Rijnstate Rijnstate

advertisement
Informatiemap IVF / ICSI
Rijnstate
Geachte mevrouw en meneer, geachte dames,
In deze map vindt u algemene informatie over IVF en ICSI. Daarnaast geven wij u inzicht in
de IVF- of ICSI-behandeling bij de polikliniek Voortplantingsgeneeskunde in Rijnstate.
Wij wijzen u er op dat het van belang is om de polis van uw zorgverzekering te raadplegen
om na te gaan of, en onder welke voorwaarden een IVF- of ICSI-behandeling wordt vergoed.
Dit voorkomt verrassingen met onaangename financiële consequenties. Als de vrouw ouder is
dan 42 jaar, dan wordt IVF / ICSI niet vergoed.
Het team Voortplantingsgeneeskunde
Dr. Bancsi, Dr. Nap en Drs. Dankert, gynaecologen
Drs. Roozenburg en Drs. Sival, fertiliteitsartsen
Ellen van Uum-Rikken, Sharon van Hoek, Sylvia Vrieling-Kruys, Petra van Alst-Kemperman
en Ingeborg van de Zwart, verpleegkundigen; Helma Klerk-Sanders, doktersassistente.
Cisca Veldkamp, Carla Doeve, Cuni Jurrius, Nikki de Man; spreekuurassistentes.
Bereikbaarheid polikliniek Voortplantingsgeneeskunde (route 5)
Op werkdagen is onze polikliniek van 08.3008.30-11.30 uur telefonisch bereikbaar voor vragen
met betrekking tot de behandeling en voor het maken van afspraken
℡ 088 – 0056495.
0056495.
E-mail: [email protected]
Uitsluitend
88Uitsluitend voor spoedgevallen ℡ 088
88-0058580 ; elke werkdag van 08.0000-17.00 uur.
uur.
IVF-infomap 04/14
1
Inhoud
Pagina
Begripsbepaling
3
- In Vitro Fertilisatie (IVF)
- Intra-Cytoplasmatische Sperma-Injectie (ICSI)
Wat houdt een IVF-behandeling in?
-
3
3
4
Stilleggen van de eigen menstruele cyclus
Stimuleren van de eierstokken
Follikelpunctie
Laboratoriumfase
Embryotransfer en de fase daarna
4
5
5
5
6
Kans op zwangerschap
7
Complicaties
8
-
Ovarieel Hyperstimulatiesyndroom (OHSS)
Meerlingen
Bloeding en infectie
Infectie van de embryo’s
Buitenbaarmoederlijke zwangerschap
Aangeboren afwijkingen
Gevolgen op de lange termijn
IVF-behandeling in Rijnstate
- Afspraken Rijnstate
-
8
8
9
9
9
9
10
10
10
10
11
11
11
11
12
12
12
13
Intakegesprek
1ste uitleg
Echocontrole en 2de uitleg
2de en volgende echocontrole
Follikelpunctie en transport van de eicellen
- Afspraken UMC Utrecht
- Spermaproductie
- Embryotransfer
Wat houdt een cryobehandeling in?
14
15
16
Cryo-ET natuurlijke cyclus
Verklaringen/Overeenkomst UMC Utrecht
17
Hoe belastend is een IVF-behandeling voor u?
18
Belangrijke telefoonnummers en adressen
19
Routebeschrijving naar en in UMC Utrecht
19
Medicatie ten behoeve van IVF / ICSI-behandeling
20
Follikelpunctie-Embryotransferschema
21
Bijlage: Verklaringen/Overeenkomst UMC Utrecht
22
IVF-infomap 04/14
2
Begripsbepaling
In Vitro Fertilisatie (IVF)
In Vitro Fertilisatie betekent “bevruchting in glas”. De feitelijke bevruchting (= het
binnendringen van een zaadcel in een eicel en vervolgens het samensmelten van beide
cellen) vindt bij IVF plaats in het laboratorium. Hiertoe dienen zaadcellen en eicellen
buiten het lichaam beschikbaar te zijn. Het verkrijgen van zaadcellen is doorgaans
relatief eenvoudig. Het verkrijgen van eicellen vereist een uitgebreide hormonale
behandeling waarna de eierstokken via de vagina worden aangeprikt en de eicellen
kunnen worden weggezogen.
De term reageerbuisbevruchting vindt zijn oorsprong in het gegeven dat de reageerbuis
vaak symbool staat voor laboratorium. In de praktijk vindt de bevruchting plaats in een
schaaltje. Eicellen en zaadcellen worden hierin geplaatst waarna de bevruchting spontaan
tot stand dient te komen. Een bevruchte eicel (embryo) wordt na enkele dagen in de
baarmoeder geplaatst indien er voldoende celdelingen hebben plaatsgevonden, waarna
een gewone zwangerschap kan volgen.
Het tot stand komen van bevruchting is geen vanzelfsprekendheid. Bij circa één op de
tien paren die een IVF-behandeling ondergaan ontstaat er geen embryo.
IntraCytoplasmatische SpermaSperma-Injectie (ICSI)
Bij deze behandeling wordt één zaadcel met behulp van een microscopisch dunne naald
in de eicel geprikt. Dit in tegenstelling tot een “gewone” IVF-behandeling waarbij
zaadcellen en eicellen elkaar op eigen kracht vinden. De gehele behandeling is dus
grotendeels gelijk aan een IVF-behandeling, alleen de laboratoriumprocedure verloopt
anders.
Het feit dat een zaadcel in een eicel wordt gebracht staat niet gelijk aan bevruchting.
Hiertoe dient er nog samensmelting van beide cellen op te treden. Op dit deel van het
bevruchtingsproces is van buitenaf geen invloed uit te oefenen. Ook na ICSI kan het
derhalve voorkomen dat er geen embryo’s ontstaan.
Paren van wie de man sterk verminderd vruchtbaar sperma heeft (minder dan 1 miljoen
bewegende zaadcellen) of paren van wie bij een reguliere IVF-behandeling de eicellen
niet zijn bevrucht komen in aanmerking voor ICSI. Specifiek voor ICSI geldt dat bij beide
partners geen sprake mag zijn van besmetting met Hepatitis B of C en HIV.
IVF-infomap 04/14
3
Wat houdt een IVF / ICSIICSI-behandeling in?
Alvorens de verschillende stappen van een IVF- of ICSI-behandeling te bespreken is het
van belang om stil te staan bij het natuurlijke bevruchtingsproces. Dit geeft inzicht in de
opbouw van de behandeling.
De menstruele cyclus van de vrouw, dit is de periode die verstrijkt tussen de eerste dag
van de menstruatie en de eerste dag van de volgende menstruatie, duurt gemiddeld 28
dagen. In de eerste cyclushelft komt, onder invloed van follikelstimulerend hormoon
(FSH) in één van de eierstokken een eiblaasje (follikel) met daarin een eicel tot rijping. In
het groeiende eiblaasje wordt vrouwelijk hormoon (oestrogeen) gemaakt. Dit hormoon
zorgt voor de opbouw van het slijmvlies in de baarmoederholte. Daarnaast maakt het
vrouwelijk hormoon het slijm in de baarmoederhals doorgankelijk voor zaadcellen en
zorgt het voor het vrijkomen van eispronghormoon als het eiblaasje “rijp’’ is. Het
eispronghormoon zorgt vervolgens voor de eisprong; dit is het openbarsten van het
eiblaasje en het loskomen van de eicel. Ook is het eispronghormoon van belang voor de
noodzakelijke definitieve uitrijping van de eicel en zorgt het ervoor dat het lege eiblaasje
een hormoon (progesteron) maakt dat onmisbaar is voor het geschikt maken van het
baarmoederslijmvlies voor het ontvangen van een bevruchte eicel.
De eicel wordt na de eisprong opgevangen in een eileider. Hier kan, indien er voldoende
goed bewegende zaadcellen aanwezig zijn, de bevruchting optreden. De bevruchte eicel
ondergaat de eerste celdelingen en wordt een embryo. Het embryo wordt tijdens dit
proces door de eileider naar de baarmoederholte gevoerd waar de innesteling plaats kan
vinden. Dit gebeurt ca. 5 dagen na de eisprong. Het embryo gaat zwangerschapshormoon
produceren dat in bloed en urine aan te tonen is als de vrouw over tijd is. Ongeveer 4
weken na de eisprong is het embryo met behulp van een vaginale echo zichtbaar te
maken.
Het hierboven beschreven natuurlijke bevruchtingsproces verduidelijkt waarom bij een
IVF- en ICSI-behandeling gebruikt gemaakt wordt van verschillende hormonen. Een
behandeling bestaat in grote lijnen uit de volgende fasen:
•
Stilleggen van de eigen menstruele cyclus
Het stilleggen van de eigen cyclus, ook als er geen spontane menstruaties zijn, is om twee
redenen van belang. Ten eerste om te voorkomen dat in het verdere verloop van de
behandeling een spontane eisprong optreedt. Dit zou betekenen dat het aanprikken van de
eierstokken, en daarmee de rest van de behandeling, niet door kan gaan. Ten tweede helpt
het bij de planning van behandelingen. Dit is vooral van belang om een te grote
piekbelasting in het laboratorium te voorkomen.
IVF-infomap 04/14
4
Om de eigen cyclus stil te leggen dienen eerst gedurende enkele (twee tot vier) weken
hormoontabletten te worden geslikt. Dit betreft meestal een gewone anticonceptiepil.
Hierna wordt door middel van injecties de eigen hormoonregulatie, met name het
vrijkomen van eispronghormoon, gedurende het verdere verloop van de behandeling
volledig stilgelegd.
• Stimuleren van de eierstokken
De kans op een succesvolle behandeling is groter indien er voor de procedure in het
laboratorium meerdere eicellen beschikbaar zijn. Het is derhalve de bedoeling dat er
meerdere eiblaasjes gaan groeien. In een gewone cyclus rijpt gewoonlijk maar één eiblaasje.
Door middel van het toedienen van follikelstimulerend hormoon (FSH/injecties) wordt
getracht de groei van meerdere eiblaasjes te bewerkstelligen.
• Follikelpunctie
Als de eiblaasjes de juiste grootte hebben bereikt kan het aanprikken van de eierstokken
plaatsvinden. De injecties voor het stilleggen van de eigen cyclus en het FSH kunnen nu
worden gestaakt. Voorafgaand aan de follikelpunctie wordt eispronghormoon (1 injectie)
toegediend. Dit zorgt voor de definitieve rijping van de eicellen. Ook zou er een eisprong
volgen. Echter omdat het tijdsbestek tussen deze injectie en een eventuele eisprong vastligt
en bekend is, zal het aanprikken van de eierstokken worden verricht voordat er een
spontane eisprong optreedt. Het is dus van groot belang om deze injectie exact op het
afgesproken tijdstip toe te dienen.
Het aanprikken van de eierstokken vindt plaats via de vagina, onder plaatselijke verdoving
en onder echoscopisch zicht.
Omdat de eigen hormoonregulatie niet direct weer op gang zal komen start u aansluitend
aan de follikelpunctie met het inbrengen van progesteron (vaginale capsules) om het
baarmoederslijmvlies in de juiste conditie te brengen voor een eventuele innesteling van
een embryo.
• Laboratoriumfase
Enkele uren nadat de eicellen uit de eierstokken zijn weggezogen worden ze in het
laboratorium met de zaadcellen bijeengebracht in een schaaltje (IVF) of worden alle
geschikte eicellen afzonderlijk geïnjecteerd met een enkele zaadcel (ICSI). De volgende
dagen blijkt of er werkelijk samensmelting (bevruchting) heeft plaatsgevonden en of de
bevruchte eicel de eerste celdelingen doormaakt.
In deze dagen gaat u door met het inbrengen van de progesteron-capsules.
IVF-infomap 04/14
5
• Embryotransfer en de fase daarna
Als er bevruchting heeft plaatsgevonden en er zijn voldoende celdelingen opgetreden wordt
de bevruchte eicel embryo genoemd. De embryotransfer, het inbrengen van een embryo in
de baarmoederholte, vindt enkele dagen na de follikelpunctie plaats. Het betreft een nietpijnlijke en korte procedure waarbij na het inbrengen van een spreider (eendebek) een dun
slangetje via de baarmoederhals in de holte van de baarmoeder wordt geplaatst. Door dit
slangetje wordt het embryo ingebracht.
Na de embryotransfer volgt de periode van afwachten. Ook in deze fase gaat u door met de
progesteron-capsules tot 15 dagen na de follikelpunctie.
Indien er na de transfer nog embryo’s van hoge kwaliteit voorradig zijn is er een
mogelijkheid om deze embryo’s te laten invriezen (cryoconservatie). De embryo’s worden
dan bewaard in vloeibare stikstof bij -196° Celsius. Bij ca. 1 op de drie behandelingen zullen
embryo’s ontstaan die geschikt zijn voor cryoconservatie.
IVF-infomap 04/14
6
Kans op zwangerschap
De kans op een zwangerschap na IVF of ICSI bedraagt gemiddeld 20-25%. De kans op
een miskraam is echter iets hoger dan na een spontaan ontstane zwangerschap. Daarbij
moet worden aangetekend dat in een gewone situatie een vrouw vaak pas in een iets later
stadium ontdekt dat ze zwanger is en kan een zeer vroege miskraam worden aangezien
voor een verlate, heftige menstruatie.
De kans op een doorgaande zwangerschap voorbij 12 weken ligt rond de 20%. Uiteraard
is er pas sprake van een succesvolle behandeling wanneer deze resulteert in de geboorte
van een kind. Als de eerste 12 weken voorbij zijn is de kans op de geboorte van een kind
groter dan 95%.
Deze getallen betreffen slechts gemiddelden. Enkele belangrijke factoren voor het
welslagen zijn de leeftijd van de vrouw, de embryokwaliteit en het aantal embryo’s dat
wordt ingebracht. Variaties in deze factoren maken dat individuele kansen ver uiteen
kunnen liggen. Hierover zal met u worden gesproken door uw arts.
In elke fase van de behandeling kan er iets mis gaan. Soms reageren de eierstokken slecht
of niet op de hormonen waardoor er weinig of geen eicellen verkregen worden. Ook
bestaat de kans dat geen van de eicellen bevrucht wordt. Toch krijgen acht à negen van
de tien gestarte vrouwen een embryotransfer terwijl er twee à drie zwanger worden. De
kans op het niet lukken van de behandeling is dan ook het grootst in de fase na de
embryotransfer ten gevolge van het uitblijven van innesteling. De kennis over het
innestelingproces is nog zeer beperkt en mogelijkheden om invloed erop uit te oefenen
zijn er niet.
Tenslotte is er net zoals bij een spontaan ontstane zwangerschap een kleine kans op een
buitenbaarmoederlijke zwangerschap (ca. 2% van alle zwangerschappen).
IVF-infomap 04/14
7
Complicaties
Ovarieel HyperstimulatieHyperstimulatie-Syndroom (OHSS)
Het stimuleren van de eierstokken heeft tot doel om meerdere eiblaasjes tegelijkertijd tot
ontwikkeling te brengen. Hierbij geldt niet: “…hoe meer hoe beter…”. Een aantal van 5
à 10 eicellen volstaat in principe.
Wanneer de eierstokken zeer gevoelig blijken te zijn voor de gebruikte medicatie, met
name voor het FSH, dan kan de reactie van de eierstokken te heftig zijn. Er ontstaan
teveel eiblaasjes en de eierstokken nemen fors toe in grootte. Buikpijn, een opgeblazen
gevoel en een dikkere buik, gewichtstoename en kortademigheid kunnen hierbij
optreden. Ook kan er vochtophoping in de buikholte ontstaan met als gevolg indikking
van het bloed. Het injecteren van het eispronghormoon ter bevordering van de
eicelrijping aan het eind van de stimulatie kan dit proces nog verder aanwakkeren. De
klachten nemen toe en er kan, door verhoogde stroperigheid van het bloed, trombose
ontstaan. Een ernstig OHSS is een serieuze complicatie waarvoor ziekenhuisopname is
vereist.
Om de kans op een OHSS te beperken wordt de startdosering van FSH aan de hand van
het echobeeld van de eierstokken en op basis van de reactie van de eierstokken in eerdere
behandelingen individueel bepaald. In de aanloop naar een eerste behandeling wordt
daarom altijd echoscopisch onderzoek van baarmoeder en eierstokken verricht. Indien de
reactie van de eierstokken desondanks te fors blijkt te zijn bij echo-controle tijdens de
behandeling, kan als tweede preventieve maatregel worden besloten om de
follikelpunctie uit te stellen of om de behandeling af te breken. Hervatting van de
behandeling met een lagere hormoondosering nadat de eierstokken tot rust zijn gekomen
is vrijwel altijd mogelijk. Tenslotte kan, indien toch een follikelpunctie wordt verricht,
worden geadviseerd om alle embryo’s in te vriezen en de embryotransfer op een later
moment, als de eierstokken weer tot rust zijn gekomen, plaats te laten vinden.
Een ernstig OHSS is dankzij deze maatregelen zeldzaam.
Meerlingen
Hoe meer embryo’s in de baarmoeder worden geplaatst des te groter is de kans op
zwangerschap. Tegelijkertijd stijgt echter ook de kans op een meerlingzwangerschap.
Hoewel paren met onvervulde kinderwens vaak aangeven geen bezwaar te hebben tegen
een meerling (veelal tweeling), dienen de risico’s van een meerlingzwangerschap niet te
worden onderschat. De risico’s voor de kinderen zijn het gevolg van de complicaties van
vroeggeboorte. De kans hierop is bij een tweelingzwangerschap verhoogd en bij een
drielingzwangerschap zelfs sterk verhoogd. De kinderen hebben daardoor een
toegenomen kans op een blijvende handicap of om te overlijden in de periode rondom de
geboorte.
IVF-infomap 04/14
8
Voor de moeders is er een verhoogde kans op allerlei complicaties tijdens de
zwangerschap, zoals zwangerschapsvergiftiging en zwangerschapssuikerziekte, en op een
keizersnede.
Conform landelijke richtlijnen worden in Nederland maximaal 1 embryo in de
baarmoeder geplaatst na IVF of ICSI als de vrouw jonger is dan 38 jaar. Dit geldt voor de
eerste twee behandelingen (dit betekent 2 puncties, tweemaal aansluitende
embryotransfer en alle evt. cryo-embryotransfers die uit deze behandelingen resulteren).
Bij een derde behandeling, of als de vrouw 38 jaar of ouder is, mogen er maximaal 2
embryo’s worden geplaatst.
Bloeding en infectie
Bij de follikelpunctie kan een bloedvat worden aangeprikt waardoor er een bloeding
ontstaat. Meestal stopt een dergelijke bloeding spontaan. Incidenteel kan er een forse
bloeding optreden waarvoor ziekenhuisopname noodzakelijk is.
Ook kan er na het aanprikken van de eierstokken een infectie in de buikholte ontstaan.
Dit is meestal goed te behandelen met antibiotica. Doorgaans staat dit de embryotransfer
niet in de weg. Na minder dan 1% van de follikelpuncties ontstaat er echter een
ernstigere infectie waarvoor opname en intensievere behandeling nodig is.
Infectie van de embryo’s
Ondanks diverse preventieve maatregelen en werkprocedures ontstaat er soms (minder
dan 1% van de behandelingen) een infectie in het kweekschaaltje van de embryo’s. Dit
betekent dat er geen embryotransfer kan plaatsvinden. Uiteraard zal in voorkomende
gevallen alles in het werk gesteld worden om een eventuele oorzaak te achterhalen en
om herhaling in de toekomst te voorkomen.
Buitenbaarmoederlijke zwangerschap
zwangerschap
Ondanks het feit dat embryo’s in de baarmoederholte worden geplaatst is er een kleine
kans dat een embryo toch buiten de baarmoederholte (meestal in de eileider) innestelt.
Een dergelijke zwangerschap kan niet worden voldragen en zal vaak, vanwege de
mogelijkheid van een inwendige bloeding, operatief (meestal via een kijkoperatie) of
medicamenteus beëindigd moeten worden.
Aangeboren afwijkingen
De resultaten van onderzoeken naar de kans op een kind met een aangeboren afwijking
na een zwangerschap via IVF of ICSI zijn niet eensluidend. Soms wordt een licht
verhoogde kans gerapporteerd, soms een gelijke kans. Van alle kinderen die na IVF of
ICSI worden geboren is meer dan 95% gezond.
IVF-infomap 04/14
9
Gevolgen op de lange termijn
Momenteel zijn er geen aanwijzingen dat vrouwen die IVF/ICSI hebben ondergaan een
verhoogde kans hebben op eierstokkanker of eerder in de overgang komen.
IVF / ICSIICSI-behandeling in Rijnstate
In Nederland is er slechts een beperkt aantal klinieken met een vergunning voor een
IVF-laboratorium. Sedert vele jaren voert Rijnstate IVF- en ICSI-behandelingen uit in
nauwe samenwerking met de polikliniek Voortplantingsgeneeskunde en het IVFlaboratorium van het UMC Utrecht. Het UMC Utrecht is de vergunninghoudende
kliniek en Rijnstate is een transportziekenhuis. Dit betekent dat de voorbereiding, de
hormoonbehandeling en de follikelpunctie in ons ziekenhuis plaatsvinden. De
laboratoriumprocedure en de embryotransfer vinden in het UMC Utrecht plaats. De fase
na de embryotransfer valt weer onder verantwoordelijkheid van Rijnstate. Op deze wijze
wordt voorkomen dat u vaker ver moet reizen wanneer u niet in de buurt van een IVFcentrum woont.
Tijdens de IVF-behandeling dient u een aantal keren het ziekenhuis te bezoeken. We hebben
voor u een globaal overzicht van deze afspraken gemaakt om u een indruk te geven hoe vaak
en waarvoor u naar het ziekenhuis dient te komen.
Overzicht afspraken
Afspraken Rijnstate
- Intakegesprek
- 1ste uitleg
- Echocontrole (tijdens de hormoonstimulatie) en 2de uitleg
- 2de en volgende echocontrole (veelal)
- Follikelpunctie en transport van de eicellen
• Intakegesprek
Voor een intakegesprek (bij uw arts) kunt u veelal binnen enkele weken terecht op de
polikliniek Voortplantingsgeneeskunde. Een IVF- of ICSI-behandeling kan doorgaans
starten binnen enkele weken, of later als u dat wilt. Tijdens het intakegesprek bij de arts
worden alle medisch-technische aspecten van de behandeling besproken. Ook wordt er een
vaginale echo gemaakt van baarmoeder en eierstokken. De startdatum van de behandeling
wordt met u besproken en binnen 2 weken ontvangt u per post het behandelschema en de
afspraakbevestiging voor de eerste uitleg.
IVF-infomap 04/14
10
• 1ste uitleg
Tijdens deze uitleg, kort voor aanvang van de behandeling, wordt door de verpleegkundige
het eerste deel van de behandeling in detail met u doorgenomen. Tevens zal zij u leren hoe
u zichzelf moet injecteren. Dit gesprek duurt ongeveer ¾ uur. Wij verzoeken u om,
voorafgaande aan de uitleg, alle medicijnen op te halen bij de poli-apotheek van het
ziekenhuis, zodat gecontroleerd kan worden of u de juiste medicatie gekregen heeft.
• Echocontrole en 2de uitleg
Om de groei van de follikels te vervolgen en om een eventuele overmatige reactie van de
eierstokken op de gebruikte medicatie tijdig op te sporen dient u gedurende de periode dat
u FSH gebruikt in principe 1 à 2 maal voor echocontrole naar de polikliniek IVF te komen.
Deze echocontrole wordt verricht door één van de artsen. Zonodig zal er bloedonderzoek
worden gedaan.
Tevens zal tijdens de 2de uitleg door de verpleegkundige de follikelpunctie en het
vervolg van de behandeling nogmaals gedetailleerd met u worden besproken. Dit
gesprek duurt ongeveer een ¾ uur en wordt in principe aansluitend aan de 1ste
echocontrole gepland.
•
2de en volgende echocontrole
Indien bij de eerste echocontrole de eiblaasjes nog niet voldoende ontwikkeld zijn om tot
follikelpunctie te kunnen besluiten volgt enkele dagen later een vervolg-controle.
•
Follikelpunctie en transport van de eicellen
De follikelpunctie is een ingreep die onder plaatselijke verdoving wordt uitgevoerd. De
gynaecoloog of de fertiliteitsarts die de follikelpunctie uitvoert bekijkt met behulp van de
vaginale echo de eierstokken. De follikels waarin de eicellen zitten worden aangeprikt,
leeggezogen en dit follikelvocht wordt opgevangen in buisjes. U en uw partner kunnen
meekijken op het echoscherm. De ingreep duurt ongeveer 15 minuten. Nadien kunt u last
hebben van buikpijn en vaginaal bloedverlies. U krijgt van ons preventief een pijnstiller.
Na de follikelpunctie gaan de buisjes in een transportkoffer die de eicellen op de juiste
temperatuur houdt. Vervolgens gaat u met de transportkoffer naar het IVF-laboratorium in
het UMC Utrecht. In het UMC Utrecht aangekomen gaat u naar het IVF-laboratorium. Uw
komst is door ons aangekondigd en u wordt verwacht. Een IVF-laborant zal de buisjes met
de follikelvloeistof in ontvangst nemen en vervolgens onder de microscoop bekijken
hoeveel eicellen er verkregen zijn.
De transportkoffer ontvangen wij graag dezelfde dag van u retour.
IVF-infomap 04/14
11
Afspraken UMC Utrecht
- Spermaproductie (op de dag van de follikelpunctie)
- Embryotransfer
•
Spermaproductie
De man dient in een speciaal daarvoor bestemde kamer sperma te produceren. Voor een
goede zaadkwaliteit is 2 à 3 dagen vóór de follikelpunctie een zaadlozing gewenst. Wanneer
de man in de 3 maanden voorafgaand aan de follikelpunctie hoge koorts heeft gehad of een
operatie heeft ondergaan, meld dit dan tijdig aan het IVF-team (dit kan de kwaliteit van het
sperma en de kans op een succesvolle behandeling negatief beïnvloeden, zodat het soms
verstandiger is om de behandeling uit te stellen). In het IVF-laboratorium wordt het sperma
beoordeeld. De meest beweeglijke zaadcellen worden samengebracht met de eicellen in een
speciaal kweekschaaltje. Voor u naar huis gaat wordt aan u verteld hoeveel eicellen er zijn
en of er voldoende zaadcellen zijn. Soms is het nodig om een tweede spermamonster te
produceren.
Indien u bij de behandeling gebruik maakt van donorsperma, dan krijgt u dit van ons mee
in een transportvat en kunt u dit aan de IVF-laborant overhandigen. Graag ontvangen wij
dit vat van u dezelfde dag weer retour.
•
Embryotransfer
Indien bevruchting en celdeling hebben plaatsgevonden kan een embryotransfer worden
verricht. Dit gebeurt vrijwel altijd 3 dagen na de follikelpunctie en vindt plaats in het UMC
Utrecht. De afspraken hiertoe worden gemaakt via het IVF-laboratorium.
Conform landelijke richtlijnen hebben wij het volgende protocol opgesteld met betrekking
tot het aantal embryo’s bij transfer:
- vrouwen die jonger zijn dan 38 jaar krijgen in de eerste twee behandelingen maximaal 1
embryo bij transfer ingebracht; in de derde behandeling is er vrije keuze tussen 1 of 2
embryo’s;
- vrouwen van 38 jaar en ouder hebben altijd vrije keuze tussen 1 of 2.
U dient uw keuze met betrekking tot het aantal embryo’s bij transfer en over het al dan niet
cryoconserveren (invriezen) van embryo’s schriftelijk vast te leggen in de daartoe bestemde
verklaringen en overeenkomst (zie Bijlage).
IVF-infomap 04/14
12
Voor de embryotransfer neemt u plaats op de gynaecologische stoel. Met behulp van een
spreider wordt de baarmoedermond in beeld gebracht, waarna 1 of 2 embryo’s met behulp
van een zacht, flexibel slangetje via de baarmoederhals in de baarmoederholte worden
ingebracht. Een embryotransfer duurt vaak slechts enkele minuten en doet in de regel geen
pijn. Na een embryotransfer treden soms lichte baarmoederkrampen op. Dit heeft geen
invloed op de uitkomst van de behandeling.
Tijdens de embryotransfer wordt met u besproken of er embryo’s van hoge kwaliteit “over
zijn” om in te vriezen. Indien dit inderdaad het geval is wordt u hierover altijd ook
schriftelijk door het IVF-laboratorium geïnformeerd.
Na de plaatsing van de embryo’s begint voor u de periode van afwachten. Een eventuele
menstruatie komt meestal 10 tot16 dagen na de follikelpunctie. Wij adviseren u om altijd 18
dagen na de follikelpunctie thuis een zwangerschapstest te doen, ook als er een menstruatie
is opgetreden. Wij verzoeken u om ons daar telefonisch over te berichten. Wij kunnen dan
met u overleggen over een eventuele vervolgafspraak. Bovendien hebben wij de plicht om
een nauwgezette (anonieme) registratie van alle behandelingen via onze polikliniek bij te
houden.
Bij een positieve zwangerschapstest wordt 5 á 6 weken na de follikelpunctie een echo
gemaakt (dat is bij een zwangerschapsduur van 7 à 8 weken). Daarna verwijzen wij u naar
uw eigen gynaecoloog of naar een verloskundige voor verdere begeleiding van
zwangerschap en bevalling.
IVF-infomap 04/14
13
Wat houdt een cryobehandeling in?
Een cryobehandeling is een transfer van embryo’s welke na een eerdere behandeling
ingevroren en bewaard zijn in het IVF-laboratorium. Aan de hand van echoscopisch
onderzoek en het opwekken van een eisprong in uw eigen, spontane cyclus wordt het
juiste moment voor de transfer bepaald. In de praktijk betekent dit één of enkele
bezoeken voor een echo en een éénmalige injectie met eispronghormoon, welke u
zichzelf toedient. Als u geen spontane cyclus heeft dient er voorafgaand aan de transfer
een hormoonbehandeling plaats te vinden. Dit kan op meerdere manieren en afhankelijk
van uw persoonlijke situatie zal uw arts een behandelplan opstellen. Van belang is dat
deze hormoonbehandeling veel milder is dan voor een reguliere IVF-behandeling en dat
er geen follikelpunctie nodig is.
Wanneer er embryo’s van u zijn ingevroren en u wilt een cryobehandeling ondergaan, neem
dan contact op met onze polikliniek Voortplantingsgeneeskunde.
IVF-infomap 04/14
14
Instructie CryoCryo-embryotransfer natuurlijke cyclus
Deze behandeling kan plaatsvinden vanaf de 2de cyclus na de IVF/ICSI- behandeling. Tussen
2 cryo-behandelingen door hoeft u geen ‘rust’-maand te houden. De behandeling ziet er als
volgt uit:
Bij de menstruatie belt u met het secretariaat Voortplantingsgeneeskunde om een afspraak te
maken voor een echo-onderzoek (rond cyclusdag 13). Als cyclusdag 13 op zaterdag of zondag
uitkomt, dan wordt de echo-afspraak eerder ingepland. U start vanaf cyclusdag 11 met
ovulatietesten, 2 maal daags, ’s ochtends (met 2de urine van de ochtend) en ’s avonds. De
eisprong-testen kunt u kopen bij apotheek, drogist of via internet. Het verloop van de
behandeling kan op verschillende manieren verlopen.
Er zijn 3 mogelijkheden:
1. De ovulatietest wordt positief vóór de eerste echo-afspraak:
Positieve test:
Zondagochtend-of
avond
Maandagochtend
Bellen:
Maandag
Tijdstip:
08.30-09.00 u
Maandag
08.30-09.00 u
Maandagavond
Dinsdag
08.30-09.00 u
Dinsdagochtend
Dinsdag
08.30-09.00 u
Dinsdagavond
Woensdag
08.30-09.00 u
Woensdagochtend
Woensdag
08.30-09.00 u
Woensdagavond
Donderdag 08.30-09.00 u
Donderdagochtend
Donderdag 08.30-09.00 u
Donderdagavond
Vrijdag
08.30-09.00 u
Vrijdagochtend
Vrijdag
08.30-09.00 u
Vrijdagavond- of
zaterdag
Maandag
08.30-11.30 u
IVF-infomap 04/14
Nummer:
Nummer:
0880056495
0880056495
0880056495
0880056495
0880056495
0880056495
0880056495
0880056495
0880056495
0880056495
0880056495
EchoEcho-afspraak:
Maandag
Maandag
Dinsdag
Dinsdag
Woensdag
Woensdag
Donderdag
Donderdag
Vrijdag
Vrijdag
Cancel behandeling,
volgende keer eerste echoafspraak eerder plannen
15
2. Na de eerste echo wordt er een afspraak gemaakt voor een vervolgecho, tot die tijd
gaat u door met de ovulatietesten. Mocht de ovulatietest positief worden vóór deze
echo-afspraak dan spuit u direct na de test de Pregnyl-injectie en neemt u, zodra
dit mogelijk is, contact op met polikliniek Voortplantingsgeneeskunde.
Afhankelijk van de echo-bevindingen bij het laatste echo-onderzoek zal het beleid
worden bepaald; u wordt hierover geïnformeerd door de verpleegkundige van
polikliniek Voortplantingsgeneeskunde, en als de embryotransfer door kan gaan
ook door de medewerker van het IVF-laboratorium van het UMCU.
NB: De cryo-embryotransfer vindt doorgaans niet eerder dan 5 dagen na een
positieve ovulatietest plaats; er is dus altijd voldoende tijd om contact met ons op te
nemen in geval van een positieve ovulatietest.
3. U krijgt na de echo van de arts de datum te horen waarop u de Pregnyl-injectie
moet spuiten. Het tijdstip van de Pregnyl-injectie wordt bepaald door het UMCU.
Hierover én over de datum van de verwachte embryotransfer wordt u die dag,
vóór 15.30 uur, geïnformeerd door een medewerker van het IVF-laboratorium van
het UMCU. Als u om 15.30 uur niet bent gebeld verzoeken wij u zelf contact met
hen op te nemen. Mocht de ovulatietest vóór de afgesproken Pregnyl-datum
positief worden dan spuit u direct de Pregnyl en neemt u, zodra dit mogelijk is,
contact met ons op. De afgesproken datum van de embryotransfer vervalt en er
wordt een nieuwe afspraak gemaakt.
NB: De cryo-embryotransfer vindt doorgaans niet eerder dan 5 dagen na een
positieve ovulatietest plaats; er is dus altijd voldoende tijd om contact met ons op te
nemen in geval van een reeds geplande cryo-embryotransfer en positieve
ovulatietest.
In alle gevallen wordt u op de ochtend van de embryotransfer nogmaals gebeld en krijgt u te
horen of de ontdooiprocedure succesvol is verlopen en hoe laat u in het UMCU wordt
verwacht.
Wij adviseren u om altijd 14 dagen na de embryotransfer (of eerder als er een menstruatie op
gang is gekomen) zelf een zwangerschapstest te doen en het resultaat door te geven aan de
verpleegkundige van Polikliniek Voortplantingsgeneeskunde
Bereikbaarheid polikliniek Voortplantingsgeneeskunde (route 5)
Op werkdagen is onze polikliniek van 08.30-11.30 uur telefonisch bereikbaar voor vragen
met betrekking tot de behandeling en voor het maken van afspraken
℡ 088 – 0056495
E-mail: [email protected]
Uitsluitend voor spoedgevallen ℡ 088
8888-0058580 ; elke werkdag van 08.0008.00-17.00 uur.
IVF-infomap 04/14
16
Verklaringen/Overeenkomst UMC Utrecht
Utrecht
Achterin deze map treft u twee verklaringen en een overeenkomst aan die u, daar waar
van toepassing, dient in te vullen en te ondertekenen. Tevens vindt u nog een extra set
exemplaren voor eigen gebruik. Lees alles zorgvuldig door en vul in wat voor u van
toepassing is. U dient de stukken bij uw eerste bezoek aan het IVF-laboratorium in het
UMC Utrecht in te leveren.
• Verklaring met betrekking tot de IVF/ICSI behandeling
Deze verklaring dient u volledig in te vullen en te ondertekenen wanneer u voldoende op
de hoogte bent gesteld van de aard en risico’s van een IVF / ICSI behandeling. Tevens geeft
u het aantal embryo’s bij transfer aan.
• Overeenkomst betreffende het invriezen van embryo’s
Deze overeenkomst vult u alleen in wanneer u ervoor kiest dat er, wanneer dit mogelijk is,
embryo’s worden ingevroren. Hierin staat ook hoe lang de embryo’s voor u in bewaring
worden gehouden. Indien u kiest voor invriezen en bewaren van embryo’s dient er een
uitslag van bloedonderzoek gericht op besmetting met Hepatitis B en C en HIV bekend te
zijn. De formulieren voor dit bloedonderzoek worden tijdens het intakegesprek aan u
uitgereikt.
• Verklaring met betrekking tot de plaatsing van de embryo’s na een periode van
cryoconservatie
Deze verklaring vult u in als u gebruik wilt maken van een cryobehandeling. U dient het
aantal embryo’s bij transfer wederom aan te geven.
IVF-infomap 04/14
17
Hoe belastend is een IVFIVF-behandeling voor u?
Een IVF-behandeling duurt, vanaf de eerste tablet tot het moment waarop u weet of de
behandeling is geslaagd ongeveer 8 weken. Vooral gedurende de circa twee weken van de
behandeling waarin u zichzelf dagelijks injecteert met medicijnen voor de groei en
rijping van de eicellen en waarin uiteindelijk de follikelpunctie plaatsvindt, zal er veel
van u gevraagd worden. Ook al hebt u dat er graag voor over, het is toch goed om even
stil te staan bij de consequenties van een IVF-behandeling. Buiten de tijd en energie zal
een behandeling ook emotioneel het nodige van u vragen. Vooral na de plaatsing van de
embryo’s breekt een spannende periode aan. Gevoelens van hoop en spanning, maar ook
onzekerheid spelen een grote rol. De ervaring heeft geleerd dat veel paren, met name bij
een eerste of tweede behandeling, goed in staat zijn om hiermee om te gaan. Voor
lotgenotencontact verwijzen wij naar de website van patiëntenvereniging Freya of naar
het FIOM.
Mocht u behoefte hebben aan een persoonlijk gesprek met uw arts en/of IVFverpleegkundige dan kunt u daar te allen tijde een afspraak voor maken. Desgewenst kan
uw arts u verwijzen naar een maatschappelijk werkende verbonden aan onze polikliniek
of naar een psycholoog.
Voor een aantal van u zal de IVF- of ICSI-behandeling niet leiden tot de geboorte van
een kind en komt er een moment dat u besluit te stoppen met de behandeling. Het
nemen van die beslissing kan soms moeilijker zijn dan de behandeling zelf. Een
evaluatiegesprek met één van de leden van het IVF-team kan u daarbij tot steun zijn.
Ook daarvoor kunt u te allen tijde een afspraak maken.
IVF-infomap 04/14
18
Belangrijke telefoonnummers
telefoonnummers en adressen
Bereikbaarheid polikliniek Voortplantingsgeneeskunde (route 5)
Op werkdagen is onze polikliniek van 08.30-11.30 uur telefonisch bereikbaar voor vragen
met betrekking tot de behandeling en voor het maken van afspraken
℡ 088 – 0056495
E-mail: [email protected]
Een reactie hierop kunt u binnen 2 werkdagen verwachten
Uitsluitend voor spoedgevallen ℡ 088
8808.00-17.00 uur
88-0058580 ; elke werkdag van 08.00Adressen
Rijnstate
Wagnerlaan 55
6800 TA Arnhem
Patiëntenvereniging Freya
Postbus 476
6600 AL Wijchen
℡ 024-6451088
www.freya.nl
UMC Utrecht
Heidelberglaan 100
3584 CX Utrecht
℡ 088-7558468 (polikliniek IVF)
℡ 088-7556459 (IVF-laboratorium)
Stichting Ambulante FIOM
Kruisstraat 1
5211 DT Den Bosch
℡ 073-6128821
www.fiom.nl
Routebeschrijving
Routebeschrijving naar het UMC Utrecht
Vanaf de A12 (Arnhem-Utrecht) neemt u de afslag Hilversum/Uithof (A27). Daarna volgt
u de borden De Uithof/UMC richting hoofdingang. U kunt parkeren in de parkeergarage.
Routebeschrijving in het UMC Utrecht
Vanaf de hoofdingang loopt u rechtdoor voorbij de winkels tot het liftplein (C-vleugel).
Hier neemt u de lift naar de 5e verdieping. Uit de lift gaat u linksaf en volgt u route 39
(IVF-laboratorium).
IVF-infomap 04/14
19
Medicatie ten behoeve van een IVFIVF- of ICSIICSI-behandeling
• Microgynon 30
tabletten: ter regulering van de cyclus en ter voorbereiding op het stilleggen van de eigen
hormoonregeling en cyclus
• Lucrin/Decapeptyl
Lucrin/Decapeptyl
injecties: ter voorkoming van voortijdige eicelrijping en een spontane eisprong
• GonalGonal-f , Puregon, Menopur of Fostimon (= FSH / follikelstimulerend hormoon)
injecties: stimuleert de groei van eiblaasjes
• Pregnyl (eispronghormoon)
éénmalige injectie: voltooit de eicelrijping
• Utrogestan
Utrogestan
vaginale capsules: bevordert de rijping van het baarmoederslijmvlies
• Diclofenac
zetpil, éénmalig: pijnstiller
• Foliumzuur
tabletten: om de kans op een kind met spina bifida (=open ruggetje) te verkleinen
in geval van zwangerschap t/m 8 weken na de follikelpunctie gebruiken
• Fluconazol
capsule: anti-schimmelmiddel ter preventie van vaginale infectie ten tijde van de
follikelpunctie
IVF-infomap 04/14
20
FollikelpunctieFollikelpunctie-Embryotransferschema
Tijdstip dat u gebeld wordt: 10.00-11.00 uur
Tijdstip embryotransfer:
14.00-16.00 uur
Deze tijden zijn richttijden. De definitieve afspraken worden met u gemaakt door de
medewerkers van het IVF-laboratorium in het UMC Utrecht.
Follikelpunctie
Embryotransfer
maandag
donderdag
dinsdag
vrijdag
woensdag
zaterdag/zondag
donderdag
zondag
vrijdag
maandag
zondag
woensdag
IVF-infomap 04/14
21
Download