Portfolio Handleiding voor gebruik van map en digitaal.

advertisement
“Zoals ik iets zie is het voor mij, zoals jij iets ziet is het voor jou” Plutarchus
Portfolio Handleiding voor gebruik van map en digitaal.
Inleiding
Het doel van een portfolio is: bijhouden van je eigen culturele/kunstzinnige ontwikkeling, vanaf
groep 1 tot en met groep 8. Het geeft een overzicht van wat je geleerd en ervaren hebt, zowel voor
het kind als voor de leerkracht. Daardoor vergroot je het cultureel zelfbewustzijn van het kind en laat
het talenten zien. Het geeft betekenis aan wat je gezien en/of gedaan hebt. Het portfolio is een soort
van kunst en cultuur” rapport”, geen cijfers, maar wel een weerslag van wat je gezien, meegemaakt,
gedaan en ervaren hebt op het gebied van kunst en cultuur. Daarmee is het een blijvend
tijdsdocument, waarmee je terug kunt kijken en op voort kunt bouwen. Beschikbaar voor kind,
leerkracht, ouders.
Het gebruiken van een portfolio sluit aan bij kerndoel 55: De leerlingen leren op eigen werk en dat
van anderen te reflecteren.
Het gehanteerde portfolio is vooral een ontwikkelingsportfolio, hierbij legt de leerling de eigen
ontwikkeling vast en stuurt zichzelf aan door evaluatie, reflectie. Het gaat uitdrukkelijk niet over
beoordelen en daarmee over cijfers of over waardes ( mooi, niet mooi, goed, niet goed)!
Het portfolio is van het kind!
1. Wat is een portfolio?
In de definitie is een portfolio een instrument dat inhoud omzet in reflectie en actie, middels alle
media. Die media zijn: lichaam (dans bv.), voorwerpen, taal, grafische media (offline en online)
In het portfolio kan de culturele leerlijn zichtbaar worden, in alle groepen, in alle disciplines, actief
(zelf maken, ontwikkelen vaardigheden) en passief ( concert of theatervoorstelling zien).
1. Waarom een portfolio? Lerend en reflectief.
Reflectief
Reflectie is een term uit de didactiek. Het is een manier om ervaringen te begrijpen en te analyseren
en er betekenis aan te geven. Reflectie is het proces waarbij informatie wordt omgezet in betekenis.
Een eigen portfolio is voor het kind een instrument om te “duiden”: iets wat onduidelijk is of lijkt,
begrijpelijk en helder maken, ergens een betekenis aan geven, iets verklaren, interpreteren,
analyseren en reflecteren. Nadenken over jezelf, je gedrag of een activiteit. Wat heb ik gezien, wat
heb ik gehoord, wat heb ik beleefd, wat vind ik ervan. Het portfolio biedt de kinderen de
mogelijkheid om naar zichzelf te kijken en stil te staan bij zijn ervaringen. Kunst en cultuur beginnen
met vragen stellen aan jezelf en aan anderen en daarmee ontdekken wat je mooi vindt, en
waardevol. Wat je graag opzoekt, maar ook wat je wilt delen met bv. je ouders. En ontdekken wat je
zelf goed kunt, of wat je zou willen kunnen. Schilderen als van Gogh? Welke techniek gebruikte hij?
Hoe kan ik dat leren? Gitaar spelen? Hoe doe je dat? Wat is de notentaal? Voor de leerkracht draagt
het portfolio bij aan het leren kennen van het kind en is het een extra observatiemiddel.
In het onderzoeksproject ”Cultuur in de spiegel” worden de volgende fases genoemd:
1. waarnemen
2. nieuwe vormen maken, verbeelden(kunst)
3. categoriseren met behulp van begrippen, conceptualiseren
4. en analyseren in termen van structuren
Lerend
Het portfolio is niet alleen reflectief, maar ook lerend: in taal, selectie, mediawijsheid, samenwerking.
Aan het kind wordt gevraagd om teksten te schrijven: een fotobijschrift, een verhaal, een gedicht. Zo
worden ervaringen omgezet in taal. Wat is een bijschrift, wat is daar anders aan dan bv. een gedicht?
Opdrachten uit de taalmethode kunnen vervangen worden door een opdracht voor het portfolio (
leren interviewen, gedichten maken, fotobijschrift maken). Als het kind nog niet kan schrijven wordt
het uitgedaagd om een ervaring te verwoorden.
Met het digitale portfolio leer je selecteren: wat is belangrijk voor mij, waarom, wat wil ik
vasthouden, waar wil ik meer mee doen?
Mediawijsheid krijgt gestalte in het digitale portfolio: leren filmen, fotograferen ( kikkerperspectief,
vogelperspectief, licht), uploaden, bewerken, wat wil ik laten zien van mezelf?
Samenwerking gebeurt door elkaar te leren hoe je filmt, door elkaar te interviewen (een kind uit
groep 8 interviewt een kleuter en schrijft het op in zijn portfolio), door een gezamenlijk werkstuk te
maken en te overleggen hoe je dat in het portfolio doet.
2. Een keuze: map en/of digitaal
De school kan kiezen voor map, digitaal, of beide. Kies je voor alleen digitaal, dan moet het kind de
eerste jaren veel geholpen worden.
Map: :Foto’s (ook bv van driedimensionaal werk), tekeningen, boekje, schilderijen, verhalen,
gedichten. Geschikt voor groep 1-8
Digitaal: Verhalen, foto’s (fotografie, beeldend werk, erfgoedactiviteiten), filmpjes, animatie,
hoorspelen, geluid, muziekprojecten. Geschikt voor groep 1-8
Kiezen voor het portfolio betekent investeren: in tijd en in ontwikkelen van reflectie in jouw klas. Wat
wil ik met het portfolio, waarvoor ga ik het gebruiken, wat is het doel?
3. Hoe gebruik je het portfolio?
De school kiest samen met het kind een aantal vaste momenten om het portfolio te vullen. Kinderen
helpen elkaar. Dit kan in samenwerking met de cultuurcoach. Momenten zijn: activiteiten van
Kunstmenu en KunstmenuPlus ( voorbereidings-en verwerkingsopdrachten bv.). Daarmee is het een
belangrijk onderdeel van het Kunstmenu. Verder kan men denken aan een presentatie of
weekafsluiting, een musical, een project. Belangrijk is dat de leerkracht/cultuurcoach, reflecterend
vragen stelt en vantevoren bedenkt welke leerdoelen men stelt (net als bij elke andere les).
Naast werken op school, kan het kind ook buitenschoolse activiteiten in het portfolio zetten: een
museumbezoek, een vakantie, een foto van een boswandeling, een filmpje van een thuisvoorstelling.
Het portfolio is van het kind, in de klas kunnen afspraken gemaakt worden over gebruik. Wanneer
het kind het ook thuis gaat gebruiken, neemt voor hem of haar ook de waarde toe!
Het portfolio kan onderdeel zijn van bv het 10 minutengesprek, kan talenten van het kind zichtbaar
maken, kan een andere kant laten zien. Voor de school is het een enorme database, die bv. voor een
tentoonstelling, PR, zichtbaarheid van de school ingezet kan worden. Ook kan het een
beleidsinstrument zijn: wat doen we nu, wat kan anders, beter?
De map heeft een aantal tabbladen die beginnen met IK en een aantal “kunstige “vragen. Deze
kunnen helpen om de reflectie tot stand te brengen. De andere tabbladen helpen om te selecteren:
wat heb ik gedaan, gezien, ervaren?
Het digitale portfolio kan op groepsniveau ( hetzelfde filmverslag van de musical bijvoorbeeld) of
individueel gevuld worden. Dit kan ik de klas overlegd worden. De leerkracht overlegt met de
leerlingen, het portfolio is immers van hen!
4. Technische gebruikshandleiding:
Map. Deze vraagt geen technische handleiding
Digitaal. De stappen zijn:
1. School geeft door aan cultuurcoach dat men wilt starten met digitaal portfolio
2. In overleg webadres bepalen voor de school, bijvoorbeeld http://johanwillemfriso.schoolkade.nl
3. Hoge resolutie logo van de school naar cultuurcoach sturen
4. Webbeheerder maakt een portfolio aan voor de school en koppelt het aangeleverde logo
5. School bepaalt hoofdbeheerder en geeft gegevens door (naam, emailadres, gewenst wachtwoord)
6. De hoofdbeheerder maakt groepen( met inloggegevens leerkracht) + leerlingenprofielen aan
7. De beheerder verstrekt de leerlingen hun inlog gegevens.
Het proces van aanmelden tot start duurt ongeveer twee weken.
De serverruimte is extern, de voorwaarden voor de school zijn dat men genoeg internetcapaciteit
moet hebben om het digitale portfolio te gebruiken.
5. Start
De cultuurcoach/Kunstkade geeft een presentatie over de mogelijkheden van het portfolio.
1. De school bepaalt welke groepen mee gaan doen, voor welke vorm men kiest ( map/digitaal)
en wanneer men gaat starten.
2. Er worden mappen besteld ( door de cultuurcoach) en/of er wordt doorgegeven dat men
digitaal gaat starten.
3. De school bepaalt hoe men om wil gaan met het portfolio, ruwweg welke momenten er
gedocumenteerd zullen worden ( Kunstmenu activiteiten, projectweken, afsluitingen,
binnen/buitenschools enzovoort) en welke momenten in de week/maand er gewerkt gaat
worden aan het portfolio. Ervaringen van de vakantie, weekend, hoe ga je die plaatsen,
wanneer? Altijd een bijschrift of een titel ? Altijd verbeelding?
4. De school bepaalt welke inbreng de cultuurcoach zal hebben: coördinatie? Inhoudelijk?
Opstellen van richtlijnen? Proces bewaken?
5. De school bepaalt wat er nodig is ( ruimte, technische faciliteiten enzovoort)
6. Het portfolio wordt geïntroduceerd in de klas: wat is het, wat kun je ermee, hoe gaan we het
gebruiken. Uitleg over reflectie, wat betekent dat, we gaan dat oefenen enz.
Vervolgens is de start het IK. Wie ben ik, hoe wil ik mijzelf laten zien? Dit proces wordt elk
jaar herhaald, zodat ook hier een ontwikkeling in 8 jaar te zien is!
7. Les vragen/les interviewen: Wat is een interview, hoe doe je dat? Kinderen beantwoorden de
vragen, voor zichzelf of via interviews en verwoorden dit in het portfolio. De vragen worden
ook elk jaar herhaald ( de school kan eventueel vragen in het portfolio toevoegen)
VRAGEN:
Ik ben (naam) Noem drie woorden die bij jou passen:
Mijn favoriete plekje is ......
Omdat......
Mijn liefste bezit is..
Ik zou graag goed willen zijn in....
Als ik aan kunst denk, denk ik aan...
8. Les fotografie: perspectief, portretfotografie, licht, techniek, selfies: wat wil je laten zien van
jezelf???? Foto’s maken van elkaar en selecteren. In het portfolio plaatsen
9. Les zelfportret maken: voorbeelden in de kunst, verhouding in je gezicht, schilderen,
tekenen, houtskool? Plaatsen in portfolio. Wat wil ik verder: bijschrift maken, tekst, gedicht?
10. Reflectie: wat is dat, welke vragen horen daarbij, kun je die aan jezelf stellen of ook aan de
ander, hoe doe je dat dan? ( zie artikelen op de website).
11. Het vervolg zal voor elke school /groep verschillend zijn…….
Meer informatie: Kunstkade Leeuwarden D. Zwiers
[email protected] 06 130 088 47
www.schoolkade.nl
Download