Hoe om te gaan met afwijkingen bij de uitvoering van projecten De vraag is gesteld wanneer een wethouder rapporteert aan de commissie en/of de raad over escalaties in projecten. De aanleiding betreft de werkzaamheden aan het plein op de Binnenweg, maar de vraag is breder en betreft ook projecten in de sfeer van de ruimtelijke ordening. Algemeen Zodra de raad heeft ingestemd met inhoud en financiën van een plan, is het aan B&W om overeenkomstig dit besluit tot uitvoering daarvan over te gaan. De raad mag er op vertrouwen, dat B&W deze uitvoering conform het genomen besluit tot een goed einde brengen. In de uitvoeringsfase worden vele beslissingen genomen. Vele daarvan hebben geen grote impact en horen bij het managen van de uitvoering van een werk, andere beslissingen hebben een zodanige impact dat B&W inhoud moeten geven aan hun actieve informatieplicht naar de raad. In de vraagstelling is het woord “escalatie” gebruikt. Het moge helder zijn dat bij escalaties B&W altijd commissie en/of raad informeren. De vraag is dus meer wanneer er sprake is van een afwijking van een genomen besluit waarover B&W informatie behoren te verstrekken, en of er op dat moment nog mogelijkheden voor commissie en/of raad zijn om bij te sturen. Alvorens daarop in te gaan, wordt eerst kort de normale gang van zaken geschetst. Ook wordt een beeld gegeven van de praktijk in de afgelopen 5 jaar. Normale gang van zaken Bij herinrichting of groot onderhoud aan wegen, riolen of groenvoorziening wordt steeds meer gewerkt met beheerplannen. Deze zijn er al voor water (baggeren), wegen, riolering en groen. Nieuwe beheerplannen zijn in de maak voor bruggen en beschoeiingen. Op basis van deze beheerplannen worden meerjarenplannen opgesteld. Hieruit voortvloeiende projecten worden opgenomen in het meerjareninvesteringsprogramma. Bij projecten geldt het volgende: eerst wordt een projectomschrijving gemaakt. Op basis van de daarin verwerkte uitgangspunten wordt een eerste raming van de kosten gemaakt. Zodra het project bestuurlijk wordt geaccepteerd en verwerkt is in de meerjarenbegroting, wordt een projectleider aangewezen. Die is verantwoordelijk voor planning, communicatie, financiën en dossiervorming. bij elk moment van bestuurlijke besluitvorming wordt met de kennis van dat moment bezien of de eerste raming nog correct is of bijstelling behoeft. Daarbij gaat het om twee momenten: het besluit om een plan in de inspraak te brengen, en het besluit om het plan definitief vast te stellen. na definitieve vaststelling van het plan volgt de aanbesteding. Blijft het resultaat daarvan binnen het krediet, dan wordt overgegaan tot gunning. Blijkt het krediet onvoldoende te zijn, dan moet bestuurlijke besluitvorming plaats vinden over de vraag of dat acceptabel is. Deze laatste situatie komt overigens zelden of nooit voor. tijdens de uitvoering is het aan de gemeentelijke directievoerder en toezichthouder om de kwaliteit van de uitvoering van het werk te bewaken en meer- en minderwerk onder controle te houden. De projectleider heeft een overall-verantwoordelijkheid. Het college gebruikt vier standaardmomenten per jaar om afwijkingen bij de uitvoering van genomen besluiten te rapporteren aan de raad: kadernota, najaarsnota, begroting en rekening. 1 Daarbij wordt niet integraal de stand van zaken van elk project weergegeven, maar wel die wijzigingen die van belang zijn. Daarnaast is in 2007 bij de behandeling van de jaarrekening gesproken over een rapportageformat voor ‘grote’ projecten en daaraan gekoppeld de risicobeheersing van die projecten. Op basis van dit format wordt informatie over de diverse ‘grote’ projecten gegeven in de kadernota en najaarsnota. In de jaarrekening en begroting zal niet op deze wijze worden gerapporteerd omdat de rekening (mei) en begroting (november) in de tijd nagenoeg samenvallen met de kadernota (juni) en de najaarsnota (oktober). Het spreekt voor zich dat de relevante informatie die van invloed is op de begroting en de jaarrekening wel meegenomen wordt in deze documenten. De in dit kader benoemde projecten zijn: a. uitbreiding raadhuis (centralisatie gemeentelijke diensten) b. bouwplan Watertoren c. omgeving station Heemstede – Aerdenhout d. uitvoering gemeentelijk rioleringsplan e. herinrichting Binnenweg Aan dit besluit is in de afgelopen jaren uiteraard ook uitvoering gegeven. Tenslotte verdient vermelding het door de raad genomen besluit “controleprotocol accountantscontrole jaarrekening 2009 en 2010” (raadsbesluit van 16 december 2009), waarin m.b.t. overschrijding van een investeringskrediet de volgende passage is opgenomen: “Deze overschrijdingen worden in beginsel als onrechtmatig beschouwd. Doordat deze overschrijdingen binnen het bestaande beleid vallen, kunnen deze door de raad bij de jaarrekening alsnog worden geautoriseerd. Echter om te voorkomen dat een onwerkbare situatie ontstaat wordt vanuit pragmatisch oogpunt voorgesteld om een zekere bandbreedte in te bouwen. Dat houdt in dat de raad – in het kader van de rechtmatigheid – het college mandateert tot een gelimiteerde kredietruimte (de bandbreedte) van 5% van het beschikbaar gestelde krediet, met een maximum van € 30.000.”. Mocht het voorkomen dat de bandbreedte overschreden wordt, dan dient de rechtmatigheid geheeld te worden door een raadsbesluit, te nemen bij de kadernota, najaarsnota of rekening. Bij projecten in de sfeer van de ruimtelijke ordening ligt de situatie anders. Heemstede heeft geen grondbedrijf, en maar al te vaak wordt een r.o.project gerealiseerd door particulieren op grond van particulieren. In die gevallen wordt er, als de grootte van het plan of de te volgen planologische procedure daartoe aanleiding geven, een intentie-overeenkomst aangegaan. Daarin wordt aan de zijde van de gemeente de inspanningsverplichting gelegd om een planologische procedure voortvarend in gang te zetten en tot ”een” afronding te brengen, en wordt verhaal van planschade geregeld. De gemeenteraad heeft het primaat op het gebied van r.o. en is altijd én bij het bestemmingsplan én bij een afwijking van importantie van dat plan als laatste aan zet. Indien er wel een grondpositie voor de gemeente is, ligt de situatie anders. Watertoren is daar een expliciet voorbeeld van, en daar is dan ook na zorgvuldige voorbereiding een samenwerkingsovereenkomst (SOK) aangegaan. Ook daarin had de raad het belissende woord. Op het moment dat er zich een wijziging in de uitvoering van deze SOK voordeed, is ook die verandering voorgelegd aan de raad. De centralisatie van gemeentelijke diensten was uit de aard der zaak ook een dergelijk project; het ging om gemeentelijke gebouwen en gronden. Beide projecten zijn terecht opgenomen in het eerder vermelde lijstje van “grote” projecten waarvoor een speciaal rapportageformat wordt benut. 2 R.O.projecten worden afgerond met een bouwvergunning. Zowel het verlenen van de bouwvergunning als de handhaving daarvan zijn taken van B&W, en spelen zich af binnen de door de raad m.b.t. het betreffende plan gestelde kaders. Ervaringen vanaf 2006 Waar projecten financieel gezien uit de rails lopen, wordt daarover aan de raad gerapporteerd. De najaarsnota die in oktober j.l. aan de raad is aangeboden, kent daar een aantal voorbeelden van. Dit vormen gelukkig uitzonderingen. Ter illustratie daarvan dient het volgende staatje. totaal kredieten 2006 2007 2008 2009 totaal 2006-2009 begroot 3.398.234 8.457.538 11.976.951 11.316.115 35.148.838 werkelijk 3.445.293 8.130.731 11.654.649 11.312.827 34.543.500 saldo - 47.059 326.807 322.302 3.288 605.338 proc.verschil 1,4% nadelig 3,9% voordelig 2,7% voordelig 0,0% voordelig 1,7% voordelig Bij het nadelige saldo in 2006 kan nog worden aangetekend dat dit is veroorzaakt door een overschrijding in de kosten van de tijdelijke huisvesting Havenstraat (€ 124.000). Dit nadeel is voor een deel gecompenseerd door lagere bestedingen op andere kredieten van € 77.000. Op inhoudelijk gebied worden commissie en raad gevraagd en ongevraagd bijgehouden over belangrijke ontwikkelingen. Het overzicht bouwprojecten staat op elke agenda van de commissie Ruimte, en zowel college als commissieleden kunnen dat agendapunt aangrijpen om vragen te stellen of ontwikkelingen mee te geven. Bij herinrichting of groot onderhoud aan wegen, riolen of groenvoorziening is het bestek de basis voor de uitvoering. Bij ieder project stuit men op zaken die niet volgens dit bestek kunnen worden uitgevoerd, waarbij in overleg met de gemeentelijke directie en toezichthouder een oplossing wordt gevonden. Dit heeft zelden gevolgen voor het totaalproject, en dan is er ook geen aanleiding om terug te rapporteren aan commissie en/of raad. De ontstane situatie m.b.t. het middengedeelte van de Binnenweg – de aanleiding tot deze notitie – is een uitzonderlijke. Bij andere projecten is het niet voorgekomen dat er aanleiding was om commissie en/of raad tusssentijds te informeren. Hoe om te gaan met afwijkingen bij de uitvoering van genomen besluiten Afwijkingen bij de uitvoering van genomen besluiten kunnen nooit worden uitgesloten. De praktijk is vaak weerbarstiger dan in de voorbereiding ingeschat. De kunst is veel meer om er verantwoord mee om te gaan; zodra een genomen besluit in uitvoering wordt gebracht, is het college aan zet en zitten commissie en raad op de achterhand. In het voorgaande is beschreven wat voor ervaringen er in de afgelopen jaren mee zijn opgedaan, en op welke wijze gehandeld wordt en dient te worden bij zowel inhoudelijke als financiële afwijkingen. Mocht zich een afwijking van importantie voordoen op een moment dat één van de eerder in deze notitie beschreven middelen in tijd te ver weg ligt, dan is het aan B&W om tussentijds de commissie en/of de raad informatie te verschaffen. Wat verstaan moet worden onder een dergelijke afwijking van importantie is niet in zijn algemeenheid aan te geven. Het is aan B&W om deze inschatting te maken, waarbij niet alleen inhoud en financiën maar ook de bestuurlijke voorgeschiedenis behoort mee te spelen. De Binnenweg is hierbij een goed voorbeeld. Juist bij die herinrichting is veel tussentijds door de 3 portefeuillehouder teruggekoppeld naar de commissie. Dat is ongebruikelijk, maar werd ingegeven door de grote impact van deze herinrichting. Toch was het ook in dit geval geen reële optie om het project stil te leggen en de commissie te consulteren. Voortgang van de werkzaamheden was in ieders belang en de kosten van het stopzetten van de werkzaamheden (arbeid en materiaal) komen volledig voor rekening van de gemeente. Commissie en raad hadden alleen achteraf de kans die inschatting van B&W op haar juistheid te beoordelen. Het is voorstelbaar dat de inschatting van B&W anders uitpakt; in omliggende gemeenten zijn wel voorbeelden voorgekomen waarbij een werk langdurig stil heeft gelegen vanwege een substantieel financieel geschilpunt tussen gemeente en aannemer. In Heemstede is dat nog niet voorgekomen. Mocht dat wel het geval zijn, dan zijn B&W gehouden op zo kort mogelijke termijn commissie en/of raad hierover te informeren en te consulteren. Conclusies 1. er zijn in Heemstede voldoende formele en informele momenten en instrumenten voorhanden waarbij en waarmee B&W tijdens de uitvoering van een project optredende afwijkingen kunnen melden aan commissie en/of raad. 2. de ervaringen vanaf 2006 wijzen uit dat B&W aan deze informatieplicht actief inhoud hebben gegeven. 3. de afwijking in de uitvoering van de herinrichting van het middengedeelte van de Binnenweg is een uitzonderlijke. 4. er is geen vastomlijnd kader aan te geven waarbinnen gehandeld dient te worden in die uitzonderlijke gevallen waarbij de bestaande informatiemomenten en rapportage-instrumenten niet afdoende zijn en B&W onverwijld ontwikkelingen aan commissie en/of raad dienen te rapporteren. Aanbevelingen 1. B&W gaan voort met de huidige wijze van rapporteren over projecten in kadernota, najaarsnota, begroting en rekening. 2. B&W gaan voort met het benutten van het rapportageformat voor “grote” projecten. Aan de huidige lijst van “grote” projecten wordt toegevoegd de herinrichting van de Herenweg. 3. waar de bestaande informatiemomenten en rapportage-instrumenten niet afdoende zijn, zullen de agendacommissie- en raadscommissievergaderingen worden benut om snel informatie uit te wisselen. 10.11.2010 4