Paragraaf 1-3 antwoorden criminaliteit

advertisement
1 Wat is criminaliteit?
Vragen blz. 152
1. Veel mensen hebben ermee te maken: veel mensen zijn slachtoffer van criminaliteit.
Vooral van zaken als diefstal en vernieling.
Er wordt verschillend gedacht over de oplossingen: sommigen zien meer in het voorkomen
van criminaliteit, anderen denken juist dat alleen zwaardere straffen zullen helpen.
De media berichten vaak over criminaliteit: kranten en tv besteden veel aandacht aan
sensationele criminaliteit zoals moorden, liquidaties en ramkraken.
Op internet verschijnen ook steeds meer filmpjes van winkeliers die opnames van
winkeldieven laten zien in de hoop dat iemand de dieven herkent.
Criminaliteit is in de politiek vaak aan de orde.
Op plaatselijk niveau, bijvoorbeeld over het plaatsen van camera’s en op landelijk niveau
over samenwerking met andere landen om criminele bendes op te rollen.
2.
MISDRIJVEN, omdat het om ernstige strafbare feiten gaat, zoals een vechtpartij en diefstal.
3.
-
4.
5.
6.
Bij misdrijven word je door de politie verhoord en komt er meestal een rechtszaak. Bij een
overtreding krijg je alleen een boete of slechts een vermaning.
Op misdrijven staan strengere straffen, bij een overtreding krijg je hooguit een bekeuring.
Bij misdrijven krijg je een strafblad, bij een overtreding niet.
Eigen uitwerking leerling.
Voorbeeldantwoord:
WEL crimineel, omdat: ze heeft gestolen en dat is een misdrijf.
a.
* b.
In Maleisië krijg je straf als je een heilige plek niet respecteert. In Nederland is dat niet zo.
Eigen uitwerking leerling.
Voorbeeldantwoord:
In Nederland zijn de straffen voor het dealen in drugs laag. In een land als Indonesië
kun je er de doodstraf voor krijgen.
In Nederland is homoseksualiteit toegestaan. In veel Afrikaanse landen staat er echter
een zware straf op. In Nigeria zelfs de doodstraf.
Eigen uitwerking leerling.
Voorbeeldantwoord:
Bijvoorbeeld het verbod op majesteitsschennis: je mag de koning niet beledigen. Dat past niet
meer in onze democratie met vrijheid van meningsuiting.
* 7.
a.
b.
8
Materieel gevolg: er worden spullen gestolen.
En misschien ook wel spullen vernield, bijvoorbeeld de kassa.
Niet-materieel gevolg: je bent een tijdlang angstig en gespannen.
Eigen uitwerking leerling.
Voorbeelden van argumenten:
Materiële schade is erger, want het kan om veel geld gaan.
Niet-materiële schade is erger, want mensen kunnen heel lang psychisch last hebben van
een overval.
Zelfs zo erg en lang dat zij professionele hulp van een psycholoog nodig hebben.
Juist of onjuist? blz. 153
Het doel van de opdracht is om de leerlingen duidelijk te maken wat wel en niet onder crimineel
gedrag valt.
Stelling
1. “Asociaal gedrag is ook altijd crimineel
gedrag.”
2. “Crimineel gedrag is ook altijd asociaal
gedrag.”
3. “Als je iets strafbaars doet, ben je
crimineel.”
9
Juist / onjuist
onjuist
Uitleg
De wet verbiedt asociaal gedrag niet.
juist
Want bij strafbaar gedrag wordt er geen rekening
gehouden met anderen.
Alleen als het om misdrijven gaat.
Overtredingen vallen niet onder de definitie van
criminaliteit.
onjuist
Misdrijf of overtreding? blz. 153
A
B
M
of
Situatie
O
1. Je rijdt 50 km per uur op een opgevoerde brommer. O
2. Je veroorzaakt een zwaar ongeval omdat je geen
M
voorrang gaf.
3. Je rijdt 85 km per uur met je brommer.
O
4. Je rijdt dronken op je brommer en veroorzaakt een M
ongeluk.
Situatie
5. Je rijdt op je 15e op een brommer
6. Je rijdt dronken op een brommer.
M
of
O
O
M
7. Je telefoneert terwijl je op een brommer rijdt.
8. Je hebt een gestolen brommer gekocht.
O
M
Marcella had een boete van 920 euro kunnen krijgen.
Berekening:
Bestuurder brommer jonger dan 16 jaar: 240 euro.
Rijden zonder verzekering: 360 euro.
Bellen tijdens het rijden: 160 euro.
Door rood licht rijden: 160 euro.
De genoemde boetebedragen gelden van 1 januari 2016 tot 31 december 2016. Op
Prinsjesdag 2016 worden de boetebedragen voor het jaar 2017 bekendgemaakt.
10
In het nieuws: Moeder vondeling strafbaar blz. 154
A
B
11
Een kind te vondeling leggen is een MISDRIJF.
Eigen uitwerking leerling.
Volgens de wet geldt het verbod op het te vondeling leggen voor kinderen tot zeven jaar. In
de praktijk gaat het vrijwel altijd om pasgeboren kinderen. Per jaar zijn het een of twee
kinderen. Het is strafbaar om twee redenen: je mag een kind niet in hulpeloze toestand
achterlaten en een kind heeft het recht te weten wie zijn moeder is.
De mensen achter de vondelingenkamer vinden het recht op leven van een kind belangrijker
dan het recht te weten wie de moeder is.
Krantenkop blz. 154
Veel werkgevers willen geen werknemers met een strafblad.
Dit geldt vooral voor een baan bij de gemeente of bij het Rijk.
Voor sommige beroepen wordt tijdens de sollicitatie gevraagd naar een verklaring omtrent het
gedrag (VOG). De gemeente geeft deze verklaring niet af als de sollicitant een strafblad heeft
met dingen die bezwaarlijk zijn voor de nieuwe baan. Denk aan een veroordeelde pedofiel die
kleuterleider wil worden of een taxichauffeur die veroordeeld is vanwege dronken rijden.
Opmerking: de Nederlandse zanger Mr. Probz (bekend van de hits Nothing Really Matters en
Waves) heeft uiteindelijk toch een werkvisum gekregen om op te gaan treden in de VS.
12
Wel of geen straf? blz. 154
A
B
* C.
TIJDGEBONDEN begrip, want tot voor kort bestonden er nog helemaal geen drones en was
dus ook niet duidelijk wat strafbaar zou moeten zijn.
Het vliegen met drones is strafbaar:
bij vliegvelden;
boven groepen mensen.
Nee, want je kunt alleen straf krijgen als je een bestaande regel overtreedt.
Maar wel heeft Justitie een andere mogelijkheid om te straffen. Namelijk voor de al
bestaande regel van roekeloos gedrag als iemand met zijn drone andere mensen in gevaar
brengt. En uiteraard moet de eigenaar van de drone wel de schade vergoeden.
2 Waarom worden mensen crimineel?
Vragen blz. 155
1. Een slechte opvoeding.
Dan is je niet geleerd wat goed of slecht is.
Biologische factoren.
2.
Risicofactoren bij Holleeder:
Een slechte opvoeding: zijn vader gebruikte geweld tegen hem.
Alcohol of drugs: vriendjes die drugs gebruikten.
* 3.
Eigen uitwerking leerling.
Voorbeeldantwoord:
Door meer sociale controle wordt de pakkans groter.
Als mensen meteen de politie bellen als er iets gebeurt, worden de daders gemakkelijker
gevonden. Denk bijvoorbeeld ook aan Burgernet (waarbij de politie mensen vraagt uit te kijken
naar een winkeldief) of aan buurtpreventie via WhatsApp (waarbij mensen verdachte zaken die
ze in hun straat zien, melden in een groepsapp. In veel gemeenten zit de wijkagent ook in de
groepsapp).
* 4.
a.
b.
Eigen uitwerking leerling.
Voorbeeldantwoorden:
Jongeren zoeken spanning en avontuur, experimenteren met alcohol en drugs en zijn
gevoelig voor groepsdruk.
Eigen uitwerking leerling.
Voorbeeldantwoord:
Meisjes worden vaak opgevoed om mooi en lief te zijn, jongens moeten stoer en sterk zijn.
Dit is een verschil in socialisatie. Bij jongens wordt agressie vaak zelfs aangemoedigd. Denk
maar aan sport of ‘je mannetje staan’ bij ruzies. Bij meisjes wordt agressie bijna altijd
afgekeurd. Die horen vooral lief en aardig te zijn. Voorbeeld: vrouwenboksen was in veel
landen lang verboden. In Nederland mogen vrouwen pas sinds 1989 officieel boksen en
vrouwenboksen werd pas in 2012 een olympische sport.
* 5.
Bij illegaal downloaden horen de volgende begrippen:
Minder strenge normen.
Haiko weet dat de dvd illegaal is gedownload, maar vindt dat geen probleem.
Groepsdruk.
Je gaat je tegen een vriend niet als een braaf jongetje gedragen.
Minder sociale controle.
Niemand zegt er iets van als je iets illegaal download.
Lage pakkans.
Niemand komt erachter.
* 6.
Eigen uitwerking leerling.
Voorbeeldantwoord:
Jongeren die in een grote stad wonen, een slechte opvoeding hebben gekregen, met foute
vrienden omgaan, veel blowen en op school hun best niet doen.
Uitleg: dat zijn risicofactoren en maatschappelijke omstandigheden die vaak samenkomen bij
jongeren die een beetje ‘dwars’ zijn en rottigheid uithalen.
7. a.
* b.
8
Eigen uitwerking leerling.
Laat de klas wat spullen noemen. Vinden de leerlingen de omvang van diefstal
aanvaardbaar of menen zij dat er extra maatregelen nodig zijn?
Als leraren surveilleren is er sociale controle. Ze houden dan toezicht op de leerlingen.
Risicofactoren blz. 156
Situatie
1. Een groep jongens met een paar biertjes op daagt een aantal voorbijgangers uit om te
gaan vechten.
2. Meike wordt overgehaald door vriendinnen om bij de HEMA lippenstift te stelen.
3. Iktar heeft geblowd en besluit de banden lek te steken van de auto van de buurman
die altijd zeurt over het lawaai van zijn scooter.
4. Yuri heeft een hekel aan school en tijdens het spijbelen bedenkt hij samen met een
vriend een overval op een avondwinkel.
5. Madelon heeft vaak ruzie met haar ouders. Haar ouders weten vaak niet waar ze is.
6. Gitte heeft medicijnen om haar agressie te onderdrukken. Bij een vechtpartijtje slaat
ze een ander meisje een blauw oog.
9
groepsdruk
drugs
groepsdruk, spijbelen
slechte opvoeding
biologische factoren
In het nieuws: Bandenprikker opgepakt blz. 156
A
B
C
10
Risicofactoren
groepsdruk en alcohol
Biologische factoren: de jongen had al langer psychische problemen.
Voorbeelden uit het bericht van niet-materiële schade:
Veel mensen zijn boos en roepen dat ze hem willen ophangen.
Ik weet ook niet wat hem bezielde.
De bandenprikker zorgde voor heftige emoties: de eigenaars van auto’s zijn boos of ze zijn
bang dat zij het volgende slachtoffer zullen zijn; de moeder begrijpt niet wat haar zoon
bezielt.
De moeder heeft er waarschijnlijk ook slapeloze nachten van dat veel mensen in de buurt
boos op hem zijn.
Eigen uitwerking leerling.
Met welke straffen komen de leerlingen? Vooral celstraffen of ook taakstraffen?
De bandenprikker zat enige weken in voorarrest en werd in mei 2016 onder voorwaarden
vrijgelaten in afwachting van de rechtszaak. Zo moest hij een enkelband dragen. In juli 2016
werd hij opnieuw gearresteerd, nu omdat hij een andere man zou hebben aangezet om
banden lek te prikken.
Vechtpartijen en vandalisme blz. 157
A
B
Voorbeelden van risicofactoren in de tekst:
Een slechte opvoeding: weinig respect voor de politie bijgebracht.
Groepsdruk: haantjesgedrag.
Gebruik van alcohol en drugs.
De stijging kan ook komen doordat er meer en strenger wordt gecontroleerd.
Dat gebeurt vooral met de camera’s die in veel uitgaanscentra hangen. Op het bureau
houden mensen zo het hele centrum in de gaten en zij melden het direct aan de agenten op
straat als er sprake is van geweld of een vechtpartij.
11
Crimineel gedrag blz. 157
A
*B
*C
1:
2:
alcohol
een slechte opvoeding
De vader brengt de jongens op het idee.
Minder strenge normen: veel mensen zien het trucje niet als iets wat asociaal of crimineel is.
Eigen uitwerking leerling.
Voorbeeldantwoorden:
Fietsendiefstal: dat kan biologische factoren hebben (kleptomanie of drang tot stelen) en er
is vaak een kleine pakkans.
Voetbalvandalisme: dat kan biologische factoren hebben (aanval van onbeheerste
agressie) en omdat het vaak om groepen tegen elkaar gaat is de pakkans vaak klein.
Ons beeld van criminaliteit
12
Hoe ziet een crimineel eruit? blz. 158
A
B
C
13
Cartoon blz. 158
A
B
14
Eigen uitwerking leerling.
Eigen uitwerking leerling.
Vrijwel zeker zijn het allemaal gespierde mannen met tatoeages en gouden kettingen.
Heeft er iemand een keurig mannetje met colbert en stropdas getekend of een vrouw?
Eigen uitwerking leerling.
Een vooroordeel over het uiterlijk van criminelen is dat ze er woest uitzien, als een Hell’s
Angel.
Eigen uitwerking leerling.
Voorbeeldantwoord:
De tekening gaat over: een bejaarde man die zich zo onveilig voelt dat hij denkt dat iedereen
die aanbelt een inbreker is.
Eigen uitwerking leerling.
Voorbeeldantwoord:
De tekenaar wil zeggen dat: ondanks het feit dat mensen heel goed beveiligd zijn (kijk maar
naar alle sloten op de deur) het gevoel van onveiligheid vaak groot is.
Invloed van de media blz. 158
A
B
Inge moet weten dat berichten over criminaliteit vaak meningen en/of vooroordelen bevatten.
Ook kan ze besluiten niet te kijken naar die programma’s op tv.
Eigen uitwerking leerling.
Voorbeeldantwoord:
Door de media-aandacht besteedt de politiek meer aandacht en geld aan de bestrijding van
criminaliteit en letten mensen beter op.
Denk aan alle aandacht voor phishingmails. Mensen weten nu dat ze via de mail of telefoon
nooit pincodes moeten doorgeven.
3 De wetenschap over criminaliteit
Opmerking: het hele hoofdstuk is t-stof.
Vragen blz. 158
* 1. Als je weet hoe crimineel gedrag ontstaat, kun je het beter aanpakken.
* 2.
Eigen uitwerking leerling.
Voorbeeldantwoord:
Freud zegt dat crimineel gedrag komt door psychische stoornissen. Daardoor kunnen sommige
mensen hun driften niet beheersen en worden ze eerder crimineel.
De remmende werking van het geweten werkt dan niet meer. In het Nederlands spreekt men bij
zeer agressieve misdadigers van ‘gewetenloze schurken’.
* 3.
Zij zijn dan bang een belangrijke binding (hun vriendin) te verliezen en stoppen daarom met hun
criminele gedrag.
* 4.
Met de aangeleerd-gedragtheorie. De zoon neemt de normen en het gedrag van zijn vader over.
* 5.
De uitspraak “Eens een dief, altijd een dief” past bij de ETIKETTERINGSTHEORIE, want als je
één keer de fout in bent gegaan verwachten mensen dat je dat voortaan vaker of altijd zal doen.
Het is voor veel mensen moeilijk om het beeld dat zij hebben van iemand, bij te stellen.
* 6.
Met de gelegenheidstheorie, want deze actie levert Finn een extra sinaasappel op terwijl de
pakkans klein is. De marktkoopman maakt het Finn wel erg makkelijk om te stelen.
* 7.
Eigen uitwerking leerling.
Bij de discussie of crimineel gedrag aangeleerd of aangeboren is, overheerst steeds meer het
beeld dat er sprake is van beide factoren. Er is een aangeboren aanleg tot fout gedrag, dat
versterkt wordt door aangeleerd crimineel gedrag dat overgenomen is van familie en vrienden.
*8
Welke theorie? blz. 160
Aangeleerd-gedragtheorie: Peter R. de Vries had ‘foute vrienden’ met wie hij rottigheid
uithaalde.
Bindingstheorie: door de band met zijn ouders bleef Peter R. de Vries uiteindelijk op het rechte
pad.
De ouders waren tevens bang dat het gedrag van Peter R. de Vries gevolgen zou hebben voor
hún bindingen (“Wat moeten anderen er wel niet van denken?”).
*9
Ontbrekende woorden blz. 160
1.
2.
3.
4.
5.
Volgens de aangeleerd-gedragtheorie worden jongeren vaker crimineel als ze foute
vrienden hebben.
Volgens de bindingstheorie voorkomen onze bindingen dat we crimineel worden.
Als je geweten niet goed ontwikkeld is, is de kans groter dat je later crimineel wordt.
De ex-crimineel blijft zich crimineel gedragen als hij door zijn omgeving steeds het etiket
crimineel opgeplakt krijgt / anders wordt behandeld.
Volgens Freud hebben mensen twee oerdriften: seks en agressie.
6.
Veel onderzoekers denken dat crimineel gedrag een gevolg is van een optelsom van
factoren.
* 10
In het nieuws: Opgepakt voor ‘neutbon’ blz. 160
A
B
C
Bij het bericht past het best de gelegenheidstheorie. Het is heel eenvoudig om de bonnen te
scannen en te drukken, de kans dat hij gepakt werd was klein en de opbrengst was heel
hoog.
Een misdrijf.
Situatie juli 2016: het OM vervolgt twee jongeren die betrokken waren bij het vervalsen van
de bonnen. Er is nog geen uitspraak. Bij een van hen werden thuis 7.800 valse bonnen
gevonden. Een onbekend aantal was al in omloop gebracht. Twee andere jongeren kregen
een werkstraf, een derde verdachte werd niet vervolgd.
Eigen uitwerking leerling.
Voorbeeldantwoord:
JA, want ze wisten (of konden weten) dat de bonnen vals waren.
De valse bonnen waren eenvoudig te herkennen en ze waren goedkoper dan de echte.
NEE, want die jongeren hadden met het vervalsen niets te maken en misschien hadden ze
helemaal niet door dat ze vals waren.
Of mensen dat weten of niet is door de politie niet meteen te controleren. Vandaar dat
mensen in eerste instantie opgepakt worden. Als later blijkt dat ze te goeder trouw waren,
worden ze niet vervolgd.
Download