37. Romeinen en Galliërs De Kelten Bestudeer bron 1 op p.142 in je leerboek. Onze gewesten behoren al vanaf 750 v.Chr. tot het Keltische gebied. Juist / onjuist Bekijk bron 2 op p.142 in je leerboek en los de vragen op. Druïden, barden en edellieden Ambachtslieden, handelaars en landbouwers Bekijk bron 3 op p.142 en los de vraag op. Om de goden gunstig te stemmen (een mens is een heel belangrijk offer). 1. De Romeinen veroveren Gallië Gallië Gallië is de vernederlandste naam van de Latijnse benaming voor een deel van het westelijke gebied van Europa. (zie bron 1) Wat vertellen onderstaande prenten ons over het politieke domein in Gallië? - Verschillende stammen, die vaak met elkaar in conflict raken - Geen grote staat - Ook vaak interne conflicten Verovering door de Romeinen Bestudeer bron 1 op p.144 van je leerboek. Welke gebieden werden in de 2de eeuw v.Chr. al door de Romeinen veroverd? Het Gallische gebied ten zuiden van de Alpen en een deel van Zuid-Frankrijk. 1ste eeuw v.Chr. : verovering van Gallië Na enkele eeuwen van culturele uitwisseling, waardoor Zuid- en Centraal-Gallië al gedeeltelijk geromaniseerd waren, was Rome zich bewust van de Gallische rijkdom (goud, vlees, graan, …) en zwakheid (stammentwisten). Gallië was rijp om veroverd te worden. Het verslaan van de Gallische ‘aartsvijanden’ was voor Caesar een dekmantel voor zijn ambitieuze en onwettige bedoelingen. Wat bedoelt men met die laatste zin? - Caesar had geen goedkeuring van de senaat voor zijn veroveringen - De veroveringen zouden Caesar enorme inkomsten opleveren om zijn schulden (feesten, verkiezingscampagne,…) te vereffenen. - De oorlogen waren voor Caesar ook een zaak van prestige De verovering van Gallië duurt van 58 v.Chr. tot 52 v.Chr. Bovenstaande prenten en het filmfragment helpen je om de volgende vragen op te lossen. Veroverden de Romeinen Gallië zonder problemen? Neen, ze leden ook nederlagen tegen de Gallische stammen. Vul de kader in: Discipline Romeinen Geen alcohol Galliërs Veel alcohol Geen vlees Tactiek Perfect gedrild Ongeordende stormloop Goede wapens Geen kennis van hun vijand Kennis van hun vijand Geen goede tactiek Tactisch zeer sterk De Galliërs beseffen dat ze moeten samenwerken. In 52 v.Chr. verzamelen ze zich in de burcht van Alesia. Ze zijn in de meerderheid: vier tegen één. Wat doet Caesar? Hij bouwt een omwalling rond de burcht. 1. een borstwering met torens 2. een gracht 3. een haag gepunte stokken 4. kuilen met scherpe staken 5. ingegraven ijzeren punten Waarom verliezen de Galliërs dit beslissende gevecht? Slechte tactiek van hun leider Vercingetorix. Zoals elke Romeinse generaal schreef ook Caesar in opdracht van de senaat zakelijke en ambtelijke verslagen over zijn talrijke veldtochten. Het bekendste verslag is ongetwijfeld dat over de verovering van Gallië. Het is bekend onder de verkorte naam ‘De Bello Gallico’ en bestond uit zeven perkamentrollen. Een van de bekendste zinsneden uit ‘De Bello Gallico’ is: ‘Horum omnium fortissimi sunt Belgae’: ‘van hen allen zijn de Belgen de dappersten over de Galliërs’. Bekijk bron 3 op p.145. Waarom zijn de Belgae zo ‘dapper’ volgens Caesar? Zij zijn het verst verwijderd van de beschaafde wereld en niet verslapt door luxegoederen. Ze voeren voortdurend strijd met hun buren, de Germanen. Lees even de randinfo op p.144 van je leerboek. Stammen de huidige Belgen af van de Belgae? Neen ‘De Bello Gallico’ is tot op de dag van vandaag een belangrijke bron voor historici. Welk gevaar schuilt er in het gebruik van deze bron? Caesar heeft ze zelf geschreven. De bron is dus niet objectief. Julius Caesar hemelt zichzelf op en wil zijn daden in Gallië goedpraten. Bron 4 op p.145 is een uitreksel uit ‘De Bello Gallico’. Lees de bron en los bijstaande vraag op. Caesar doodt mensen. Hij laat goederen en mensen verkopen. Lees onderstaande bron. Deze tabel geeft het aantal tegenstanders en verliezen op die in de verslagen van Caesar opgesomd zijn. Wat vertellen deze bronnen over Caesar? Dat hij door ambitie gedreven werd en niet terugschrikte voor moord, plunderingen en vernielingen. Waarom vermeld hij in zijn verslagen nauwelijks over gesneuvelde Romeinse soldaten? Omdat hij kritiek zou krijgen in Rome. Welk imago heeft Caesar? Een knappe generaal die onoverwinnelijk was. Na de nederlaag bij Alesia was Gallië definitief verslagen en bezetten de Romeinen onze streken. 2. De Romeinen in Gallië De Romeinen in Belgica en Germania Inferior Opdracht: teken een kaart. Hieronder staan een aantal opdrachten. Maak die opdrachten individueel. Je mag alleen gebruik maken van de kopie van de kaart, die je met je groep gemaakt hebt. 1. Op de kaart staan een aantal gebieden die horen bij het Romeinse Rijk. Dat zijn de gebieden: Germania inferior, Belgica en Germania Superior. Schrijf van Germania Inferior en van Belgica op welke landen dat tegenwoordig zijn. Germania Inferior ligt in de huidige landen: Nederland, België, Luxemburg, Duitsland Belgica ligt in de huidige landen: België, Frankrijk 2. Drie Belgische steden die nog steeds bestaan, zijn op de kaart getekend. Schrijf de huidige en de Latijnse naam ervan op. Tongeren, Atuatuca – Doornik, Turnacum – Aarlen, Orolaunum 3. Waar liggen de legioenen van de Romeinen? Aan de grens Noem enkele legioenplaatsen op met hun huidige naam. Xanten, Neuss, Keulen, Bonn, Mainz, Straatsburg Wat kan je hieruit besluiten? De kampplaatsen groeien vaak uit tot de eerste steden van onze streken. 4. Leg aan de hand van de kaart uit waarom de Romeinen het liefste een rivier als grens gebruikten. De Romeinen hadden liefst een rivier als grens, omdat die gemakkelijk te verdedigen is. Je kunt dat op de kaart zien aan het feit dat alle grenzen rivieren zijn, behalve de grenswal (limes of versterkte grens). Welke rivier vormt op de kaart een belangrijke grens? De Rijn 5. Hoe zijn de belangrijke steden met elkaar verbonden? Door heirbanen. Wat is hun nut? Snelle verplaatsing van het leger en ook een economisch belang. 6. Kan je enkele Romeinse kolonies opnoemen die op de kaart staan? Colonia Trajana (Xanten) en Colonia Agrippina Wie woont er? Romeinen die en stuk land toegewezen krijgen. 7. Welke stam uit de gebieden die de Romeinen niet veroverd hebben, ken je nu nog terug? De Friezen Wie woont ten noorden van de Rijn? De Germanen