Azië Economisch Bureau Opkomende markten: Serdar Küçükakın Tel: 020 6295086 [email protected] Nadruk op groei Januari 2012 De economische groei in de opkomende Aziatische landen is vorig jaar zichtbaar afgenomen als gevolg van beleidsverkrapping en de vertraging in de VS, terwijl ook de ontwikkelingen in Europa niet bevorderlijk waren. In het laatste kwartaal kreeg ook de discussie over een mogelijke harde landing in China en de potentiële negatieve gevolgen hiervan voor de rest van de regio de nodige aandacht. Wij verwachten dat de economische groei in de regio zich dit jaar op een vrij hoog niveau van ongeveer 7% handhaaft en in 2013 versnelt naar circa 7,5%. daling van de vastgoedprijzen worden huishoudens dus niet gedwongen tot schuldafbouw. En omdat het gemiddelde percentage noodlijdende leningen van banken 2% is en de reservevereiste 21% bedraagt, lijkt het onwaarschijnlijk dat een lichte verslechtering van de kredietkwaliteit het functioneren van banken (op middellange termijn) in gevaar zal brengen. Bovendien bedroeg de schuld van de centrale overheid vorig jaar slechts 16,3% van het BBP. Tot slot heeft China enorme valutareserves waarop in een financiële noodsituatie een beroep gedaan kan worden. Economische groei China % j-o-j 15 14 13 12 11 10 9 8 7 6 00 03 06 09 12 Bron: Bloomberg, prognose Group Economics ABN AMRO China China kampt met allerlei economische problemen, die vaak de angst voor een harde landing aanwakkeren. De huizenprijzen daalden in november voor de derde maand op rij; dit kan ingrijpende gevolgen hebben voor de investeringsgroei en de kwaliteit van activa. Voorts wordt het voor lokale overheden steeds moeilijker om hun schulden af te lossen. Deze schulden liepen vorig jaar op tot in totaal CNY 10,7 biljoen. Het is goed mogelijk dat de centrale overheid te hulp moet schieten. Wij onderkennen de ernst van deze problemen maar denken niet dat deze leiden tot een harde landing van de economie. Ten eerste heeft China de huidige vertraging in ieder geval voor een deel aan zichzelf te wijten. Hiermee bedoelen we dat deze is veroorzaakt door beleidsverkrapping. Met andere woorden, als de risico’s sterk toenemen, zou de overheid het beleid snel kunnen omkeren. Vorig jaar is trouwens al een versoepeling van de beleidsopstelling op gang gekomen. Een tweede, en belangrijker, punt is dat de balanssituatie van huishoudens, banken en de overheid nog steeds heel solide is. Dit biedt essentiële veerkracht, ook als de negatieve risico’s sterker worden. De totale kredietopname door huishoudens bedraagt minder dan 18% van het BBP, wat minder is dan de totale spaartegoeden van huishoudens. Bij een beperkte Buitenlandse handel De huidige zwakke ontwikkeling van de groei in Zuidoost-Azië is vooral terug te voeren op de buitenlandse vraag. Het momentum van de exportgroei is in het laatste kwartaal van 2011 afgezwakt en zal in het eerste kwartaal van dit jaar waarschijnlijk verder afnemen. Het algehele gevoel is dat het herstel van de handel in Azië vrij bescheiden zal zijn doordat het consumptief vermogen in Europa waarschijnlijk nog enige tijd relatief gering blijft. Wij zijn echter niet (helemaal) overtuigd. Importcomponent PMI Index 65 60 55 50 45 40 35 30 05 06 Bron: Bloomberg 07 08 09 US China 10 11 2 Azië - Nadruk op groei - Januari 2012 Export naar handelspartners als % van BBP 2010 Zuid-Korea Singapore Taiwan China VS Eurozone 11.5 4.9 3.7 18 7.2 6.7 16.1 10.3 11.7* Bron: Thomson Reuters Datastream * Europa Het tempo waarin de handel zich herstelt, hangt niet alleen af van de ontwikkelingen in Europa, maar ook (en misschien wel vooral) van wat er gebeurt in de VS en China. In de VS heeft de economie de tijdelijke negatieve effecten van bijvoorbeeld de natuurramp in Japan van zich afgeschud. In China heeft de centrale bank na de rigoureuze beleids-verkrapping van vorig jaar alle ruimte om de economie te stimuleren. Hiermee is vorig jaar al een begin gemaakt. Wij denken ook dat het begrotingsbeleid proactief zal blijven ter ondersteuning van de groei, maar verwachten geen herhaling van het omvangrijke begrotingspakket van 2008. In dit opzicht is de meest recente ontwikkeling van de voorlopende inkoopmanagersindices (PMI's) voor de verwerkende industrie in de VS en China heel hoopgevend. Beide PMI’s zijn in december gestegen. Belangrijker is nog dat de importcomponenten van beide indices zijn verbeterd. Vooral de toename van de importcomponent van de Amerikaanse PMI van 49 naar 54 was positief. Begrotingsbeleid Wij verwachten dat de beleidsmakers zich dit jaar nog meer dan anders zullen richten op de economie. De reden hiervoor is de politieke cyclus. Na de algemene verkiezingen van 14 januari in Taiwan volgen er in Azië dit jaar nog diverse verkiezingen. Op het programma staan onder meer algemene verkiezingen in Maleisië in januari/februari en in Zuid-Korea in april en presidentsverkiezingen in Korea in december. Bovendien worden er vanaf het tweede kwartaal ook verkiezingen gehouden in verschillende Indiase deelstaten. En last-but-not-least vindt er in China dit jaar een machtswisseling plaats. Individuele functionarissen die hopen op promotie, zullen alles in het werk stellen om de groei op korte termijn te stimuleren en zo hun economische staat van dienst zo mooi mogelijk op te poetsen (vergelijkbaar met het opvoeren van de uitgaven door regeringen in andere delen van de wereld in de aanloop naar verkiezingen). Gegeven deze politieke activiteit in de regio kunnen volgens ons economische groei en inflatie een belangrijke rol gaan spelen in het besluitvormingsproces van beleidsmakers. Of met andere woorden: beleidsmakers zullen weinig tolerantie hebben voor inflatie en zullen de groei willen stimuleren. In landen waar de inflatie een minder groot probleem is (of wordt) zullen verkiezingscampagnes de nadruk op groei waarschijnlijk versterken. Wij denken daarom dat bijvoorbeeld de uitgaven aan infrastructurele projecten dit jaar een extra impuls kunnen krijgen. Dit geldt niet alleen voor China en India maar ook voor landen als Maleisië, Indonesië en de Filippijnen. Deze verwachte toename van de overheidsinvesteringen kan (enige) compensatie bieden voor de verwachte verzwakking van de particuliere investeringen, vooral in de elektronicasector, als gevolg van het zwakke investeringsklimaat. Producenten van halfgeleiders hebben de investeringen vorig jaar al fors verlaagd en het is op dit moment onduidelijk of hier in 2012 een omslag zal komen en zo ja in welke mate. Particuliere consumptie De particuliere consumptie was vorig jaar sterk, voor een deel dankzij de goede omstandigheden op de arbeidsmarkt. Wij verwachten dat de particuliere consumptie in de hele regio dit jaar relatief goed op peil blijft en slechts licht zal dalen. Een andere factor die steun biedt aan de particuliere consumptie, is de veerkracht van de vermogensmarkten in de regio en met name van de vastgoedprijzen. Hoewel wij verwachten dat de vastgoedprijzen in een aantal landen een correctie zullen ondergaan vanaf de huidige hoge niveaus, zal deze aanpassing zich waarschijnlijk over een langere periode voltrekken. Inflatie en monetair beleid In het laatste kwartaal van 2011 begon het momentum van de inflatie in de hele regio af te nemen, behalve in India, waar deze hardnekkig hoog bleef ondanks rigoureuze beleidsverkrapping. Zowel vraag- als aanbodfactoren hebben een belangrijke bijdrage geleverd aan de stijging van de prijzen. Op dit moment zijn er duidelijke tekenen zichtbaar dat de vraagfactoren onder controle beginnen te komen, vooral dankzij het vertraagde effect van de rigoureuze monetaire beleidsacties van de Indiase centrale bank. In combinatie met de lagere grondstoffenprijzen en basiseffecten zal dit zorgen voor een afnemende inflatiedruk in het eerste kwartaal. Door deze afnemende inflatiedruk binnen de regio krijgen de monetaire autoriteiten meer ruimte om de economie te stimuleren. Wij denken dat twee criteria, namelijk de recente verkrapping en de dalende inflatie, bepalend zullen zijn voor het tempo van de monetaire versoepeling binnen de regio. Landen zoals China en India, die het monetaire beleid agressiever hebben verkrapt, evenals Indonesië en de Filippijnen, waar de inflatie steeds lager uitviel dan verwacht, zullen het voortouw nemen bij de versoepeling van het monetaire beleid. 3 Azië - Nadruk op groei - Januari 2012 Valutareserves USD biljoen 6 5 4 3 2 1 0 90 95 China Bron: EIU 00 05 Azië (exclusief Japan) 10 Wij denken ook dat de Aziatische beleidsmakers beschikken over de noodzakelijke munitie om, indien nodig, een plotselinge uitstroom van kapitaal te voorkomen. Collectief gezien is Azië veel minder gevoelig voor de ontwikkelingen bij Europese banken dan andere opkomende regio's. Wij denken dat de schuldafbouw door Europese banken geen spanningen zal opleveren voor de kredietverlening en de reële bedrijvigheid in Azië. Volgens ons beschikken de grote banken in onder meer Singapore, Hongkong en Japan over voldoende middelen om eventuele tekorten op te vangen. Bovendien hebben de Aziatische overheden sterke buffers in de vorm van een laag begrotingstekort, een groot overschot op de lopende rekening en grote valutareserves.