faculteit mens en welzijn LESVOORBEREIDING 2 BOLO B Naam stagiair: An-Sofie De Beer Stageschool: Bollekensschool Naam mentor: juf Katia Stageklas: 1 C Aantal lln: 20 Datum: 02/05 Leergebied/Domein: Wereldoriëntatie / Natuur Begin van de les: 09u20 Einde van de les: 10u00 Onderwerp: Leerwandeling: De tuin van Kina Didactische Beginsituatie: De leerlingen hebben al 3 lessen m.b.t. de planten en hun groei gekregen. De lk heeft op voorhand samen met de leerlingen afspraken gemaakt. De leerlingen gaan naar de tuin van Kina met de bus. In de plantentuin krijgen de leerlingen uitleg over de bijenkast. Yoshi heeft thuis bijen. Leeplandoelstellingen: WO-NAT-01.01 De leerlingen herkennen en benoemen op basis van geluid, geur, kleur, smaak en gevoel elementen uit hun leefwereld. WO-NAT-01.02 De leerlingen gebruiken al hun zintuigen bij het exploreren van de natuur en het milieu. WO-NAT-01.03 De leerlingen tonen een explorerende en experimentele aanpak om meer te weten te komen over de natuur en het milieu WO-NAT-02.04a De leerlingen weten dat planten water en voedsel nodig hebben. WO-NAT-02.04b De leerlingen weten dat planten lucht, licht en warmte nodig hebben. WO-NAT-07.12 De leerlingen weten dat ze door de inname van sommige producten en planten ziek kunnen worden. WO-NAT-03.02b De leerlingen stellen verschillen vast tussen planten. WO-NAT-03.09 De leerlingen benoemen en beschrijven de voornaamste delen van een plant. WO-MNS-SV-2.6.3 De leerlingen kunnen een beperkt aantal regels en afspraken nakomen. Lesdoelen: De leerlingen kunnen Zich aan de gemaakte afspraken houden. Het correcte seizoen aan 20 maart linken. De effecten van de lente opsommen. Hogeschool Gent – Faculteit Mens en Welzijn K. L. Ledeganckstraat 8 - 9000 Gent Aandachtig luisteren. Een boom classificeren onder de planten. De vorm van het blad van een canadapopulier omschrijven. De bladval en groei omschrijven. Omschrijven hoe de stam van een boom voelt. Alle zintuigen gebruiken om te exploreren. De afkomst van de naam “vlinderplanten” omschrijven. Het verschil tussen een struik en een bloem uitleggen. De functie van de hemelsleutel omschrijven. Een bijenkast herkennen. Kort omschrijven hoe honing wordt gemaakt. Opsommen wat er in een moestuin kan groeien. Het verschil tussen een boom en een struik uitleggen. De functie van geneeskrachtige planten verklaren. Opsommen waarvoor bieslook, lavas, roomse kervel, tijm, kleine pimpernel, salie, stinkende gouwe, rozemarijn en citroenkruid gebruikt worden. Vertellen vanwaar ze munt kennen. Vertellen waarom je niet alles in de natuur zomaar mag opeten. De functie van citroenmelisse linken aan de betekenis. Omschrijven waarvoor men de schoenlappersplant vroeger gebruikte. Vertellen over de plant die hen het meeste is bijgebleven tijdens de uitstap. De functie van een bijenkast uitleggen. Omschrijven hoe je een plant verzorgt. Bronnen: Gids - Tuin van Kina http://www.dewereldvankina.be/default.aspx?lang=NL&ref=AC Onderwijs- en leermiddelen: / Hogeschool Gent – Faculteit Mens en Welzijn K. L. Ledeganckstraat 8 - 9000 Gent Lesfasedoelstellingen / Leerinhoud Didactische werkvormen / Timing Onderwijsleermiddelen Voororganisatie De lk maakt samen met de leerlingen enkele afspraken. -Blijf op de paadjes. -Pluk geen bloemen of planten. Ik zal sommige plantjes afplukken om jullie te laten ruiken en voelen. -We zijn hier in de natuur. Wanneer we tijdens de wandeling niet babbelen maar heel erg stil zijn, zal je heel veel geluiden kunnen horen, bv. de vogeltjes. -Als jullie de diertjes niet willen wegjagen is het dus heel belangrijk om stil te zijn. Zich aan de gemaakte afspraken houden -Op de paadjes blijven. -Geen bloemen of planten plukken. -Stil zijn / Aandachtig luisteren Het correcte seizoen aan 20 maart linken De lente 1.Instap De effecten van de lente opsommen -De planten gaan groeien en bloeien, er komen bladeren en bloesems aan. -Het wordt warmer. We kunnen dunnere kleren aandoen en lekker buitenspelen. -De trekvogels komen terug. In de herfst verhuizen ze naar waar het warmer is. In de lente is het hier niet meer zo koud en komen ze terug. -De jongen van dieren worden geboren. In mei leggen alle vogels hun ei. Aandachtig luisteren Het gefluit van de vogels, het gezoem van de bijtjes, het gekwaak van de kikkers, …. 5min. 1.1.Lente Organisatie De leerlingen staan samen met de leerkracht naast de canadapopulier. Leergesprek --Op 20 maart is er een nieuw seizoen begonnen, wie weet welk? --Dat klopt, de lente. --Wat gebeurt er allemaal in de lente? --Sluit allemaal jullie ogen en luister goed. Wat horen jullie allemaal? 2.Kern 35min. 2.1.De canadapopulier Organisatie De leerlingen staan aan de canadapopulier. Hogeschool Gent – Faculteit Mens en Welzijn K. L. Ledeganckstraat 8 - 9000 Gent Een boom classificeren onder de planten Dit is een boom. De vorm van het blad van een canadapopulier omschrijven Het blad is hartvormig/driehoekig. De bladval en groei omschrijven In de herfst vallen de bladeren van de bomen. In de lente groeien de bladeren terug. Omschrijven hoe de stam van een boom voelt De stam voelt ruw aan. Leergesprek --We staan hier rond de oudste en grootste plant van de tuin, de canadapopulier. Deze is wel 100 jaar oud! --Welke plant is dit? --Dat klopt. Een boom heeft een stam, takken en bladeren. De lk wijst deze aan. --Welke vorm hebben de blaadjes? --Hangen deze bladeren het hele jaar door aan de boom? De lk vraagt aan de leerlingen om in een kring rond de boom te gaan staan. --We gaan een kring maken rond de boom. Geef elkaar een hand. --Voel nu maar eens goed aan de stam van de boom. De leerlingen verzamelen zich terug bij de lk. --Hoe voelt de boom aan? 2.2.De vlinderplanten 2.2.1.De gulden sleutelbloem Organisatie De leerlingen volgen de lk langs de paadjes naar de vlinderplanten. Leergesprek De afkomst van de naam “vlinderplanten” omschrijven --Dit is de gulden sleutelboem. Het is een vlinderplant. Deze planten trekken vlinders en bijen aan. Waarom zou de bloem deze naam hebben gekregen, Dit komt door de opvallende kleuren en sterke geuren. “vlinderplant”? --Inderdaad, de vlinders en de bijen komen naar deze bloemen. --Ze kunnen deze makkelijk vinden. Hoe zou dit komen? Hogeschool Gent – Faculteit Mens en Welzijn K. L. Ledeganckstraat 8 - 9000 Gent Al hun zintuigen gebruiken om te exploreren De lk laat de leerlingen ruiken aan een bloemetje. 2.2.2.Lavendel Het verschil tussen een boom en een struik uitleggen Leergesprek Een boom heeft een stam en takken. --Dit is lavendel. Lavendel is een struik. Een struik heeft enkel takken. Kent iemand het verschil tussen een boom en een struik? Het verschil tussen een struik en een bloem uitleggen --En tussen een struik en een bloem? Een struik heeft takken en een bloem een stengel. --Bij lavendel geldt hetzelfde als bij de sleutelbloem. De geur en kleur trekken vlinders en bijen aan. Al hun zintuigen gebruiken om te exploreren De lk laat de leerlingen ruiken. De functie van de hemelsleutel omschrijven -Wanneer je het sap op een wonde aanbrengt zal deze sneller genezen. Aandachtig luisteren naar de geschiedenis van de hemelsleutel 2.2.3.De hemelsleutel Leergesprek --Dit is de hemelsleutel. --Vroeger gebruikte men deze bladeren om een wonde te verzorgen. De lk trekt een blad open. --Heeft iemand een wondje? De lk verzorgt de wonde met het blad. --Het laagje vormt een doorschijnende pleister. Nu zal de wonde sneller genezen. --Wanneer je deze plant omgekeerd hangt groeien de bloemen toch naar omhoog. Sommige mensen zeggen dat deze plant geluk brengt. In de middeleeuwen dacht men dat de hemelsleutel beschermde tegen de heksen. 2.3.Bijenkast Organisatie De lk stapt met de leerlingen naar de bijenkast. Deze is omringd door een hek zodat de leerlingen op Hogeschool Gent – Faculteit Mens en Welzijn K. L. Ledeganckstraat 8 - 9000 Gent een veilige afstand staan. Een bijenkast herkennen Kort omschrijven hoe honing wordt gemaakt Een bij vliegt naar een bloem om daar nectar en stuifmeel te halen. De bij brengt dit terug naar de bijenkast en daar zorgen de bijtjes ervoor dat het honing wordt. Leergesprek --Wie weet er waarvoor de gele kast dient? Kijk goed! --Dat klopt, het is een bijenkast. De bijen vliegen hier de hele tijd in en uit. --Wie weet er wat ze dan gaan doen? --De bij brengt de nectar en het stuifmeel terug naar de bijenkast en daar zorgen de bijtjes ervoor dat het honing wordt. --Kennen jullie honing? Wie heeft dat al eens gegeten? --Iedere bijenkast heeft een koningin. --Er zijn nu enkel werksters in de kast. Dit zijn dus vrouwtjes. De mannetjes kunnen zelf geen eten halen. Ze krijgen eten van de vrouwtjes. Na de zomer worden de mannetjes uit de kast gezet. Ze krijgen geen eten en sterven van de koude. 2.4.De bessen Organisatie Naast de bijenkorf staan de bessen. Vertellen waarom je niet alles in de natuur zomaar mag opeten. Sommige dingen, vb. bepaalde bessen, kunnen heel giftig zijn! Leergesprek --We zijn bij de bessen beland. --Eten jullie graag bessen? De lk toont de bosbes, aalbes, aardbei en zwarte bes. --Mogen jullie zomaar alle bessen plukken en opeten? Ik zal jullie straks tonen waarom niet. 2.5.De moestuin Organisatie De lk stapt met de leerlingen naar de moestuinen. Hogeschool Gent – Faculteit Mens en Welzijn K. L. Ledeganckstraat 8 - 9000 Gent Opsommen wat er in een moestuin kan groeien Sla, prei, raapjes,… Leergesprek --Dit zijn de moestuinen. --Sommigen van jullie hebben dit thuis ook hé? --Wat groeit hier allemaal? 2.6.De kruiden Organisatie De lk stapt met de leerlingen naar de keukenkruiden. Opsommen waarvoor bieslook gebruikt wordt In salades, sauzen,… 2.6.1.Bieslook Leergesprek --Wie kent dit, bieslook? --Bieslook eet je vooral koud; bijvoorbeeld in salades, op koude aardappelen met mayonaise,... De lk geeft wat bieslook door en laat de kinderen ruiken. Al hun zintuigen gebruiken om te exploreren Opsommen waarvoor roomse kervel gebruikt wordt. In soepen, sauzen, … Al hun zintuigen gebruiken om te exploreren 2.6.2.Roomse kervel Leergesprek --Dit is kervel. --Je kan het in soep of sauzen gebruiken. Het kruid ruikt naar dropjes. De lk laat de leerlingen ruiken. 2.6.3.Lavas Leergesprek --Dit is lavas. De bladeren worden gebruikt in salades en soepen. De zaadjes geven brood smaak. Opsommen waarvoor lavas gebruikt wordt. In soepen, sauzen, brood (zaadjes),… Bevordert de spijtvertering. Al hun zintuigen gebruiken om te exploreren --Soms kan je als je teveel gegeten hebt zeggen: “Oh ik heb zo’n buikpijn”. Lavas zorgt ervoor dat dit niet gebeurt. De lk laat de leerlingen ruiken. Hogeschool Gent – Faculteit Mens en Welzijn K. L. Ledeganckstraat 8 - 9000 Gent Al hun zintuigen gebruiken om te exploreren 2.6.4.Kleine pimpernel --Dit kruid heet kleine pimpernel. Opsommen waarvoor kleine pimpernel gebruikt wordt. --Het ruikt net zoals komkommer. Het zorgt ervoor dat een wonde minder bloedt. De lk laat de leerlingen ruiken. --Het zorgt ervoor dat een wonde minder bloedt. Salades, sauzen,… Vroeger dronken de soldaten het sap van dit kruid in de hoop dat hun wonden minder sterk zouden bloeden. --Wij gebruiken het vooral in sauzen en salades. Het verschil tussen een boom en een struik uitleggen 2.6.5.Citroenkruid Een boom heeft een stam en takken. Leergesprek Een struik heeft enkel takken. --Dit is een struik. --Wie kent het verschil nog tussen een struik en een Opsommen waarvoor citroenkruid gebruikt wordt. boom? Salades, soep. --Citroenkruid wordt gebruikt in salades en soep. Middel tegen hoofdpijn. Het is een middeltje tegen hoofdpijn. --Citroenkruid heeft de geur van cola, ruik maar eens. Al hun zintuigen gebruiken om te exploreren 2.6.6.Salie Leergesprek Opsommen waarvoor salie gebruikt wordt. --Dit is salie. Soep, sauzen, thee, … --Je kan het gebruiken in soep, sauzen of thee. --Vroeger was salie een geneesmiddel, voor Geneesmiddel. bijvoorbeeld slangenbeten. Goed voorgeheugen. Men dacht ook dat het goed was voor het geheugen. Helpt tegen slijmen en ontstekingen. --Salie helpt tegen slijmen en ontstekingen. Het wordt ook in tandpasta gebruikt. Al hun zintuigen gebruiken om te exploreren De lk lk laat de leerlingen ruiken. Opsommen waarvoor tijm gebruikt wordt. 2.6.7.Tijm Leergesprek Hogeschool Gent – Faculteit Mens en Welzijn K. L. Ledeganckstraat 8 - 9000 Gent Vlees, vis, groenten, thee, siroop. --Dit is tijm. Tijm is goed voor de luchtwegen, helpt tegen hoesten. Je kan het gebruiken om vlees, vis of groenten te kruiden. Het wordt ook gebruik in thee of siroop. Al hun zintuigen gebruiken om te exploreren Tijm helpt tegen hoesten. De lk laat de leerlingen ruiken. Een struik herkennen Dit is een struik, uit de grond komen onmiddellijk takken, er is geen stam. Opsommen waarvoor laurier gebruikt wordt. Wordt gebruikt voor de smaak. Teken van overwinning. Al hun zintuigen gebruiken om te exploreren 2.6.8.Laurier Leergesprek --Dit is laurier. --Is dit een boom en een struik? --Je kan het blad niet opeten maar men laat het wel meestoven in het water voor de smaak. --Wanneer je worteltjes klaarmaakt kan je een blaadje laurier in het water leggen. Wanneer de wortelen klaar zijn neem je het blad eruit. Je eet het niet op maar de wortelen hebben wel de smaak van laurier. --De winnaars van de Olympische Spelen kregen een laurierkrans als teken van hun overwinning. Het symbool van de Spelen zijn 5 ringen met daarrond laurierblaadjes. De lk laat de leerlingen ruiken. 2.7.Geneeskrachtige planten Organisatie De lk stapt met de leerlingen naar de geneeskrachtige planten. De functie van geneeskrachtige planten verklaren Deze planten worden gebruikt om ziekten te behandelen. Leergesprek --Dit zijn de geneeskrachtige planten. Wat zou dit willen zeggen? Opsommen waarvoor rozemarijn gebruikt wordt. Badkamerproducten. 2.7.1.Rozemarijn Leergesprek Hogeschool Gent – Faculteit Mens en Welzijn K. L. Ledeganckstraat 8 - 9000 Gent Extra smaak aan vlees . Thee Helpt tegen scheetjes laten. Helpt tegen hoofdpijn. Al hun zintuigen gebruiken om te exploreren Opsommen waarvoor stinkende gouwe gebruikt wordt. Het wordt gebruikt tegen wratten. Al hun zintuigen gebruiken om te exploreren --Rozemarijn wordt vaak gebruikt om badkamerproducten van een geur te voorzien. --Het wordt ook gebruikt om extra smaak aan vlees te geven. --Rozemarijn wordt ook gebruikt voor thee, het helpt tegen scheetjes laten. --Het is ook goed tegen de hoofdpijn. De lk laat de leerlingen met hun handen door de rozemarijn gaan en eraan ruiken. 2.7.2.Stinkende gouwe Leergesprek --Dit is stinkende gouwe. --Gouwe komt van goud. Goud is geel en dat is de kleur van de bloemen. --Het wordt gebruikt tegen wratjes. 2.7.3.Munt Leergesprek --Dit zijn soorten munt. Van waar kennen jullie munt? De leerkracht laat de leerlingen ruiken. Vertellen vanwaar ze munt kennen Kauwgom, tandpasta, thee, … Al hun zintuigen gebruiken om te exploreren Vertellen waarom je niet alles in de natuur zomaar mag opeten. Sommige dingen, vb. bepaalde bessen, kunnen heel giftig zijn! De functie van citroenmelisse linken aan de functie Honingbij trekt veel bijen aan. Al hun zintuigen gebruiken om te exploreren 2.7.4. Bessen: Zeer giftig Leergesprek --Dit zijn giftige bessen. --Herinner je je nog dat ik daarnet zei dat je niet zomaar alles van de natuur mag plukken en opeten? --Sommige planten of bessen zijn heel giftig! 2.7.5.Citroenmelisse Leergesprek --Citroenmelisse betekent honingbij. Deze plant trekt veel bijen aan. Hogeschool Gent – Faculteit Mens en Welzijn K. L. Ledeganckstraat 8 - 9000 Gent De lk laat de leerlingen ruiken. Al hun zintuigen gebruiken om te exploreren 2.7.6.Ezelsoor Leergesprek --Deze plant is zo zacht als de oortjes van een ezel. De lk laat de leerlingen voelen. 2.8.Sierplanten Omschrijven waarvoor men de schoenlappersplant vroeger gebruikte Om schoenen te lappen. Al hun zintuigen gebruiken om te exploreren Al hun zintuigen gebruiken om te exploreren 2.8.1.Schoenlappersplant Leergesprek --De bladeren van de schoenlappersplant voelen vet aan. Men gebruikte deze bladeren vroeger om schoenen te poetsen. De lk laat de leerlingen voelen. 2.8.2.Mahonia Leergesprek --Naar deze kleurrijke struik komen, zoals jullie kunnen zien, veel bijtjes. --De bijen komen naar deze struik omdat het zo’n opvallend kleur heeft, maar ook omdat deze zo lekker ruikt. De lk laat de leerlingen ruiken. (Opletten voor de bijen!) 2.14.Begeleide serre-activiteit GIDS 3.Afsluiter De effecten van de lente opsommen -De planten gaan groeien en bloeien, er komen bladeren en bloesems aan. 15min. 3.1.Nabespreking in de klas Klasgesprek --Wat gebeurt er allemaal in de lente? Hogeschool Gent – Faculteit Mens en Welzijn K. L. Ledeganckstraat 8 - 9000 Gent -Het wordt warmer. We kunnen dunnere kleren --Welke plant is jou het meeste bijgebleven? aandoen en lekker buitenspelen. --Wie weet er nog wat de bijen in de bijenkast doen? -De trekvogels komen terug. In de herfst verhuizen ze --Hoe gaan we ons plantje nu verzorgen? naar waar het warmer is. In de lente is het hier niet meer zo koud en komen ze terug. -De jongen van dieren worden geboren. In mei leggen alle vogels hun ei. Vertellen over de plant die hen het meeste is bijgebleven Eigen invulling De functie van een bijenkast uitleggen Hier maken de bijen honing. Omschrijven hoe je een plant verzorgt. Een plant heeft water, licht, warmte en lucht nodig. We gaan de plant iedere dag water geven en aan de vensterbank in het licht en de warmte zetten. 3.2.Diploma-uitreiking Klasgesprek --Ik vind dat jullie dat vandaag heel goed hebben gedaan. Daarom ga ik nu het grote tuiniersdiploma uitreiken aan de beste tuinmannen en -vrouwen van de klas. Tuiniersdiploma (20x) De lk reikt de diploma’s uit. Alle leerlingen krijgen een diploma. Hogeschool Gent – Faculteit Mens en Welzijn K. L. Ledeganckstraat 8 - 9000 Gent