost-Brabant. Opvallend is dat de groep van 23-27 jaar
behoorlijk is toegenomen, terwijl de groep tot 23 jaar het
afgelopen jaar in omvang is gedaald. De instroom aan
nieuwe werkzoekenden in het afgelopen jaar bestaat voor
ruim 23% uit jongeren tot 27 jaar. Jongeren beschikken
vaker over een flexibel contract en een kort arbeidsverleden, waarmee hun positie in economisch slechte tijden
kwetsbaar is.
Het aandeel hoog opgeleide werkzoekenden in NoordoostBrabant is wat hoger dan gemiddeld in Nederland. Het
6 aandeel middelbaar en hoog opgeleide geregistreerde
werkzoekenden steeg het afgelopen jaar tot 30% respectievelijk 20%. In Noordoost-Brabant zijn verhoudingsgewijs ongeveer evenveel vacatures beschikbaar voor hoger
opgeleiden. De vacatures voor hoger opgeleiden die er zijn
komen vooral voor in de zakelijke diensten (o.a. specialistische zakelijke dienstverlening), zorg & welzijn en onderwijs. Nog steeds heeft de helft van de geregistreerde
werkzoekenden (50%) echter geen startkwalificatie. Zij
komen vooral in aanmerking voor vacatures op elementair
en lager niveau, veelal in de detailhandel, gevolgd door
industrie, zakelijke diensten, groothandel, horeca en
transport (zie afbeeldingen 5 en 6). Het aandeel geregistreerde werkzoekenden dat korter dan een halfjaar werkzoekend is, nam het afgelopen jaar toe tot ongeveer 39%.
De oorzaak hiervan is de forse instroom van nieuwe werkzoekenden.
Op het moment dat de economie verbetert (naar verwachting in 2014), profiteren als eerste werkzoekenden met
een korte afstand tot de arbeidsmarkt. Voor werkzoekenden met een grote afstand tot de arbeidsmarkt blijft het in
eerste instantie nog moeilijk om werk te vinden.
Vooral werkzoekenden in industrie, administratie
en verzorging & dienstverlening
Afbeelding 9 geeft inzicht in het beroep en het beroepsniveau waarvoor werkzoekenden staan geregistreerd. In
Noordoost-Brabant zoeken de meeste geregistreerde
werkzoekenden werk in technische & industrieberoepen,
economisch-administratieve beroepen en in verzorgende &
dienstverlenende beroepen. Ruim driekwart staat voor een
van deze beroepen ingeschreven. Bij technische & industrieberoepen en verzorgende & dienstverlenende beroepen gaat het in veel gevallen om beroepen op laag niveau,
zoals productiemedewerkers, bouwvakkers, interieurverzorgers en winkelpersoneel, die veel voorkomen in de
sectoren industrie, groothandel, zakelijke diensten en
detailhandel. Geregistreerde werkzoekenden in economisch-administratieve beroepen zoeken vaker werk op
middelbaar niveau in beroepen als administratief of commercieel medewerker.
Afbeelding 9: Geregistreerde werkzoekenden naar beroepsgroep en beroepsniveau
Noordoost-Brabant, juni 2013
Technische en industrieberoepen
groep geregistreerde werkzoekenden in technische &
industrieberoepen op laag niveau (productiemedewerkers
en bouwvakkers) momenteel minder vacatures zijn. Voor
werkzoekenden in verzorgende & dienstverlenende beroepen, in lagere transportberoepen en in economischadministratieve beroepen is het vacatureaanbod momenteel gunstiger.
Uitstroom WW-gerechtigden: dynamiek aanwezig
Hoewel de economische recessie het vinden van werk
bemoeilijkt, blijft dynamiek op de arbeidsmarkt aanwezig.
Dit blijkt uit de reden voor het beëindigen van de WWuitkering. Afbeelding 10 geeft het verloop hiervan weer.
Afbeelding 10: Reden beëindiging WW-uitkering
Noordoost-Brabant, 2009-2013
70%
60%
50%
40%
30%
20%
10%
0%
jan-09
jan-10
Werk
jan-11
Bereik max WW
jan-12
jan-13
Overig
Bron: UWV
Gemiddeld over een jaar genomen eindigt de helft van de
WW-uitkeringen in Noordoost-Brabant met een werkhervatting. Dit onderstreept dat er nog steeds redelijke kansen zijn om vanuit de WW-uitkering werk te vinden. Ook in
de zeer ruime arbeidsmarkt ontstaan vacatures; vooral
door vervangingsvraag. Het aandeel werkhervatting als
reden voor het beëindigen van de WW-uitkering is in de
afgelopen jaren als gevolg van de economische recessie
echter wel afgenomen. In tijden van economisch herstel,
zoals in 2010, ligt het aandeel werkhervattingen als reden
voor het beëindigen van de WW-uitkering rond de 60%.
Ook het groeiend aandeel WW-uitkeringen dat eindigt met
het bereiken van de maximale duur, maakt de gevolgen
van de economische recessie zichtbaar.
Arbeidsmarkt in Noordoost-Brabant zeer ruim
Economisch-administratieve beroepen
De afname van het aantal vacatures en de toename van
het aantal geregistreerde werkzoekenden maakt de arbeidsmarkt in Noordoost-Brabant in het tweede kwartaal
2013 zeer ruim. Afbeelding 11 geeft voor de verschillende
beroepsgroepen van de economie in Noordoost-Brabant
een beeld van de spanning op de arbeidsmarkt; de verhouding tussen het aantal vacatures en het aantal kortdurend werkzoekenden.
Verzorgende en dienstverlenende beroepen
Transportberoepen
Sociaal-culturele beroepen
Pedagogische beroepen
Informatica beroepen
Medische en paramedische beroepen
Agrarische beroepen
Openbare orde- en veiligheidsberoepen
0
1000
2000
3000
laag
4000
5000
middelbaar
6000
7000
hoog
Bron: UWV
Afgezet tegen de nieuwe vacatures per beroepsgroep naar
beroepsniveau (afbeelding 6) valt op dat er voor de grote
Regio in beeld, arbeidsmarktschets Noordoost-Brabant
Uit de afbeelding blijkt dat in 2013 voor veel beroepsgroepen in Noordoost-Brabant de arbeidsmarkt zeer ruim is.
Voor informaticaberoepen is er sprake van een krappe
arbeidsmarktsituatie; voor de medische & paramedische
beroepen, de openbare orde- & veiligheidsberoepen en de
pedagogische beroepen is de arbeidsmarkt ruim. De mees-
7 te van deze beroepen zijn geschikt voor werkzoekenden
met een opleiding op middelbaar en hoog niveau. Deze
sectoren zijn in Noordoost-Brabant echter geen toonaangevende sector. Voor technische & industrieberoepen en
verzorgende & dienstverlenende beroepen geldt een zeer
ruime arbeidsmarkt. Dit zijn de beroepen die sterk vertegenwoordigd zijn in de detail- en groothandel, zakelijke
diensten, zorg & welzijn en de industrie; de kenmerkende
sectoren voor de werkgelegenheid van Noordoost-Brabant.
Een zeer ruime arbeidsmarkt beperkt de kansen voor
werkzoekenden op het vinden van werk.
Afbeelding 11: Spanning naar beroepsgroep
Noordoost-Brabant, 2e kwartaal 2013
Totaal
Informatica beroepen
Medische en paramedische beroepen
Openbare orde- en veiligheidsberoepen
Economisch-administratieve beroepen
Pedagogische beroepen
Verzorgende en dienstverlenende beroepen
Technische en industrieberoepen
Sociaal-culturele beroepen
Transportberoepen
Agrarische beroepen
0 zeer ruim 0,5ruim
Noordoost-Brabant
gemiddeld 1,5
krap
1
zeer
krap
2
2,5
Nederland
Bron: UWV
Een ruime arbeidsmarkt voor een beroepsgroep betekent
overigens niet dat er binnen die beroepsgroep geen functies zijn waarvoor werkgevers moeilijk geschikt personeel
kunnen vinden. Zo is er op dit moment een krappe arbeidsmarkt voor medische en informatica beroepen op
hoog niveau. Het gaat dan om artsen en systeemanalisten.
Voor juristen en therapeuten & verpleegkundigen en
programmeurs geldt een gemiddelde arbeidsmarkt. Het
aantal werkzoekenden dat voor deze beroepen staat
ingeschreven, is echter gering.
Afbeelding 12 geeft een beeld van de kansen van werkzoekenden op de arbeidsmarkt op dit moment en op middellange termijn.
„ De omvang van de bol geeft een beeld van het aantal
werkzoekenden in een bepaalde beroepsgroep.
„ De horizontale as geeft een indicatie van de kansen van
werkzoekenden op de huidige arbeidsmarkt. De as toont de
spanningsindicator. Links op de as is er sprake van een ruime arbeidsmarkt. Rechts op de as is de arbeidsmarkt krap.
„ De verticale as geeft een indicatie van de kansen van
werkzoekenden op middellange termijn. De as toont verwachte knelpunten in de personeelsvoorziening voor werkgevers in 2016 voor de verschillende beroepsgroepen
(ROA). Aan de bovenkant van de as is er sprake van grote
knelpunten voor werkgevers (en goede perspectieven voor
werkzoekenden); aan de onderkant van de as is sprake van
geringe knelpunten voor werkgevers (en minder goede perspectieven voor werkzoekenden).
Uit de afbeelding blijkt dat de arbeidsmarkt in NoordoostBrabant op dit moment alleen krap is voor informaticaberoepen. Ook voor een enkel medische beroep is de arbeidsmarkt momenteel krap. Voor krappe beroepen staat
momenteel slechts 1% van de werkzoekenden ingeschreven. Voor alle andere beroepen – en daarmee voor 99%
van de geregistreerde werkzoekenden – geldt een gemiddelde tot zeer ruime arbeidsmarkt.
Afbeelding 12: Kansen voor werkzoekenden
Noordoost-Brabant, 2013 en middellange termijn
Medische en
Paramedische
beroepen
Verzorgende en
dienstverlenende
beroepen
Technische en
industrieberoepen
Op termijn uitstroommogelijkheden
Door de economische situatie stagneert momenteel de
vraag naar nieuwe arbeidskrachten. Op het moment dat
het economisch herstel optreedt, nemen de uitstroommogelijkheden voor werkzoekenden toe. Demografische
ontwikkelingen, zoals vergrijzing en ontgroening, spelen
een grote rol op de arbeidsmarkt op middellange termijn.
Rekening houdend met onder andere de vergrijzing,
schoolkeuze en instroom van jongeren op de arbeidsmarkt,
schetst het Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt (ROA) de arbeidsmarktperspectieven tot 2016 per
beroepsgroep. Ook conjunctuurgevoeligheid, ontwikkelingen binnen de sector en uitwijkmogelijkheden spelen
hierbij een rol. Het ROA verwacht knelpunten in de personeelsvoorziening voor werkgevers – en daarmee goede tot
zeer goede perspectieven voor werkzoekenden in vooral
technische en zorgberoepen. Maar ook voor beroepen die
veelvuldig onder werkzoekenden in Noordoost-Brabant
voorkomen, zoals bouwvakkers, interieurverzorgers en
chauffeurs, zijn de arbeidsmarktperspectieven voor werkzoekenden goed. Van alle geregistreerde werkzoekenden in
Noordoost-Brabant is 40% op zoek naar een baan met
goede tot zeer goede toekomstige arbeidsmarktperspectieven.
Regio in beeld, arbeidsmarktschets Noordoost-Brabant
grote verwachte
knelpunten voor
werkgevers
Transport
beroepen
ruime
arbeidsmarkt
Pedagogische
beroepen
Agrarische
beroepen
Openbare orde- en
veiligheidsberoepen
Economischadministratieve
beroepen
krappe
arbeidsmarkt
Sociaal-culturele
beroepen
Informatica
beroepen
geringe verwachte
knelpunten voor
werkgevers
Bronnen: UWV, ROA
De toekomstige arbeidsmarktsituatie (2016) biedt meer
kansen voor werkzoekenden. De toekomstperspectieven
zijn zeer goed voor werkzoekenden in medische & paramedische beroepen, zoals verpleegkundigen, artsen en
doktersassistenten. Voor deze beroepen staan weinig
werkzoekenden in Noordoost-Brabant geregistreerd. Ook
voor verzorgende & dienstverlenende op middelbaar en
hoger niveau en technische & industrieberoepen zijn de
toekomstperspectieven goed. Een groot deel van de werkzoekenden staat ingeschreven voor een van deze beroepen. Het gaat hier dan om beroepen als weg- en waterbouwkundigen, monteurs, installateurs en verkopers.
8 Van alle werkzoekenden staat 40% ingeschreven voor een
beroep met goede toekomstperspectieven. Dit biedt kansen op het vinden van werk op middellange termijn. Geringe
toekomstperspectieven
bieden
economischadministratieve beroepen, zoals administratief en commercieel medewerkers en sociaal-culturele beroepen.
Wel moet worden opgemerkt dat in deze prognoses nog
niet volledig rekening is gehouden met de nieuwste kabinetsbezuinigingen en de laatste, verslechterde, economische prognoses van het CPB.
Vergrijzing vooral in zorg & welzijn, overheid,
onderwijs en vervoer & telecom
Vergrijzing speelt een belangrijke rol bij het ontstaan van
kansen voor werkzoekenden. De mate van vergrijzing
verschilt per sector. Afbeelding 13 geeft het aantal en het
aandeel 55-plussers per sector weer. In Noordoost-Brabant
zijn vooral overheid en onderwijs sterk vergrijsd. In de
industrie en in zorg & welzijn is de verhouding tussen het
aantal jongeren en ouderen wat gunstiger. De omvang van
deze sectoren zorgt er echter voor dat ook hier binnen
afzienbare tijd grote aantallen werknemers de arbeidsmarkt verlaten. In de handel & reparatie en horeca &
catering speelt de vergrijzing minder een rol.
Afbeelding 13: Vergrijzing per sector
Noordoost-Brabant, 2012
Landbouw, bosbouw en visserij
Overige dienstverlening
Financiele instellingen
Horeca en catering
Bouwnijverheid
Vervoer en telecom
economische groei mogelijk van 0,5%. Versterkt door het
geringe aantal schoolverlaters van technische opleidingen,
leidt het aantrekken van de economie in deze sectoren tot
een sterk groeiend aantal vacatures voor technisch personeel.
De sector die het meest te maken krijgt met de gevolgen
van de vergrijzing is zorg & welzijn. Niet alleen verlaten de
komende jaren in Noordoost-Brabant ongeveer 8.300 5565 jarigen deze sector, ook is er sprake van een toenemende zorgvraag als gevolg van de vergrijzing. Door
bezuinigingsmaatregelen staat de werkgelegenheid in deze
sector echter onder druk in vooral de ouderenzorg, thuiszorg, jeugdhulpverlening en kinderopvang. In vergelijking
met voorgaande jaren kan de werkgelegenheid dan ook
veel minder groeien dan voorheen.
Overbruggen van afstand
De economische recessie van de afgelopen jaren heeft
gezorgd voor een zeer ruime arbeidsmarkt in NoordoostBrabant. Toch zorgt vervangingsvraag nog steeds voor
dynamiek, zodat de helft van de WW-uitkeringen eindigt
met een werkhervatting. Vooral voor werkzoekenden met
een economisch-administratief, dienstverlenende & verzorgend, technische en transportberoep in detail- en groothandel, zakelijke diensten, zorg & welzijn en industrie zijn
nog vacatures beschikbaar. Dit is veel minder het geval
voor werkzoekenden in lage, industriële, beroepen, zoals
productiemedewerker of magazijnmedewerker: de grootste
groep werkzoekenden in Noordoost-Brabant. De nieuwe
instroom van middelbaar en hoger opgeleide werkzoekenden heeft gemiddeld een kleinere afstand tot de arbeidsmarkt. Dit maakt hen beter bemiddelbaar.
Handel en reparatie
Onderwijs
Overheid
Zakelijke dienstverlening
Industrie
Zorg en welzijn
0
niet vergrijsd
2000
gemiddeld
4000
6000
vergrijsd
8000
10000
sterk vergrijsd
Bron: UWV
In totaal verlaten de komende tien jaar in NoordoostBrabant bijna 38.000 mensen de arbeidsmarkt als gevolg
van het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd. In
de meest vergrijsde sectoren betekent dit dat een kwart
van de werknemers met pensioen gaat. Hoewel niet alle
personeel dat met pensioen gaat vervangen wordt, kan
vergrijzing in Noordoost-Brabant voor een aanzienlijke
vervangingsvraag zorgen.
In Noordoost-Brabant zijn de sectoren overheid en onderwijs het meest vergrijsd. Deze sectoren krijgen de komende jaren te maken met bezuinigingen. Dit remt de werkgelegenheid. Het gevolg is dat instellingen in deze sectoren
niet alle personeel vervangen dat met pensioen gaat. Op
de werkgelegenheid in het onderwijs hebben ook de afnemende leerlingenaantallen een remmende werking.
In de bouw, vervoer & telecom en industrie bepaalt de
conjuncturele ontwikkeling het moment waarop en de
mate waarin de gevolgen van vergrijzing zichtbaar worden
in een toename van vacatures. Het CPB verwacht voor dit
jaar nog een krimp van de economie. Het herstel zet zich
volgens het CPB eind 2013 in. In 2014 is dan een lichte
Regio in beeld, arbeidsmarktschets Noordoost-Brabant
Het verwachte economisch herstel leidt in eerste instantie
niet tot meer banen. Met een nauwelijks dalende beroepsbevolking in Noordoost-Brabant, zorgt het economisch
herstel de komende jaren evenmin tot een afname van het
aantal werkzoekenden. Wel neemt het aantal vacatures in
2014 toe; vooral voor een uitzendbaan in de zakelijke
diensten, distributie en de exportgerelateerde industrie. De
groeiende groep werkzoekenden met kleinere afstand tot
de arbeidsmarkt profiteert als eerste van de toename aan
vacatures. Vergrijzing en ontgroening zorgen op middellange termijn voor een verder toename van uitstroommogelijkheden naar vooral technische en dienstverlenende
beroepen. Ook in verzorgende en pedagogische beroepen
ontstaan dan kansen.
In hoeverre werkzoekenden de kansen op werk - nu en op
middellange termijn - kunnen verzilveren, hangt mede af
van de mogelijkheid en de bereidheid om te bewegen in de
richting van beroepen, sectoren en regio’s waar kansen
liggen. Ook het verkleinen van de kwalitatieve mismatch is
een voorwaarde voor het vinden van werk. Vooral veel
werkzoekenden die staan ingeschreven voor technische en
medische beroepen beschikken niet over de juiste diploma’s om in aanmerking te komen voor de beschikbare
vacatures. Het overbruggen van de afstand tussen de
gevraagde en de genoten opleiding is dan ook een van de
grootste uitdagingen in de huidige arbeidsmarkt. In het
afsluitende hoofdstuk staan deze en andere uitdagingen
voor de arbeidsmarkt van de toekomst centraal.
9 Uitdagingen voor de
arbeidsmarkt van de
toekomst
Uitgangssituatie
Op dit moment zorgt het conjunctuurgevoelige karakter
van de regionale werkgelegenheid voor een zeer ruime
arbeidsmarkt voor de werkgevers, met beperkte kansen
voor werkzoekenden. De verwachting van economisch
herstel, vergrijzing, mobiliteit en de beperkte instroom van
schoolverlaters, bieden de werkzoekenden op termijn meer
kansen op de arbeidsmarkt.
Bestaande mogelijkheden
Ondanks een zeer ruime arbeidsmarkt zijn nog wel degelijk
mogelijkheden aanwezig om een baan te vinden. De
vervangingsvraag zorgt nog steeds voor dynamiek, zodat
de helft van de WW-uitkeringen eindigt met een werkhervatting. In Noordoost-Brabant is de ambitie om op een
aantal speerpuntsectoren, techniek, zorg, service en food
en feed versterkt in te zetten. Ook dit verstrekt de behoefte aan, gekwalificeerd, personeel.
Anticiperen op herstel
Naast een zekere ‘sturing’ van de instroom naar de opleidingen die kunnen voorzien in de toekomstige behoefte, is
het noodzakelijk om de bestaande arbeidsreserve op te
scholen in de gewenste richting en naar het vereiste
niveau. Hiervoor is intensieve samenwerking nodig tussen
de diverse partijen op de arbeidsmarkt. Daarnaast is
inzicht nodig in het bestaande aanbod van werkzoekenden.
Samenwerking op 20 beleidsterreinen
In Noordoost-Brabant werken de gemeenten samen op een
20-tal beleidsterreinen zoals onder andere economie en
arbeidsmarkt. Binnen het onderdeel arbeidsmarkt bestaan
een regionale organisatiestructuur en een inhoudelijke
agenda. Bij de organisatiestructuur spelen sectorgroepen
per speerpuntsector een essentiële rol. Deze sectorgroepen
bestaan uit vertegenwoordigers van overheid, onderwijs en
bedrijfsleven, waarbij de laatste een trekkende rol heeft.
Regio in beeld, arbeidsmarktschets Noordoost-Brabant
Met dit beleid sluit Noordoost- Brabant aan bij de ambities
van Rijk, provincie en Europa, waarbij versterking van de
concurrentiekracht van speerpuntsectoren centraal staat.
Om de doelstellingen en ambities te kunnen realiseren
wordt ook de werkgeversbenadering gecoördineerd. Deze
bestaat uit een regionaal WerkgeversServicepunt Noordoost-Brabant met twee subregio’s, te weten Oost- Brabant
en De Meijerij. De werkgeversbenadering in de regio
Noordoost-Brabant hanteert de volgende tien uitgangspunten.
1. Eén vaste accountmanager voor werkgevers in de
regio.
2. Vraaggerichte insteek van bedrijfscontacten en bezoeken op het gebied van de aangeboden HRM- dienstverlening.
3. Een brede HRM-dienstverlening, welke globaal omvat:
− instroom van personeel;
− doorstroom van personeel;
− uitstroom van personeel;
− subsidiemogelijkheden op het gebied van personeel;
− arbeidsmarktontwikkelingen sector en regio.
4. Benadering van werkgevers vanuit één identiteit en
met goede ingang en bereikbaarheid voor werkgevers.
5. Professionele dienstverlening.
6. Registratie door accountmanagers van bedrijfscontacten, gemaakte afspraken en geleverde diensten in één
webbased toegankelijk registratiesysteem’.
7. Raadpleging van dit systeem door alle medewerkers
van de samenwerkende partners voorafgaand aan bedrijfsbezoek.
8. Gezamenlijke verantwoordelijkheid van samenwerkingspartners, UWV, gemeenten en onderwijsinstellingen voor de HRM dienstverlening.
9. Sectorgewijze aanpak met onder andere bedrijfsadviseurs per sectorspecialiteit en integrale sectorale aanpak op middellange termijn met samenwerkingspartners voor tekortsectoren.
10. Eén werkgeversteam met bedrijfsadviseurs / accountmanagers en specialisten.
De partners zetten hier vanaf 2012 gezamenlijk op in door
jongeren, arbeidsgehandicapten, werkzoekenden te plaatsen. Bedrijven zijn op dit moment voorzichtig met het
aannemen van personeel en maken veelvuldig gebruik van
flexibele of uitzendovereenkomsten. Samenwerking tussen
gemeenten, UWV, flexorganisaties en SW-bedrijven is dan
ook voor de hand liggend om de krachten te bundelen. In
samenwerking tussen de gemeenten en het UWV wordt
gewerkt aan een optimalisering van de registratie van
werkzoekenden. Hiernaast wordt samengewerkt in een
aantal (geen volledige opsomming) projecten:
−
ontsluiting werkzoekendenbestand;
−
screening cv’s en verbetering kwaliteit en vindbaarheid
van cv’s;
−
uitplaatsen van kandidaten;
−
kennisdeling partijen voor betere ontsluiting van het
werkzoekendenbestand;
−
plan van aanpak jeugdwerkloosheid NoordoostBrabant.
10 Begrippenlijst
Aanbodzijde arbeidsmarkt
Alle personen gerekend (werkend of werkloos) die zich daadwerkelijk aanbieden op de arbeidsmarkt.
Arbeidsmarktregio
De arbeidsmarktregio’s (35) voor het arbeidsmarktbeleid die vanaf 1 januari 2013 door gemeenten en UWV worden
gehanteerd.
Arbeidsplaatsen
De plaats die in verband met het verrichten van arbeid wordt gebruikt. Een arbeidsplaats kan bezet of onbezet zijn.
Arbeidsproductiviteit
De productie van een werknemer per vastgestelde tijdseenheid.
Banen van werknemers
Werknemers zijn personen die arbeid verrichten tegen loon of salaris. Alle banen tellen mee, ongeacht arbeidsduur
Beroepsbevolking
Personen die minstens twaalf uur per week (willen) werken, of actief op zoek zijn naar werk voor 12 uur. Als leeftijdscriterium geldt 15-64 jaar.
Geregistreerde werkzoekenden
Personen die bij UWV als werkzoekende staan ingeschreven en die niet of minder dan 12 uur werken. Ook bekent als de
niet-werkende werkzoekenden (nww).
Labour hoarding
Het in dienst houden van personeel zonder dat er voldoende werk is.
Nieuwe vacatures
Alle vacatures die in een kalenderjaar ontstaan.
NWW-percentage
De omvang van het aantal geregistreerde werkzoekenden uitgedrukt als percentage van de beroepsbevolking.
Spanningsindicator
Geeft de verhouding tussen het aantal openstaande vacatures en het aantal direct inzetbare werkzoekenden korter dan
zes maanden ingeschreven.
Startkwalificatie
Een startkwalificatie wordt behaald met het succesvol afronden van het havo of het vwo, of met het behalen van een
diploma van een mbo-opleiding op niveau 2.
Vraagzijde arbeidsmarkt
Banen van werknemers (bezette arbeidsplaatsen) plus vacatures (onbezette arbeidsplaatsen).
Vacature
Een arbeidsplaats waarvoor, binnen of buiten een arbeidsorganisatie, personeel wordt gezocht dat onmiddellijk of zo
spoedig mogelijk geplaatst kan worden.
Vervangingsvraag
Het aantal vacatures dat vervuld moet worden om na vertrek van werknemers het aantal banen van werknemers op het
oorspronkelijke peil te houden.
ZZP
Zelfstandige zonder personeel. De belastingdienst heeft daarvoor een verklaring arbeidsrelatie (VAR) opgesteld.
Regio in beeld, arbeidsmarktschets Noordoost-Brabant
11 Bronnen
Conjunctuurenquête Nederland, provincie Noord-Brabant, tweede kwartaal 2013.
CPB Concept Macro Economische Verkenning, 14-08-2013.
CPB Policy Brief Juniraming 2013: Economische vooruitzichten 2013 en 2014, juni 2013.
ING Economisch Bureau, Groeiende tweedeling in de detailhandel, januari 2013.
ROA De arbeidsmarkt naar opleiding en beroep tot 2016, december 2011.
RWI Sectorschets arbeidsmarktinformatie, procesindustrie, voedings- en genotsmiddelenindustrie, december 2011.
RWI Sectorschets arbeidsmarktinformatie, zakelijke dienstverlening, december 2011.
UWV Arbeidsmarktprognose 2013-2014, juni 2013.
UWV Sectorbeschrijving De Metalelektro en Metaalnijverheid, januari 2013.
UWV Sectorbeschrijving De Zorg, januari 2013.
UWV Sectorbeschrijving Welzijn, Jeugdzorg en Kinderopvang, september 2013.
Regio in beeld, arbeidsmarktschets Noordoost-Brabant
12 Colofon
Regio in beeld, oktober 2013
De arbeidsmarktschets is een jaarlijkse uitgave van UWV.
Redactieadres
UWV WERKbedrijf, afdeling Arbeidsmarktinformatie en -advies
Postbus 58285
1040 HG Amsterdam
[email protected]
Auteurs
Nicole van der Goorbergh, Suzanne IJzerman en Willem van der Velde
Eindredactie
Annelies van den Brink en Roelof van der Velde
Regio samenstelling
De arbeidsmarktregio Noordoost-Brabant is het werkgebied van de Werkpleinen Entreon (’s-Hertogenbosch), Frisselstein
(Veghel) en Maasland (Oss).
De gemeenten Bernheze, Boekel, Boxmeer, Boxtel, Cuijk, Grave, Haaren, Landerd, Maasdonk, Mill en Sint Hubert, Oss,
’s-Hertogenbosch, Schijndel, Sint Anthonis, Sint-Michielsgestel, Sint-Oedenrode, Uden, Veghel en Vught maken deel uit
van deze arbeidsmarktregio.
Disclaimer
Meer informatie is te vinden op www.werk.nl/arbeidsmarktinformatie
Alles uit deze uitgave mag worden overgenomen, echter uitsluitend met bronvermelding.
Aan deze uitgave kunnen geen rechten worden ontleend.
UWV © 2013
Download