Overzicht - Skynet.be

advertisement
1
Overzicht
- Persbericht: Voorwerp van discriminatie of van liefdadigheid?
3
- Een interview met Ben Wuyts over zijn boek
4
(Handiscoop, Lief Vanbael)
- De auteur
10
- Presentatietekst
13
- Praktische gegevens
14
- Cursus Universiteit Vrije Tijd
15
2
Persbericht
Voorwerp van discriminatie of van liefdadigheid?
Bij Davidsfonds/Leuven verschijnt
Over narren, kreupelen, doven en blinden
Leven met en handicap
Van de Oudheid tot nu
geschreven door Ben Wuyts
-
Ben Wuyts is historicus en werkte ruim dertig jaar in een school voor kinderen
met een handicap. Hij doceert aan de Arteveldehogeschool Gent en aan het
Hoger Instituut voor Gezinswetenschappen te Schaarbeek.
-
Bij Davidsfonds/Leuven verscheen eerder van Ben Wuyts Anders, maar niet
minder. Leven met een handicap.
-
Beschrijft hoe er door de eeuwen heen gereageerd werd op en omgegaan werd
met mensen met een lichamelijke/geestelijke handicap of chronische ziekte.
-
Een stuk geschiedenis dat je niet in de klassieke geschiedenisboeken terugvindt.
-
Biedt stof tot nadenken over onze huidige omgang met gehandicapten.
-
Doelgroep: historici, orthopedagogen, leraren buitengewoon onderwijs,
zorgcoördinatoren, mensen die actief zijn in het maatschappelijke veld
(opvoeders, welzijnswerkers), mensen met een beperking, handicap of
chronische ziekte, organisaties die hun belangen verdedigen.
-
Geschreven met kennis van de vakliteratuur uit de geschiedeniswetenschap en
orthopedagogiek.
-
Vlot leesbaar voor een geïnteresseerd (maar niet noodzakelijk gespecialiseerd)
publiek
3
Een interview met Ben Wuyts over zijn boek
Handiscoop (ledenblad van de Katholieke Vereniging voor Gehandicapten)
Lief VANBAEL
De mantel van Roosevelt
In onze sector is Ben Wuyts geen onbekende. Sinds 1973, na zijn studie geschiedenis aan
de universiteit Gent, werkte hij in een school voor buitengewoon secundair onderwijs
voor jongeren met een fysieke handicap en een meervoudige handicap in Landegem.
Eerst als leraar, daarna meer dan twintig jaar als directeur. Zijn school was één van de
eerste die op de kar van het geïntegreerd onderwijs (G.ON) sprong. Wij leerden Ben
kennen als iemand die rotsvast gelooft in jongeren met een handicap. Het ene moment
stond hij op de barricades om voor hen respect en toekomstperspectieven te eisen. Het
andere moment daagde hij hen uit om zelf alle beschikbare kansen op ontwikkeling en
integratie te grijpen en het heft in eigen handen te nemen.
Sinds vorig jaar werkt Ben als opleidingscoördinator voor de voortgezette lerarenopleiding in de Arteveldehogeschool in Gent. Zijn jarenlange ervaring in het onderwijs
aan jongeren met een handicap stimuleert hem nu om in de opleiding van leerkrachten
nog meer aandacht te vragen voor kinderen en jongeren met specifieke
onderwijsbehoeften:
In onze samenleving moeten leerkrachten, zowel uit het gewoon als het buitengewoon
onderwijs, er rekening mee houden dat er leerlingen zijn die een andere huidskleur
hebben, die hoogbegaafd zijn, die één of andere handicap hebben, die uit een sociaal
zwak milieu komen, die zelf of in hun gezin een crisis meemaken... Leerkrachten moeten,
aansluitend op hun initiële opleiding, de nodige ondersteuning krijgen om met deze
diversiteit om te gaan. Het betekent voor mij een nieuwe uitdaging om deze opleiding
mee vorm te geven.
KVG kent Ben ook als historicus. Toen wij in 1995, bij het 50-jarig bestaan van KVG,
met de tentoonstelling ‘Blikken zonder blozen. Een kijk op handicap door de eeuwen
heen’ door Vlaanderen trokken, stond Ben ons met raad en daad bij. Dankzij zijn
medewerking konden wij tien jaar geleden al een mooi en sterk beeld geven over de
4
manier waarop personen met een handicap in de loop van de geschiedenis (al of niet) in
de samenleving aanwezig waren. Na deze eerste onderzoeksfase bleven er echter nog
veel vragen onbeantwoord. Hoe dachten mensen in het verleden over personen met een
handicap en hoe gingen zij met hen om? Nieuwsgierig als Ben is, bleef hij zoeken naar
antwoorden: in de literatuur, in wetenschappelijke werken, bij andere historici, in
musea... Tijdens de viering van zestig jaar KVG in mei bracht Ben een boeiend verhaal
over het leven met een handicap door de eeuwen heen. En wij moeten het toegeven...
heel wat denkbeelden over handicap uit het (verre) verleden zijn vaak nog verrassend
actueel, hoe beschaafd wij onze huidige samenleving ook mogen noemen…
Binnen een paar weken ligt zijn boek Over narren, kreupelen, doven en blinden. Leven
met een handicap van de oudheid tot nu in de boekhandel.
Ben, dit boek is een weergave van jouw jarenlange zoektocht naar de plaats van personen
met een handicap in onze geschiedenis. Waarom hecht je zoveel belang aan dat verleden?
Toen ik in 1973 begon te werken met jongeren met een handicap moest ik vaststellen dat
veel mensen, ikzelf ook, een beeld van hen hadden dat niet strookte met de werkelijkheid.
Waarom noemde men hen ‘sukkelaars’, ‘achterlijken’ of ‘mindervaliden’, alsof ze
behoorden tot een minderwaardig mensenras? Waarom zag ik hen zo weinig op straat of
in de jeugdbeweging? Waarom vonden de meeste mensen dat zij enkel en alleen in
speciale scholen en instellingen thuis hoorden? Waarom kregen zij zo weinig kansen in
onze samenleving?... Al die beelden en meningen over personen met een handicap zijn er
echter niet zomaar gekomen. Veel van wat in ons leeft, is veel ouder dan wijzelf. Ons
beeld van anderen berust op juiste of foutieve informatie die wij krijgen, op eigen
positieve of negatieve ervaringen en op zogenaamde ‘collectieve wijsheden’ die van
generatie tot generatie worden doorgegeven. Het beeld dat wij ons op deze manier
hebben gevormd van personen met een handicap bepaalt wel in belangrijke mate onze
sociale omgang met hen en heeft ongetwijfeld een effect op hun zelfbeeld.Net als veel
andere historici wil ik onderzoeken in welke mate denkbeelden en leefwijzen van vorige
generaties ons vandaag nog altijd beïnvloeden. Ik wil op zoek gaan naar de wortels van
bestaande meningen, om niet te zeggen vooroordelen. Mijn interesse gaat vooral naar de
plaats van mensen met een handicap en met een chronische ziekte in onze geschiedenis.
Wat was hun levenskwaliteit in de verschillende historische periodes? Welk beeld
vormden tijdgenoten zich van hen? Hoe was hun relatie tot andere mensen? Welke
denkbeelden en houdingen ten aanzien van mensen met een handicap blijven in de loop
van de geschiedenis verder leven?... Tot mijn verbazing vond ik in de historische
5
vakliteratuur relatief weinig aandacht voor mensen met een handicap. Dat stimuleerde
mij om dit thema zelf verder uit te diepen. Ik heb bronnen uit ons verleden opgezocht. Ik
heb ontzettend veel gelezen. Vroegere cursussen heb ik onder het stof vandaan gehaald
en opnieuw bestudeerd. Ik worstelde mij door historische literatuur en discussieerde met
enkele professoren… Mijn boek is een voorzichtige verkenningstocht doorheen de
geschiedenis en is gestructureerd volgens de meest gebruikelijke historische
tijdsindeling, namelijk Prehistorie, Oudheid, Middeleeuwen, Nieuwe Tijden en Nieuwste
Tijden tot het heden.
Het gaat dus om een wetenschappelijk werk?
Ik heb geen geschiedenis van de gehandicaptenzorg geschreven, laat dat duidelijk zijn.
Maar ik heb wel een poging gedaan om de geschiedenis van Vlaanderen en Nederland
beknopt weer te geven. En als ik dan door die geschiedenis wandel, dan stelde ik mij de
vraag: waar waren de mensen met een handicap toen? Hoe leefden zij? Hoe gingen
anderen met hen om?… Ik heb geprobeerd om een vlot leesbaar boek te schrijven, met
veel voorbeelden. Daarbij heb ik mij zo strikt mogelijk aan de historische realiteit
gehouden. Alles wat opgenomen werd, steunt op wetenschappelijke bronnen en
historische vakliteratuur. Mijn boek werd trouwens kritisch nagelezen door enkele
historici. Het was voor mij bovendien een uitdaging om het heden niet in het verleden te
brengen, maar om voeling te krijgen met een bepaalde tijdgeest. Enkel in het laatste
hoofdstuk stap ik af van het historisch overzicht en beschrijf ik zes beelden en houdingen
ten aanzien van mensen met een handicap die in onze geschiedenis voortdurend de kop
opsteken en die ik ook nog herken in ons dagelijks leven. Niet om met een opgeheven
vinger bepaalde houdingen te veroordelen, maar om de lezers aan te sporen om de
dialoog aan te gaan met personen met een handicap en zich in te leven in hun situatie.
Als je door onze geschiedenis wandelt en daarin op zoek gaat naar mensen met een
handicap… wat stel je dan vast?
In mijn historisch verhaal gaat het over mensen die niet zo goed kunnen denken, praten,
horen, zien en lopen als de meeste mensen uit hun omgeving en over mensen die door een
chronische ziekte getroffen zijn. Het gaat dus om mensen die op een of andere manier
afwijken van wat als ‘normaal’ beschouwd wordt. Je kunt je natuurlijk afvragen waar
die ‘normen’ vandaan komen en wie bepaalt wat gewoon is en wat niet. Maar het is
duidelijk dat in ongeveer heel onze geschiedenis al wie ‘anders’ was naar de rand van de
6
maatschappij verwezen werd. Die hoorde er niet bij. Mensen met een handicap waren in
de West-Europese geschiedenis zeker niet de enigen die als ‘afwijkend’ bekeken werden.
Voor joden, armen, zigeuners, vrouwen, zwarten, vreemdelingen,… gold hetzelfde.
Laat ons eens terugkeren naar de prehistorie. Wie toen zwak was, kon niet overleven.
Barre weersomstandigheden, gebrek aan hygiëne, epidemieën, hongersnoden… Iedereen
had het in die tijd moeilijk. Je zou dan denken dat zij die zelf voortdurend moesten
vechten om te overleven, zich niet wilden of konden bekommeren om de zwakkeren. Is het
dan niet verbazend dat er ook archeologische bewijzen gevonden werden van het
tegendeel? Zo werd een graf ontdekt van iemand die zijn been kwijt was, met een soort
kunstbeen ernaast. In Irak werd het skelet ontdekt van een man waarvan de arm
geamputeerd was en waarbij het duidelijk was dat de wonden hiervan genezen waren. En
in heel Europa werden er schedels gevonden waarin een opening gemaakt werd,
vermoedelijk om de ‘kwade geesten’ uit de persoon te verdrijven. Voor ons klinkt dit
naïef, maar in die periode was het een poging om mensen echt te helpen.
‘Beschaving’ op zich biedt geen garantie van ‘zorgzaam’ omgaan met medemensen. Dat
komen we te weten wanneer we de Grieks-Romeinse Oudheid bestuderen. Wanneer er in
die tijd een kind geboren werd met bijvoorbeeld maar één arm of met een gespleten
gehemelte, dan was ervan overtuigd dat dit kind niet ‘volwaardig’ was en dat het niet
kon overleven. Mooie, krachtige en raszuivere burgers waren het ideaal en daarin
hoorden kinderen met een handicap niet thuis. Bovendien meenden veel Grieken en
Romeinen dat een handicap een straf van de goden was. Baby’s met een handicap doden,
was in die tijd een heel normale zaak. Maar ook toen had je mensen die zeiden: ‘Wij
doden dit kind niet, wij leggen het te vondeling’. En dan hoopten ze dat de goden of één
of andere bovennatuurlijke krachten zich over hun kind zouden ontfermen.
Wij spreken nu over een periode die al ruim 2000 jaar achter ons ligt. Maar in de loop
van de geschiedenis komt het beeld van personen met een handicap als ‘onvolwaardigen’
die maar best uit de samenleving verwijderd moesten worden nog regelmatig terug. Zo
werden in de Middeleeuwen ‘ongewenste’ kinderen, zoals kinderen met een handicap,
gedood, meestal door verdrinking. Door de verspreiding van het Christendom groeide de
aandacht voor de zwakkeren en werden mensen met een handicap het onderwerp van
liefdadigheid. Hoe schrijnender zij hun ellende toonden, hoe meer aalmoezen zij kregen.
Maar vanuit welke motivatie werd er in die tijd voor medemensen met een handicap
gezorgd? Omdat de tijdgenoten van mening waren dat zij in de samenleving moesten
7
opgenomen worden? Nee… zorgen voor zwakkeren was een christelijke plicht. Dus,
iedereen die later een plaats in de hemel wilde, zorgde uit eigenbelang ook een beetje
voor de mensen met een handicap, de armen en de zieken.
In de overgang van de negentiende naar de twintigste eeuw verschenen, zowel in de
Verenigde Staten als in West-Europese landen, steeds meer wetenschappelijke
‘eugenetische’ studies waarin ‘afwijkende’ individuen niet alleen als minderwaardig,
maar ook als een bedreiging voor de westerse beschaving werden afgeschilderd.
Wetenschappers hielden een pleidooi voor het, hou je vast, ‘elimineren van biologisch
onvolwaardige en totaal nutteloze levensvormen, die de staat bovendien veel geld
kosten.’ Deze visie kende een schrijnend hoogtepunt in het Derde Rijk van Adolf Hitler.
Om het Arisch-Germaanse ras te veredelen, werden personen met een verstandelijke en
lichamelijke handicap, psychiatrisch patiënten, ongeneeslijk zieken, zorgbehoevende
bejaarden… gedood. En bij ‘erfelijk belaste vrouwen’ werden grootschalige
sterilisatieprojecten gestart om bijvoorbeeld verstandelijke handicaps te vermijden.
Ook vandaag nog zijn er mensen die geen enkele waarde hechten aan een leven met een
handicap. In hun ogen blijven mensen met een handicap ‘onvolwaardig’. Zij brengen
alleen maar extra zorgen en kosten met zich mee en dat moet je volgens hen zoveel
mogelijk vermijden. In deze visie wordt leven met een handicap zonder meer
gelijkgesteld aan een leven vol lijden, zonder betekenis en kwaliteit. Dit getuigt van een
enge visie op mens en maatschappij. Bovendien, beseffen mensen niet welk effect een
dergelijke visie heeft op het zelfbeeld van mensen met een handicap of een chronische
ziekte.
Tijdens zijn verkenningstocht doorheen de geschiedenis ziet Ben verschillende
dominante visies en beelden over mensen met een handicap voortdurend de kop
opsteken. En het beeld dat leeft over personen met een handicap bepaalt de wijze waarop
met hen wordt omgegaan. In dit artikel konden wij helaas slechts één van die beelden wat
uitdiepen, dat van de persoon met een handicap als ‘onvolwaardige’.Maar hoe is de
communicatie met dove mensen begonnen en waar begint de jarenlange discussie tussen
gebarentaal en liplezen? Wat deden blinden in een varkenshok? Wie kwam er allemaal in
aanmerking om hofnar te worden? Hoe kwam men er bij om kinderen met een
verstandelijke handicap les te geven? Wanneer en waarom is men in onze regio’s met het
buitengewoon onderwijs begonnen? Waarom werd president Roosevelt altijd afgebeeld
8
met een grote zware kapmantel?… In het boek Over narren, kreupelen, doven en blinden.
Leven met een handicap. Van de Oudheid tot nu lees je hier meer over.
Terugblikken op ons verleden kan erg boeiend zijn. Niet enkel omwille van de spannende
verhalen of om eens meewarig te glimlachen om de onwetendheid en de dommigheid van
onze voorouders. Maar wel om op basis van dat verleden te reflecteren over het heden.
Ben houdt ons met zijn verhalen over het verleden een spiegel voor en doet ons kritisch
kijken naar de wijze waarop er nu met mensen met een handicap wordt omgegaan. Wij
hopen dat vele mensen door het lezen van zijn boek gestimuleerd worden om een open
houding aan te nemen ten aanzien van mensen die op één of andere manier afwijken van
‘de norm’. En dan denken wij niet alleen aan mensen met een handicap. Diversiteit van
de samenleving is nu eenmaal een vaststaand feit en leren omgaan met verschillen is voor
iedereen een verrijking, geen bedreiging.
9
De auteur
Ben Wuyts (°Antwerpen, 1947) is licentiaat geschiedenis (Universiteit Gent, 1972). Hij
behaalde de professor Jan Dhondtprijs voor de beste lespraktijk als aggregaatsstudent
voor het secundair onderwijs (1973). Na zijn burgerdienst startte Ben Wuyts in
september 1975 als leraar projectonderwijs en vormingswerker in de school voor
buitengewoon onderwijs te Landegem. In 1975 stichtte hij een emancipatiebeweging
voor fysiek gehandicapte jongeren : vzw Pimpernel, die een achttal jaar zeer actief was in
Gent, Nevele en Zottegem. In 1976 werkte hij mee aan de informatiefilm van de BRT over
kinderen met een hersenverlamming : In het land van alles anders en in 1981 aan het
multimediaproject (televisie, radio, publicaties) Lichamelijk gehandicapt : van vooroordeel
tot emancipatie.
Van september 1980 tot september 2004 was Ben Wuyts schooldirecteur van BuSO Ten
Dries, een school voor buitengewoon secundair onderwijs, opleidingsvorm 1, type 4 voor
motorisch en meervoudig gehandicapte adolescenten in Landegem. Een deel van zijn
opdracht besteedde hij aan G.On.-begeleiding. G.On. staat voor ‘Geïntegreerd
Onderwijs’. Hij begeleidde zelf een aantal leerlingen met een motorische handicap in het
gewoon secundair en het hoger onderwijs. Op vraag van het schoolbestuur vervulde hij
vanaf mei 2000 ook de functie van algemeen schooldirecteur, verantwoordelijk voor de
kleuterschool, de lagere school en de secundaire school.
Sinds oktober 2004 is Ben Wuyts opleidingscoördinator en docent van de voortgezette
lerarenopleidingen in de Gentse Arteveldehogeschool, met als afstudeerrichtingen ‘leraar
buitengewoon onderwijs’ en ‘interne zorgbegeleider voor het gewoon onderwijs’.
Tevens is hij docent ‘geschiedenis, beeldvorming en ethiek met de focus op jongeren met
een handicap’ in het Hoger Instituut voor Gezinswetenschappen in Schaarbeek/Brussel.
In 1988 was Ben Wuyts de medestichter en bestuurder van de vzw De Kangoeroe, dienst
voor vroegtijdige thuisbegeleiding van kinderen met een motorische handicap in OostVlaanderen. In 1994 maakte hij deel uit van een Europese expertengroep om het onderwijs
aan jongeren met een auditieve handicap in Zweden te bestuderen. Tussen 1995 en 1998
organiseerde hij met de Vlaamse vormingsdienst van de Katholieke Vereniging voor
10
Gehandicapten (KVG) een reizende tentoonstelling over de geschiedenis van de
beeldvorming en de hulpverlening t.o.v. mensen met een handicap: Blikken zonder blozen.
Sinds 1999 is hij voorzitter van de Raad van Bestuur van Nevelland, werkplaats voor
aangepaste arbeid in Landegem.
Ben Wuyts is freelance medewerker van organisaties zoals de Stichting Integratie
Gehandicapten (SIG), de Gehandicaptenwerking Krekenland (GWK-Handicum), de
Vlaamse Federatie voor Gehandicapten (VFG) en de Katholieke Vereniging voor
Gehandicapten (KVG). Hij werkt geregeld mee aan studiedagen in verband met
beeldvorming van personen met een handicap. Hij geeft geregeld vormingssessies aan
onthaalpersoneel van o.a. musea en bibliotheken in opdracht van het stadsbestuur van Gent,
het provinciebestuur van Oost- en West-Vlaanderen.
Ben Wuyts is bij het brede publiek vooral bekend door zijn lezingen, gastcolleges en
publicaties over historiek, beeldvorming, ethiek en de maatschappelijke positie van
personen met een handicap.
BIBLIOGRAFIE
Verantwoordelijke uitgever van Mijn Kookmap, een losbladig receptenboek voor
meervoudig gehandicapten en mensen die moeilijk kunnen lezen.
Ten Dries/Nevelland, Landegem 1988
Anders, maar niet minder. Leven met een handicap
Davidsfonds/Leuven, 1996, 3e druk 1997
In het handboek Orthopedagogiek en Maatschappij. Vragen en visies, samengesteld onder
leiding van professor Eric Broekaert schreef Ben Wuyts een uitgebreide bijdrage onder de
titel Historische schets van de maatschappelijke positie van mensen met een handicap in de
West-Europese samenleving.
Garant, Leuven-Apeldoorn, 1997
De geest rust nooit. Gelovigen in beweging
Patmos/Pelckmans, Kapellen, 1997
11
Gewenst, ongewenst. Filosoferen over handicap
In samenwerking met Katrien Baeke
Stichting Integratie Gehandicapten, Destelbergen, 1998
Samen over de drempel. Mens en handicap
Nevelland, Nevele, 2000, herdruk 2002
Contactgegevens:
Ben Wuyts
Wijngaard 39
9831 DEURLE (Sint-Martens-Latem)
09/282.58.02
0474/76.43.75
[email protected]
[email protected]
12
Presentatietekst
Voorwerp van discriminatie of van liefdadigheid?
Onthutsende kijk op gehandicapte mensen in de samenleving
Van de klassieke Oudheid tot de rehabilitatie na de Tweede Wereldoorlog
Wuyts schreef eerder over de maatschappelijke positie van gehandicapten vandaag
Over narren, kreupelen, doven en blinden. Leven met een handicap
Van de Oudheid tot nu
Ben Wuyts
Narren, kreupelen, doven, blinden en andere gehandicapten zijn van alle tijden, maar in
de meeste geschiedenisboeken kom je ze niet tegen. Eeuwenlang werden mensen met een
handicap of een chronische ziekte bespot, vernederd, uitgestoten of zelfs gedood.
Ben Wuyts haalt hen uit de historische marginaliteit en brengt hen voor het eerst voor het
voetlicht. Door de samenleving beschouwd als gestraft door de goden, bezeten door de
duivel of zelfs als een teken van de degeneratie van het menselijke ras… Voorwerp van
afkeer, spot of juist van liefdadigheid…: dit boek schetst een ontstellend beeld van de
sociale situatie van gehandicapten door de eeuwen heen, van de klassieke Oudheid via de
Middeleeuwen en de Nieuwe Tijd tot de rehabilitatie na de Tweede Wereldoorlog.
BEN WUYTS studeerde geschiedenis aan de Universiteit Gent en werkte meer dan dertig
jaar in een school voor motorisch en meervoudig gehandicapte kinderen. Hij is docent
aan de Arteveldehogeschool Gent en aan het Hoger Instituut voor Gezinswetenschappen
te Schaarbeek. Bij Davidsfonds/Leuven verscheen eerder van hem Anders, maar niet
minder. Leven met een handicap.
13
Praktische gegevens
Titel: Over narren, kreupelen, doven en blinden. Leven met een handicap. Van de
Oudheid tot nu
Auteur: Ben Wuyts
Gebrocheerd, 184 p.
ISBN: 90 5826 377 0
NUR: 695
Prijs: € 24, 95
Uitgever:
Davidsfonds/Leuven
Katrien de Vreese (uitgever-directeur)
Griet Verhoeyen (pers en promotie)
Blijde-Inkomststraat 79-81
3000 Leuven
016/310.600
Fax: 016/310.608
[email protected]
14
CURSUS UNIVERSITEIT VRIJE TIJD
Een verrassend boek…een onvergetelijke cursus
Ben Wuyts doceert in het najaar voor Universiteit Vrije Tijd een cursus over
‘Historiek, beeldvorming en ethiek in verband met mensen met een
handicap’.
De cursus is toegankelijk voor een ruim publiek en vindt plaats in het auditorium
van het Vormingsinstituut Guislain op maandag 2, 9, 16 en 23 oktober 2006,
telkens van 14 tot 16 uur.
Meer informatie?
Universiteit Vrije Tijd Davidsfonds
Blijde-Inkomststraat 77
3000 Leuven
tel. 016/31.06.70
fax. 016/31.06.08
[email protected]
Elk semester is er een gratis cursusgids met het volledige aanbod en uitgebreide
informatie over de cursussen. De cursus van Ben Wuyts zal opgenomen worden in
de cursusgids Najaar 2006, die verschijnt in augustus. U kan hem aanvragen bij
Universiteit Vrije Tijd.
15
Download