Tom en Alexander Klas : 2C Groeps nr 9 De rechtspraak in Athene De rechtspraak Oorspronkelijk werd in de Griekse staten recht gesproken door de koningen , later door hun opvolgers, de hoofden van de adellijke geslachten. De bestraffing van moord en doodslag was veelal echter een zaak van wraak tussen de families, tot ook hierin de staat als alleengerechtigde optrad Het best is de toestand zoals die in Athene was, bekend. Hier spraken oudtijds de archonten recht. Toen Solon in 594 V.C. magistraat van Athene werd, bracht hij ingrijpende staatkundige hervormingen aan die de grondslag legden voor de democratie in Athene. Hij gaf zijn wetten (nomoi); de rechtspraak wees hij toe aan de Areopagus als hooggerechtshof en aan de heliaea (volksrechtbank) voor gewone zaken. In de 5 de eeuw v.C. groeit de volksrechtbank, de”heliaia” uit tot de belangrijkste rechtbank in athene. De 6 000 juryleden of “ heliasten” de jaarlijks uitgeloot worden onder de burgers vedeelt me over verschillende rechtbanken (dikastèrie). Zij stemmen over de schuld of onschuld van de beklaagde. De beklaagde zocht dikwijls bijstand van een beroepsschrijver van verdedigingsredes of logograaf, wiens tekst hij voor de rechtbank oplas. Dit werd in de klassieke tijd evenwel verboden omdat een handige logograaf maar al te gemakkelijk de ‘volksrechtbank’ kon beïnvloeden. In de praktijk had dit verbod echter niet veel resultaat omdat de beklaagde de rede van zijn logograaf uit het hoofd kon leren en voordragen alsof het zijn eigen verdediging was. De veroordeelde kan niet in beroep gaan tegen het vonnis van de juryleden ( heliasten) want zij vertegenwoordigen het atheense volk. Elke burger kan optreden als aanklager. Meestal moet de jury stemmen over de straf van de beschuldigde. Op sommige misdrijven stond een vaste straf. de aanklager stelt een straf voor maar de veroordelde mag een lichtere straf vragen. Zoals boetes maar ook verbanning en doodstraf. Antieke theoretici hebben vooral deze heliaea-rechtbanken gehekeld als de bron van de ondergang van de Atheense democratie; de oorzaak van het kwaad was echter veeleer een bijkomende omstandigheid de Atheners dwongen nl. hun bondgenoten alle rechtszaken voor de Atheense jurykamers te brengen; hierdoor kon de Atheense burger gemakkelijk zijn presentiegeld van één, later twee obolen incasseren ten koste van de welvaart van de bondgenoten Tom en Alexander Klas : 2C Groeps nr 9 Potschervengerecht Het potschervengerecht of ostracisme is in het oude Athene een methode om staatsgevaarlijk geoordeelde personen voor tien jaar (in de praktijk dikwijls korter) uit Attica te verbannen, zonder dat dit overigens oneer of verlies van vermogen meebracht. Volgens de traditie was het door Clisthenes (508 v.C.) ingesteld om mogelijke toekomstige tirannen te kunnen verwijderen. Het werd op den duur een instrument in de Atheense partijstrijd om politieke tegenstanders onschadelijk te maken. Het is voor het eerst toegepast in 488/487 v.C. De procedure was als volgt: als de Ecclesia had besloten dat een ostracisme zou worden gehouden, werd vervolgens het volk weer bijeengeroepen om op potscherven (ostraka) de naam te schrijven van een te verbannen politicus. Vereist was een totaal van 6000 stemmen. Veel van zulke ostraka zijn gevonden, met o.m. de namen van Themistocles, Cimon, Aristides (dezen zijn inderdaad verbannen) en Pericles. Het ostracisme raakte in Athene in onbruik nadat in 417 v.C. een bepaalde Hyperbolus het slachtoffer was geworden van de partijstrijd tussen Nicias en Alcibiades. Het ostracisme droeg zekere democratische trekken in zich; de omstandigheid dat de individuele burger het gevaar liep verbannen te worden zonder dat zelfs maar een aanklacht tegen hem bestond, bezorgde deze instelling evenwel een slechte naam.